)ÜT GEKETEND AAN GODTHAB's ROTSEN De Ver. Staten ontdeden zich van ongewenste gast fepËgg5a aws. 8ÊS*f*ï85 KWÏS Over een fjord levend van kabeljauw ding MER Zuid-Afrika heeft geld nodig Mike Spinella chef van Maffia Het ware geluk naar Ververij ID 62 >ordeliger WITTE EECEN )ONHUIS naarsche ourant Onder Groenlanders en Eskimo's (14) JE. „Hoe kan men steen en ijs liefhebben" Verhoogde belastingen met rente terug! De man met de 365 costuums Goed geclamoufleerd Wet van de Omerta Racket in de haven VfRIGLEYj ■mm Met een tandenborstel Ter overdenking sas?,® SS|rlk~eTdbdeiW^ V6gS« dat g F-eS ge- ZATERDAG J 5 AUGUSTA'S 1953 gstelling ons is 50-JARIG langs deze 'ABRIEKEN IEUWE wij bij ik vana£ cadeau. 3568 - TEL. 4554 isttreding gegevens al- kantoor van I.A., Snouck v. fel. 3983-5461 )P GEVRAAGD ilkmaar een klein en achtertuin, id, met vrije ves- 100 bur. v. d. bl. jw product and maken? de meest ende wijze U dit be en door Uw >rtentie in e courant plaatsen. U ïikt dan een pk ra c hti g publiek. izenden van num- n op advertenties eefd verzocht het ïmer in de linker van de enve- Als de netten worden opgehaald, blijkt de fjord haar buit prijs gegeven te hebben. Duizenden kabeljauwen blinken en schitteren in het vreemde witte licht van de nacht. heeft in de granieten jungle van Groenland 'niet langer dan anderhalve week nodig om te leren, dat zelfs de meest solide belofte niets anders is dan een vaagheid, die net zo snel ver waait met de wind als het pluis van uitgebloeide paardebloemen. De Tikerak, het schip dat ons naar het Zuiden zou brengen, ging niet naar het Zuiden. Eerst was er, op het laatste ogenblik, toch weer te veel ijs. En daarna, toen dat ijs op drift scheen te komen, kwam de Jobstijding, dat er in de kolonie Julianahab, een der voorposten aan de Zuidkust, geen zout meer was. 80 ton zout dienden dus met de Tikerak verzonden te worden. Dat was een goed ding, waarmee men vrede kan hebben. Maar dat zout was er nog niet! Ofschoon het iedere dag kon komen. Misschien morgen misschien overmorgen. Imarak. Dit wachten was bepaald onaangenaam, om het nE STEMMING lijdt er (nog) niet onder. Dit leven hier is zo nieuw, co vreemd, zo vol ook van onver wachte gebeurtenissen, dat de dagen die we wachtend doorbrengen, ge vuld zijn met ervaringen en vreem oe ontmoetingen. Het weer is rede lijk goed; dat wil zeggen, gerekend naar Groenlandse maatstaf. De tem peratuur beweegt zich om het vries punt en dat betekent, dat het pittig koud is. Ook al omdat er vrij veel wind staat. Een schrale, harde wind, die komt aangewaaid van de IJskap. Van morgen spraken we samen over Holland, over zich op terrasjes zonnende mensen, over zwemmen en zulk soort dingen. Na dat gesprek gingen we op zoek naar betere, dik kere wanten, en naar een muts, ge voerd met muskusossen-haar. Die kou staat ons maar matig aan. We zijn namelijk nog niet helemaal ge acclimatiseerd. Daar komt bij, dat er od Tikerak matig, zéér matig, ge stookt wordt. Men vergeet daar ook nog al eens de verwarming bij te zet ten Warm water was er alleen de eerste dag, daarna niet meer. Ook de radio is overleden. Een aardig schip overigens. Wat klein, met haar vier honderd en zoveel ton. Ze heeft ook een veelbelovende bijnaam, waarop we ons nu al verheugen als we straks buitengaats zullen komen. Een variatie op de naam Tikerak: „Tiger Vanwege de beweging, die ze bui tengaats pleegt te maken. Een koste lijk vooruitzicht! zacht te zeggen. Godthab kenden wij en Godthab kende ons intussen. Iedere Deen en al flink wat Groenlanders