„Bermuda''-aarzeling van de VS werd een gevaarlijk spel Fiscus make onderscheid in „bedrijfswinsten" UIT DE LANGEPIJKER DORPEN In Bergen een „klein geestige dorpspolitiek" Lezers spreken! Waarheid over takensysteem aan o,l. school te Bergen Churchill's initiatief gaat over in handen van Moskou De wekelijkse wereldschouw DIESELPOMP zorgde voor een grote BESPARING On d erwijsk west ie De heer Nijdam dient de raad van repliek De zure druiven van Korea Banne Oudkarspel vergaderde Omslag verhoogd met f2, OUD BOERENHUIS WORDT BOLLENSCHUUR Vacantieregeling voor de middenstand Adres van Kamers va n Koophandel Naar een gunstiger helastingklimaa t Mijnheer de redacteur. Daar mij uit het verslag in de Alk- jnaarse Courant van 30 Juni 1953 bleek, dat mijn naam tijdens de onderwijsdis- cusste in de raadsvergadering van 29 Juni te Bergen is genoemd, stel ik er pry's op mijn visie op deze zaak hier onder uiteen te zetten. ,Daar ik persoonlijk de raadsvergade ring niet heb bijgewoond, moet ik aan sluiten op wat in het verslag daarvan is gezegd. Mag ik dan beginnen met te consta teren, dat het conflict tussen O.L.- school en de U.L.O.-school niet nieuw is. Ook in het cursusjaar 1945—16, toen de O.L.-school onder mijn leiding stond heeft zich een soortgelijke kwestie voorgedaan en wel naar aanleiding van het feit, dat door mij op een destijds gehouden ouderavond is betoogd, dat principieel elke leerling na het door lopen van de lagere school, die "ontwik kelingskansen moet hebben, die passen bij zijn aanleg en capaciteiten. Dit standpunt, dat ik ook nu nog ten volle zou willen handhaven, werd door hoofd en leerkrachten van de U.L.O.- school bestreden. Hun opvatting was, dat elk kind, dat geacht moest worden het U.L.O.-onderwijs te kunnen volgen, deze school moest bezoeken. Een stand punt, dat uit de verslagen in N.H.D. en A.C. ook door dr Hemelrijk ingeno men blijkt te worden, wanneer hij zegt dat 40pct. der kinderen het U.L.O.-on derwijs moet kunnen volgen eh hij daarbij suggereert, dat B en W er nu maar voor moeten zorgen, dat dit ook in Bergen gebeurt. Dit standpunt getuigt van kortzich tigheid. Laat het juist zijn, dat 40pct. der leerlingen het U.L.O.-onderwijs moet kunnen volgen, op geen enkele manier volgt daaruit, dat dit ook ge wenst zou zijn. 't Is immers niet on- Plaatsing van deze stukken betekent niet, dat de redactie met de inhoud instemt. Zij acht kennisneming ervan wel van algemeen belang. denkbaar, dat er andere schooltypen zijn, die beter aansluiten bij aanleg en capaciteiten van deze leerlingen en die hun meer mogelijkheden bieden voor hun toekomst. Zou men dan werkelijk al deze kinderen willen verplichten naar een U.L.O.-school te gaan? Weet men bovendien niet, dat er in vakkrin gen nog steeds een discussie gaande is of de U.L.O.-school wel voldoet aan de eisen die ons maatschappelijk leven stelt. Er is echter een tweede, minstens even belangrijk punt. In de destijds ge voerde discussie werd door mij betoogd dat leerlingen, die eindonderwijs moe ten hebben, leerlingen die van plan zijn naar het middelbaar- en voorbereidend hoger onderwijs te gaan of die een huishoudschool of ambachtsschool wil len volgen, op de U.L.O.-school niet thuis horen. Naar de U.L.O.-school be horen die leerlingen te gaan, die in staat geacht mogen worden dit onder wijs met vrucht te kunen volgen en die van plan zijn het U.L.O.-diploma te halen. Ik geloof niet, dat iemand die deze materie enigermate kent, de juist heid van dit principe zou willen be strijden, tenzij men andere doeleinden nastreeft dan het belang van het kind alleein. In het schooljaar 194546 namen hoofd en leerkrachten van onze U.L.O.- school. om mij niet bekende redenen een ander standpunt in en bestreden zij o.a. mijn pleidooi voor V.G.L.O.