„Bermuda''-aarzeling van de VS
werd een gevaarlijk spel
Fiscus make onderscheid
in „bedrijfswinsten"
UIT DE LANGEPIJKER DORPEN
In Bergen een „klein geestige
dorpspolitiek"
Lezers spreken!
Waarheid over takensysteem
aan o,l. school te Bergen
Churchill's initiatief gaat
over in handen van Moskou
De wekelijkse
wereldschouw
DIESELPOMP zorgde voor een
grote BESPARING
On d erwijsk west ie
De heer Nijdam dient de
raad van repliek
De zure druiven van
Korea
Banne Oudkarspel vergaderde
Omslag verhoogd
met f2,
OUD BOERENHUIS
WORDT BOLLENSCHUUR
Vacantieregeling voor de
middenstand
Adres van Kamers va n Koophandel
Naar een gunstiger
helastingklimaa t
Mijnheer de redacteur.
Daar mij uit het verslag in de Alk-
jnaarse Courant van 30 Juni 1953 bleek,
dat mijn naam tijdens de onderwijsdis-
cusste in de raadsvergadering van 29
Juni te Bergen is genoemd, stel ik er
pry's op mijn visie op deze zaak hier
onder uiteen te zetten.
,Daar ik persoonlijk de raadsvergade
ring niet heb bijgewoond, moet ik aan
sluiten op wat in het verslag daarvan
is gezegd.
Mag ik dan beginnen met te consta
teren, dat het conflict tussen O.L.-
school en de U.L.O.-school niet nieuw
is. Ook in het cursusjaar 1945—16, toen
de O.L.-school onder mijn leiding stond
heeft zich een soortgelijke kwestie
voorgedaan en wel naar aanleiding van
het feit, dat door mij op een destijds
gehouden ouderavond is betoogd, dat
principieel elke leerling na het door
lopen van de lagere school, die "ontwik
kelingskansen moet hebben, die passen
bij zijn aanleg en capaciteiten. Dit
standpunt, dat ik ook nu nog ten volle
zou willen handhaven, werd door
hoofd en leerkrachten van de U.L.O.-
school bestreden. Hun opvatting was,
dat elk kind, dat geacht moest worden
het U.L.O.-onderwijs te kunnen volgen,
deze school moest bezoeken. Een stand
punt, dat uit de verslagen in N.H.D.
en A.C. ook door dr Hemelrijk ingeno
men blijkt te worden, wanneer hij zegt
dat 40pct. der kinderen het U.L.O.-on
derwijs moet kunnen volgen eh hij
daarbij suggereert, dat B en W er nu
maar voor moeten zorgen, dat dit ook
in Bergen gebeurt.
Dit standpunt getuigt van kortzich
tigheid. Laat het juist zijn, dat 40pct.
der leerlingen het U.L.O.-onderwijs
moet kunnen volgen, op geen enkele
manier volgt daaruit, dat dit ook ge
wenst zou zijn. 't Is immers niet on-
Plaatsing van deze stukken betekent
niet, dat de redactie met de inhoud
instemt. Zij acht kennisneming ervan
wel van algemeen belang.
denkbaar, dat er andere schooltypen
zijn, die beter aansluiten bij aanleg en
capaciteiten van deze leerlingen en die
hun meer mogelijkheden bieden voor
hun toekomst. Zou men dan werkelijk
al deze kinderen willen verplichten
naar een U.L.O.-school te gaan? Weet
men bovendien niet, dat er in vakkrin
gen nog steeds een discussie gaande is
of de U.L.O.-school wel voldoet aan de
eisen die ons maatschappelijk leven
stelt.
Er is echter een tweede, minstens
even belangrijk punt. In de destijds ge
voerde discussie werd door mij betoogd
dat leerlingen, die eindonderwijs moe
ten hebben, leerlingen die van plan zijn
naar het middelbaar- en voorbereidend
hoger onderwijs te gaan of die een
huishoudschool of ambachtsschool wil
len volgen, op de U.L.O.-school niet
thuis horen. Naar de U.L.O.-school be
horen die leerlingen te gaan, die in
staat geacht mogen worden dit onder
wijs met vrucht te kunen volgen en die
van plan zijn het U.L.O.-diploma te
halen. Ik geloof niet, dat iemand die
deze materie enigermate kent, de juist
heid van dit principe zou willen be
strijden, tenzij men andere doeleinden
nastreeft dan het belang van het kind
alleein.
