tmm De Vergeten Categorie over moderne kunst dit jaar HYC? BRYLCREEM raverijente hilversum PODENT"»" "L™;""'* Mel VELPON zie je er geen barst van! VKAM 9t fUtSTE 8008*1 x i s s 18 a Om het geluk van Peter Modern geverf F "BS 's Gravenhage. Zonsondergang Onderbewustzijn Sfeer is primair Mens en kunst £ft tiu de, 28de, kw-edie Geestelijk beeld Rijke oogst Pim, Pom en de Wonderlamp voor mooi, gezond haarl door Kitty Lessels Luister eens naar Radioprogramma VRIJDAG 15 MEI 1958 PEN STROOM VAN BRIEVEN bereikte mij deze week. Ondanks de dreigende eind- en overgangsexamens, on danks de bollenvelden, de bloeiende Beemster en de stra lende zon, hebben tientallen jonge mannen hun pen ge grepen, zich rekenschap gegeven van wat de moderne schil ders villen en hun mening op papier gezet. En, tot mijn grote vreugde, bleek ook nu weer, dat men zich van een ingewikkeld probleem niet met een oppervlakkig en hoog moedig oordeel afmaakt, maar tracht te doorgronden, wat het wezen van het fascinerende verschijnsel is. Natuurlijk zijn er inzenders, die zich hebben geërgerd aan de gede formeerde figuren of de „onbegrijpelijke" voorstellingen der moderne kunstuitingen en deze ergernis ontladen in een vonnis. Zo schrijft Frans van Hilst, leerling van de Kweekschool voor de détailhandel te Amsterdam (15 jaar): „Kunst?", aan mijn laars! Ik geloof er niets van. Een paar schots en scheef getrokken lijnen, twee ogen en een mond, liefst nog met felle kleuren. Dat kun Je toch niet mooi vinden? En toch heet het „Kunst". Hoe kan dat? Het ligt mijns inziens hier aan: al het nieuwe, dat een schil der brengt, is kunst en je moet het mooi vinden, al is het nog zo afgrijselijk door de wanstaltige figuren. Vind je het niet mooi, dan ben Je ouderwets en ga je niet met je tijd mee". En Bep Bouwmeester uit Zaandam (17 jaar) is het daar mee eens: „Ik kan de tegenwoordige schilderkunst niet roemen. Waarom zijn de schilderijen van Rembrandt, Rubens, Hals en zo vele anderen zoveel mooier dan de werken van Picasso en anderen, van wie ik de namen niet weet? Zien de schilders de schoonheid van God's natuur niet meer, en waarom schildert men de personen niet zo als ze zijn? Als men niet schilderen kan, dan moet men het ook niet doen, dat is ten slotte met alles zo. Ik wil niet zeggen, dat ze allemaal niets kunnen, want dan zou ik liegen. Er zijn ge rust vele goede werken onder. Maar ik heb een werk van Picasso gezien, dat een hoofd moest voorstellen, maar het leek meer op een sigarenkistje dan op een hoofd; dat is nu maar een voorbeeld, maar er zijn zo vele dingen, waar aan men werkelijk niet kan zien, wat het betekent". En Fred Bijijes uit Alkmaar (18 jaar) meent: „Als kleu rencombinatie kan het wel aardig zijn, maar als schilderij vind ik het totaal geen nut hebben. Wat denken die schil ders nu, dat ze heus zoiets moois in elkaar gewrocht heb ben, of zijn ze uit verveling een beetje gaan spelen met verf en penseel? Ik weet het niet, maar als ik toch kiezen mocht, geef mij dan maar iets van b.v. Rembrandt en laat dan die moderne, kleurrijke uitspattingen van onze heden daagse schilders aan die hogere geesten na, die blijkbaar met zo'n grote fantasie geboren zijn, dat zij het wei mooi vinden. Maar toch heb ik respect voor die schilders, die, ondanks alle critlek, die zij op hun werk te Incasseren krijgen, toch doorgaan met het werk, dat hun bekoort". 'ilton (op de achtergrond voor Wilton werd. verker) :en dat het landskampioenschap komen. Want, gedwongen om i HHYC het in de uitwedstrijd spel en daar de Hagenaars en zien we dit jaar de titel bij i fout maakte. 