- onderwijs voor die kinderen, waarvan men zeker was, dat zij eindonderwijs moesten hebben en waarvan men wist dat zij nimmer van plan waren een U.L.O.-diploma te halen. Het mag be kend verondersteld worden, dat van deze onhoudbare opvatting, kinderen uit onze gemeente de dupe zijn gewor den, omdat zij tegen alle adviezen in op de U.L.O.-school geplaatst zijn. Dit meningsverschil kwam slechts niet in de openbaarheid, omdat by de opgave voor de U.L.O.-school bleek, dat 24 kinderen dit onderwijs zouden gaan volgen Op dat moment werd van de zijde der U.L.O.-school de discussie ge staakt, omdat dit aantal ruim voldoende was. Een weinig principieel standpunt, dat bij mij de indruk wekte, dat het minder ging om het belang van elk kind en zijn toekomstmogelijkheden, dÏTwel om een zó groot aantal leer lingen in de eerste klas, dat men in gehele school het gewenste gemiddelde kon halen. De bewering van dr Hemelrijk, dat voorheen de verstandhouding tussen ULO en LO prima was, is voor het door mij aangehaalde jaar dan ook persé onjuist. Onjuist acht ik bovendien de wijze, waarop de discussie over deze zaak is gevoerd en de methoden, die men bij het beslechten van dit geschil beeft gemeend te moeten hanteren. Het is opvallend, dat de sprekers die zo po sitieve beweringen en gedurfde uit spraken tegen het standpunt van B. w pn het hoofd der o. l.-school hebben reu!" blijkbaar weinig door feitenken nis zijn gehinderd. Het is mii a"ders onverklaarbaar, hoe men anno 1953 m een bestuurscollege, dat een verant woordelijkheid voor het locale onder wijs draagt, tot zulke on.yeran^00^® en onverantwoordelijke uitspraken kan komen, als blijkens de verslagen het gTet !seWvaenzeÜsprekend. dat niet elk raadslid specialist kan zun in alle za- ken, die in de raad aan de orde komen, maar wanneer men zich ten 0™jac|rtf een deskundigheid aa"™e^Lwri°Jdtzahaek geheel ietwat belachelnk, als de zaak zelf niet zo ernstig was. Dr Hemelrijk zegt. dat het huidige schoolhoofd aan de ouders verkeerde adviezen geeft. Kan dr Hemelrijk d Kan6hij ook aantonen, dat de selec tie van leerlingen op de O. L.-school tekort schiet? Dezelfde spreker zegt tot de voor zitter van de raad: „De U.L.O.-school gaat te gronde door de heer Nydam met Uw steun" Neen. dr Hemelrijk, niet daardoor. Wanneer dr Hemelrijk zegt, maling te hebben aan de deskundigheid van de inspecteur L.O. wanneer deze achter 't standpunt van B en W staat, dan zegt hij alleen maar, zelf van hetgeen zich in ons L.O. sinds tientallen jaren ont wikkelt, niets af te weten. Wanneer deze spreker zegt, dat de kinderen op de school van de heer Nij- dam niet alle mogelijkheden krijgen, dan is dat een pertinente onwaarheid en dr Hemelrijk kan dat weten. Wanneer het juist is wat dr Hemel rijk beweert, n.l. dat het klachten re gent over dit nieuwe onderwijs, dan moet het heel eenvoudig zijn een lijstje van die klachten over te leggen. Adieu psychologen, wetenschappelijke onderzoekers, practici. De gehele vak wereld en alle deskundigen vergissen zich al tientallen jaren in alle ontwik kelde landen van de wereld en dr He melrijk heeft gelijk. Of niet misschien? Dat uit een dergelijke opvatting alleen maar een ondeskundige motie kan voortkomen, behoeft nu niemand meer te verwonderen. De heer van Rees Vellinga zegt: „Het gaat niet goed met het openbaar lager onderwijs"; hij vindt het taken systeem ondeugdelijk. Beweringen, die niet waar gemaakt kunnen worden en kennelijk voor de publieke tribune bedoeld zijn. Er zijn slechts twee verklaringen voor deze en andere onjuistheden mo gelijk. Of de sprekers zijn onjuist voor gelicht en men heeft niet de moeite genomen de verstrekte gegevens te controleren, of men doet bewust mee aan een onjuist en gekleurde voorlich ting. Waar ik het laatste niet mag ver onderstellen, moet