In het schooljaar 194546 namen
hoofd en leerkrachten van onze U.L.O.-
school. om mij niet bekende redenen
een ander standpunt in en bestreden
zij o.a. mijn pleidooi voor V.G.L.O.-
onderwijs voor die kinderen, waarvan
men zeker was, dat zij eindonderwijs
moesten hebben en waarvan men wist
dat zij nimmer van plan waren een
U.L.O.-diploma te halen. Het mag be
kend verondersteld worden, dat van
deze onhoudbare opvatting, kinderen
uit onze gemeente de dupe zijn gewor
den, omdat zij tegen alle adviezen in
op de U.L.O.-school geplaatst zijn.
Dit meningsverschil kwam slechts
niet in de openbaarheid, omdat by de
opgave voor de U.L.O.-school bleek, dat
24 kinderen dit onderwijs zouden gaan
volgen Op dat moment werd van de
zijde der U.L.O.-school de discussie ge
staakt, omdat dit aantal ruim voldoende
was. Een weinig principieel standpunt,
dat bij mij de indruk wekte, dat het
minder ging om het belang van elk
kind en zijn toekomstmogelijkheden,
dÏTwel om een zó groot aantal leer
lingen in de eerste klas, dat men in
gehele school het gewenste gemiddelde
kon halen.
De bewering van dr Hemelrijk, dat
voorheen de verstandhouding tussen
ULO en LO prima was, is voor het
door mij aangehaalde jaar dan
ook
persé onjuist.
Onjuist acht ik bovendien de wijze,
waarop de discussie over deze zaak
is gevoerd en de methoden, die men
bij het beslechten van dit geschil beeft
gemeend te moeten hanteren. Het is
opvallend, dat de sprekers die zo po
sitieve beweringen en gedurfde uit
spraken tegen het standpunt van B.
w pn het hoofd der o. l.-school hebben
reu!" blijkbaar weinig door feitenken
nis zijn gehinderd. Het is mii a"ders
onverklaarbaar, hoe men anno 1953 m
een bestuurscollege, dat een verant
woordelijkheid voor het locale onder
wijs draagt, tot zulke on.yeran^00^®
en onverantwoordelijke uitspraken kan
komen, als blijkens de verslagen het
gTet !seWvaenzeÜsprekend. dat niet elk
raadslid specialist kan zun in alle za-
ken, die in de raad aan de orde komen,
maar wanneer men zich ten 0™jac|rtf
een deskundigheid aa"™e^Lwri°Jdtzahaek
geheel ietwat belachelnk, als de zaak
zelf niet zo ernstig was.
Dr Hemelrijk zegt. dat het huidige
schoolhoofd aan de ouders verkeerde
adviezen geeft. Kan dr Hemelrijk d
Kan6hij ook aantonen, dat de selec
tie van leerlingen op de O. L.-school
tekort schiet?
Dezelfde spreker zegt tot de voor
zitter van de raad: „De U.L.O.-school
gaat te gronde door de heer Nydam
met Uw steun" Neen. dr Hemelrijk,
niet daardoor.
Wanneer dr Hemelrijk zegt, maling te
hebben aan de deskundigheid van de
inspecteur L.O. wanneer deze achter 't
standpunt van B en W staat, dan zegt
hij alleen maar, zelf van hetgeen zich
in ons L.O. sinds tientallen jaren ont
wikkelt, niets af te weten.
Wanneer deze spreker zegt, dat de
kinderen op de school van de heer Nij-
dam niet alle mogelijkheden krijgen,
dan is dat een pertinente onwaarheid
en dr Hemelrijk kan dat weten.
Wanneer het juist is wat dr Hemel
rijk beweert, n.l. dat het klachten re
gent over dit nieuwe onderwijs, dan
moet het heel eenvoudig zijn een lijstje
van die klachten over te leggen.
Adieu psychologen, wetenschappelijke
onderzoekers, practici. De gehele vak
wereld en alle deskundigen vergissen
zich al tientallen jaren in alle ontwik
kelde landen van de wereld en dr He
melrijk heeft gelijk. Of niet misschien?
Dat uit een dergelijke opvatting alleen
maar een ondeskundige motie kan
voortkomen, behoeft nu niemand meer
te verwonderen.
De heer van Rees Vellinga zegt: „Het
gaat niet goed met het openbaar lager
onderwijs"; hij vindt het taken systeem
ondeugdelijk. Beweringen, die niet waar
gemaakt kunnen worden en kennelijk
voor de publieke tribune bedoeld zijn.