zeggen ons, in het voorbijgaan, vriendelijk goeiedag. Er schijnen er te zijn, onder de Groenlanders, die menen dat we ons hier voor goed gevestigd hebben. Een sympathieke gedachte van hun kant, maar aan ons vreet de onrust. Om dat we wèg willen, wèg van deze stenen puist (terminologie Van der Zee), wèg van deze grauwe klip, die we van binnen en van buiten kennen. In die dagen moest ik vaak denken aan dat be kende verhaal van Conrad, "Youth", „Jeugd". Hij beschrijft daarin een jong zeeman die haast heeft en weg wil. Telkens als hij bijna weg is komt er wat tussen. En zo leert hij wat geduld is. Ik hoop niet, lezers, dat wij in de komende weken al te veel geduld moeten leren. ÖEZE wachtperiode heeft natuurlijk ook weer haar goede zijde. We krijgen de kans de fjorden in te gaan en iets te zien van de jacht achter de kabeljauw. Deze tochten maken we aan boord van een hyper wankel motorbootje, dat met een man of zes volbezet is. Het was geen I best weer, ofschoon alleen wij dit schenen te vinden. In Holland meent men wellicht, dat fjorden iets zijn als smalle kanalen tussen twee hoge rotswanden. Wat die rotsmuren be treft klopt dit wel. Maar de breedte is soms een, soms twee kilometer, en er zijn er die aanzienlijk breder zijn. En in die fjorden kan een Be hoorlijk stuk ruw water staan. Dat stond er, tijdens onze tochten. Het werd een bar koude en natte zaak, maar we zagen een wonder baarlijke visvangst. Een vangst, die mij deed denken aan het Bijbelse verhaal, waarin het net scheurde. Dit net scheurde niet, maar het was loodzwaar van kabeljauw. Een onge looflijke hoeveelheid vis, die als een levende hoeveelheid schuim boven kwam. Duizenden en duizenden ka beljauwen, die binnenboord gehaald en tegelijk gekopt werden. Dit alles vond plaats In het vreem de, witte licht van de nacht, met zwijgende Groenlanders en op een dansend, springend scheepje. De zee rondom ons leefde van vis. Duizen den en duizenden kilo's waren in dat enorme net vereend. En er waren méér netten, die hier uit stonden aan het uiteinde van deze fjord. DE ANDERE DAG zaten we tegen over de kapitein van de Tikerak. "n is zeeman tot in z'n vingertop pen. Een kwart eeuw lang kruiste h'j langs de kust van dit eiland, dat bi) beter kent dan zijn huiskamer in Kopenhagen. Een man van weinig woorden. Te weinig, naar onze smaak. Ieder antwoord, dat hij geeft op een vraag, wordt langdurig over wogen. Zelden ontmoette ik een man die zó economisch met woorden om ging. Ik vraag hem of hij wel eens eer der Hollanders op Groenland ont- woet heeft. Nee, dat heeft hij nooit. Eenmaal, jaren geleden, een weten schappelijk onderzoeker aan de Oost kust. Hier, aan de Westkust, waren Been Hollanders, bij z'n weten. Of hij van Groenland houdt, vraag hem. Men verwacht van iemand s's een zeeman, die z'n halve leven hier doorbracht, een bevestigend antwoord. Hij zwijgt en ziet Van der Zee en Wij peinzend aan. Dan begint het oude, grijze hoofd langzaam heen en weer te gaan. Ontkennend. Opnieuw vraag ik: „Houdt U van dit land, kapitein?" En dan komt het antwoord: „Nee, ik houd er niet van, ik haat het". Als hij dan ziet, dat wij het niet begrijpen, komt er achteraan, op een bittere, haast verbeten toon: „Hoe kan een mens iets liefhebben, dat alleen bestaat uit steen en ijs Gelooft u mij lezers, dit antwoord klonk niet plezierig. Er zat een hoeveelheid spijt, teleurstelling en heimwee in van een kwart eeuw lang. We hebben het gesprek niet voortgezet. De kapitein ging naar z'n hut. Wij vertrokken naar de onze. Er