ik protesteren tegen de slordigheid, waarmee deze zaak door een aantal raadsleden in het open baar behandeld is. Het valt te betreu ren, dat de discussies op een zo felle toon gevoerd zijn, maar misschien is het in dit stadium beter een aantal harde dingen ook scherp te zeggen. Alle juiste cijfers, omtrent de bestem ming van de leerlingen van de OL- school had men zeker van het hoofd der school kunnen krijgen. Het beeld was dan anders geweest, dan men nu trachtte te suggereren- Of paste dat misschien niet in de opzet en specu leerde men op het niet voldoende ge- informeerd zijn van de overige raads leden en van het publiek? Het valt in de hele discussie trouwens op. dat er zeer weinig volledige gegevens ver strekt worden en dat men vragenstelt, waarop men zelf het antwoord gemak kelijk zou kunnen geven. Als dr Hemelrijk zegt, dat voor de achteruitgang van het aantal ULO- leerlingen geen motivering mogelijk is; als de heer Ellis zegt, dat de teruggang van het aantal ULO-leerlingen bij een toenemende bevolking toch een oor zaak moet hebben, dan behoeven beide heren, als het hun werkelijk om een antwoord te doen is, naar een motive ring en oorzaak van het gesignaleerde verschijnsel toch waarlijk niet ver te zoeken. We kennen sinds enkele jaren in Bergen een Middelbare Meisjesschool en een ULO-afdeling van de Berger schoolvereniging, die voor een aantal meisjes betere schooltypen zijn, dan de ULO-school. Een deel van de vroegere ULO-leerlingen vindt daar een plaats. Sinds een aantal jaren bestaat in Alkmaar een voortreffelijke VGLO- school, die tot een streekschool is uit gegroeid,. dank zij de uitstekende reputatie, welke deze school zich heeft weten te verwerven. Deze school trekt vele leerlingen, die vroeger op de ULO- school „hun tijd uitdienden", maar nu een onderwijs krijgen, dat geheel aan hun behoeften is aangepast. Deze school heeft bovendien een afdeling die op leidt voor het Middelbaar Onderwijs. Bovendien .vinden we in Alkmaar zeer goede nijverheidsscholen, zowel voor jongens als voor meisjes, die, en dit is een verheugend verschijnsel, steeds meer leerlingen, die vroeger enkele jaren ULO-onderwijs volgden, tot zich trekken. En is er misschien nog een oorzaak? Zou het niet verhelderend werken, wanneer de leiding van de ULO-school eens de officiële cijfers zou verstrek ken van het leerlingenverloop sinds bv. 1935? Hoe was sinds dat jaar de klassebe zetting bij het begin van elk school jaar en hoe aan het eind? Hoeveel leer lingen behaalden in deze jaren het vol ledige ULO-diploma A en hoeveel bet volledige ULO-diploma B? Hoeveel leerlingen behaalden een onvolledig diploma en voor welke vakken hadden de leerlingen vrijstellingen? Hoeveel leerlingen doubleerden één of meer keren? Het moet voor de betrokken school leiding eenvoudig zijn uit het archief deze gegevens te verstrekken. Zou de leiding van de ULO-school dan ook een principiële uitspraak wil len doen over de vraag, welke leer lingen naar haar overtuiging naar de ULO-school moeten worden gezonden? Alleen met deze controleerbare gege vens en duidelijke uitspraak is m.i. een vruchtbare discussie mogelijk. Dat hoofd en leerkrachten deze gegevens mogen verstrekken. Volledige openbaarheid van alle ge gevens van alle partijen, lijkt mij de enige mogelijkheid dit slepende con flict tot een bevredigend eind te brengen. Hiertoe zou aan een onpar tijdige commissie van werkelijk des kundigen op het gebied van het LO een rapport gevraagd kunnen worden. Een tweede mogelijkheid zou liggen in een openbare vergadering, waarin alle be langhebbenden en belangstellenden hun mening zouden kunnen geven en ieder de gelegenheid zou hebben zich van onverdiende blaam te zuiveren. Een dergelijke democratische gezindheid zouden we moeten kunnen opbrengen in het belang van het gehele onderwijs in onze gemeente. Voor de houding en het standpunt van B. en W. in deze zaak past één woord: Hulde. Voor dat van de oppo nenten twee: Kleingeestige dorpspoli tiek. J SCHEKKERMAN, A. van Scheltemaweg, Bergen N.