Er zijn slechts twee verklaringen
voor deze en andere onjuistheden mo
gelijk. Of de sprekers zijn onjuist voor
gelicht en men heeft niet de moeite
genomen de verstrekte gegevens te
controleren, of men doet bewust mee
aan een onjuist en gekleurde voorlich
ting. Waar ik het laatste niet mag ver
onderstellen, moet ik protesteren tegen
de slordigheid, waarmee deze zaak
door een aantal raadsleden in het open
baar behandeld is. Het valt te betreu
ren, dat de discussies op een zo felle
toon gevoerd zijn, maar misschien is
het in dit stadium beter een aantal
harde dingen ook scherp te zeggen.
Alle juiste cijfers, omtrent de bestem
ming van de leerlingen van de OL-
school had men zeker van het hoofd
der school kunnen krijgen. Het beeld
was dan anders geweest, dan men nu
trachtte te suggereren- Of paste dat
misschien niet in de opzet en specu
leerde men op het niet voldoende ge-
informeerd zijn van de overige raads
leden en van het publiek? Het valt in
de hele discussie trouwens op. dat er
zeer weinig volledige gegevens ver
strekt worden en dat men vragenstelt,
waarop men zelf het antwoord gemak
kelijk zou kunnen geven.
Als dr Hemelrijk zegt, dat voor de
achteruitgang van het aantal ULO-
leerlingen geen motivering mogelijk is;
als de heer Ellis zegt, dat de teruggang
van het aantal ULO-leerlingen bij een
toenemende bevolking toch een oor
zaak moet hebben, dan behoeven beide
heren, als het hun werkelijk om een
antwoord te doen is, naar een motive
ring en oorzaak van het gesignaleerde
verschijnsel toch waarlijk niet ver te
zoeken.
We kennen sinds enkele jaren in
Bergen een Middelbare Meisjesschool
en een ULO-afdeling van de Berger
schoolvereniging, die voor een aantal
meisjes betere schooltypen zijn, dan de
ULO-school. Een deel van de vroegere
ULO-leerlingen vindt daar een plaats.
Sinds een aantal jaren bestaat in
Alkmaar een voortreffelijke VGLO-
school, die tot een streekschool is uit
gegroeid,. dank zij de uitstekende
reputatie, welke deze school zich heeft
weten te verwerven. Deze school trekt
vele leerlingen, die vroeger op de ULO-
school „hun tijd uitdienden", maar nu
een onderwijs krijgen, dat geheel aan
hun behoeften is aangepast. Deze school
heeft bovendien een afdeling die op
leidt voor het Middelbaar Onderwijs.
Bovendien .vinden we in Alkmaar
zeer goede nijverheidsscholen, zowel
voor jongens als voor meisjes, die, en
dit is een verheugend verschijnsel,
steeds meer leerlingen, die vroeger
enkele jaren ULO-onderwijs volgden,
tot zich trekken.
En is er misschien nog een oorzaak?
Zou het niet verhelderend werken,
wanneer de leiding van de ULO-school
eens de officiële cijfers zou verstrek
ken van het leerlingenverloop sinds
bv. 1935?
Hoe was sinds dat jaar de klassebe
zetting bij het begin van elk school
jaar en hoe aan het eind? Hoeveel leer
lingen behaalden in deze jaren het vol
ledige ULO-diploma A en hoeveel bet
volledige ULO-diploma B? Hoeveel
leerlingen behaalden een onvolledig
diploma en voor welke vakken hadden
de leerlingen vrijstellingen? Hoeveel
leerlingen doubleerden één of meer
keren?
Het moet voor de betrokken school
leiding eenvoudig zijn uit het archief
deze gegevens te verstrekken.
Zou de leiding van de ULO-school
dan ook een principiële uitspraak wil
len doen over de vraag, welke leer
lingen naar haar overtuiging naar de
ULO-school moeten worden gezonden?
Alleen met deze controleerbare gege
vens en duidelijke uitspraak is m.i. een
vruchtbare discussie mogelijk. Dat
hoofd en leerkrachten deze gegevens
mogen verstrekken.
Volledige openbaarheid van alle ge
gevens van alle partijen, lijkt mij de
enige mogelijkheid dit slepende con
flict tot een bevredigend eind te
brengen. Hiertoe zou aan een onpar
tijdige commissie van werkelijk des
kundigen op het gebied van het LO een
rapport gevraagd kunnen worden. Een
tweede mogelijkheid zou liggen in een
openbare vergadering, waarin alle be
langhebbenden en belangstellenden hun
mening zouden kunnen geven en ieder
de gelegenheid zou hebben zich van
onverdiende blaam te zuiveren. Een
dergelijke democratische gezindheid
zouden we moeten kunnen opbrengen
in het belang van het gehele onderwijs
in onze gemeente.