1 door SCHC in een beslissings- iotie naar de 3 e klasse tot een 2e klasse door de uitwedstrijd daan. dat in de gewone comps itkwam in de afdeling van Alk- en onderaan eindigde, degra. naar de 2e klasse. Tegen Bi kon de ploeg het niet verier n dan 2-2, rust 1-1. Be Fait? lus promotieklasser en verspeul 1 Zondag een punt tegen Voor dan promoveert Hilversum le Promotieklasse, ir 2 4 2 2 0 sum 3 4 2 1 1 r 3 111 aan 3 0 2 1 ;n 4 0 2 2 r de promotie 3e kl./2e kl. deel es knap werk door de uitwee tegen Hudito te winnen, terwijl ieg daarbij nog het voordeel nai MHC 6 en Strawberries tegen met 1-1 gelijk speelden en dui een punt verspeelden. 2 6 2 1 1 0 3 4-' es 2 1 1 0 3 4-j 'b. 2 2 0 2 0 2 3- o 2 0 0 2 0 3—5 r de promotie-competitie 4e M speelde Terriers in Amsterdan met 2-2 tegen Amsterdam 1. Amsterdam 7 jl. Zondag V!" :leon 3 verloren, dan was dit g spel voor de Alkmaarse plo' ende om naar de 3e klasse overen. In het andere gf te worden afgewacht wat Am;, am 7 a.s. Zondag te Hilversum i 6 SS 5 6-5 3 4-4 2 3-4 2 3—5 oi won op eigen veld met 4-0 vul t en werd daardoor landskait' ie bij de dames. 3 3 0 0 6 12-4 3 2 0 1 4 Hl uitslagen van de gehouden drave Hilversum luiden: ROPA PRIJS (1). 1 Redloff Wb t: ng) km tijd 1.29.8; 2 Quadruped tus Spencer. W. f 1.90. P. f 1'1U| f 1.50. K. f 4.40, C.c. f 4.70. IIEPRIJS. 1 Peter Scott (T. A. v. km tiid 1.30; 2 Paul b.; 3 Osem» W. f 5.20. P. f 1.90, f 1.80, t 3d 12.10. C.c. f 6.50. IOTE FEESTPRIJS (1): 1 Louis h Jl. Smit) km tijd 1.24.5; 2 Marry -I i; 3 P. Louis 2. W. f 5.60. P. f 4 ,0, 1 3.60, K. f 15.10. C.c. f 15-lv IOTE FEESTPRIJS (2): 1 New Sj*« (N. Oosting) km tijd 1.23.8; 2 Irogor; 3 My Darling. W. f 10, f 1.90, f 1.60. K. f 22.70. C.c JSTRALIEFRIJS1 Oosting'» lieTve'ïl A. Borst) km tijd 1.28.3; z N»"® 3 Overste v. Fresena. W. f S'1"' 70, 2.20, f 2.30. K. 7.80. C.c. ERIKAPRIJS (1): 1 Orkaan O (Jtj, ger) km tijd 1.29-1; 2 Oscar; 3 icott. W. 2.00. P f 1.30, 2"u' K. f 10.80. C.c. f 9.40. JROPA PRIJS (2): 1 Romeo SPe°jl (W. H. Geersen) km tijd !-3'' f Vadis Duluth Z; 3 Parrino r- 50. P f 1.20, f 1.30, 1.40. K. 3.30. FRIKAPRIJS (2): 1 Flaysier mberg) km tijd 1.28.4; 2 Par® 6q I C.; 3 Quita Hanover. W. f 2°' 'ct 00, f 1.40, 2.40. K. H2-9U 10. „j IN ALE GROTE FEESTPRIJS- 1 in (R.' Hamming) km tijd 1- is Fh.; 3 New Spencer. W. 1 1.40, f 1.80, 1.40. K. f 6.20. LIET IS DUIDELIJK, dat deze sehrlj- vers uitsluitend door gevoelsreac- ties worden beheerst en in het realis- me blijven steken: een schilderij moet de werkelijkheid zo nauwkeurig mo gelijk „eergeven, men dient onmid dellijk te kunnen zien, wat ze voor stelt. Wij mogen hen wel even herin neren aan het woord van Multaculi, dat de realistische kunstenaar dan be neden een scheerspiegeltje staat, omdat het laatste de realiteit veel nauwkeu riger aangeeft dan een schilder het ooit kan doen. Zij vergeten bovendien, dat de kunstenaar zijn visie op de wer kelijkheid geeft, dus in het kunstwerk iets van zichzelf legt, dat niet in de werkelijkheid is terug te vinden. Dat vergeet gedeeltelijk ook P. B. S. Kat, van wie we de volledige brief opne men: ook hij behoort tot degenen, die de moderne kunst niet kunnen waar deren en hij formuleert zijn mening voortreffelijk. Toch komt in zijn in zending een nieuw element te voor schijn: hij heeft de mogelijkheid ver- I onderstelt, dat de schilder „denkbeel- den" wil uiten en daardoor vormt hij de brug naar de groep van schrijvers, die zullen volgen. ALS ANTWOORD op de 27ste kw^.3- tie schrijf ik u het volgende; Ik heb er al vaak naar verlangd om eens mijn mening over de moderne „schilderkunst" naar voren te brengen. Volgens mij is het woord schilderkunst voor dit moderne „geverf" niet juist, want schilderkunst is de kunst, waar bij denkbeelden of op waarneming be rustende voorstellingen in lijnen en kleuren op een vlak worden weerge geven. Nu wordt bij de moderne schil derkunst ook lets in lijnen en kleuren >p een vlak weergegeven, maar de lenkbe^lden of de op waarneming be- ustende voorstellingen zijn in negen 'an de tien gevallen onbegrijpelijk. Aeestal bestaan de moderne schilderij en uit een chaos van lijnen, punten en