Als in Pretoria de Jacaranda's bloeien VERHf Sporen van Nederlandse invloed Nauwe band met Den Haag Lang bij niet iedereen komt de Haagse politie Chimpansee en tijgerwelp als huisdieren Naar^hef Heilige Meer van Afrika (2) In Oom Paul's huis Slechts 71/2 procent overleeft de toegepaste selectie En stookolie-vogels in de badkuip Minister Beven raar Rome en Parijs ZATERDAG 14 FEBRUARI 1953 beelden. Het oude huisje staat stampvol met herinneringen. Maar de slaapkamer van de president is nog precies zoals zij altijd was. Er staat een bed. Er staan een stoel en een kastje. Méér niet. Aan de muur hangt slechts één versiering: een kleine op fluweel geschilderde tekst, zoals men ze voor een gulden koopt in een winkeltje. „De Heere zij met u" staat er op. Men kan zich nauwelijks indenken, dat hier de man geslapen heeft, die in 1899 de oorlog verklaarde aan het Brit se wereldrijk, dat toen op het toppunt van zijn imperiale macht was! Maar de foto's, die in zijn vroegere werkkamer hangen, vertellen de ganse tragedie van strijd en ondergang. Er zijn foto's van de „Batavier VI", die het stoffelijk overschot van de in balling schap gestorven staatsman, in October 1904, van Rotterdam naar Kaapstad (Van onze correspondent te Kaapstad) r\E LANGSTE RECHTE STRAAT Ier wereld is niet Broadway in New-York, maar de Kerkstraat in Pretoria. Zij is namelijk elf mijl lang De heer H. P H. Behrens de bekwame voorlichtings ambtenaar van Paul Krugers stad. zegt het met begrijpelijke trots Hij wijst mij. terwijl hij me drie dagen achtereen in zijn auto door Pretoria voert, alle prachtige lanen en parken en huizen en kantoren Hij probeert het allemaal zo objectief zo collegiaal moge'ijk te doen. Maar telkens spreekt, uit een enkel woord, een enkel gebaar, zijn oprechte trots, zijn warme liefde voor de stad. En ik kan dat begrijpen Want Pretoria is een stad, die men lief móét hebben. Heerlijk liggen haar wijken tegen de berghellingen tegen de heuvels en in de dalen en overal zijn er de bomen en de bloemen, die de stad maken tot een der beste woonplekken ter wereld Het enige, .wat detoneert in al deze schoonheid, is de verzameling universiteitsgebouwen, die men heeft opgetrokken in alle denkbare bouwstijlen De rest van Pretoria is vrijwel volmaakt Alle Nederlanders die ik er sprak - er wonen duizenden van onze landgeno'en in de Jaca'anda stad - waren het daarover eendrachtelijk eens. En dat wil onder Nederlanders (óók in den vreemde) nogal wat zeggena/s u mij veroorlooft dat op te merken. HET KERKPLEIN is het centrum van de stad. Daar ligt de oude raadszaal, waarin het parlement vergaderde in de dagen, toen Oom Paul nog president was. De hoeksteen vermeldt, dat hij gelegd is „door Z.H. Edele den Staatspresident S. J. P. Kruger op 6 Mei 1889". En hij draagt voorts de naam van de gouvernementsarchitect S. Wierda, wiens heit en mêm wel geleefd zullen hebben in de contreien van Leeuwarden of Heerenveen. Kruger liet immers vele Nederlanders komen om het volk van de Transvaal te helpen bij de opbouw van de jonge Staat. Zij hebben voor hem niet alleen de raadszaal gebouwd, maar ook het stijlvolle paleis van justitie, dat er tegenover staat. En het station. En zovele andere gebouwen, die tot vandaag getuigen van de nauwe band, die er eens bestond tussen Den Haag en Pretoria. De nieuwe emigrantenstroom laat deze historie thans herleven: de Nederlanders vormen verreweg het grootste percentage van de nieuwe ingezetenen der Unie. Ik heb gegronde reden om aan te nemen, dat dit percentage in de komende jaren nog beduidend zal stijgen. ÏÏ5RETORIA heeft talloze mooie ge bouwen, die men beslist