Voor de houding en het standpunt
van B. en W. in deze zaak past één
woord: Hulde. Voor dat van de oppo
nenten twee: Kleingeestige dorpspoli
tiek.
J SCHEKKERMAN, A. van
Scheltemaweg, Bergen N.-H.
In het verslag van de bewogen zitting
van Bergens raad is ééii belangrijk punt
niet vermeld. De heer Ellis heeft n.l. ge
zegd, dat hij bezoek heeft gehad van de
heer Schuil, onderwijzer aan de U.L.O.
Als men nu weet, dat de heer Schuil
bij het teruglopen van het aantal leerlin
gen op wachtgeld komt en als men enigs
zins met de plaatselijke toestand op de
hoogte is, begrijpt men meteen de ach
tergrond van deze hele tegen mij ont
ketende rel.
Het is voor mij onbegrijpelijk, dat de
raad zonder meer de door de U.L.O, ver
strekte gegevens als basis voor de be
spreking heeft genomen en niet zoals de
voorzitter met klem vaststelde de gegevens
van mij en het advies van de inspecteur
heeft afgewacht.
Door dit volkomen gebrek aan gedocu
menteerd discussie-materiaal is in deze
raadszitting de ene kardinale onjuistheid
op de andere gestapeld. Het zou mij thans
te ver voeren op alle daar verkondigde
enormiteiten in te gaan, maar wanneer
de redactie mij hiervoor de ruimte geeft,
wil ik met genoegen hierop terug komen.
Ik heb echter uit deze discussie dit ge
leerd, dat men de kwaliteit van een school
moet afmeten naar het aantal leerlingen,
dat jaarlijks naar de U.L.O.-school gaat.
Als het er mij nu om te doen was een
„goede naam" te krijgen, dan was het
voor mij een klein kunstje om aan zoveel
mogelijk ouders het advies te geven:
Stuur uw kind naar de U.L.O. Ze zouden
daar zeker met open armen ontvangen
worden, want het hoofd van de U.L.O. te
Bergen heeft nog nooit van een bij hem
aangegeven leerling van mijn school enig
rapportcijfer of een mededeling omtrent
de geschiktheid voor het volgen van
U.L.O. opgevraagd, hetgeen toch op iedere
U .L.O.-school regel is. Men kan daar alles
gebruiken. Verder doe ik er wat de
U-L.O. te Bergen betreft het zwijgen toe,
Ik wil de heren van deze school niet in
oncollegialiteit trachten te evenaren.
Maar is het gering aantal leerlingen,
dat de lagere school aan de U.L.O. aflevert
dan geen bewijs dat het peil van het
onderwijs daar laag is? En wat kan daar
van dan anders de schuld zijn dan het
takensysteem?
Het schijnt de raadsleden te zijn ontgaan
dat er de laatste zes jaar op onderwijs'
gebied in Bergen en omgeving iets ver'
anderd is. Er is nota bene in Bergen zelf
een nieuwe school bijgekomen: de Mid
delbare Meisjesschool, die zeer in trek is
en ook van onze school geregeld leerlin
gen opneemt, die anders naar de U.L.O.
zouden gaan.
Verder maakt de V.G.L.O.-school te
Alkmaar, die terecht een uitstekende re
putatie geniet, grote opgang. Daarbij komt
tenslotte nog, dat de trek naar de H.B.S-
veel groter is dan vroeger.
En laten wij nu eens zien, wat er waar
is van de praatjes, dat de resultaten van
de O.L.-school zo droevig zijn. Ik neem
daarvoor de gegevens van verleden jaar,
omdat die van dit jaar uiteraard nog niet
volledig bekend zijn en ook omdat de
klas, die toen de school verliet het meest
representief was voor „échec" van het
takensysteem, doordat deze kinderen meer
dan twee jaar aan dat funeste systeem
waren opgeofferd.
Ik was n.l. na mtfn ziekte van de vierde
klas af meegegaan via vijf naar zes.
Doordat we in die tijd de invasie van de
gerepatrieerden kregen, kenmerkte deze
Aantal
Perc.
