i EQIP SERMIA: DE MOEDER DER IJSBERGEN Be man uit D.D.D. Een grommende verschrikking van levend ijs met ontzagwekkende vernietigende oerkracht Onder Groenlanders en Eskimo's (32) Tong van de ijskap perst per dag twintig millioen ton ijs in zee Fjordwater stijgt in één keer soms zes meter door A nth. van Kampen r 7 Pim, Pam Pom en de wonderlamp Ons dagelijks feuilleton Radioprogramma Huid uitslag DINSDAG 29 SEPTEMBER 1953 X ESKIMO'S en Groenlanders gaven haar de naam Eqip Sermia. Wij, Europeanen, noemen haar: de grote gletscher. Wij hadden ons opnieuw vergist, toen we meenden na 1 of 2 uur bij de gletscher aangekomen te zijn. Je vergist je altijd in dit land. Robert Chauchon, de Fransman, vroeg me te schatten hoeveel kilometer we nog van Eqip Sermia af waren. Ik wilde niet te laag schat ten en zei: 6 kilometer. Het waren er vijf en twintig. Maar elk uur kwam ze naderbij, ieder uur wer den de contouren helderder, klaarder, en einde lijk konden wij haar zien, in haar geheel. Het was ontzaglijk en onbeschrijflijk. Daar lag het gevaarte, 8 kilometer breed en 100 meter hoog. Een reusachtige tong, een brok van de Ijskap, een ventiel van Groenland. Deze gletscher is een uitlaat, waardoor de IJs- Sommige ijsbergen bezitten complete spelonken. kap zijn. te veel spuit. Het teveelgeschat dopr Deense geleerden op 20 millioen ton per dag. Men moet de eindeloze processies ijsbergen gezien hebben, om enig idee, enig begrip van de gigan tische hoeveelheid ijs te krijgen, die hier uur na uur het vasteland van Groenland verlaat om haar lange, eindeloos lange vaart naar zee te beginnen. We naderen de gletscher, zo dicht mogelijk. Dat wil zeggen: altijd nog op een afstand van enkele kilometers. Daar was reden genoeg voor. Want deze gletscher leeft op een verschrikkelijke ma nier. Zij leeft en beweegt. Niet zo snel, maar snel genoeg om een schip van 5 tot 10.000 ton in een paar seconden te vernietigen. Die snelheid is ge middeld 20 meter per dag. Dat is het tempo, waarmee de ijskap zich hier naar buiten, tussen twee zwarte rotsmuren doorheen perst. hoord, kan ik de verzekering ge ven dat ze gemaakt zijn onder de allerhoogste spanning en emotie. Arme AVRO-reporterdie met half-afgevroren vingers bezig was een fractie van de stem van net le vende ijs te vangen in zijn appara tenNee, geen fractie, een on meetbaar onderdeel van een fractie. Want dat geluid was overal, boven de gletscher, erin, eronder, en tus sen elke toren, elke bunker, elke muur. ZO BELEEFDEN, zó ondergingen wij Eqip Sermia. Wij allen, de radio man van Jakobshavn, de dokter, Ro bert Chauchon, de Groenlanders en wij. Geen een sprak meer een enkel woord. Hier sprak alleen de grote gletscher. In een taal, die nauwelijks van deze wereld is. De taal van iets, dat zeer na aan de eeuwigheid ver want moet zijn. Het water begon sterker te golven en de Groenlandse stuurman ging een andere koers va ren. Hij werd bang voor z'n scheepje. En zo stonden wij daar maar, met de ijzige kou opstijgend in onze li chamen, en aldoor met dat verre grommen en dreunen van die beto verde ijsstad, dat bevroren Pompei', nabij ons. Het dreunen en sidderen van de „Moeder der ijsbergen" in dit deel van Groenland. De moeder, wier kinderen de ijsbergen zijn die ze loslaat, die zich losscheuren en hun eigen weg gaan. Eerst in de fjord, dan naar Disko-baai, daarna naar Straat Davis, en tenslotte naar de grote, verre Oceaan. Wij voeren weg en wij kwamen langzaam terug tot de werkelijk heid. Tot onszelf op dat kleine schip, een wegzoekend tussen die wereld van schotsen en ijsbergen. Er was geen gevoel meer in m'n lichaam. Ik was versteend. En nooit in m'n leven interesseerde kou me minder dan in die ogenblikken. Om dat