-H. In het verslag van de bewogen zitting van Bergens raad is ééii belangrijk punt niet vermeld. De heer Ellis heeft n.l. ge zegd, dat hij bezoek heeft gehad van de heer Schuil, onderwijzer aan de U.L.O. Als men nu weet, dat de heer Schuil bij het teruglopen van het aantal leerlin gen op wachtgeld komt en als men enigs zins met de plaatselijke toestand op de hoogte is, begrijpt men meteen de ach tergrond van deze hele tegen mij ont ketende rel. Het is voor mij onbegrijpelijk, dat de raad zonder meer de door de U.L.O, ver strekte gegevens als basis voor de be spreking heeft genomen en niet zoals de voorzitter met klem vaststelde de gegevens van mij en het advies van de inspecteur heeft afgewacht. Door dit volkomen gebrek aan gedocu menteerd discussie-materiaal is in deze raadszitting de ene kardinale onjuistheid op de andere gestapeld. Het zou mij thans te ver voeren op alle daar verkondigde enormiteiten in te gaan, maar wanneer de redactie mij hiervoor de ruimte geeft, wil ik met genoegen hierop terug komen. Ik heb echter uit deze discussie dit ge leerd, dat men de kwaliteit van een school moet afmeten naar het aantal leerlingen, dat jaarlijks naar de U.L.O.-school gaat. Als het er mij nu om te doen was een „goede naam" te krijgen, dan was het voor mij een klein kunstje om aan zoveel mogelijk ouders het advies te geven: Stuur uw kind naar de U.L.O. Ze zouden daar zeker met open armen ontvangen worden, want het hoofd van de U.L.O. te Bergen heeft nog nooit van een bij hem aangegeven leerling van mijn school enig rapportcijfer of een mededeling omtrent de geschiktheid voor het volgen van U.L.O. opgevraagd, hetgeen toch op iedere U .L.O.-school regel is. Men kan daar alles gebruiken. Verder doe ik er wat de U-L.O. te Bergen betreft het zwijgen toe, Ik wil de heren van deze school niet in oncollegialiteit trachten te evenaren. Maar is het gering aantal leerlingen, dat de lagere school aan de U.L.O. aflevert dan geen bewijs dat het peil van het onderwijs daar laag is? En wat kan daar van dan anders de schuld zijn dan het takensysteem? Het schijnt de raadsleden te zijn ontgaan dat er de laatste zes jaar op onderwijs' gebied in Bergen en omgeving iets ver' anderd is. Er is nota bene in Bergen zelf een nieuwe school bijgekomen: de Mid delbare Meisjesschool, die zeer in trek is en ook van onze school geregeld leerlin gen opneemt, die anders naar de U.L.O. zouden gaan. Verder maakt de V.G.L.O.-school te Alkmaar, die terecht een uitstekende re putatie geniet, grote opgang. Daarbij komt tenslotte nog, dat de trek naar de H.B.S- veel groter is dan vroeger. En laten wij nu eens zien, wat er waar is van de praatjes, dat de resultaten van de O.L.-school zo droevig zijn. Ik neem daarvoor de gegevens van verleden jaar, omdat die van dit jaar uiteraard nog niet volledig bekend zijn en ook omdat de klas, die toen de school verliet het meest representief was voor „échec" van het takensysteem, doordat deze kinderen meer dan twee jaar aan dat funeste systeem waren opgeofferd. Ik was n.l. na mtfn ziekte van de vierde klas af meegegaan via vijf naar zes. Doordat we in die tijd de invasie van de gerepatrieerden kregen, kenmerkte deze Aantal Perc. L. perc. 17 39>/s% 23% 3) 2) 25 >U% 8% 6) 3 7% 13% 2 5% 13% 10 23% DE JAREN van welke de zomer maanden door de krantenschrijver werden betiteld met komkommer tijd, een periode, die zich ken merkt door nieuwsslapte, mede ten gevolge van het rustig met va- cantie zijn van parlementsleden en staatslieden, schijnen helaas tot het verleden te