Brieuren, waaruit je moeilijk een voor stelling kan vormen. I_ Ik vraag mij af, in welke geestestoe stand de schilder zich wel moet bevin den. wanneer hij zo'n werk schept. •Misschien proheren ze juist door die onbegrijpelijke werken de aandacht van het publiek te trekken. De moderne schilderkunst trok voor het eerst mijn aandacht door het schil- Ederij „Vader en Zoon" (het had net zo goed „Moeder en Dochter" kunnen voorstellen), waarvoor een grote geld prijs was uitgeloofd. Dan begin je toch soms wel te twijfelen, of het misschien een tekort aan inzicht is, dat je zo'n schilderij niet begrijpt. Want waarom zou men er dan zoveel geld aan beste den? Zijn dan misschien degenen, die de prijs uitloven, ook niet helemaal normaal? Ze zeggen, dat je een schil derij moet léren zien, maar dan zal het toch wel een" hele tijd duren, voor- oat je een modem schilderij leert zien (alsje het ooit leert zienl. Bij het schilderij de Visvrouw ziet men een vrouwenfiguur met een mis maakt gezicht, een misvormd lichaam en verwrongen ledematen. Is dit niet een belediging van het menselijk li chaam? Zo zou ik nog meer schilderij en kunnen opnoemen, maar het komt allemaal op hetzelfde neer. Naar mijn mening moet een schllde- 'ets voor de mens betekenen, hij moet er van kunnen genieten en zo ï'jn geestelijk peil verhogen. Bij de moderne schilderkunst ontbreekt dit geheel. Men begrijpt het niet, maar 'acht er om, kortom de schilderijen Worden voor het publiek waardeloos, fik houd erg van schilderijen, maar Wanneer ze zulke wanstaltige figuren afbeeldingen voorstellen, dan kan ik in die schilderijen niets anders zien aan het „geverf" van een abnormaal "emand. P. B. S. KAT, Iwnl' Soestdijksekade 469, WIM LUINGE, die, niet helemaal ten onrechte, ietwat geprikkeld is door de min of meer aggressieve toon van Hans Kaper uit het vorige artikel, gaat een «tap verder: le. Probeert de schilder z'n indrukken en gevoelens in mooie kleurcombina ties en vormen vast te leggen op het hnnen doek, en lukt hem dat, dan is ïo n man een kunstenaar. Ik voor mij vind echter, dat als men onder zo'n Ischilderij vermeldt, dat het iets uit- oeeldt, men dit beeld dan ook werke lijk in het schilderij moet kunnen te rugvinden. 2e. Als een schilder echter een paar strepen en stippen in de gekste kleuren op het doek zet en daaronder dan ver meldt, dat dit schilderij een zonsonder- H— gang is, of zoiets, dan kan ik de mo derne schilderkunst niet waarderen". Hier gaat het niet meer om uitbeel ding van de werkelijkheid, en zelfs niet over de vormgeving van „denk- beelden", maar over indrukken en ge voelens, die de kunstenaar „zichtbaar1 tracht te maken in lijnen en kleuren we verlaten dus het naturalisme en het realisme en zelfs het symbolisme en komen tot de aanvaarding van impres sionisme en expressionisme. Alleen onder een compositie van lijnen en kleuren „zonsondergang" zet, heeft hij niet de pretentie, de zon zelf uit te beelden noch de kleuren weer te ge ven, die de hemel bij dalende zon sie ren: hij geeft alleen de stemmingen weer, die zo'n zonsondergang in hem heeft gewekt. En zoals een componist dat zou doen in muziek, dus in klan ken, doet hij het in een spel van kleur en lijn, de middelen, waarvoor hij als schilder de gevoeligheid bezit en die hij dus aanwendt om vorm te geven aan wat vormloos als aandoening in hem leeft. Dit inzicht breekt, min of meer duidelijk, door in brieven van Ellen Bart, Ben Strijbis, Peter Minnes- ma, Hildo Wesdorp, Simon Zwaan, J. D. van Wijngaarden, Hans Kaper, Ja cob Balder, Hans Eeinders, Grietje Prins, Henk Jellema, Ria Bosch en vele anderen. Liefst zou ik ze allemaal plaatsen ik moet mij helaas tot drie stukken bepalen. Allereerst krijgt El len Bart het woord: „HOE DENK JE over de moderne schilderkunst. Ja, dat is een moeilijke vraag. Heel veel jongeren en natuur lijk ook ouderen staan er een beetje vreemd