L. perc.
17
39>/s%
23%
3)
2)
25 >U%
8%
6)
3
7%
13%
2
5%
13%
10
23%
DE JAREN van welke de zomer
maanden door de krantenschrijver
werden betiteld met komkommer
tijd, een periode, die zich ken
merkt door nieuwsslapte, mede
ten gevolge van het rustig met va-
cantie zijn van parlementsleden en
staatslieden, schijnen helaas tot
het verleden te behoren. Helaas
niet omdat wij nu werkelijk zo bij
zonder terug verlangen naar krasse
zg. ooggetuigeverhalen over het
monster van het Loch Ness en
andere mysterieuze waterdieren of
dat wij nieuwe ontmoetingen wen
sen met echte spoken op de zolder
van een oud Amsterdams koop
manshuis. Wèl, omdat de interna
tionale verhoudingen bij voortdu
ring gespannen blijven en de
„vaart der volkeren" geen moment
van rust meer kent. Het vage be
grip neutraliteit heeft in interna
tionale zin zeker geen betekenis
meer, de open diplomatie betrekt
de mens van nu van moment tot
moment bij al het gebeuren. De ge
wone man anno 1953 draagt bewust
of onbewust de wetenschap met
zich, dat een enkel diplomatiek ge
sprek, gevoerd op tienduizenden
kilometers van zijn woonplaats,
dat een botsing van meningen,
waarvan de motieven buiten zijn
gezichtsveld liggen, ook voor zijn
persoonlijk bestaan van ingrijpen
de betekenis kunnen worden.
HET vóóroorlogse „eiland jesspel" en
de gedachte van „wie doet me wat"
van de man-on-veilige-afstand is voor
bij. De evolutie van het wereldbestel
in al ziin vormen heeft in zo grote ma
te tot verdieping en in elkaar grijpen
geleid, dat het leven op eigen gezag en
eigen inzichten niet alleen van de en
kele mens, maar van gehele volkeren,
schier onmogelijk is geworden. Een
storing van een in. verhouding klein
onderdeel van het mechanisme, kan het
gehele wereldraderwerk in verwarring
brengen- Dat dit enorme wereldmecha
nisme bestaat is op zich zelf niet te
betreuren.
De mens van Moskou. Chicago, Bue
nos Aires en Amsterdam heeft vele
dingen gemeen en zij allen zullen er
mee gebaat zijn. dat dit wereldmecha
nisme er is én zo soepel mogelijk draait.
De dromen, die om dit beeld van we
reldeenheid reeds zün gedroomd zijn
vele. De talrijke vredesbewegingen,
die ontstonden na het verschijnen van
Bertha von Suttners boek „Die Waffen
nieder", de befaamde Haagse vredes
conferenties van 1899 en 1907. het
stichtten van een Volkenbond na we
reldoorlog nummer een en de Organi
satie van de Verenigde Naties na het
geweld van de jaren 19391945, het
zijn evenzovele pogingen om het we
reldbestel in de juiste banen te leiden.
Telkenmale schoot in en door deze ac
ties de blauwe vlam der hope hoog op.
maar de onrust kan tot heden toe niet
worden uitgebannen. Het schijnt zelfs
zo te ziin, dat de spanningen toenamen
naar mate de afspraken tussen volke
ren en groepen van volkeren groter en
weidser werden. De wetenschap, dat
harmonie en samengerichtheid onmis
baar zijn, is na de tweede wereldoorlog
meer en meer erkend, doch evenzeer
in sterkere mate in botsing gekomen
met nationaal en groeps-egoisme, waar
door onrust, onrechtvaardigheid en
kunstmatig gevoed wantrouwen telken
male weer hun onheilzame arbeid met
succes bekroond zien. Helaas dus geen
komkommertijd
Cen treffend bewijs, dat de gewenste
gang van het wereldmechanisme
door een op zich zelf geringe zaak een
ander tempo en wellicht een onge
wenste gang gaat draaien, is de. naar
wij hopen tijdelijke uitschakeling van
Sir Winston Churchill uit diens inter
nationale werkzaamheden. Een enkel
door te harde arbeid oververmoeid man
en overal ter wereld wordt onmiddel
lijk de zoekende vraag gesteld: Wat
nu? Wat nu?Het belangrijke en
door velen toegejuichte initiatief van
de grijze Britse staatsman om o.a.
uit bepaalde op het eerste gezicht gun-
klas zich door veel mutaties. Lange tijd
bestond ze uit pl-m. vijftig leerlingen.
Aan het eind van de cursus '51-'52 ver
trokken drie-en-veertig leerlingen met de
volgende bestemming:
School
U.L.O.
H.B.S.
Gymn.
M. Meisjesch.
Amb-school
Huish.school
V.G.L.O.
Er ging dus 65% vap het aantal in in
tellectuele richting tegen landelijk 31%.