ik wist iets gezien te hebben, dat een zo verre, een zo lange, een zo kostbare reis waard maakt, ge maakt te hebben. Een reis naar een wonder. Ik zei dit Robert Chauchon en hij lachte. En hij antwoordde daarna: „U zult spoedig iets anders zien en u opnieuw verbazen". „U bedoelt de Ijskap?" vroeg ik. Hij knikte. „Ja", zei hij, „De Ijskap. Die kunt u niet beschrijven voor uw lezers. Alles wat u erover schrijft zal slechts heel in de verte de werkelijkheid benaderen. Er zijn nu eenmaal dingen in een land als dit, die je eenvou dig niet beschrijven kunt. Je moet ze zelf zien, zelf ondergaan." Hij wees voor zich uit, de kleine leider van de Franse expeditie. „Kijk daarin de vertelangs mi'n vingerziet u die verhoging op de rotsen? Dat is ons eerste kamp, onze basis Daar moeten we zijn. Port Victor". Port Victor ligt voor ons. En ach ter ons de grommende verschrikking van de levende gletscher. Eqip Ser mia. De DOORTOCHT van het ijs! Hoe moet ik u dit beschrijven, lezer. Stel u voor een soort Pompei', een versteende stad. Met grijze pilaren, grijze beelden, grijze muren, grijze wallen, grijze torens, grijze burchten. Zo was de indruk, de eerste indruk, die ik van de grote gletscher kreeg. Een witte, grijze wereld, vernield, vermorzeld door honderden atoom bommen. Dat gevaarte van 8 kilo meter breed en 100 meter hoog, ligt schuin naar beneden gericht. Een monsterachtige wal van ijs, die on- ninitniiiiiiiiiintniiiiiiniiiiniiiiiiii'.iiiiiniiiiiiiiiiiiiniiiiiiniiiiiBiiiiiininininiinniinni zichtbaar in beweging is. Een on voorstelbaar perpetuum mobile, een ongelooflijke eeuwigdurende bewe ging. Wij wisten dat zij bewoog, en hoewel wij het niet zagen, voelden we de verschrikking van de krach ten die achter al dit ijs moesten werken. Krachten, waarvan men sen geen flauwe notie hebben. Krachten, die onmeetbaar zijn, en die nergens in cijfers beschreven staan. Het was groots en het was sinister, dit ijs-Pompei'. Vooral ook. omdat wij het leven, dat gistte, woelde en trilde onder deze millioenen tonnen ijs hoorden. En soms zagen. Dat waren de keren, als brokken van de gletscher afscho ven. Van verre gezien langzaam, rustig. Maar wij wisten dat deze lawines zich met duizelingwekken de snelheid baanbraken. Delen van dit Pompei', die het con tact verbroken hadden met de rest, en naar beneden kwamen, in de richting van de fjord. En daar vorm den zij de ijsbergen, het drijfsijs, de schotsen. Daar begon hun tocht naar het onherroepelijk einde. De zon scheen over die ijsstad. Een vreemde zon over de allervreemdste stad die ik ooit zag. Dia zon doolde, zwalkte langs de burchten, zuilen, bunkers en wallen. Een onrustige zon, met hier en daar wat schaduw. Vreemde glanzen schoten over de stad, vreemde schittering weerkaat ste zich in het zwarte fjordwater. Geen vogels meer. Geen zeehonden. Geen mensen. Een dode wereld. Een verloren rijk van ijs en sneeuw en kou. De tong van Groenlands ont zaglijke Ijskap. DE GROENLANDERS lieten de mo torboot langzaam voorbijschuiven. Van der Zee wilde méér filmen, méér fotograferen, hij wilde er dich ter en dichter bij komen. Maar ze weigerden en ook Robert Chauchon weigerde. Natuurlijk weigerden ze, omdat wij, Van der Zee en ik, geen notie hadden van het gevaar. Omdat er in die uren geen grote verschuivingen, lawines, plaatsvonden. Chauchon vertelde iets omtrent de consequen ties van redelijk grote lawines. Dat het fjordwater in enkele seconden vier, vjjf, zes meter kan stijgen. En dit stijgen geschiedt in éen maal, met éen golf. Ik kan met geen benadering schat ten, hoelang wij daar op het dek van die Groenlandse motorboot gestaan hebben. Tijd en kou interesseerden ons niet in het minst. We wilden dit, alleen maar zien