De jeugd acht zakgeld wenselijk Parijs toont ons zijn kunstbezit BENELUX OF MALELUX? BIJ GTE PUNTEN Het bedrag is afhankelijk van verschillende omstandigheden £n rui de tvu-aai^de dut-zULe Schatten uit het Petit Palais in Beymans te Rotterdam Kerk op wielen De vergeten categorie Ervaring Geen mijnwerkers op hei sirand AAN ZEE ve uniformen Uiterweg, Aalsmeer 220 p., if deling. bs, J. v. d. Wollf, C. Stolk en acobs, DIU, Bakkum. N.-H., pr. Eensgezindheid, Egmond- P-: 2 pr. C. Lute en A. Ad- lensgezindheid, Egmond-Bin- 3 pr. Th. Belleman, Lamo- Egmond, Egmond aan d% P-; 2 pr. E. Konijn, Eensge- 216 p.; 2 pr. s, Eensgezindheid, Egmond- p.; 1 pr. E. Wijker, Lamó- Egmond aan de Hoef, pr. Jac. Belleman. Lamoraal, Egmond aan de Hoef. 220 p.j Lamoraal van Egmond 218 pr 2 pr. J. L. Ranzijn, vaard, 248 p.; 1 pr. G. Bonu- Wilhelmina, Oudorp, 191 p.; Beverwijk, Harm.kapel, J. Tenger, Beverw. Harm- P: 1 pr. L. Treffers, Crescen- ?m, 191 p.; 3 pr. J. de Bliek, Kwakel, 210. p.: 2 pr. G. de Kwakel, 185 p. 3 Jong. Tavenu de Kwakel, 182 V Admiraal, Eensgezindheid, 240 p.; 1 pr. A. Lan- weg, Aalsmeer, 215 p.; 2 pr. Uiterweg, Aalsmeer, 240 p.; Ichoone, P. Beukman, J. Kat, Genoegen te Krom- p.; 1 pr. G. Wijnbergen, W. ren. H. Kops, P. Wiedijk, Wil- Santpoort, 250 p.: 1 pr. M. de Vries, Waterl.- te Amsterdam. 211 r>.; 2e pr. ter, Crescendo, Haarlem, 242 p.; v. d. Togt, Crescendo, Haar- p.; Ie pr. J. Koopman en P. Zaanl. Kapel te Koog aan de p.; 2e pr. M. Kleine, Cres- 189 p.; 3e pr. C. Wok- Tromp en K. Blokker, Berg. te Bergen (NH), 261 p.; Ie d. Enden, Wilhelmina te Sant- p.; 3e pr. G. Wijnbergen, Santpoort, 238 p.; 2e pr. J. Wiedijk, A. Schipper en J. ilhelmina te Santpoort, 206 p.; Maarser, W. de«Vries, Uiterweg, 242 p.; Ie pr. A. Rep, Con- stzaan, 256 p.; Ie pr. B. Wes- oncordia, Oostzaan, 206 p.; 3e Krommenie, 270 p.j le pr. ling- W. Kaan, Noord-Schar- p.; Ie pr. J. Pannekoek, Uiter- 229 p.; 2e pr. J. H. Pan- Aalsmeer, 232 p.; 2e -Iigge en T. Moerkamp, Kunst schap, Krommenie, 273 p.; le K. Blokker, Berg. Harmonie 270 p.; le pr. met lof. W. de irweg, Aalsmeer, 251 p.; le pr. M. de Vries, Forzando te 241 p.; le pr. C. van Enk- m. Harmonie Excelsior te Wor- '48 p.; le pr. C. Kuiper, Wor- p.; le pr. met lof. G. van Politiegezelschap, 270 p.; le G. Polderman, Crescendo, 279 p.; le pr. met lof. P. Ver Kapel te Koog aan de Zaan, pr. met lof. J. v. d. Zwaard, Aalsmeer, 258 p.; le pr. F. en N. Schoon, Ons Genoegen 252 p.; le pr. bestond uit de heren: W. indam; P. Joosen, Krommenie; obs te Zaandam. Accompagna- Joosen, Krommenie. ZATERDAG 3 JANUARI 1953 euw procédé voor de tie van koude rubber 7.S. is Donderdag een precedé gemaakt waarmede „koude een duurzame synthetische maal sneller kan worden ge- d dan bij de huidige metho- ior minder geld. De president F. Goodrich Company, John r, verklaarde dat het nieuwe :oude rubber van goede kwa- worden geproduceerd in 15 aten, terwijl voor de huidige nethodes 10 a 12 uur nodig IMINGPN IIMUIDEN lingen van Vrijdag: kotters: 810, 11 1 1990, 5 f 1640, KW 57 1 24 f 2390, 25 f 2340, 7 f 2020. kg: gr. tong 3.10—2.90, grm -2.35, kim. tong 2.65—2.60, kl. 72.10, idem II 1.641.55, tar- —2.80. Per 50 kg: gr. schol 50 schol 6551, kim. schol 70— ïol I 57, idem II 48—22, schar ijting 198. Per 125 kg: gr. 188. Aanvoer in totaal 270 np VIER VRAGEN vroegen wij antwoord: 1. Moeten jonge mensen zakgeld heb ben?; 2. Zo ja, hoeveel?; 3. Als ze zelf ver dienen, moeten ze dan hun loon helemaal of gedeeltelijk aan moeder overdragen?; 4. Hoe moet je je zakgeld besteden? Onze medewerkers lieten ons ook deze keer niet in de steek. Ondanks Kerstmis, vacan- tie, logeerpartijen on vriendenbezoek zonden ze ons hun mening, deze keer ge woonlijk vergezeld van de niet traditioneel geformuleerde en zeer gemeende wensen voor 1952 jeugd is spontaan en enkele woorden van waardering