was geen verwarming en de kraan deed het niet meer. In het bed (6 decimeter breed, smal en dus warm) was het niet warm. We legden er onze jassen overheen. Toen was het nog aan de kille kant. We hadden behoefte aan alles, maar zeer spe ciaal aan hete koffie, een hartige hap en wat aanspraak in onze moe dertaal. Niets van dat alles gewerd ons. De Tikerak deinde heel zacht- Ons schip, de „Tikerak" (400 ton), Godthdb binnenstomend. jes in het fjordwater. Van der Zee zuchtte onder me, in de beneden- kooi. Ik zuchtte mee. Toen gromde hij naar boven: „Je hoeft niet in de maat te zuchten". In de stilte daarna hebben we gebeden dat het zout voor Julianahab snel zal komen. Het kwam niét snel. Natuurlijk niet. Niets komt snel in dit land, behalve de beloften, die nooit in vervulling gaan. Opnieuw een dag. Opnieuw een avond. En toen kwam de Leviathan. (Van onze correspondent in Z.-Afrika) QOM KLASIE HAVENGA, de Zuidafrikaanse minister van finan ciën, heeft voor de twee-en-twintig- ste keer in zijn lange ministeriële loopbaan een begroting ingediend en voor het eerst in al die jaren beeft bij het volk geschokt door wat hier beschouwd wordt als drastische voorstellen. De prijs van het brood wordt een stuiver hoger, auto's worden gemiddeld zeshon derd gulden duurder, de benzine zal vijf cent per liter meer gaan kosten en de „hereregte" (belastin gen op het aankopen van onroe rende goederen) zijn met één pro cent verzwaard. En voorts is de in komstenbelasting verhoogd met on geveer tien procent. Dat betekent, dat een echtpaar met drie kinde ren bij een jaarlijks inkomen van 8000 gulden thans 180 gulden per jaar aan de fiscus moet offeren. Van inkomens die 20.000 gulden per jaar bedragen eist minister (Van een correspondent te Rome) J\E STATIG E MAN, die onlangs op het vliegveld Ciampino bij Rome uit het zo juist uit Amerika aangekomen vliegtuig stapte, had naar zijn uiterlijk te oordelen best een gewichtige persoonlijkheid kunnen zijn, als de brillant aan de pink van zijn linkerhand niet net iets te groot was geweest om een werke lijke gentleman te kunnen sieren. Als men wat nauwkeuriger keek, dan kon men aan de onberispelijk geklede verschijning met zijn markante Romeinse gelaatstrekken nog enkele andere opvallende dingen opmerken, die tot voor zichtigheid maanden: de ijskoude, boosaardige ogen bijvoorbeeld. De journalisten, die hun indrukken over de nieuw-aangekomene uitwisselden, herkenden aan dergelijke kentekenen, dat dit een van die tegen wil en dank terugkerende emigranten was, die de smeltkroes Amerika weer heeft uitgespuwd. Michele Spinella zo heette de reiziger met zijn voortreffelijk zittend vierhonderd-dollar-costuum en de protserige solitair; 58 jaar geleden op Sicilië geboren moest de weg van zo velen van zijn landgenoten gaan, die door de FBI, de federale criminele politie van de V.S., als lid van de Maffia geïdentifi ceerd en uitgewezen werd.. De autoriteiten aan de andere zijde van de Atlantische Oceaan hopen, dat ze op deze wijze eindelijk kunnen afrekenen met de gangsterplaag. Al moeten ze de intussen genaturaliseerde immigranten uit het oude Europa en vooral uit Italië, die in de onderwereld een buitengewoon onroemvolle rol spelen, wel behouden, ze maken onverbiddelijk gebruik van de mogelijkheid om de nog overgebleven niet-Amerikanen weer naar hun vader land terug te sturen. HET was niet eenvoudig om te be wijzen, dat Michele, alias Mike Spinella, tot de wereld van de mis daad behoorde, want het gangster wezen is naar men weet, handig ge noeg