en volledig in ons opnemen. Omdat we wisten, dat we dit nooit weer zouden zien. Het zijn de momenten, waarvan men zich realiseert, dat ze één keer worden ondergaan in een mensenleven. Steeds nieuwe brokken gleden om laag en eerst minuten later golfde het water onder de boot. En het geluid bereikte ons eveneens eerst veel en veel later. Dat geluid: nooit zal ik het meer vergeten, dit donkerdreunen, dit vreemde schuivend-glijdende geluid, langzaam, haast aarzelénd beginnend, dan aanzwellend tot een doffe, diepe donder, om dan uit te sterven, lang zaam, talmend, tot een eindeloos ver en weemoedig zuchten en ker men. De stem van het levende «s, de stem van de lawines. Van der Zee was voortdurend in actie met z'n taperecorder. En hij kreeg het geluid. Het Nederlandse publiek dat deze opnamen heeft ge- 132. Pim, Pam en Pom trokken zich niet veel van -Ali's woorden aan. Ze waren verrukt over de wonderen die de toverlamp kon verrichten en ze vonden het heerlijk om allerlei mensen een ple ziertje te doen. Nu ja, het liep een enkel keertje wel eens heel anders af dan zij bedoeld hadden, maar vergissen is men selijk, zoals Pim heel eigenwijs opmerkte toen ze op weg waren naar het huis van de baron om naar de televisie te gaan kij ken. Moeder Woeffie zou optreden in een kook- en bakpraatje. Zij was met één klap beroemd geworden door de prachtige taart, die zij zogenaamd ge maakt had. Moeder had heel erg in de rats gezeten, maar ook nu bleek, dat een mens méér kan dan hij denkt, want on der het oog van een deskundige en kies keurige jury had zij een nieuw pronk stuk van een taart gemaakt en nu zou ze voor de televisie haar geheime re cept voor appeltaart bekend maken. Een recept, dat jarenlang in de familie be waard was gebleven en van moeder op dochter was overgegaan. Toen de baron dit hoorde, smakte hij met de lippen en droeg zijn vrouw ogenblikkelijk op om potlood en papier gereed te houden. D« baronesse zei niets. Met opeengeklem de lippen luisterde zij naar het verhaal van Moeder Woefie. Zij was 't incident van het hoedje nog steeds niet vergeten. Maar Pim, Pam en Pom genoten, toen zij hun Moeder op het beeld zagen ver schijnen en ook de baron was erg in zijn nopjes. De grimmige reus. OPLOSSING KRUISWOORD- PUZZLE HORIZONTAAL: 1 fok, 3 geboren, 8 i.v.m., 11 uk, 12 sr., 13 boa, 14 us, 16 e.g., 17 tempel, 20 klaver, 22 ree, 23 aster, 26 leg, 28 slaag, 30 bende, 33 eg, 35 t.a.t., 37 Mao, 38 Ma, 39 rap, 41 Epe, 43 wijn, 44 spellen, 45 trawant, 46 Let, 47 kas, 49 Leo, 50 A.R., 51 S.O.S., 53 kim, 55 no., 56 ampel, 58 gagel, 60 aha, 61 molen, 63 ren, 65 lawaai, 67 oneven, 70 er, 71 d.i., 72 Ede, 74 en, 75 ra, 76 ido, 77 ragebol, 78 hop. VERTICAAL: 1 fut, 2 oker, 3 Gré. 4 B.B., 5 ooft, 6 Ra, 7 nul, 9 veeg, 10 mgr., 12 spelt, 15 saldo, 18 mes, 19 laat, 20 krem, 21 vee, 24 s.g., 25 eb, 27 verslag, 29 aanloop, 31 nalatig, 32 fantoom, 34 gaper, 36 t.p., 38 mijnen, 40 pet, 41 enk, 42 ets, 43 wal, 48 Ab, 51 smaad, 52 semi, 53 kano, 54 me ren, 56 a.h.w., 57 l.o., 58 ge, 59 lev, 60 aard, 62 lade, 64 Nero, 65 lei, 66 air, 68 Nel, 69 nap, 72 eg, 73 eb. OPLOSSINGEN ZATERDAGSE HERSENGYMNASTIEK 1. Russische eilandengroep in de Beringzee. 2. Op 5 Augustus 1529 tussen Frank rijk en Spanje. Zo genoemd door de bemiddeling van de Ned. land voogdes Margaretha en Louise, de moeder van koning Frans I van Frankriik. 3. Uit Japan stammend siergras met hoge, bruine pluimen. 4. In 1935. Ca. 2 jaar. 5. Vaartuigen in de Middellandse Zee. 6. Verzamelnaam van de Nederlands sprekende bewoners van Neder land, Vlaanderen, Zuid-Afrika, In donesië. West-Indië en Noord- Amerika. 7. Door Winston Churchill bedachte naam (1945). 8. De Corantijn. 9. Lamppetroléum. 10 Een worteltrekking. 