tegenover. Zo'n doek, bekrast met felle kleuren en strepen, en hier en daar een paar fikse verfspatten, waaronder staat: Compositie, of iets dergelijks, alsof de kunstschilder denkt: ,Nu, ze zoeken het verder zelf maar uit". Daar stond je bij de eerste kennis making een beetje raar tegenover. Is dit nu kunst, moet je dit nu mooi vin den, of heeft de schepper van dit doek ons een beetje in de maling wil len nemen, of had hij nog wat restjes verf, en een paar smerige penselen? Je weet het niet. Het enige wat je doet is je schouders ophalen en een beetje im beciel, grijnzen. En je loopt verder,-zon der er iets van begrepen te hebben, zonder er iets van mee te nemen in je hart, zonder dat het enige ontroering bij je achter laat. Zo ging het met mij en zo zal het met heel veel mensen kinderen gegaan zijn. Nu ben je met die wanstaltige figu ren wat vertrouwd geraak;. Je gaat eens op je gemak het schilderij bekij ken. Dan krijg je soms een weemoedig, angstig, beklemmend of vrolijk gevoel over je. Wat dat gevoel veroorzaakt? Is dat een bepaalde kleurschakering, een be paalde lijn die iets in je wakker schudt? Of word je herinnerd aan iets uit het verleden, waar je bang voor was of blij? Ik geloof, dat dit de bedoeling van de schilder is geweest, dat het iets te voorschijn roept uit je onderbewustzijn. Zo'n schilderij moet je ondergaan, ieder mens voor zich, ieder mens an ders, elk op zijn eigen manier. Maar wat je beslist niet mag doen, is er om lachen, omdat je het niet begrijpt. Be denk, dat er honderden mensen zijn, die er van genieten, en beschouw het dan niet, als een gemis in het schil derij, maar in jezelf, in je gigen ver beeldingskracht, in je eigen fantasie. De moderne schilders maken het ons niet gemakkelijk!" ELLEN BART, 15 jaar, ULO 3A, B. Bottemannestraat 35, Alkmaar. Als tweede van deze H.B.S.-er uit Alkmaar; groep een „DE MODERNE schilderkunst staat tegenwoordig in het middelpunt van de belangstelling. De meeste mensen ver oordelen deze kunstvorm. Dit zijn de mensen, die alleen iets kunnen appre ciëren, wanneer het In hun dikwijls zeer kleine wereldje past. Zo gauw iets buiten dit alledaagse valt, (denk aan de baard van de vorige keer) begin nen ze stom te grinniken en trachten ze het belachelijk te maken. Deze handelwijze duidt volgens mij op zwakte. De mensen die de moderne schilderkunst kunnen waarderen zijn geestelijk zover ontwikkeld, dat zij in staat zijn de gedachten en gevoelens van de kunstenaar uit zijn werk te kunnen begrijpen en meevoelen. Bij de moderne schilderkunst ls de sfeer primair. De kunstenaar is zover gevorderd, dat h(j deze sfeer kon op wekben zonder voorwerpen of figuren uit ons dagelijks leven te gebruiken. We kunnen ons om de houding van de tegenstanders wel kwaad maken, maar het is beter te beseffen dat alle kunst slechts voor een kleine groep is, want zo gauw de kunstenaar zich aan past aan de verlangens van de massa, kan men niet meer van Kunst spreken. PETER MINNESMA, 5e R.H.B.S., Sint Pancras. En tenslotte een lyceïste uit Hoorn: De geschiedenis der Kunst ln het alge meen begint daar, waar de geschiedenis der mensheid een aanvang neemt. Ge durende die duizenden jaren hebben er in de beeldende-, literaire- en toon kunst Ingrijpende veranderingen plaats gevonden. Er kwamen nieuwe vormen, verbeteringen, en bijna altijd werden ze door de mensen die toen leefden, met argwaan en zonder veel waarde ring ontvangen. Pas jaren later kon men werkelijk van deze „moderne" scheppingen genieten. Ik geloof dat dit het lot ls van Iedere nieuwe stroming in welke Kunst dan ook. Men staat er aanvankelijk vreemd tegenover. Als zodanig beschouw ik de moderne Kunst. ook. hoewel er na tuurlijk heel goed sprake kan zijn van de eerste (en misschien nog minder ge slaagde) stappen naar een nieuwe stroming toe. Ben je van mening, dat kinderen bij overtredingen gestraft moeten worden? Zo Ja, hoe? Deze vragen te beantwoorden: a. voor kleuters, b. voor kinderen van de lagere school, e. voor leden van de vergeten categorie. Brieven uiterlijk Maandag verzenden aan D. L. Daalder, Komlaan 8, Bergen (N.