om naar buiten de schijn van goed-burgerlijke bezigheden te be, waren. Van Spinella zegt men, dat hij in zijn prachtige huis te Washing ton 365 elegante costuums van de beste kleermaker in zijn klerenkas ten had hangen en enkele honderden paren schoenen erbij. Zijn ondergoed wordt speciaal voor hem in Tokio gemaakt, van de beste zijde natuur lijk. Dergelijke luxe diende niet al leen ter bevrediging van zijn genot zucht, waaraan hij immers geen ma teriële grenzen behoefde te stellen, maar ook ter camouflage. En ca mouflage had Spinella werkelijk wel nodig want hij was een van de chefs van die geheime misdaadmaat- schappij. die nu eens „syndicaat", dan weer „consertium" genoemd wordt, maar in ieder geval de nieu we Amerikaanse uitgaóe van de Si- ciliaanse Maffia is. DE COMMISSARIS voor de bestrij ding van de handel in verdoven de middelen bij het ministerie van Financiën, H. J. Ansliger, beschouwt Spinella als een van de toonaange vende „bosses" van deze lucratieve handelsbranche. Een onomstotelijk 'bewijs kon niet tegen, hem geleverd worden, hoewel een van de beste speurneuzen van de federale politie, Chaues Siragusa, erin geslaagd was een hele troep handlangers, allemaal zonder uitzondering Sicilianen, te arresteren en hun deelneming aan de handel in verdovende middelen te bewijzen. Maar ze hielden alle maal hun mond; ook in de gevange nis hield de wet van de „Omerta", het onvoorwaardelijk zwijgen, hun lippen vergezeld. Zó kon „bosg" Spi nella zich ongemoeid verder wijden aan zijn zaken, de paardenrennen bezoeken, zich bi.i baseball matches vertonen en in zijn loge in de Metro politan Opera zitten dutten. Het kon hem weinig schelen, dat politie en fiscus zich voor de bronnen van zijn inkomsten interesseerden; zijn advo caten wezen alle bezwaren glim lachend van de hand. Natuurlijk, Mr. Spinella verdiende zeer veel geld, genoeg om een zo verkwistend leven te leiden; hij speculeerde nu een maal en sloot weddenschappen af steeds met groot succes en hij was ook deelgenoot in verschillende on dernemingen, kortom, hij was een zakenman van formaat, die wel graag een beetje groot deed en daarmee de philisters ergerde, maar in de grond toch een voorbeeldig staatsburger en een punctueel belastingbetaler. ENKELE maanden geleden werd op het bureau van de procureur- generaal te Washington, Granery, een dossier gedeponeerd, dat de werkzaamheden betrof van een „racket", een misdadigersorganisatie, in de haven van Jersey City. Hon derdduizenden dollars verhuisden uit de zakken van de reders en scheepsmakelaars in die van de mis dadigers en wel op een hoogst een voudige manier. De gangsters had den een onderorganisatie van de vak vereniging, de I.L.A., International Longshoremen's Association, in hun hand gekregen, waarin de mannen georganiseerd zijn, die de kranen bedienen, benevens de havenarbei ders, die voor het lossen van de vrachten moeten zorgen. Het lossen van schepen werd steeds afhankelijk gemaakt van een extra premie, die aan de leiders van de vakverenigin gen betaald moest voorden. In geval van een weigering werd er meteen gestaakt, waardoor de ondernemers e grootste schade leden. Ze gaven dan ook meestal aan de chantage toe en betaalden al mopperend de gevraagde bedragen; de leiders van de I.L.A., Giantomasi en Pasquale Ferrone, incasseerden astronomische sommen. Ze deinsden er niet voor terug hun eigen landgenoten te brandschatten, bijvoorbeeld een sta king uit te roepén bij de aankomst van een schip met citroenen uit Italië, als de ontvanger niet op