voor de krant, die hun een forum heeft geschonken: „ik spel uw rubriek", „ik kijk altijd vol verlangen uit naar het Donderdagavond-nummer", „het is fijn, dat we precies mogen zeggen wat we denken en verlangen", „ik leer er ontzettend veel van", „mogen de goede problemen weer even talrijk uit uw pen gevloeid, ons nog vele uren bezighouden" e.t.q. Wat kan ik anders doen, dan ook hun een helder oordeel en een warm hart toe te wensen, hen te danken voor de eer lijke uiting van gedachten en gevoelens en hun te beloven dat wij zullen door werken tot geen enkel probleem van betekenis onaangeroerd is gebleven? Het is mij een wekelijks weerkerende vreugde, contacten te leggen en vooral: ze te behouden. selijk wanneer ons wekelijks wat zak geld gegeven wordt door de ouders. Hierdoor wordt het inzicht in de ma nier van besteden reeds vroeg aange kweekt, wat niets dan goeds ten ge volge kan hebben. Bovendien zal een beetje voorlichting door de ouders hier zeker geen slechte invloed uitoefenen indien dit natuurlijk op de goede wijze wordt gedaan. Daarop aansluitend de vraag met hoeveel geld wij genoegen moeten nemen. Dit hangt van het mi lieu thuis en van de leeftijd af. Het beste lijkt het mij te beginnen wan neer de jongen of het meisje de lagere school verlaat. De leeftijd is dan wel zo, dat het geld niet verkwist .wordt. Bij het kiezen van de juiste hoeveel heid moet men er vooral om denken niet te weinig, maar ook niet te veel te geven. Het eerste geeft slechts een gevoel van: „Ik ben maar een arre- moedzaaier", het tweede leidt algemeen tot verspilling, wat niet de bedoeling is van zakgeld. Te beginnen met bij voorbeeld een gulden per week zal men dan het zakgeld jaarlijks kunnen ver meerderen met ongeveer een kwartje. Op de achttienjarige leeftijd krijg je zo dus een rijksdaalder, wat zeer ge schikt is. Deze berekening geldt na tuurlijk slechts dan, wanneer je nog op school zit. Indien je zelf verdient vind ik het helemaal niet gek een ge deelte, bijvoorbeeld een kwart, van de eigen-geplukte vruchten te smaken en de rest thuis af te dragen. Hoe dit geld te besteden? Van het zak geld moet je je eigen onkosten betalen als verenigingen, liefhebberijen, roken, ver valdagen, vacantie, enz., echter niet de klediifg en het schoeisel: dit zou te hoog oplopen en dan zou er niets meer overblijven. Van bijvoorbeeld twee guiden vijfentwintig kan men de. Ug cent voer verenigingen, zestig cent voor reken, vijftig cent voor liefhebberijen en de rest voor vacanties en andere uit gaven besteden. Vooral voor de vacantie zou ik willen zeggen, dat ieder moet trachten zelf hiervoor te sparen, desnoods in vacanties wat werken, om als het zover is. liet thuis te hoeven aanklrv- po" met: „Ik heb zo en zo veel nodig, v/Ut U dat betalen?" Een eigen ge spaarde vacantie geeft altijd tweemaal zo grote voldoening. HANS KAPER, Gymnasium kl. VB, 16 jaar. Kennemerstraatweg 153, Alkmaar 'ing te hasting is geopend, reert zich naar hij zegt van zijn stoel zit. TERST krijgt een 14-jarig meisje het woord (neen Engeltje je bent het deze keer niet, al heb ik nog even ge aarzeld!) „Of jonge mensen zakgeld moeten hebben? Ik heb de vaste overtuiging, dat dit zeker nodig is. Vooral voor oudere jongens en meisjes is dit van groot belang, daar zij de ervaring moe ten hebben voor later, wat geld eigen lijk is. Trouwens, hoe ouder je wordt, des te minder wil je afhankelijk zijn van je ouders. Het is niet prettig altijd geld te moeten vragen als je iemand met verjaardagen of Sinterklaas iets geven wilt. Wat betreft de hoeveelheid, ja, dat hangt volkomen af van: le. de leeftijd: 2e. of de ouders vinden, dat clubjes en feestjes door de jongelui zelf betaald moeten worden; 3e. of het thuis gemist kan worden. Het lijkt mij, dat de vraag geen be trekking heeft op kinderen beneden de twaalf jaar en bovendien