-H.) De vraag luidt: „Hoe denk je over de moderne schilderkunst, dus over schilderijen met wanstaltige figuren en afbeeldingen, waarvan je niet weet wat ze betekenen?" Wel, ik houd meer van een mooi schilderij, een schilderij waarvan ik weet hoe je het op moet hangen en wat het voorstelt- En als ik langer dan een uur naar een tentoonstelling ben geweest van abstracte schilderkunst, dan heb Ik er schoon genoeg van. Maar toch.... zoals een muziekstuk door klanken een blijde verdrietige stemming bij je op kan roepen, zo kan een schilderij dit door kleuren en vor men. Is het dan wel zo noodzakelijk, dat je kunt zien wat het is? Is het niet voldoende dat je voelt wat de schilder ongeveer met zijn werk wilde zeggen? We zeggen zo verschrikkelijk gauw dat we iets niet mooi vinden. En waar om? Omdat het niet is zoals we het vroeger in ons prentenboek zagen of als de schilderijen die thuis aan de muur hangen. Bekijk een modern schil derij niet met eritische ogen, maar ga er voor staan en laat het eens rustig op je Inwerken. Misschien kun je er dan, naast Rubens en Van Gogh, toch enige waardering voor vinden. Hoogachtend Lydia de Bruyn Westfrlese Lyceum klasse A 4 DE KRANT heeft geen ruimte ge noeg om deze uitingen aan te vullen met een groot aantal citaten, hoe sterk de verleiding ook is. Maar uit 't merk waardige stuk van Henk Jellema (4e klas HBS Alkmaar) neem ik toch nog een deel over: „Wat ls de (vermoedelijke) norsprong en opbouw van de abstracte kunstwerken? De kunstenaar verkeert in een zekere geestestoestand, die hij kan samenvat ten - nog steeds geestelijk - tot een beeld. Ook kan een abstract begrip een zekere werking op de kunstenaar uit oefenen en omgezet worden tot een beeld. Nog een mogelijkheid: de wer king van 't begrip, past bij, gaat samen met de geestestoestand. Het een 'en ander moet geuit worden ln een vorm die het gedachte geestelij ke beeld zo dicht mogelijk benadert. Daarvoor zijn alledaagse figuren te zwak of te geijkt; een nieuwe weg dus in, 'n nieuw gebruik van de materialen lijn en kleur. In de zichtbare uiting ontstaan, dan kan dit niet anders dan kunst zijn, die, benaderd moet kunnen worden. Met moeite, meer dan gewoon, een vasthouden aan bekende dingen is niet mogelijk, hoogstens ls er een uitgangs- of rustpunt in de vorm van evenwicht, hoewel niet altijd. Even wicht kan n.l. bewust of onbewust een steeds groeiend schema voor de te no teren vormen zijn .wat wel verlaten wordt. Genoemde dingen weerhouden me. over deze kunst een afwijzend vooroordeel te hebben". VERMELDEN WE nu nog, dat Slem Sevenhuysen (4e klas HBS Alkmaar) van mening is, dat „de schilderkunst zowel het gevoel uitend als realistisch moet zijn en niet alleen het pogen, de gevoelens, welke de schilder heeft, te uiten", dat Hildo Wesdorp (4de Gymna sium Hoorn) een schilderij goed vindt als er mooie, harmonische kleuren op het doek zijn gebracht" en vermoedt, dat „de moderne schilders over 50 jaar of 100 jaar geweldige beroemheden zullen zijn", dat Van Wijngaarden (constr. bankwerker uit Heemskerk) 16. „Nog een ogenblikje, Ahmed," riep Rosanna, de hoofdvrouw van Emir Pukkel bin Sukkel, „ik ben zo klaar. Ik moet alleen nog je bureau wrijven." Buiten klonk een harde roffel op de deur en Rosanna hoorde de stem van haar man die woedend riep: „Je weet, dat ik niet hebben wil, dat je aan mijn bureau komt. Mijn bureau ruim ik zelf op! Vooruit, doe open die deur!" „Direct, lieve Ahmed," antwoordde Rosanna, terwijl ze in zichzelf mopper de: „Nou, dat is wel te zien ook, dat hij zelf altijd zijn bureau opruimt. Nog nooit heb Ik zo'n rommel gezien, het werd tijd, dat er eens een