moet gaan zien. Daar is het Unie-gebouw, dat Sir Herbert Baker ontwierp en dat, boven op een heuvel en temidden van een reusachtige bloemtuin, ligt te pronken in de zon. Daar is het indrukwekkende g 'denkteken voor de Voortrekkers, met zijn marmeren fries, die gans de ge schiedenis van het streven en zwoegen en vechten en lijden der bijna legen darische pioniers uitbeeldt. Diep in het monument staat een sarcophaag, ge dekt met een marmeren steen, waarop de laatste woorden van het volkslied zijn gebeiteld: „Ons vir jou, Suid-Afri- ka!" En boven, in het dak, is een kleine opening, die zó is ingemetseld, dat slechts éénmaal per jaar om twaalf uur op 16 December, de Geloftedag een zonnestraal valt op de sluitsteen van de sarcophaag. Pretoria heeft zijn grote kerk. waar voor generaal Botha de eerste steen legde. Pretoria heeft zijn enorme staal fabrieken, zijn fonteinen, ziin stadspar ken, die nog steeds onder beheer staan van de Nederlander H. Bruins Lich. Het is alles mooi en groots en men moet het zien. Maar de mooiste, waardevolste plaats blijft, naar mijn gevoel, toch het een voudige huis, waarin Paul Kruger woonde Het is een huisje van éen vei- dieping. Voor en achter heeft het een stoep, die overhuifd wordt door een voudige zinken platen De twee stenen leeuwen, die bij de deur liggen en die geschonken werden door de dia mantkoning Barnate ziin eigenlijk veel te groot en te pompeus voor een eenvoudige ingang. Dit huis is het geesteluke middelpunt van Zuid-Afrika. Ik erken graag, dat ik er binnen gestapt ben met een gevoel van diepe eerbied. Want dit is bet huis. waarin de Grote Eenvoudige leefde, die ziin wijsheid putte uit de Biibel en die bphalve staatsman, rechter, natiebou- wer en striider ook lekepreker was En vóór alles een held van het zuiver ste water. I N DIT HUIS hangen de portretten van hem en zijn vrouw. Maar ei hangt óók een portret van Koningin Wtlhelmina en daaronder staat ge schreven: „Wees Kruger en zijn hel denvolk genadig, Die beê rijst thans omhoog uit ieder Neêrlands hart" En naast dat prachtige portret hangt een oorkonde van de Amsterdamse stu denten, die op 19 December van het 1900 „hulde hebben gebracht aan Z.H.E. president Kruger bij zijn tocht door hunne stad" en die de hoop uit spreken, dat het volk der Zuidafri- kaanse republieken weer spoedig als zelfstandige staten in vrede zullen kunnen leven. Bij de zeven handteke ningen staat die van A. E. d. A illy! Er liggen albums met huldebetuigingen uit alle oorden ter wereld (waaronder een van de Amsterdammers uit de buurt Y Y. die hem een stoel aanbo den. ontworpen door Johan Been), er ligt een piip. die de latere koningin Wilhelmina hem schonk, toen zij een meisje van zestien jaar was. Er staat een roodpluchen stoel, aangeboden door de gemeente 's-Gravenhage Er liggen, in een vergeelde envelop, een paar van zijn grijze haren En op die envelop staat gedrukt: „Boek- en Papierhandel. Drukkerij Gebrs Wolff. Kerkstraat 10. Hilversum". Er ziin honderden foto's, vele geweren, Bijbels, messen, borst- bracht. En daarnaast hangt het gecalli- grafeerde gedicht van een Nederlandse vrouw, die toen reeds te profeteren dorst: „Uw tijd zal komen!" A I,S IK EEN UUR LATER een ge- sprek voer met een der ministers van Zuid-Afrika, clan besef lk plotse ling helder, hoezécr deze woorden be waarheid zijn geworden. Want de mi nister, die mij met zoveel eenvoud spreekt over de plannen voor de toe komst, is de zoon van een boer, die in Krugers leger vocht om de vrijheid van zijn volk. Heeft die hoer vijftig jaar geleden, toen alleg veitoren en vertrapt en wanhopig scheen, ooit durven dro men, dat