alleen op minderjarigen slaat. Tussen twaalf en vijftien kan het bedrag oplopen tot drie gulden in de maand en vanaf vijf tien tot het einde van de middelbare school tot bijv. vijf gulden in de maand. Worden clubjes en feestjes door hen zelf betaald, dan kan het zakgeld ver hoogd worden met ongeveer één gul den in de maand. Wordt er standvastig gespaard voor iets, dat nog lang niet gekocht kan worden, bijv. een guitaar of een mooi hoek, dan kan er misschien een beetje door de ouders gesteund worden, aan gezien muziek en lectuur toch ook wel bij opvoeding behoren. Verschil in zakgeld tussen een meisje en een jongen kan wel degelijk nodig zijn, bijv. met reizen. Een jongen kan proberen te liften, hetgeen een meisje niet kan doen en dus geld moet uitge ven voor bus of tram. Indien jongens of meisjes zelf ver dienen, hangt het van de toestand van de ouders af, of het geld afgedragen moet worden of niet. Het is natuurlijk een vrij gevoel om je eerst-verdiende geld in eigen zak te kunnen steken, maar dat is niet altijd mogelijk. Je moet er in ieder geval afstand van kun- nt-n doen, want tenslotte dragen ouders nog de volle verantwoording. Besteding van het zakgeld: liefhebberijen, clubjes geschenken, sparen Het uitgeven aan spoepgoed is wel zeer onverstandig. En wel, omdat je er op hen duur niet meer buiten kunt en er dus een groot deel van je zakgeld mee verloren gaat. Er blijft dan niet veel over om voor iets te sparen. Bovendien heb je dan kans in moeilijkheden te raken met vrienden van wie je ge leend hebt, omdat je het zo dringend nodig had". MARJET VAN ZADELHOFF 14 jaar. Ankerpark 21, Den Helder, Nummer twee is Trudy Wytema uit Hoorn. Ze is leerlinge van het West fries Lyceum in Hoorn, vierde klas en dus vermoedelijk 15, 16 of 17 jaar. ledereen heeft zakgeld MAM, mag ik verhoging van zak- geld'" Hoeveel keer zal deze vraag geklonken hebben en hoeveel keer zui len de ouders gevraagd hebben: „Wéér meer? Wat doe je er meeKrijg je niet genoeg?" Vaak vergeten de ouders, wanneer ze zulke „noodkreten" uit stoten, dat iedereen tegenwoordig zak geld heeft en dat de kleine uitgaven van scholieren naarmate zij ouder worden) méér worden. Als je een jaar of vijftien bent zul je niet meer voor alles waar je wat geld voor nodig hebt, vaar je ouders gaan. Iets wat nog maar al te vaak voorkomt. Mijns inziens is het goed zakgeld te nebben. Niet om er leuke luxe dingen van te kopen, naar de bioscoc-p te lo pen of iets dergelijks, maar om ver antwoordelijkheid te krijgen over geld, len en kleine uigaven te beta- Hoeveel? Dit hangt er van af: Wordt er van je verlangd dat je er cadeautjes voor kennissen van koopt, reizen be- taalt en contributies van clubs, dan zal het zakgeld hoger en wel hoqer moeten zyn dnn dat van diegenen die er alleen maandelijks enkele kleine dingetjes van moeten betalen. Jongens die roken, kunnen niet van f 1.per week „leven", maar betalen je ouders ongeveer alles, dan vind ik f 1.per week genoeg. Als je zelf verdient, moet je dan je loon geheel of gedeeleliik aan je ouders afdragen? Ik kan hier moeilijk over oordelen, immers hebben je ouders het nodig en heb je een be hoorlijk salaris, 'dan vind ik het niet meer dan billijk, dat je een deel van het verdiende geld afdraagt. En de derde, die het woord voert, is een 16-jarige gymnasiast. Geen recht maar wel wenselijk jyjOS'J'EN jonge mensen zakgeld heb ben? Nee, wij hebben geen recht op zakgeld. Daarentegen is bet wel wen- Ge'ijke motivering QP ONZE EERSTE VRAAG antwoor den ze dus alle drie „ja", al ver talen ze het woord „moeten" door „ge wenst zijn" en „goed zijn" ze laten net récht op zakgeld niet gelden. Hun mening wordt door alle inzenders ge- eeld en ook de motivering van het standpunt is overal vrijwel dezelfde „je moet leren met ge d om te gaan", je kunt de waarde van geld pas dp- ■/effen als je