vrouwen hand aan te pas kwam!" Met vlugge gebaren haalde ze de wrijflap over het bureau en toen ze in een van de hokjes kwam, hoorde ze plotseling een klik. Zonder het te weten had zij op een knopje gedrukt en een vakje op het schrijfblad sprong open. „Aha, nu snap ik het!" riep de hoofdvrouw van da emir. „Nu snap ik waarom ik niet aan zijn bureau mag komen. Meneer heeft een geheim vakje in zijn bureau. En daar bewaart hij natuurlijk zijn geld. Aha, ik zal eens kijken Buiten stond de woedende emir nog steeds op de deur te trommelen. „Laat me er ln!" Maar Rosanna nam niet eens de moeite om te antwoorden. Ze had een vlugge greep in het geheime vakje gedaan en tot haar stomme verbazing kwamen er geen bankbiljetten te voorschijn, maar hield zij een oud koperen lampje in haar hand! (Advertentie, ing. Med.) OMDAT BRYLCREEM het haar een natuurlijke glam geeft voor heel de dag; OMDAT BRYLCREEM Uw hoofdhuid gezond houdt, droog haar en roosvorming tegengaat; OMDAT de zuivere oliën geëmulgeerd zijn voor «metteloze haarverzorging. BRYLCREEM beval geen gom, geen zeep, geen alcohol Vraag BRYLCREEM de meest verkochte hatrdressing ter wereld County Perfumery Co. Ltd, Stenmore, England Imp. J acq. Hot Jr. Amsterdam (Advertentie, Ing. Med.) verband ziet tussen de abstracte kunst, de reïncarnatieleer en de aardstralen, dat Hans Reinders het „buitengewoon dom vindt om te spreken van wanstal tige figuren en afbeeldingen, wanneer m.en het schilderstuk niet begrijpt", dat Gr Prins uit Bergen de mensen aan raadt niet zo vlug te beweren, dat het gek of raar is", waarmee Ria Bosch (Chr. Ulo, Alkmaar) het roerend eens is, dat Simon Zwaan (Rijkskweek school, Alkmaar) een lans breekt voor bezoek aan tentoonstellingen en doel matige voorlichting en meent:,, we moeten niet van eigen standpunt uit gaan, maar proberen ons voor te stel len, waarvan de schilder tot zo n "hilderii is gekonen: welke gemoeds aandoening heeft hem er toe gebracht?" dat ook Hans Kaper constateert: „de schilder wilde de mensen niet aan het schrikken maken door wanstaltige fi guren, maar trachtte uiting te geven aan zijn gevoelens: hierbij voelde hij zich niet gebonden aan de lijnen^ noch aan de kleuren van zijn object", dat de doordachte en geserreerde stukken van Balder en Ben Strijbis niet,voor een korte samenvatting geschikt zijn en helaas, niet meer in hun geheel kun nen worden opgenomen, dan moeten wij wel tot de conclusie komen, dat de oogst van deze week rijk en vrucht baar was en mijn dank aan alle jonge medewerkers groot. Het verbaasde haar bijna toen hij zei: „Ik twijfel er in 't geheel niet aan". Zij voelde dat haar verdedigende heftig heid onnodig geweest was. Juist op dat ogenblik klonk er een wonderlijk geluid van de kant van het openslaande raam; een zacht, gonzend geluid, niet makkelijk te definiëren. Zij draaide haar hoofd om en een uit drukking van ontsteld medelijden kwam op haar gezicht. Het geluid was veroorzaakt door de wielen, met luchtbanden er om van een rolstoel. De hefbomen van de stoel werden gehanteerd door een wezen van een opmerkelijke, doch onbewogen schoonheid; 't was een meisje, niet ouder dan vier en twintig jaar met hele grote, haast doorborende donkere ogen, die door je heen en nog veel verder schenen te kijken. Haar gezicht, dat volmaakt ovaal was, was bleek met een zachte en koele huid, net als de buitenkant van een parel. Heur haar, dat in twee vlechten op haar hoofd was opgemaakt, had wel uit ebben hout gesneden kunnen zijn. Haar stille mond en kalme ogen waren in tegen stelling met de een weinig zinnelijke boog van haar neusvleugels; zij had kleine oren die dicht tegen 't hoofd stonden. Zij had een amethist-kleurige linnen jurk aan, een kleur die haar goed stond; over haar benen lag een Spaanse shawl van zware ivoor-kleurige zijde. Zij was net een lijdende madonna, zoals zij daar in haar rolstoel