zijn zoon minister zou zijn van een souverein, zelfstandig Zuid- Afrika? Het is ondenkbaar! Mijn vriendelijke gids, de voorlich tingsambtenaar Behrens. zet me 's mid dags uiteen, dat Pretoria zóveel Jaca- randa-bomen heeft, dat ze, op regelma tige afstand naast elkaar gepoot, een afstand van 275 mijl zouden beslaan. „U moet beslist terugkomen als in Pre toria de Jacaranda-bomen bloeien. Dan is de stad één weelde van paarse, vlam mende bloemen. En dan - wel, dan zijn we waarlijk een beetje trots op Pre toria. En eigenlijk op héél ons land" zegt hij kalm. Ik versta dat. Maar ik geloof, dat de Afrikaners trots kunnen ziin op Preto ria en op heel hun land. omdat zij ge daan hebben wat menselijk onmogelijk scheen. Zij hebben hun natie als een Phoenix doen herrijzen uit haar as. Het imposante Voortrekkers-monument, dat gebouwd werd op een der heuvels, die Pretoria omringen. (Van onze speciale verslaggever) H ET is met de algemene ontwikkeling van het Nederlandse volk niet zo best gesteld als wel eens tvordt voorgesteld. Overduidelijk is dat weer eens aan het licht getreden bij de selectie van candidaten voor bet Haagse politiecorps. „Vorig jaar hebben zich 932 candidaten voor het corps gemeld", vertelt com missaris P. P. Paul ons. „Twee honderd zeven en vijftig konden al spoedig administratief worden afgevoerd. De rest 673 kreeg een oproep. We toetsten hen op hun algemene ontwikkeling, die de eenvoudige lagere school kennis niet te boven behoeft te gaan, op hun lichamelijke conditie en op hun mentaliteit. Weet u hoeveel adspirant-agenten er ten slotte overbleven uit deze groep van negenhonderd-twee-en-dertig? Zegge acht-en-tachtig. Dat is minder dan tien procent. Dat is een gunstig percentage. Het landelijk gemiddelde ligt op ongeveer zeven en een half procent". Illll Ve'en zijn gekomen maar weinigen uitverkoren 'llllllimmmilllllll!!!ll!llll!!lll!!llllllllll!lllll!lllll!lll!lllll!!IIil Wonderlijke readies IEDERE WOENSDAG wordt er in een der (wrakke) gebouwen van de Haagse politie een groep sollicitan ten aan de tand gevoeld. We hebben er eens een dagje bij gezeten. Het schrif telijk werk, dat uit hun handen kwam een dictee, een opstel, wat reken werk, en de antwooiden op vier aard rijkskundige en geschiedkundige vragen wat doorgebladerd en de gesprekken beluisterd, die vier ge gradueerden van het Haagse corps met hen voerden om een algemene in druk te krijgen van de mentaliteit der candidaten. Uit alle windstreken van ons land waren ze naar de Hofstad gekomen. Uit Friesland en Zeeland, Limburg en Noord-Holland. Een opvallend groot percentage van het platteland. Boe renzoons, voor wie het bedrijf van va- Bij het onderzoek naar de lichamelijke condities van de politie-agenten in spè levert het touwklimmen nog wel eens moeilijkheden op. der aanstonds geen eigen erf zal bie den; jongelui ook. die door de militai re dienst een ruimere wereld hebben ontdekt en in die ruimere wereld nu een eigen plaats proberen te verove ren. En dan verder verscheidenen, die al kennis maakten met het spook der werkloosheid en nu in het politie apparaat de veilige vluchtheuvel zien om weer het houvast te krijgen, dat nodig is om weg te weten in de ver keerschaos, die leven heet. Het zijn al len jongemannen ouder dan 21 jaar en jonger dan 28. Gehuwden en ongehuw- den, beschroomden en gezellige bah. belaars en brutale rakkers, kortom elk wat wils. Er ziin heel wat plaatsen vacant bij het Nederlandse polltie-apparaat. Nog steeds is er een achterstand in de meeste corpsen der grote steden. En bovendien is er een extra-wer ving in verhand met de organisatie Bescherming Bevolking. Den