behoren. Helaas niet omdat wij nu werkelijk zo bij zonder terug verlangen naar krasse zg. ooggetuigeverhalen over het monster van het Loch Ness en andere mysterieuze waterdieren of dat wij nieuwe ontmoetingen wen sen met echte spoken op de zolder van een oud Amsterdams koop manshuis. Wèl, omdat de interna tionale verhoudingen bij voortdu ring gespannen blijven en de „vaart der volkeren" geen moment van rust meer kent. Het vage be grip neutraliteit heeft in interna tionale zin zeker geen betekenis meer, de open diplomatie betrekt de mens van nu van moment tot moment bij al het gebeuren. De ge wone man anno 1953 draagt bewust of onbewust de wetenschap met zich, dat een enkel diplomatiek ge sprek, gevoerd op tienduizenden kilometers van zijn woonplaats, dat een botsing van meningen, waarvan de motieven buiten zijn gezichtsveld liggen, ook voor zijn persoonlijk bestaan van ingrijpen de betekenis kunnen worden. HET vóóroorlogse „eiland jesspel" en de gedachte van „wie doet me wat" van de man-on-veilige-afstand is voor bij. De evolutie van het wereldbestel in al ziin vormen heeft in zo grote ma te tot verdieping en in elkaar grijpen geleid, dat het leven op eigen gezag en eigen inzichten niet alleen van de en kele mens, maar van gehele volkeren, schier onmogelijk is geworden. Een storing van een in. verhouding klein onderdeel van het mechanisme, kan het gehele wereldraderwerk in verwarring brengen- Dat dit enorme wereldmecha nisme bestaat is op zich zelf niet te betreuren. De mens van Moskou. Chicago, Bue nos Aires en Amsterdam heeft vele dingen gemeen en zij allen zullen er mee gebaat zijn. dat dit wereldmecha nisme er is én zo soepel mogelijk draait. De dromen, die om dit beeld van we reldeenheid reeds zün gedroomd zijn vele. De talrijke vredesbewegingen, die ontstonden na het verschijnen van Bertha von Suttners boek „Die Waffen nieder", de befaamde Haagse vredes conferenties van 1899 en 1907. het stichtten van een Volkenbond na we reldoorlog nummer een en de Organi satie van de Verenigde Naties na het geweld van de jaren 19391945, het zijn evenzovele pogingen om het we reldbestel in de juiste banen te leiden. Telkenmale schoot in en door deze ac ties de blauwe vlam der hope hoog op. maar de onrust kan tot heden toe niet worden uitgebannen. Het schijnt zelfs zo te ziin, dat de spanningen toenamen naar mate de afspraken tussen volke ren en groepen van volkeren groter en weidser werden. De wetenschap, dat harmonie en samengerichtheid onmis baar zijn, is na de tweede wereldoorlog meer en meer erkend, doch evenzeer in sterkere mate in botsing gekomen met nationaal en groeps-egoisme, waar door onrust, onrechtvaardigheid en kunstmatig gevoed wantrouwen telken male weer hun onheilzame arbeid met succes bekroond zien. Helaas dus geen komkommertijd Cen treffend bewijs, dat de gewenste gang van het wereldmechanisme door een op zich zelf geringe zaak een ander tempo en wellicht een onge wenste gang gaat draaien, is de. naar wij hopen tijdelijke uitschakeling van Sir Winston Churchill uit diens inter nationale werkzaamheden. Een enkel door te harde arbeid oververmoeid man en overal ter wereld wordt onmiddel lijk de zoekende vraag gesteld: Wat nu? Wat nu?Het belangrijke en door velen toegejuichte initiatief van de grijze Britse staatsman om o.a. uit bepaalde op het eerste gezicht gun- klas zich door veel mutaties. Lange tijd bestond ze uit pl-m. vijftig leerlingen. Aan het eind van de cursus '51-'52 ver trokken drie-en-veertig leerlingen met de volgende bestemming: School U.L.O. H.B.S. Gymn. M. Meisjesch. Amb-school Huish.school V.G.L.O. Er ging dus 65% vap het aantal in in tellectuele richting tegen landelijk 31%. Als men bedenkt, dat de Bosschool de intellectuele room van onze school af schept, terwijl ook nog vele leerlingen via het V.G-L.O. op U.L.O. of H.B.S. te recht komen, dan is toch wel zonneklaar, dat er voor ongerustheid geen enkele reden is. Het is in ieder geval ook heel wat meer dan de 40% van dr Hemelrijk. Apropos, hebt U gemerkt, dat de Bos school, die volgens de gegevens van de heer Van Rees Vellinga twee van de twin tig leerlingen aan de U.L.O. aflevert met 10% een pover figuur slaat. Laten de heren, die zich in de raad steeds als kam pioenen voor deze school opwierpen hun mvloed aanwenden om het hoofd ervan te overtuigen, dat hij de U-L.O.