er vrij over beschikt„je moet. je onafhankelijk kunnen voeien en in toenemende mate zelfstandig worden", „het is nodig, verantwoording te dragen", altemaal redenen, die de volwassenen zonder uitzondering kun nen eerbiedigen. Ria Vogelpoel meent, dat het bezit van zakgeld „de spaarzin kan verster ken" en „leert geld goed te besteden, dus het niet uit te geven voor onbe nullige dingen". Leren ze niet jong met geld om te gaan, en het zo econo misch mogelijk te gebruiken", aldus Stijnie Middelkoop, kleuterleidster uit Hoorn, „dan zullen ze in 't latere leven vaak met de handen in 't haar zitten". Dieuw Planting uit Enkhuizen 14 jaar en ik werk thuis bij mijn moeder"! zegt het op de volgende manier: „Al is 't ook nog zo weinig, het geeft je volgens mij het gevoel, dat je al gróót begint te woiden. Als alle kinderen zakgeld krijgen en jij krijgt niets, dan word je jaloers en daar kan van alles uit voort komen Je krijgt een vervelend humeur, je snauwt iedereen af, enz. enz. Na tuurlijk draait dat meestal op ruzie uit. Eindelijk komt het hoge woord woord er uit: je wilt zakgeld hebben en je redeneert van jouw standpunt uit: iedereen krijgt zakgeld, waarom krijg ik dan niets? Maar je denkt niet aan je moeder of die zoveel geld heeft, dat er op 't eind van de week nog wat voor je overschiet. Als het beslist niet kan, dan moet je je er maar bij neerleggen en wachten tot je zelf wat verdient. Meestal valt het echter nogal mee". Verstandig geredeneerd, Dieuw, je kunt nu eenmaal geen ijzer met handen breken en jaloersheid'is een kwaad ïng en ruzie is uit den boze! Engeltje de Boer denkt er ook zo over: „Ais het goed is, weet moeder wat ze ons geven moet en dan behoren wij tevre- xan Z1^n' om^a* moeder doet wat ze Ten slotte nog een paar opmerkingen van de 16-jarige Bram Beek uit Schoort: Jonge mensen moeten leren met geld om te gaan, deze zelfde jonge mensen moeten later ook werketijk mensen zijn, d.w.z, zelfstandige mensen, waar aan de maatschappij iets heeft en die niet bezwijken voor lokkende kroegen en helverlichte goktenten. Een jong mens moet weten, wat hij, met geld kart doen, hij moet leren, zich te be perken en geld te sparen voor iets, dat hij graag wil hebben ■x-x&zr - - Over vraag twee kunnen wij kort zijn: algemeen is de opinie, dat men rekening moet houden met de situ atie. In verband daarmee variëren de getallen. Men wenst een regelmatige stijging met de leeftijd en laat het be drag afhangen van de verplichtingen, die de ontvanger op zich heeft geno men en men vindt het nodig, dat deze "erplichtingen er zijn. Merkwaardig is hr* feit, dat men véél zakgeld schade lijk vindt: hoor weer Bram Beek: „Geef hem niet teveel (ik spreek hier van hèm) anders is er geen prik kel meer om zuinig te zijn. Jonge men sen met veel geld geven dit vaak ver keerd uit, omdat zij zich laten beïn vloeden door andere personen, om dat ze de ervaring missen met geld om te gaan en omdat ze niet weten, wat de waarde is van die briefjes en dat klein geld." „Eén gulden per week ais je 14 bent", meent Dieuw, je spaart f 0.25 voor verjaardagen en f 0.25 voor iets dat je zelf hebben wilt. Een kwartje noud je in je zak en dat andere kwar- 'e k. n, als t moet dienen voor collec tes voor ijsco's, maar zorg dat je altijd geld bij je hebt, want ik zou het schan dalig vinden als ik een collectebus voor eén of ander goed doel zou voorbijgaan, omdat ik geen geld bij me had, terwijl 'k het thuis had liggen. Je kan 't ook in geval van nood aan een vriend of vriendin uitlenen, komt altijd te pas", f 3.- vindt een 18-jarige. „een riks is voor een knaap van 16 jaar genoeg" meent een jongen van 16, „leer ze ech ter ook, dat alleen geld geen geluk brengt', voegt hij er bij. „Vaak zijn r.jke mensen ongelukkig gezondheid (Advertenhe, lng Med.) L.n goede hersenen zijn nergens te koop voor milliardcn niet". En Ria wil de 12—14-jarigen niet meer dan een halve gulden per week geven, de 14lo- jarigen f 1.