Als men bedenkt, dat de Bosschool de
intellectuele room van onze school af
schept, terwijl ook nog vele leerlingen
via het V.G-L.O. op U.L.O. of H.B.S. te
recht komen, dan is toch wel zonneklaar,
dat er voor ongerustheid geen enkele
reden is. Het is in ieder geval ook heel
wat meer dan de 40% van dr Hemelrijk.
Apropos, hebt U gemerkt, dat de Bos
school, die volgens de gegevens van de
heer Van Rees Vellinga twee van de twin
tig leerlingen aan de U.L.O. aflevert met
10% een pover figuur slaat. Laten de
heren, die zich in de raad steeds als kam
pioenen voor deze school opwierpen hun
mvloed aanwenden om het hoofd ervan
te overtuigen, dat hij de U-L.O.-school in
Bergen schromelijk tekort doet.
Ik teken hier verder nog aan, dat van
de zeventien leerlingen, die naar het
U.L.O. gegaan zijn er maar twaalf naar
Bergen gingen. Wanneer deze school ook
voor het B-diploma opleidde, zouden de
cijfers voor haar zeker gunstiger zijn.
De leerlingen van het staatje, die naar
H.B.S. en Gymnasium gingen, deden alle
uit de zesde klas examen. Het algemeen
gemiddelde van alle cijfers voor de vak
ken Nederlands, Rekenen, Aardrijkskunde
en Vaderlandse Geschiedenis was ruim
7Vs! De twee leerlingen, die haar het
gymnasium gingen, waren toen ze exa
men deden, nog geen twaalf jaar. Wat
echter belangrijker is dan de examen-
lesultaten, is het feit, dat ze zich allen
behoorlijk hebben weten te handhaven,
enkele zelfs heel goed.
De heer Hemelrijk complimenteerde me
indertijd met deze resultaten. Hoe kan
hij nu bewere», dat de kinderen bij mij
niet de mogelijkheden krijgen, die ze
hebben. Ik tart hem één naam te noe
men van een kind, dat van mij minder
gekregen heeft dan het hem krachtens
zijn aanleg toekomt.
Ik hoop, dat ik door dit schrijven enige
dingen, die zeer scheef stonden recht heb
gezet. Het gaat daarbij niet om mijzelf
of mijn „goede naam". Deze is zodanig
door het slijk gehaald, dat alle schoon
wassen niet meer baat.
Maar het gaat om het kind en om onze
mooie openbare school, waar de kinderen
met zoveel plezier heengaan. Onderwijs
en opvoeding kunnen alleen gedijen in
een sfeer van vertrouwen en liefde. Dit
vertrouwen en die liefde ztfn er bij ons
steeds in rijke mate aanwezig geweest.
Daarvan getuigt de hartelijke samen
werking tussen Oudercommissie en leer
krachten. Daarvan getuigen ook onze
goed bezochte ouderavonden, waarop
steeds een uitstekende stemming heerst
en waar nog nooit een woord van critiek
op het takensysteem werd gehoord.
Er is in Bergens raad in naam van de
openbare school onberekenbare schade
aan deze school toegebracht. Ik heb voor
dit alles maar één conclusie: Het is
droevig. S J. NIJDAM.
Hoofd der Van Reenenschool
De nieuwe Dieselpomp van de polder
Geestmerambacht voldoet uitstekend,
daar de bemalingskosten, vergeleken
bij die van electrisch bemalen, aan
zienlijk lager zijn. Er is becijferd, dat
het vorig jaar een voordeel van f 12.000
heeft opgeleverd. Deze mededeling
werd gedaan in de Woensdagmiddag
gehouden vergadering van de banne
Oudkatspel, door de voorzitter, de hr.
L. Kalverdijk,
Spreker zeide verder dat de kwestie
met de fa. Hart over het dempen van
de sloot, tot tevredenheid van het be
stuur werd opgelost. De rekening 1952
sloot in ontvangsten met een bedrag
van f 17725,23 en f 16865,60, aan uitga
ven. Het batig saldo bedraagt dus
f 869,63. De begroting voor 1953 werd
vastgesteld op een bedrag van
f 20014,76 in ontvangsten en f 19195.30
aan uitgaven, zodat er een vermoede
lijk batig saldo zal ziin van f 819.46. De
omslag werd verhoogd van f 15.tot
f 17.per hectare, in verband met de
verhoogde aanslagen en de bijdrage
aan de watersnoodgebieden. Bij de rond
vraag gaf de voorzitter nog een uiteen
zetting van het werk van de bond van
waterschappen, welke organisatie ook
voor de aangesloten banne's van zeer
Het oude boerenhuis in de Koog te
Zuidscharwoude, voorheen bewoond door
de heer P. Grootjes, is gekocht door de
gebr. Rood. Deze laten het oude huis
verbouwen tot een bewaarplaats van
bloembollen.