-school in Bergen schromelijk tekort doet. Ik teken hier verder nog aan, dat van de zeventien leerlingen, die naar het U.L.O. gegaan zijn er maar twaalf naar Bergen gingen. Wanneer deze school ook voor het B-diploma opleidde, zouden de cijfers voor haar zeker gunstiger zijn. De leerlingen van het staatje, die naar H.B.S. en Gymnasium gingen, deden alle uit de zesde klas examen. Het algemeen gemiddelde van alle cijfers voor de vak ken Nederlands, Rekenen, Aardrijkskunde en Vaderlandse Geschiedenis was ruim 7Vs! De twee leerlingen, die haar het gymnasium gingen, waren toen ze exa men deden, nog geen twaalf jaar. Wat echter belangrijker is dan de examen- lesultaten, is het feit, dat ze zich allen behoorlijk hebben weten te handhaven, enkele zelfs heel goed. De heer Hemelrijk complimenteerde me indertijd met deze resultaten. Hoe kan hij nu bewere», dat de kinderen bij mij niet de mogelijkheden krijgen, die ze hebben. Ik tart hem één naam te noe men van een kind, dat van mij minder gekregen heeft dan het hem krachtens zijn aanleg toekomt. Ik hoop, dat ik door dit schrijven enige dingen, die zeer scheef stonden recht heb gezet. Het gaat daarbij niet om mijzelf of mijn „goede naam". Deze is zodanig door het slijk gehaald, dat alle schoon wassen niet meer baat. Maar het gaat om het kind en om onze mooie openbare school, waar de kinderen met zoveel plezier heengaan. Onderwijs en opvoeding kunnen alleen gedijen in een sfeer van vertrouwen en liefde. Dit vertrouwen en die liefde ztfn er bij ons steeds in rijke mate aanwezig geweest. Daarvan getuigt de hartelijke samen werking tussen Oudercommissie en leer krachten. Daarvan getuigen ook onze goed bezochte ouderavonden, waarop steeds een uitstekende stemming heerst en waar nog nooit een woord van critiek op het takensysteem werd gehoord. Er is in Bergens raad in naam van de openbare school onberekenbare schade aan deze school toegebracht. Ik heb voor dit alles maar één conclusie: Het is droevig. S J. NIJDAM. Hoofd der Van Reenenschool De nieuwe Dieselpomp van de polder Geestmerambacht voldoet uitstekend, daar de bemalingskosten, vergeleken bij die van electrisch bemalen, aan zienlijk lager zijn. Er is becijferd, dat het vorig jaar een voordeel van f 12.000 heeft opgeleverd. Deze mededeling werd gedaan in de Woensdagmiddag gehouden vergadering van de banne Oudkatspel, door de voorzitter, de hr. L. Kalverdijk, Spreker zeide verder dat de kwestie met de fa. Hart over het dempen van de sloot, tot tevredenheid van het be stuur werd opgelost. De rekening 1952 sloot in ontvangsten met een bedrag van f 17725,23 en f 16865,60, aan uitga ven. Het batig saldo bedraagt dus f 869,63. De begroting voor 1953 werd vastgesteld op een bedrag van f 20014,76 in ontvangsten en f 19195.30 aan uitgaven, zodat er een vermoede lijk batig saldo zal ziin van f 819.46. De omslag werd verhoogd van f 15.tot f 17.per hectare, in verband met de verhoogde aanslagen en de bijdrage aan de watersnoodgebieden. Bij de rond vraag gaf de voorzitter nog een uiteen zetting van het werk van de bond van waterschappen, welke organisatie ook voor de aangesloten banne's van zeer Het oude boerenhuis in de Koog te Zuidscharwoude, voorheen bewoond door de heer P. Grootjes, is gekocht door de gebr. Rood. Deze laten het oude huis verbouwen tot een bewaarplaats van bloembollen. AANBESTEDING WOONHUIS GEMEENTESECRETARIS Bij de gehouden aanbesteding voor de bouw van een woning voor de gemeente secretaris van de gemeente Langedijk, te bouwen in het uitbreidingsplan centrum werd door elf aannemers ingeschreven. De uitslag was: K. Bruin f 22.075. N. Borst te Spierdijk f 22,375.Jac. Henselman f 22.442Fa Jac. Rutsen en Zn f 23.040.