het laatste ogenblik 10.000 dollar op tafel had gelegd om zijn citroenen voor bederf te bewaren. De arresta tie van Ferrone en Giantomasi en andere stromannen bracht de procu reur-generaal tot de overtuiging, dat de eigenlijke aanvoerder van de „racket" niemand anders was dan Spinella, wiens mensen zelfs voor- C** Havenga onder deze omstandighe den tien procent. En dit is voor Zuid-Afrika een ongekend hoge be lasting. Maar: alle belastingbetalers krij gen de bedragen, die zij thans méér gaan betalen dan in vorige jaren, over vijf jaren geheel terug met nog vier procent rente bovendien Want de minister beschouwt de verhoogde belasting niet als belas ting, maar als een lening, die het volk aan de regering verschaft. Een lening met een looptijd van vijf jaar, vier procent rente dragend. VERMOEDELIJK is dit wel de meest vriendelijke belasting, die nog ooit een minister van financiën heeft inge voerd. Maar het door lange welvaarts perioden verwende volk van Zuid- Afrika schreeuwt niettemin moord en brand. En de parlementaire oppositie bevecht de maatregelen tot het uiterste Men weet, dat het land voor zijn fantastische ontwikkeling enorme ka pitalen nodig heeft, maar men js niet van harte bereid, de daarvoor nodige offers te brengen, zelfs niet al komen die offers over vijf jaar met rente terug. Voor wie gewend is geweest aan de drukkende belastingen in het na oorlogse Europa is de politieke agitatie tegen minister Havenga's begroting een bijna komisch schouwspel. In dit rijke land. met zjjn hoge salarissen en zijn. overvloed aan consumptiegoederen zijn de belastingen nog altijd veel lager dan elders. En nu de regering bij wijze' van terug te betalen belastinggelden een lening vraagt teneinde het wel vaartspeil te handhaven door voort gaande industrialisatie), nu zucht het verwende volk van Zuid-Afrika alsof het 't grootste onrecht ter wereld te verduren krijgt. Maar de regering-Malan, in welker gelederen oom Klasie Havenga een ge zaghebbende positie inneemt, denkt er niet aan om de voorgestelde maatre gelen terug te nemen. Men heeft li4 millioen gulden extra nodig voor de uitvoering van „kapitaalwerke" en dat bedrag moet er komen, goedschiks of kwaadschiks. Minister Havenga is een conservatief financier; hij is nog altijd een aanhanger van de simpele maar degelijke theorie, dat het huishoud boekje van de staat moet kloppen. Hij heeft in zijn nieuwe begroting veilig heidshalve zelfs een overschot van vijf millioen gecalculeerd. En hij is er, gezien de gunstige reacties uit het buitenland, in ieder geval in geslaagd om door deze begro ting aan te tonen, dat de Unie nog altijd een land is, waar buitenlands kapitaal niet alleen welkom, maar ook veilig en winstgevend is. En dat is, voor een zo snel groeiend land als de Unie van Zuid-Afrika, van eminent belartg. (Advertentie Ine. Med.) schreven, welke havenarbeiders aan genomen moesten worden, waarbij alleen leden van de Maffia in aan merking kwamen. DITMAAL sloeg het openbaar gezag bliksemsnel toe. Op een ochtend drongen drie ambtenaren van de federale politie de luxueuze woning van Spinella te Washington binnen, haalden de gangster uit zijn hemel bed met de lakens van crêpe-de- chine en gaven hem net voldoende tijd om een van zijn 365 pakken uit de kast en een tandenborstel uit de badkamer te halen. Hij mocht geen koffer pakken en kreeg geen toe stemming om ook maar een enkel telefoongesprek te voeren. Kort daarna zat hij in een vliegtuig naar Italië. De officiële reden van zijn uitwijzing was verboden immi