-, de 16 en 17-jarigen f 2.- en de rest f 12- als maximum per maand". Vraag drie: algemene opinie: loon oi salaris gedeeltelijk afdragen, een deel behouden in onderling overleg. En viaag vier? Hier en daar is al dui delijk geworden, dat men z'n zuurver diende of met moeite bedongen geld vooral niet wil verspillen aan luxe aarzelend noemt men daarbij de siga retten, met wat meer zekerheid het snoepgoed (in de moderne jeugd-termi- uologie algemeen betiteld als „snoep"). Bioscoopbezoek wil men beperken en lieirt sparen voor kleding, boeken, ge reedschap, verjaardagsgeschenken, e.d. De jeugci uit onze streek blijkt verheu gend solide te zijn en een vijand van terspilling en verkwisting. „Leer in je jeugd, dat je je geld maar éen keer kunt -uitgeven'waarschuwt flans Rea ders Met aeze zin kunnen we hel hele probleem prachtig samenvatten. 1 WAT zjjn de voordelen en de nadelen van regelmatig bioscoopbezoek l voor jonge mensen? Hoe vaak ga je er heen? Vind je het goed, dat I sommige films voor jongeren beneden 14 en andere zelfs voor 14-, 15-, 16- en 17-jarigen verboden zijn? Waarom wel? Waarom niet? Antwoorden uiterlijk Maandag bijtijds verzenden aan D. L. Daalder, Komlaan 8, Bergen (N.-H.) Ui* If der, i VEJA moesten groeien. Dat van Bonnard is er ter vergelijking bij gehangen; voor ons gevoel wint de schets het nog haast door de verrukkelijke spontaneï teit van zijn toets. Verder hangen er de vier panelen, die Vuillard voor de familie Vaauez schilderde: monumen tale stukken, die een voornaam inte rieur hebben moeten opsieren. Bonnard schilderde de kunsthandelaar Vollard de geweldige, vriend en schrik te vens ven vele kunstenaars met een kat op zijn knieën temidden van de schilderijen van vele tiidgenoten. Er is een mooi, vrijwel geheel in kleur opge lost „Naakt in het bad". niT ZAALTJE mag gelden als de tweede verrassing. Maar daarmee is het nog niet uit. Temidden van het vele goeds, dat ge in een reeks van kabinetten kunt vinden, hangt, wat weggestopt, een derde surprise: een (Van onze redacteur beeldende kunsten) BELANGRIJKE EXPOSITIES hebben de grote Nederlandse musea in de jaren na de bevrijding kunnen brengen, hetzij door uitwisseling, hetzij door de samenwerking van en de persoonlijke relaties tussen museumdirecteuren in vele Europese landen. Dezen geven in toenemende male blijk van een juist inzicht der onder hun hoede staande instellingen; zij werpen de deuren hunner musea wijd open en geven aan zo veel mogelijk kunstliefhebbers de gelegen heid, kennis te nemen van een zo gevarieerd mogelijk aantal kunstwerken. Een museum is niet meer een stoffige opslagplaats van oudheden. Het is een tehuis geworden, waar men een artistiek en wetenschappelijk verantwoord beeld kan krijgen van hetgeen grote geesten aller tijden aan uitingen hebben voortgebracht. Een gevolg van deze omstandigheidis thans, dat het Parijse publiek, 'kennnis kan maken met de prachtige collectie van de kunstverzamelaar D. G. van Beuningen uit Vierhouten, en Holland in ruil hiervoor een keur uit het kunstbezit van de stad Parijs onder ogen krijgt. De schilderijen uit het Petit Palais zijn namelijk voor enkele weken ondergebracht m het Museum Boymans te Rotterdam, tezamen met enkele beeldhouwwerken. De tentoonstelling „Hon derd meesterwerken" in het Stedelijk Museum te Amsterdam gaf ons reeds een voortreffelijke indruk van een bloeiperiode in de Franse schilderkunst .Pp.' mans geeft ons deze opnieuwzij hetdat de collectie hier minder veelzijdig en volledig is. Indrukken van een eeuw schilderkunst INE COLLECTIE van het Petit Palais is namelijk allerminst een volledige weerslag van 11 .geen Frankrijk in de afgelopen honderd jaar aan belangrijke scmlders heeft voortgebracht. Van de beroemde impressionisten