Haag bijvoorbeeld zal dit jaar ongeveer tweehonderd nieuwkomers kunnen aantrekken. Op een eorpssterkte van ongeveer vijftienhonderd man is dat geen gering aantal. Er ls nog steeds een achterstand in te lopen, omdat uit de grote toeloop van candidaten in feite niet de geschikte jongelui gekozen konden worden. De geschikte jongelui. Maar, zo zal men zich afvragen, moeten het dan een soort super-mensen zijn, die agen ten van politie? Geen sprake van. Alleen geestelijk en lichamelijk gezon de jongens van wie desnoods na enige aanvullende scholing ver wacht mag worden, dat ze in eenvou dige woorden en zonder fouten hun gedachten op papier kunnen zetten Geen geleerde bollebozen dus. Alleen maar jongens, die nog weten, wat hun op de lagere school is bijgebracht. En dan verder blijk geven uit het goede hout gesneden te zijn. Mentaliteit JJIT het goede hout gesneden, Ja, daar gaat het vooral om. Waarom wilt u eigenlijk bij de politie? is een van de stereotype vra gen, die de examinerende inspecteur de candidaten stelt. Dikwijls blijkt dan, dat er een vriend van hen al deel van uitmaakt. Er zijn er echter ook, die het niet weten, of voor de ware reden niet uitkomen. Dan noe men ze maar een kruier op, zoals dte lange slome jongeman uit Loosduinen, die heel gewichtig antwoordde: „Hei gaat om het algemeen belang". „Zozo", zei toen de inspecteur. „Bent u zo sociaal ingesteld?'' En toen het verbazingwekkend ant woord: „Nee, meneer". Waar deze 21-jarige ook nog" vjjf- en-twintig fouten in zijn dictee van Mevrouw Valentine Louwman met twee van haar troetelkinderen: de tijgerwelp en de chimpansee baby Kossie DE HOBBY VAN MEVROUW LOUWMAN (Van onze speciale verslaggever) ER ZULLEN MENSEN ZIJN, die mevrouw Valentine Louwman uit Wassenaar excentriek vinden. Ten slotte, wie zal het in zijn hoofd halen met een tijgerwelp onder de arm naar zijn kapper te gaan? Of een bedrijvige chimpansee-baby in huis te halen, die wat extra-vertroeteling nodig heeft? En dat soort dingen doet deze char mante vrouw, moeder van drie stevige zoons, onder wie een tweeling. Maar zij doet meer. Ze deinst er ook niet voor terug om twee-en-twintig zielige stookolie-vogels in haar badkamer een kans te geven in leven te blijven. Een uiterst kleine kans overigens, om dat de dieren de stookolie zelfs in de longen gekregen hadden. Met boter- smeersels heeft ze de verschrikkelijk brakende dieren behandeld. Vele da gen lang. Weken na het experiment hing in de badkamer nog de nare reuk van de vogels en wat ze er gedepo neerd hadden. Ondanks schrobpartijen met sterke lysol-extracten. Maar me vrouw Louwman zou het weer doen, wanneer men opnieuw een beroep op haar kennis van en liefde voor het dier zou doen. DIE LIEFDE voor het dier van deze geboren Amerikaanse heeft heel wat consequenties gehad. Niet al leen heeft die ertoe geleid, dat een tijger haar een vinger afbeet („het was helemaal mijn eigen schuld"), maar ook, dat er bij Wassenaar een groot en modern ingericht dierenpark kwam. „Het begon met wat vogels", ver telt ons mevrouw Louwman. „Oor spronkelijk was dat de hobby van mijn man, die ik in Rome het eerst ont moette bij een bezoek aan een dieren tuin. Mijn man houdt ook enorm veel van dieren. Enfin, na de vogels kwam er een wasbeerije. En zo is het v?n lieverlee gegroeid. Aanvankelijk zei ik aan leeuwen en tijgers nooit te willen beginnen. Dat gebrul om m'n huis Op het ogenblik houd ik het meest van de katachtige dieren. Ik ga liever in de kooi bij een volwassen tijger dan bij een volwassen chimpansee. De apen blijven apen. Ontzaglijk aardig, maar onbetrouwbaar. En de chimpan sees zijn eenm-al