AANBESTEDING WOONHUIS
GEMEENTESECRETARIS
Bij de gehouden aanbesteding voor de
bouw van een woning voor de gemeente
secretaris van de gemeente Langedijk, te
bouwen in het uitbreidingsplan centrum
werd door elf aannemers ingeschreven.
De uitslag was: K. Bruin f 22.075.
N. Borst te Spierdijk f 22,375.Jac.
Henselman f 22.442Fa Jac. Rutsen
en Zn f 23.040.—; P. Engeringh f23.050.—
Fa H. Metselaar f 23.154.—; Joh. Valko-
net 23-190.Fa J. Rutsen en Zn
23.220.—; J. Kout f 23.950.—; K. Schuit
f 24.149.—; Fa J. Tromp en Zn f 26.550.—.
De begroting werd niet bekend gemaakt,
gunning aangehouden.
veel nut is. Een tegenstrijdigheid is
echter, dat men een dubbele contributie
betaalt, nl. enerzijds via Geestmeram
bacht en anderzijds door de banne zelf.
NOORD-SCHARWOUDE. Het
voornemen om de vacanties der Lange-
dijker middenstanders via een gemeen
telijke verordening te regelen, is wer
kelijkheid geworden. Na veel geconfe-
reer is voor bakkers, kruideniers en sla
gers een regeling uit de bus gekomen,
die volgende week reeds ingaat.
De bakkers zijn de eersten, die met
vacantie gaan. De eerste groep van hen
sluit van Maandag 6 Juli tot en met
Zaterdag 11 Juli en de tweede van 13
Juli tot en met 18 Juli.
De slagers hebben hun vacantieperio-
de bepaald in het tijdvak van 13 Juli tot
en met 23 Juli, eveneens over twee
groepen te verdelen.
Tenslotte zijn er de kruideniers, die
er de laatste week van Juli en de eerste
week van Augustus op uittrekken. Naar
wij vernemen, geldt voor de textiel
branche geen regeling. De employé's en
patroons gaan hier om beurten met va
cantie.
stige factoren in de verhouding Oost,
West, mogelijk voordeel te kunne»
trekken ter vermindering der spa»,
ningen, met name een bijeenkomen va»
de eerste mannen van de Ver. State»
Engeland en Frankrijk, hopelijk ter
voorbereiding van een goed gesprev
met de leiders van het Sovjetblok
werd in eerste instantie gevolgd dow
het openlijke verzet der bevolking vaj
Oost-Duitsland en Tsjechoslowakije t(.
gen het Russische regiem. De aarzelen,
de houding van machtige politieke stro.
mingen in de VS ten aanzien van
„Bermuda" zat Churchill niet mee,
Uitstel van de conferentie tengevolgi
van de slepende Franse kabinetscrisii
werd, zo beweren boze tongen, door d-
Ver. Staten heimelijk verwelkom!
Daarmede speelde men in Washington
een gewaagd en tevens gevaarlijk spel
Als de klap van een niet vermoedi
vuurpijl kwam toen het bericht van
Churchills gedwongen non-actief. Ge.
volg nieuw uitstel van de bijeenkomst
der Westelijke Grote Drie. Gevolg oen
groot verlies aan waarde, die een da.
gelijke conferentie juist nu had kun.
nen hebben én moeten hebben. Gevolj
een zeer waarschijnlijk weer overgaan
van het politieke initiatief in hande»
der Sovjets.
De gebeurtenissen om de zeventiend!
Juni in midden-Europa waren mei)
een dringend motief om zo snel moge.
lijk tot een vaststellen van een eens.
gezinde houding van het Westen te ko.
men. De afgevaardigden van de West.
europese landen in Straatsburg ontws
ken een uiting der meningen, het got.
de moment van Bermuda ging ongt.
bruikt voorbij. Men constateerde slechts
De Parijse arbeiders zonden hun ka.
meraden in Oost-Berlijn een telegrag
van solidariteit. Eisenhower verklaar,
de. dat de Amerikaanse staatslied»!
steeds moeten laten blijken, dat de o».
derdrukte volken (in Oost-Europa) I»
de vrije wereld vrienden hebben.