is er maar zeer weinig, van sommigen zelfs niets, ook van de na hen optredende stromin gen en persoonlijkheden is er lang niet altijd werk voorhanden. Van anderen is er daarentegen veel. Maar alles, wat in deze verzameling is opgenomen, is van zeer grote schoonheid. Het ene zal misschien meer aantrekken dan het ander, maar de kwaliteit ervan is on miskenbaar. Het is nauwelijks uit te maken, wat het belangrijkste aeel van deze ten toonstelling is. Al dadelijk, wanneer men de eerste zaal binnentreedt, is er een grote verrassing die u in stille verrukking brengt: er hangt een groep kostelijke Courbets, die op zijn hoogst wordt geëvenaard, maar nimmer over- troflen door wat er verder naar Rotter dam is gezonden. Courbet mocht ouder wets zijn hij wist wat schilderen was. Om dat te ervaren behoeft men slechts dat prachtige zelfportret te zien, waar hij, de pijp in de hand en een zwarte hond naast zich, tegen een rotswand zit. Zijn door een breedgerande hoed overschaduwd en door lang krullend haar omlijst gelaat ziet u niet recht streeks aan. Eigenlijk ziet deze wat languissante man met zijn sterk besef van eigenwaarde min of meer langs de beschouwers van zijn conterfeitsel heen. Hij mag dat doen ook, want zijn v/erk, hoe weinig revolutonnair ook, is van een noblesse, die zijn trots volko men wettigt. Zie maar eens dat prach tige portret van zijn zusje Juliette, of zijn fraaie „Baadsters", of het mooie portret van Proudhon. Hij heeft zich zelf steeds als de vertegenwoordiger bii uitstek van het realisme beschouwd. Dat hij er één van de béste represen tanten van is, zal niemand betwisten, die deze groep schilderijen heeft ge zien en ingedronken. Het Petit Palais dankt zijn kostelijk bezit aan schenkingen als deze fraaie groep. Daardoor is het niet geheel af gerond, we zeiden het reeds. Aan dc andere kant echter verwierf Parijs daardoor stukken, die uniek zijn. Zo heeft Boymans thans een zaal vol van de kleurigste en mooiste stukken van Bon nard en Vuillard, de twee kunstbroe ders, die jarenlang zo bevriend waren dat men hun werken nauwelijks uit elkaar kon houden. Van Vuillard vinden we er die prachtige schetsen met hun beheerste kleurigheid, waaruit portretten van Beoawd) Maillol, Roussel en Denis (Van onze correspondent te Brussel) ■pWEE MANNEN zitten samen in de gevangenis en kijken naar buiten door het nauwe raampje. Het heeft geregend en gesneeuwd. De één zegt: „Kijk eens hoe mooi de zon nu schijnt op de velden". „Bah", zegt de andere, „wat een smerige natte wegen". Zij zien alle twee precies hetzelfde landschap, maar terwijl de een er heerlijkheid in ziet, kan de andere niets anders dan druilerigheid en misè re aanschouwen. Een verschijnsel niet ongelijk aan dit, doet zich de laatste tijd voor ten opzichte van Benelux en de economische toenadering tussen België en Nederland. Door sommigen wordt dit instituut hemelhoog geprezen, door an dere tot in de diepste diepten verdoemd en veracht. Ik heb er lofliederen op ho ren zingen, die mij niet geheel vrü van overdrijving en sentimentaliteit voorkwa men, maar de vloekpsalmen die men in sommige Belgische kringen op het ogen blik tegen Benelux hoort aanheffen, vormen toch wel zulk een afschuwelijke kakofonie, dat het mij gewenst lijkt er hier op te wijzen. fabrieken, welke de onze de dood steek geven. Waarom? Omdat in Hol land een arbeider slechts 100 franken verdient, terwijl gij er 200 wint". Men zou voor de vermoedelijke in. vloed, die dit pamflet op de grote massa heeft, niet zo bevreesd behoe ven te zijn. als het niet „versierd" was met talrijke illustraties die, uit een oogpunt van reclame,, meesterlijk aan gebracht zijn en onmiddellijk tot de Belg zullen spreken. Het visuele pakt hem. Wilt gij ingang bij hem hebben, neem dan uw penseel, doop het in de felste kleuren van uw palet, en schil der ermee