volwassen on houdbaar sterk. Ze kunnen de kracht tien zinnen had gemaakt, werd hem te kennen gegeven, dat er In het Haagse corps voorlopig nog geen plaats voor hem zou zijn. Ja, wonderlijk zijn soms de reacties, die eenvoudige vragen opleveren „Hier op uw vragenlijst staat, dat u niet kerkelijk georiënteerd bent", zei de "inspecteur tegen een sollicitant uit Friesland- „Niet kerkelijk dus, maar hebt u dan misschien wei een politiek overtuiging?" „Nee, aan politiek doe ik niet, meneer", was het niet geheel bevre digende antwoord. „U doet niet aan politiek, maar uw antwoorden zijn het wel", was de slot opmerking van de inspecteur, die de candidaat nog wel niet direct naar huis zond, maar wel zichzelf beloofde hem even sch-rner in de gaten te hou den dan de anderen. Belangrijk is, of de candidaten de geringe kennis bezitten, een goede li chamelijke gesteldheid en de juiste mentaliteit, om in een grote stad po litiediensten te verrichten en wat dat betreft, moesten we bij velen een ern stig manco constateren. Trouwens, wanneer de sollicitanten na de geestelijke test bewijzen hebben geleverd, dat er wel wat in hen zit. dan volgen nog een onderzoek naar sportieve aanleg, een nauwgezette medische keurig door de politie-arls en tot slot een gesprek met de hoofd commissaris en dan worden do ante cedenten, waarvoor de politiemensen naar de plaats van inwoning van de gegadigden trekken, nagegaan. Liefhebbers voor de functie van adspirant-politie-agent met toe komstige kansen voor opklimming tot een hogere rang z(jn er genoeg, maar velen zjjn geroepen en weinig uitverkoren. Minister Beyen vertrekt Donderde 19 Februari naar Parijs voor besprek'"- gen met de Franse ministers Mayer en Bidault en de Italiaanse minister De Gasperi. Vervolgens gaat mr óeyeit naar Rome voor bet biiwonen van een vergadering van de ministers van Bui tenlandse Zaken. opbrengen van acht sterke kerels. Zo solide kan geen kooi ooit gemaakt worden, of op zekere dag merk je, dat de chimpansee weer brokken heeft ge maakt. Duimdikke tralies weet hij met verbazingwekkend gemak uit elkander te buigen". Kossie op schoot WE WILLEN het graag geloven, wanneer we even later met de acht maanden oude chimpansee Kossie crp schoot zitten, die in rood jakje en plastic luierbroek door mevr. Louwman* als huisdier wordt gehouden, omdat de woning en haar nabije ver troeteling de beste levenskansen boden voor deze kleine aap, die op zijn reis naar dit kille land een longontsteking had opgelopen. Kossie is een bijzonder leuk dier. Maar ook bijzonder ondeu gend. Honderd maal moet hem iets verboden worden, wat hij niet mag doen. Met onschuldige we zouden haast zeggen kinderogen, kijkt hij dan op. laat wat hij niet mag doen, maar gaat er weer rustig mee door, zo dra hij zich onbespied weet. „Hij is bijzonder intelligent", zegt mevrouw Louwman. „Met de tijger welp, die ik tot voor drie dagen ook in huis had, kon Kossie veel meer doen dan ik. En wanneer het spel hem be gon te vervelen, ging hij met een of ander meubel hard op de grond bon ken. De tijger schrok daarvan en bleef uit de beurt van Kossie. En d-°ar was het de aap precies om te doen". Acht maanden oud is het diertje, maar wanneer het met zijn zachte grijppoten onze hand naar zijn kop trekt om gekrauwd te worden, voelen we hoeveel kracht d'ar achtpr zit. En nu is hij nog in een beste bui. Hoe groot moet die kracht wel zijn, wanneer hij zich kwaad maakt.... Ja'oers ER is niet veel voor nodig om hem uit zijn humeur te brengen. Me vrouw Louwman durft het ons te demonstreren. Ze maakt het diertje hevig jaloers, door een schijnvrijage met de dienstbode, die