zat met haar gezicht als van een heilige. De uitdrukking op Lynne's gezicht, die haar schrik niet verbergen kon, zou Bryce Garron al hebben doen be merken wie de kamer ingekomen was vergeet Wim één ding: Als een schilder j zelfs Indien hij de snorrende wielen niet gehoord had. Iedereen keek zo, wanneer zij Beatrice Penda voor de eerste maal zagen. Hij, stond op, draaide zie om en riep uit: ,',Zij zijn hier, Beatrice! Aangeko men zonder drukte of erewacht, wan delden ze naar binnen alsof zij van Pes- cado Bay hier vlakbij kwamen". Hij draaide zich weer naar Lynne, terwijl hij een wenkbrauw optrok: „Of kan Peter misschien nog niet lopen?" „Neen, maar hij kan prachtig wag gelen". Hun blikken kruisten zich al lachende en bleven op eikaar rusten met eerlijke belangstelling. Lynne merkte toen, dat de rolstoel vlak naast haar stond, die was geluid loos over 't kleed gereden,-bijnA steels- gewijze; 't was een luxueuze stoel, heel licht en makkelijk hanteerbaar: een geschenk een van de vele geschenken aan Beatrice Pearda van de zijde der Garron's. Van dichtbij kon Lynne geen gebrek ontdekken in dat bijna té volmaakte gezichtje, waarvan de uitdrukking steeds dezelfde scheen te zijn: een con stante, onveranderlijke vriendelijkheid. Bryce stelde hen aan elkar voor en ver klaarde „Beatrice is bijna een lid van de familie en logeert in 't Casa Garron soms weken aaneen,,. Beatrice glimlachte, en dat maakte, dat haar gezichtje eerder treuriger, dan vrolijker werd. Zij stak har hand uit, de korte aanraking van har vingers wai koel. Lynne kreeg een gevoel alsof zij de bloedeloze hand van een stand beeld had aangeraakt. Zij keek naar en voorbij Lynne, een vage blik die op de een of ander e merkwaardige manier maakte ,dat je je voelde alsof je totaal onbelangrijk was. Lynne had nooit eerder zulk een vriendelijk-vernieti- gende blik meegemaakt. Haar stem, diep en langzaam, klonk ook als van ver-weg; zij sprak alsof zij 't tegen een verschijning had. De opmerking, die zij maakte was indirect, zonder dat zij zelfs een groet uitsprak; „Ik ben nooit in Engeland geweest, behalve al lezende of in gedachten". Toen bracht zij haar vorsende blik over op 't kind en opeens veranderde haar gezicht geheel en al. Een oplich tende, gloeiende blik van bewondering kwam in haar ogen; 't was alsof sterren plotseling in een donker meer vielen. Toch wezen haar gelaatsuitdrukking en zelfs haar handen smart uit. Lynne zag die smart en was er verwonderd over. „Michael's zoon", zei zij. En nog eens: „Michael's zoon". Niets meer; haar stem scheen te smoren in haar door emotie toegeknepen keel. Zij legde een hand op Peter's beide schouders, onbeweeglijk en aandachtig, alsof zij een soort vreemde invloed van hem onderging, want hij was de zoon Var Michael Garron. Peter zat op een draad van zijn wollen bal te zuigen en keek naar haar met toevallige be langstelling. En al was hij wellicht de tussenpersoon geweest, door een soort geheimzinnig contact dat zij had gelegd met zijn overleden vader, zijn eigen kleine persoonlijkheid bleef los van haar. „Je bent dat hele lange eind van En geland naar hier gekomen", zei ze, „en toch ben je hier geweest sedert de dag dat wij hoorden, dat Michael doodgeval len was, geheel en al hier". Met die woorden, geheel vriendelijk uitgesproken, had zij als 't ware 't kind uit Lynne Carrick's hoede gerukt, zij had de schrijn leeggestolen en die ver nield; zij had alle banden doorgehakt en de smart als met voeten getreden; zij had net zo goed kunnen zeggen: „Hij hoort slechts in één plaats te zijn en dat is hier". Het was alsof een stroom koude lucht door de open ramen binnenkwam, hoe wel de dag smoorheet was; en de kou beroerde de pijnlijke plek in Lynne's hart. Zij was als bevroren en verstild en dat gevoel van dreigende vijandig heid was weer om haar heen. Peter, de enige die ongevoelig was voor