op het ragfijne doek van zijn geest. Welnu, dat hebben deze on tevreden heren uit de kledingnijver- heid, uit de schoennijverheid, uit da tabakswereld, uit de voedingsnijver heid, uit de papiernijverheid en de drukkersbedrijven gedaan. Zij hebben het felste rood en het gemeenste geel en het donkerste zwart uitgekozen om er mee te schilderen. Het resultaat is, dat zij een schilderii ontwierpen, waar in al het licht aan de kant van Neder land is en al het duister aan de kant van België, een schilderij, dat door zijn overdrijving bii de kritische beschou wer onmiddellijk de indruk wekt, dat hier teveel wordt bewezen juist door dat er te weinig bewezen wordt. Maar aangezien het Belgische volk in zijn brede volkslagen weinig kritisch inge steld is, zijn wij van mening, dat dit pamflet niet nalaten zal invloed uit te oefenen en de toch al niet hoog op laaiende vlammen van de liefde voor Benelux te doven. De jammerlijke zijde van deze actla is haar eenzijdigheid. Een aangelegen heid als Benelux, die waard is nage streefd te worden, maar waaraan min stens evenveel moeilijk on te lossen problemen zijn als er partners in zijn vertegenwoordigd, wordt in dit pam flet aan e«n critiek onderworpen, dia al te goedkoop en simplistisch is en daarom-verwarrend werkt. Alles wordt geperst in een wit-zwart schema: „Dit in Holland, ten koste van dat in Bel gië". Er is in het geheel geen oog voor schakeringen en nuances. Dit wekt de indruk, dat de samenstellers van dit onwaardige stuk door één ding slechts gedreven werden, hun eigen belang, dat veilig gesteld moet worden. Dit moeten die heren zelf weten. Maar wanneer m»n hieraan de schijn geeft van op te komen voor een algemeen Belgisch volksbelang, is het goed, dat deze heren weten, dat er in België een groot deel weldenkende mensen is, die hun actie als demagogie van de goed koopste soort afkeuren en, hoewel zij misschien zelf ook bezwaren hebben tegen de gang van zaken, met veront- waard'm'ng een ..Non tali auxilio" (niet met of door zulke hulp) aan hun adres laten horen. Minderwaardig pamflet dieigt de Belgen te miseiden KEN AANTAL vertegenwoordigers *-* van groepen, die zich bijzonder be nadeeld achten door de Nederlandse concurrentie, hebben hier in Belgie een pamflet de wereld ingezonden. In alle brievenbussen hebben zij een vel papier, ter grootte van een dagblad pagina, laten bezorgen, waarop de fel ste en minderwaardigste bestrijding van Benelux voorkomt, die ooit in dit land is verschenen. Het pamflet richt zich tot de burgers van het iand met de woorden m dikke kopletters bovenaan gedrukt: „Door Benelux wordt gij rechtstreeks be dreigd". Voorbeelden van deze zoge naamde bedreiging worden aangehaald: een Belgische fabriek met 100 arbei ders geeft aan ieder van hen 10,75 francs méér dan een Nederlandse fa briek van gelijke omvang. Ziedaar de voorsprong, welke de Nederlandse fa- briek door haar lage lonen automatisch op de Belgische onderneming krijgt. Besluit Benulux betekent: sabotage van uw hoge lonen. „Wist gij", zo gaat het pamflet verder, „dat, sedert de be vrijding, België 4 milliard franken aan Holland geleend heeft? Met ons geld kon Holland zijn havens uitrusten, zijn zakenleven uitbreiden. Het bouwde klein doek dat Henri de Toulouse Lau- trec als zestienjarige jongen te Nice schilderde, namelijk De Mailcoach. We kennen Toulouse Lautrec als de ver- beelder van het fin-de-siècle in Parijs, de schilder en tekenaar van de mannen en vrouwen, die tussen 1890 en zijn door de alcohol verhaaste dood in 1901 de bars en de circussen in de Lichtstad bevolkten. Als zodanig is hij geniaal. Minder rijp misschien, maar frisser en zeker niet minder knap is dit kleine doek met die voortjagende paarden voor die koets. Het heeft een vaart en een spanning, die u diepe bewondering afdwingen voor de meesterlijke wijze, waarop deze