—; P. Engeringh f23.050.— Fa H. Metselaar f 23.154.—; Joh. Valko- net 23-190.Fa J. Rutsen en Zn 23.220.—; J. Kout f 23.950.—; K. Schuit f 24.149.—; Fa J. Tromp en Zn f 26.550.—. De begroting werd niet bekend gemaakt, gunning aangehouden. veel nut is. Een tegenstrijdigheid is echter, dat men een dubbele contributie betaalt, nl. enerzijds via Geestmeram bacht en anderzijds door de banne zelf. NOORD-SCHARWOUDE. Het voornemen om de vacanties der Lange- dijker middenstanders via een gemeen telijke verordening te regelen, is wer kelijkheid geworden. Na veel geconfe- reer is voor bakkers, kruideniers en sla gers een regeling uit de bus gekomen, die volgende week reeds ingaat. De bakkers zijn de eersten, die met vacantie gaan. De eerste groep van hen sluit van Maandag 6 Juli tot en met Zaterdag 11 Juli en de tweede van 13 Juli tot en met 18 Juli. De slagers hebben hun vacantieperio- de bepaald in het tijdvak van 13 Juli tot en met 23 Juli, eveneens over twee groepen te verdelen. Tenslotte zijn er de kruideniers, die er de laatste week van Juli en de eerste week van Augustus op uittrekken. Naar wij vernemen, geldt voor de textiel branche geen regeling. De employé's en patroons gaan hier om beurten met va cantie. stige factoren in de verhouding Oost, West, mogelijk voordeel te kunne» trekken ter vermindering der spa», ningen, met name een bijeenkomen va» de eerste mannen van de Ver. State» Engeland en Frankrijk, hopelijk ter voorbereiding van een goed gesprev met de leiders van het Sovjetblok werd in eerste instantie gevolgd dow het openlijke verzet der bevolking vaj Oost-Duitsland en Tsjechoslowakije t(. gen het Russische regiem. De aarzelen, de houding van machtige politieke stro. mingen in de VS ten aanzien van „Bermuda" zat Churchill niet mee, Uitstel van de conferentie tengevolgi van de slepende Franse kabinetscrisii werd, zo beweren boze tongen, door d- Ver. Staten heimelijk verwelkom! Daarmede speelde men in Washington een gewaagd en tevens gevaarlijk spel Als de klap van een niet vermoedi vuurpijl kwam toen het bericht van Churchills gedwongen non-actief. Ge. volg nieuw uitstel van de bijeenkomst der Westelijke Grote Drie. Gevolg oen groot verlies aan waarde, die een da. gelijke conferentie juist nu had kun. nen hebben én moeten hebben. Gevolj een zeer waarschijnlijk weer overgaan van het politieke initiatief in hande» der Sovjets. De gebeurtenissen om de zeventiend! Juni in midden-Europa waren mei) een dringend motief om zo snel moge. lijk tot een vaststellen van een eens. gezinde houding van het Westen te ko. men. De afgevaardigden van de West. europese landen in Straatsburg ontws ken een uiting der meningen, het got. de moment van Bermuda ging ongt. bruikt voorbij. Men constateerde slechts De Parijse arbeiders zonden hun ka. meraden in Oost-Berlijn een telegrag van solidariteit. Eisenhower verklaar, de. dat de Amerikaanse staatslied»! steeds moeten laten blijken, dat de o». derdrukte volken (in Oost-Europa) I» de vrije wereld vrienden hebben. De drie Westeliike machten hehbtt besloten, dat zij, nu een „Bermuda" b een vrij verre toekomst is komen l> liggen, toch overleg dienen te plegen Half Juli zal in Washington een co», ferentie worden gehouden tussen mi. nisters van Buitenlandse Zaken dei Grote Drie. In welke mate dit gesprei betekenis