De drie Westeliike machten hehbtt
besloten, dat zij, nu een „Bermuda" b
een vrij verre toekomst is komen l>
liggen, toch overleg dienen te plegen
Half Juli zal in Washington een co»,
ferentie worden gehouden tussen mi.
nisters van Buitenlandse Zaken dei
Grote Drie. In welke mate dit gesprei
betekenis zal krijgen, is nog niet re
ker. maar wel. dat alleen al de psyche
logische waarde van een dergelii
.tweede hands"-gesprek ver benecta
die van een ontmoeting tussen manen
van gezag als Eisenhower en Churchil
ligt
Hoe het ook zij, in het trekken vu
conclusies en zeker in het opstellen van
nieuwe richtlijnen, noodzakelijk ook
door de sterke symptomen van onrast
in de gebolsjeviseerde randstaten va»
de Sovjet-Unie, in Moskou het Westea
ongetwijfeld door dit alles een flinke
stap vooruit. Sinds enkele' dagen is i»
Malenkovs burcht tussen de politiek!
leiders der Sovjets een druk overig
gaande. De Russische ambassadeurs lo
Londen, Parijs en Washington, de Res-
sische' Hoge Commissaris in Oost
Duitsland, Semjonov. allen ziin zij me
grote spoed naar Moskou ontboden on
zich mede met enkele vooraanstaand!
militaire autoriteiten over de toesta!»
te beraden. De Westelijke molens het'
ben te langzaam gedraaid. Men kan tl
zeker van zijn, dat het Kremlin daan
uit voordeel zal trachten te putten. Elk
moment kan een nieuwe Sovjet-mi-
noeuvre worden verwacht, waarvan
men op dit moment de aard en omvaar
niet vermag te bevroeden, maar die oj
zijn minst de verwarring en wankel'
moedigheid in hel Westen zal stimuli'
ren. Wij kunnen dit alles niet met bijl'
ter groot optimisme beschouwen.
Qok de hoop, dat de oorlogsfakkel 03
het Koreaanse schiereiland weldri
zal worden geblust, is iidel gebleken,
Vorige week ging het vierde jaar vat
deze met zo diep menselijk leed Et'
paard gaande strijd in, met als achter,
grond een décor van grote verwarring
ten aanzien van de voorwaarden waai'
op het schijnbaar reeds zo dicht tot ei'.
ondertekening genaderde hpstanddietl
te worden gesloten. Het Zuidkoreaai'
se volk, Om wiens vrijheid in eerste
stanties de Ver. Naties de wapens or
namen, is oorzaak geworden, dat h'
ook hier od betreurenswaardige wij:
tot uitstel is gekomen. Hoe preside
Syngman Rhee en de zijnen ook oV
de zaak denken en hoezeer hun r
ning ten aanzien van de voorwaard
van het bestand, iuist of onjuist is. f
hebben deze noodlottige spaak niet»
in de gewenste richting rollende wiel#
gen steken. Na ondertekening- van eS
wapenstilstand, een zwijgen van
kanon, was er immers ruimschoots!1,
legenheid om over de politieke 'f
komst van geheel Korea te spreke»-
Een dergelijke houding ware minste»
een teken van dankbaarheid gewe®
voor het leed en het bloed van jjjï
derdduizenden niet-Koreaanse. o?"
met het lot van dit land svmpath#!
rende mensen. De wiize. waarop
zich thans zelf met veel krijgsgen™
het etiket „agressor" op de borst
len spelden, valt zeer te laken.
Is
De Kamers van Koophandel en Fa
brieken van vier provincies, waaron
der de drie Westelijke, hebben een
adres aan de Tweede kamer gezon
den, inzake het wetsontwerp betref
fende belastingvoorzieningen in het
belang van de werkgelegenheid op
langere termijn.
Enigszins verwijtend is in dit adres
gesteld, dat vroegere suggesties van
de Kamers (bijv. op het. punt van
een principiële verlaging van de hoge
en te sterk progressieve belastingen
op het inkomen) niet werden over
genomen. Ditmaal vragen zij met k'e!
de aandacht voor een punt, dat a
in het kader van de voorgenoo®
maatregelen van uitzonderlijk beV
achten. Zij wensen dan de instem®
van een verschillend belastingtar
voor winsten welke in liet beoP
worden gehouden en voor ®"ns
welke aan het bedrijf worden o'
trokken. Vooarl psychoid
hierdoor een veel gunstii.
tmgklimaat ontstaan, hetgeen voor
met het oog op de aantrekking
buitenlands kapitaal (en dit is bij
geldende industrialisatie-program,
onontbeerlijk!) van groot belang
zijn. In het adres worden ten
wegen aangegeven, om de verw
lijking van deze gedachte in oe
tingtechnisch opzicht te ven
digen.