de tegenstroom van verzet, had Beatrices halsketting ontdekt iets aparts v-an hele kleine schelpjes, waar van elk fijntjes met een bloemetje 'be schilderd was. Zijn handje reikte er naar. Inschikkelijk reed Beatrice Pen- da haar rolstoel dichter bij hem; een van die wielen stootte tegen Lynne's voet. „Neemt u mij niet kwalijk", zei zij, „ik ben nog wel eens onhandig met mijn stoel, hoewel 'k 'm al veel beter bestuur dan in het begin. Zij keek op naar Bryce en haar ogen vroegen hem dit te willen bevestigen. Zijn gezicht verstrakte een beetje, maar hij zei meteen: ,,'t Lijkt net alsof je 'm laat lópen". „Lopen",, zei zij en 't was te zien dat 't slecht gekozen woord haar pijn deed. hoewel haar gezicht de uitdrukking van geduld zonder wrok bleef houden. (Wordt vervotp.d) (Advertentie, Ing. Med.) MINDER BEKENDE MUZIEK. We doelen hier op een Engelse uitzending, waarin we behalve naar de Vijfde Symphonie van Beethoven ook kunnen luisteren naar werk dat we zelden of nooit horen. Van Janacek, een Tsje chische componist van wie we hier practisch alleen de opera Jenufa kennen, wordt een sinfo- nietta uitgevoerd, die evenzeer een sterk „volkse" inslag ver toont. Van Caplet, een moderne Franse componist met een voor keur voor religieuze muziek, volgt een Ephiphanie d'après une le gende éthiopienne een drie koning enverhaal naar een legende uit Ethiopië geschreven voor cellosolo en orkest. (Zaterdag 19.50 over Engeland, Third Programme, 464 m.) zaterdag 16 mei HILVERSUM I, 402 m.: 7.00—24.00 KRO. 7.00 Nieuws. 7.10 Gram.muziek. 7.15 Koorzang. 7.45 Morgengebed en Liturgi sche kalender. 8.00 Nieuws en weer berichten. 8.15 Gram.muziek. 9-00 Voor de hufsvrouw. 9.35 Waterstanden. 9.40 Gram. muziek. 10.00 Voor de kleuters. 10.15 Gra- mofoonmuziek. (Ca. 10.30 Reportage.) 11-00 Voor de zieken. 11.45 Gram.muziek. 12.00 Angelus. 12.03 Gram.muziek. 12.30 Land- en Tuinbouwmededelingen. 12.33 Lichte muziek. 12.50 Ontvangst Kardinaal- Legaat te Utrecht. 13.00 Nieuws en Kath. nieuws. 13.20 Amusementsorkest. 13.40 Gram.muziek. 14.00 Boekbespreking. 14.10 Pianorecital. 14.20 Engelse les. 14.40 Ama teursprogramma. 15.15 Kroniek v. letteren en kunsten. 15.55 Promenade-Orkest en soliste. 16.30 De schoonheid van het Gre goriaans. 17.00 Voor de jeugd. 18.00 Lichte muziek. 18.15 Journalistiek weekoverzicht. 18.25 Dansorkest. 18.40 Regeringsuitzen ding: „Zoeklicht op de Westerse Defen- sie". 19.00 Nieuws. 19.10 Gram.muziek. 19.20 Pari, overzicht. 19.30 Symphonette Orkest en solist. 19.50 Liturgische ont vangst v. d. Kardinaal-Legaat in de Ka thedraal te Utrecht. 20-30 Kamerorkest. 21.00 Plechtigheden in Stadion te Utrecht. 22.30 Gram.muziek. 23.00 Nieuws. 23.15 Nieuws in Esperanto. 23.2224.00 Gram. HILVERSUM H, 298 m.: 7.00 VARA, 10.00 VPRO, 10.20 VARA, 19.30 VPRO, 20.00—24.00 VARA. 7.00 Nieuws. 7.10 Gram.muziek. 7.15 Gymnastiek. 7.30 Gra- mofoonmuziek. 8.00 Nieuws. 8.18 Gram. muziek. 8.55 Voor de vrouw. 10.00 „Tij delijk uitgeschakeld", causerie. 10.05 Mor genwijding. 10.20 Voor de arbeiders in de continu-bedrijven. 11.35 Pianorecital. 12.00 Gram.muziek. 12.30 Land- en Tuin bouwmededelingen. 12.33 Gram.muziek. 13.00 Nieuws en commentaar. 13.20 Orgel spel. 13.50 Actualiteiten. 14.20 Instrumen taal kwartet. 14.45 Boekbespreking. 15.00 Gram.muziek. 15.30 „Van de wieg tot het graf", causerie. 15.45 Gram.muziek. 16.15 Sportpraatje. 16.30 Orkestconcert. 17.15 Voor de jeugd. 18.00 Nieuws. 18.15 Vara- varia. 18.20 Dansmuziek. 18.50 Reportage. 19.10 Artistieke Staalkaart. 19.30 „Passe partout", causerie. 19.40 „Het Oude Tes tament in deze ttfd", causerie. 19.55 „Defce week", causerie. 20.00 Nieuws. 20.05 Ge varieerd programma 22.00 Socialistisch commentaar. 22.15 Lichte muziek. 22.40 Onder de Pannen", hoorspel. 23.00 Nieuws. 23-15—24.00 Verzoekprogramma.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1953 | | pagina 15