schilder als knaap reeds zijn middelen beheerste. Men ontdekt er dan Corots kostelijke naakt „Mariette" en betreurt het, dat er van deze meester van het Franse land schap niet meer te vinden is. Het ene doek, dat er van Picasso hangt, is aller minst een bewijs van zijn grootheid, maar de twee hier voorhanden plastie ken van zijn hand zi.in beide uiterst ge voelig gemaakte beeldjes, die veel meer dan veie latere, voor een snobistisch publiek vervaardigde doeken, een be wijs zijn voor zijn kunnen. Er is veel meer goede plastiek. Van Bourdelle en Carpeaux, van Rodin en Degas, van Maillol ook ten dele uit het Parijse bezit, ten dele uit dat van Boymans een gevaar, waarvoor we het Rotterdamse museum hartelijk dank weten, omdat daardoor een zeer mooi groepje op deze expositie ontstond. Wij voor ons kennen nauwelijks mooiere beelden dan de trotse naakten van Maillol en dat danseresje van Degas: dat kleine meiske met haar gespannen houding en haar naar binnen gekeerde blik, in het omhoog geheven gelaat. Laten we dadelijk de bewonderaars van Rodin geruststellen: dat houdt geen miskenning van hun idool in. Wat tr van hem op deze expositie staat, heeft mede de rijkste herinneringen bij ons achtergelaten. Van W. Courbet: Portret van zijn zuster Juliette, F)E honderdduizenden die 's zomers Sydney's blonde stranden bezoeken, hebben zich ongerust gemaakt over het feit, dat langs grote stukken van het Australische zeestrand naar zeldzame zware mineralen wordt gedolven. Zij hebben thans echter de verzeke ring gekregen, dat er elders strand ge noeg is, zodat het genoegen van de badgasten niet behoeft te worden ver stoord door de dorst naar zeldzame mi neralen als rutiel, zircon, ilmeniet en monaziet. De opbrengst van deze aan het strand gedolven mineralen wordt dit jaar op meer dan zeven millioen gulden ge schat. Het rutiel wordt gebruikt voor de vervaardiging van de bij de straalvlieg tuigenindustrie onmisbare iitanium-al- Iiages. Zircon is hoofdzakelijk voor de emaille-industrie bestemd. Het monaziet bevat radio-actieve thorium en cerium, dat aangewend wordt bij de vervaardiging van lonten. Het delven naar deze zeldzame mi neralen aan de Australische stranden is plotseling een grote industrie gewor den. Reeds zes maatschappijen delven van de grens tussen Queensland en Nieuw Zuid Wales tot aan het histo rische Port Macquarie en van de zijde van vacantiegangers zijn reeds talrijke angstige protesten vernomen. De natuurliefhebbers kunnen echter rustig zijn. Alle mijnbouwmaatschap- pijen die thans aan de stranden delven, moeten een aanzienlijke garantie stor ten teneinde de zekerheid te hebben, dat zij het strand na het delven in zijn oude staat zullen terug brengen. AUSTRALIë is door zijn enorme af- standen reeds sinds geruime tijd rijk aan talrijke vliegende instellingen, Het oude spelletje van „alle vogel3 vliegen" wordt hier tenminste met vlie gende dokters, vliegende tandartsen, vliegende ambulances, vliegende vee artsen, vliegende dominees en hele vlie gende huizen nogal moeilijk. Een vliegende kerk is Australië nog niet rijk, doch wel zal nog deze maand Australië's eerste rijdende kerk haar., nee, niet deuren, doch haar zijwanden voor de gelovigen openen. Deze eeiste rijdende kerk van de An- glikaanse Kerk zal dienen om zich snel ontwikkelde gebieden waar nog geen. kerken zijn, te voorzien van Godsdienst oefeningen, Zondagsschool en religieu ze films. De kerk bestaat uit een grote aan hangwagen, waarvan de zijwanden opengeslagen kunnen worden. Hieraan kan een dak van zeildoek worden be vestigd, dat plaats biedt aan een hon derd kerkgangers. De grote aanhangwagen is volledig uitgerust als het schip van een kerk, zodat alle diensten, ook de toediening van de Heilige Communie kunnen wor den uitgevoeid.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1953 | | pagina 7