zal krijgen, is nog niet re ker. maar wel. dat alleen al de psyche logische waarde van een dergelii .tweede hands"-gesprek ver benecta die van een ontmoeting tussen manen van gezag als Eisenhower en Churchil ligt Hoe het ook zij, in het trekken vu conclusies en zeker in het opstellen van nieuwe richtlijnen, noodzakelijk ook door de sterke symptomen van onrast in de gebolsjeviseerde randstaten va» de Sovjet-Unie, in Moskou het Westea ongetwijfeld door dit alles een flinke stap vooruit. Sinds enkele' dagen is i» Malenkovs burcht tussen de politiek! leiders der Sovjets een druk overig gaande. De Russische ambassadeurs lo Londen, Parijs en Washington, de Res- sische' Hoge Commissaris in Oost Duitsland, Semjonov. allen ziin zij me grote spoed naar Moskou ontboden on zich mede met enkele vooraanstaand! militaire autoriteiten over de toesta!» te beraden. De Westelijke molens het' ben te langzaam gedraaid. Men kan tl zeker van zijn, dat het Kremlin daan uit voordeel zal trachten te putten. Elk moment kan een nieuwe Sovjet-mi- noeuvre worden verwacht, waarvan men op dit moment de aard en omvaar niet vermag te bevroeden, maar die oj zijn minst de verwarring en wankel' moedigheid in hel Westen zal stimuli' ren. Wij kunnen dit alles niet met bijl' ter groot optimisme beschouwen. Qok de hoop, dat de oorlogsfakkel 03 het Koreaanse schiereiland weldri zal worden geblust, is iidel gebleken, Vorige week ging het vierde jaar vat deze met zo diep menselijk leed Et' paard gaande strijd in, met als achter, grond een décor van grote verwarring ten aanzien van de voorwaarden waai' op het schijnbaar reeds zo dicht tot ei'. ondertekening genaderde hpstanddietl te worden gesloten. Het Zuidkoreaai' se volk, Om wiens vrijheid in eerste stanties de Ver. Naties de wapens or namen, is oorzaak geworden, dat h' ook hier od betreurenswaardige wij: tot uitstel is gekomen. Hoe preside Syngman Rhee en de zijnen ook oV de zaak denken en hoezeer hun r ning ten aanzien van de voorwaard van het bestand, iuist of onjuist is. f hebben deze noodlottige spaak niet» in de gewenste richting rollende wiel# gen steken. Na ondertekening- van eS wapenstilstand, een zwijgen van kanon, was er immers ruimschoots!1, legenheid om over de politieke 'f komst van geheel Korea te spreke»- Een dergelijke houding ware minste» een teken van dankbaarheid gewe® voor het leed en het bloed van jjjï derdduizenden niet-Koreaanse. o?" met het lot van dit land svmpath#! rende mensen. De wiize. waarop zich thans zelf met veel krijgsgen™ het etiket „agressor" op de borst len spelden, valt zeer te laken. Is De Kamers van Koophandel en Fa brieken van vier provincies, waaron der de drie Westelijke, hebben een adres aan de Tweede kamer gezon den, inzake het wetsontwerp betref fende belastingvoorzieningen in het belang van de werkgelegenheid op langere termijn. Enigszins verwijtend is in dit adres gesteld, dat vroegere suggesties van de Kamers (bijv. op het. punt van een principiële verlaging van de hoge en te sterk progressieve belastingen op het inkomen) niet werden over genomen. Ditmaal vragen zij met k'e! de aandacht voor een punt, dat a in het kader van de voorgenoo® maatregelen van uitzonderlijk beV achten. Zij wensen dan de instem® van een verschillend belastingtar voor winsten welke in liet beoP worden gehouden en voor ®"ns welke aan het bedrijf worden o' trokken. Vooarl psychoid hierdoor een veel gunstii. tmgklimaat ontstaan, hetgeen voor met het oog op de aantrekking buitenlands kapitaal (en dit is bij geldende industrialisatie-program, onontbeerlijk!) van groot belang zijn. In het adres worden ten wegen aangegeven, om de verw lijking van deze gedachte in oe tingtechnisch opzicht te ven digen.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1953 | | pagina 12