gratie. Inderdaad was Spinella 30 jaar geleden zonder vergunning naar Amerika geëmigreerd en had nooit zijn Italiaanse nationaliteit opgege ven. Overigens had hij een Blanco strafregister; weliswaar had hij in 1933 wegens moord terechtgestaan, maar hij moest bij gebrek aan een duidelijk bewijs vrijgesproken wor den. Zijn eerste woorden bij het verla ten van het vliegtuig in Ciampino waren een bittere klacht, dat hij sinds twee dagen geen schoon over hemd had kunnen aantrekken. Hij vroeg naar een hemdenmaker maar de winkels waren al dicht en bovendien was de Italiaanse politie niet genegen de ongewenste terug gekeerde emigrant zo maar naar Rome te laten gaan. Spinella heeft nu een verblijf in het kleine Sici- liaanse dorp Marinea toegewezen ge kregen. Ingewijden zijn van mening, dat hij zich daar niet zal laten be graven. O Here, mijn erfdeel en mijn beker. Gijzelf bestendigt, wat het lot mjj toewees. Ps. 16:5. Wf leven tegenwoordig in een fel bewogen wereld. Die bewogenheid manifesteert zich o.a. in een geweldige SoohgSth°eePrf,fting' Zv°ak de wereId nooit heeft aanschouwd. Niet minder °ns df felle strijd om een be paald levensbeginsel tot heerschappij aan Hngen' ^a," denken we hier vooral aan de worsteling die we aanduiden ï'14 tussen „communisme" en 16 Eyeneens valt op te mawA een,.sterke voorliefde voor de wallnR a» ?en bij de individuen. If3™1 de neiging spreekt om het wel fe van eigen leVen ook in eigen hand te nemen. De gedachte dat het het WeLn1/b6Zlt 13 met graagte van nt. u door- °ns overgenomen. Dat heeft wellicht nog voedsel gegeven aan de lust om te emigreren nafr de nieuwe wereld. Wie hitr bbjven hech! Deze denkwereld nu is zeer sterk E'ft van wat door alle eeuwen heen in de Heilige Schrift Is verkon- uUPè Sifirenn hjel:boven een woord w» V'een 6palf «Jn^ landbou! S4 plaats van "het^ bo^laM Daarneid en vruchtbaarheid van Hat mtne?aa?anvnn°0l;zag z°'d" antoSi'f dat -u opleveren.1" DaTrenfegïn dé f wj vt^vfr„ £i blijdscSp'teSkennen.rUC'ltIgbe gen Xr dieDedSPere?\Ps' 16 ,hoor* en ziet ^chHer'do^l precies waf rT- ?gen' Dat was nu kwalificeren deninn'rfdle beneden zijn, wat de hei denen doen". Immers een vette nf go^deren B^enStj ramiwp^dtbimdervin^en£azodatn de6 op* beTeS Z° fhwij^toTh miin voren. Hij schrijft: O Here mijn erfdeel en mijn beker. deGever van-3£%jXtTj2ï'(& ëiAwTréFm^r^^^^e' krachten Hij 'taïl^doo^een krachtige arm uitgeleid uit de Z vo^W; 7fertig lënr heeft Hij woestijn in een leV<?n Phouden in dé IengriniaaH iS Sovorden"van ee^gezlï NlmmeanhéeVft0 Goddhef "t* en honig' zijn volk teleurgesteld! vertrouwen van zegtaaoaw denkt de dichter als hij hoeftr'z/cnh ««es^ denkeS' °Ver denldreeldfgègmodlffkhe- We ?eoÊrirtliJwee moeten bewonderen6' S°dd^'k beleid lot^hem bestendigt ook wat het blijkt als hij zeef'in hdT gaf °at he0ferih'ekm H°e Sn06re" vielen™^* koort nfij. Ps^ie 6?' erfdeel\v grond* maa^Gori ecf!ier j?iet een stuk al les besUmrt en feteVTn mef' di<? tederheid zorgt voor ziin vnit "If* hiér ?chodetr Deze Tchtel Tót4 'o?grfeTeilluta4 bove" de ij dele woest Hii ctoiF t Xa.n zovelen ver- waara^we' wezel g<^3tebjke structuur, deze meditatie! d"n riet ae an evensvisie vréémd is fan wd6Ze levend geslacht Tnr»ii j-a het nu Ps. 16 niet maar ls d!,twoordvan Palestijnse landman vf! 2lV°°r de geleden, dit is JL? 25 eeuwen reidbesclfouwing^nSe ofkedan','S'le'd' We' ook nu niet gTukkic' eeuwige waarheid- m it r alleen de deel en mU Sr.0 Here mijn erf' F. X. ■■H

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1953 | | pagina 5