overigens even hartelijk met de dieren omspringt als mevrouw. Krijsend wringt Kossie zich tussen dienstbode en mevrouw Louw man, en wanneer hij eenmaal om de hals hangt van zijn grootste verzorg ster, werpt hij" nog grommend zwaar verwijtende blikken in de richting van het meisje. Men moet niet denken, dat deze lief hebberij zonder zorgen is. Mevrouw Louwman stelt zich op het standpunt, dat wie dieren wil houden, het uiterste moet doen om deze uit hun milieu ge- stote wezens een juiste verzorging te geven. Van alle dieren maakt ze rap porten, die op dagboeken lijken. Nauw keurig en wetenschappelijk worden de menu's, e.d. vastgesteld. Er w.ordt een internationale correspondentie over ge voerd. En zo groeide deze hobby tot een zeer omvangrijk bedrijf, waarvan deze Amerikaanse naar wij mogen aannemen twintig jaar geleden, toen ze als veelbelovende balletdanseres en pianiste de wereld doortrok, nooit en te nimmer gedroomd zal hebben. Z niet, en haar man niet, die als dage' lijks werk een groot garagebedrijf in Den Haag heeft en als andere hobby een museum inrichtte van antieke automobielen. Nee, gebrek aan interesse kan men dit echtpaar moeilijk verwijten. In hun woning in Wassenaar vindt men ("ik nog meesters uit de oude Hollandse schilderscholen. En oud Chinees pof celein. „Ja, dat zijn twee andere hobbies v" me", zegt mevrouw Louwman. „Maar m'n vleugel zal ik nu waarschijnlijk wel opruimen. Pianospelen gaat mc' meer zonder die vinger. Breien, ja d't heb ik intussen alweer geleerd mei dat stompje. Ik vind het niet zo erg. Het was helemaal m'n eigen schuld". Een tikkeltje excentriek, zeker dat 's deze vrouw wel. Maar het is een sym pathieke excentriciteit, waarv-n v'e zouden wensen, dat veel meer mensen ermee behept waren. QCH HEDEN, wat de hals gehaald, tele bul zo maar e schreven over een ting in een kunstha naars om personee en daar begint epistels te regenen per sollicitatie had Het ging mij wer al die liefhebbers t< ien en dus heb ik baar de verantwoi kunsthandelende sc door alle brieven adres door te gevei verneemt weet dat met een niet is u: getroost op een vol Maar en dat i in deze kolom i ruiste lang niet all het béantje. Nee, al beiderlei kunne hs gegrepen om naar strekking mijner hartgrondig te pro' Zij meenden te 1 ik beweren wilde; kunnende werken" Er is geen betroi personeel meer te lom nog eens zou een dergelijke bew< kunnen vinden, het de te moeten opme u het? Ik wel. En i heel anders bedoelt DIT NAMELIJK: kunnende werki varing het gros de mers niet meer aar niet van een werk op eigen initiatii eigen verantwoord' wezen. Men laat z opdragen, en dan eenvoudige, desnoo die een afgepast as met een afgepast 1 reerd. Al wat daar ten valt is inspani send, vergt teveel r vendien niet betaab Gaat u nu alsi ijlings achter een t mij een lange brief zo niet bent en da kent die wél.W delijk met genoegf zelf ook nog een zonderingen op mi voegen. Maar dat bewijst geheel. En mijn e aan die van vele a geleerd dat de vooi dig, nauwgezet, pl ken, steeds geringe Dit is trouwens, algemene tendenz anders dan volstrel soonlijkheid is bezi in elk geval een la; verschijnsel in dezi worden. Het is veel gem: deliger geleefd te ven. Wie „iemand" zich dagelijks aan kanten, haalt zich prikkeldraad en bu op de hals. Hoeveel vaders, Vlijt en doorzetting hebben gewerkt to heid van „zelfstar niet steen en been zoons, die vader vo en een baantje pr gepast acht uur we garandeerde vrije staatswege verzékei zal een mens zich d risico van iets méi doen, ja eigen we: hals halen? JANE CLARK crinoline rok en

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1953 | | pagina 6