44) Ze zag hem terug in een stalen stoel op het terras, waar hij een pijp rokende en naar de blauwe hemel starende op haar terugkomst zat te wachten. De maan was vol en rood en hing als een enorme sinaasappel in het diepe blauw van de hemel. Dreigende wolken trokken nu en dan voor haar langs, na men haar kleur in zich op en werden weer eentonig grijs, als ze voorbij ge dreven waren. „Dit herinnert mij aan de dagen, die ik op de boerderij doorbracht, merkte Tom op toen zij naast hem zat. Hij haalde diep adem. „Het doet mij me weer als een kind voelen. Niets dan de goede aarde, om mee te vechten Claudia hield hem de keurig opge vouwen kaarten onder zijn neus. „Hier", zei ze langzaam, „als je excuus om een paar woorden met mij te praten. Daar om liet je ze liggen. Óf niet soms?" Tom lachte. „Een excuus is beter dan geen. Had je een prettige dag? Ik had moeten weten, dat dat je lievelings plekje was. Mijn aanwezigheid daar was absoluut toevallig. Dat verzeker ik je". Zijn lach verbreedde zich. „Forrester leek in staat, een moord te plegen. Ik maak die blunder niet weer. Ik zal voor taan in mijn kamer of in de tuin rond blijven hangen". Claudia keek hem strak aan. „Het meer is openbaar terrein. U mag het gebruiken wanneer u maar wilt". Haar stem spande zich. „Maar meneer Cava- nagh, waarom stelt u zoveel belang in mijn privèleven?" Hij woog haar woorden zorgvuldig voordat hij antwoordde: „Omdat jij een allerliefst meisje bent, dat niet weet wat ze wil", zei hij toen amicaal. „Wat ik wil wordt voor mij vastge steld. Door omstandigheden.... en door mijn tante Cecilia". „Houd je van Dick en niet van Pe ter?" „Het doet er niet toe. van wie ik houd!" Hij kwam dicht bij haar staan. „Voor mij wel. Ik geloof niet, dat je werkelijk van Forrester houdt. Als je zoveel be lang bij hem zou hebben als je denkt, zou je je niets in de weg hebben laten leggen. Als je werkelijk van hem hield, bedoel ik". Claudia maakte aanstalten om naar huis terug te gaan. Hij ging echter voor haar staan en versperde haar de weg. „Ze vonden het niet leuk, dat je weg ging vanavond? Hou dat uitvluchtje maar voor je en wacht nog een ogen blik". „Alsjeblieft, laat me er langs. En be moei je niet met mijn zaken". „Maar het is ook mijn zaak!" „Wil je mij doorlaten?" „Niet, voordat je hebt gehoord wat ik je te vertellen heb. Ik hou van je, Clau dia, en ik wil je voor mij alleen hebben. Je geeft niets om Peter of Dick. Ik zal er voor zorgen, dat je wel om mij zult geven". Claudia lachte ruw. „Heb je dat alle maal uit je kaarten opgemaakt?" „Neen, Claudia. Ik voelde het in de aanraking van je hand en ik zag het ln de blik in je ogen". Ze stoof hem voorbij en rende het huis binnen. Tom bleef roerloos staan, maar in zijn verbeelding volgde hij haar, ook nog toen zij uit het gezicht verdwenen was. Hij klopte zijn pijp uit. De as rolde tus sen zijn vingers door op het gras. Toen liep hij langzaam weg. De grote oranje maan keek onbewo gen op hem neer. HOOFDSTUK XV. „Dit", zei Tom tegen Elwood, „is onze nieuwe prijslijst. Ze moet ogenblikke lijk naar alle vertegenwoordigers ge stuurd worden. De andere map bevat de nieuwe loon- en werkschema's. Zie ze maar eens door. Voordat we een week verder zijn, zullen we volgens deze be rekening gaan werken". Elwood hoefde maar een vluchtige blik in de paperassen te slaan, om te be grijpen, hoe drastisch de veranderingen waren, die Tom had uitgestippeld. Hij duwde de stoel achteruit en kwam bruusk overeind. „Cavanagh, ik pas er voor. Ik ben niet van plan op die manier mijn zaak te drijven!" Tom slingerde zijn ene been over de hoek van het bureau en keek Elwood onderzoekend aan. „Jammer, dat u het zo ver weggooit, meneer Ellis, maar ik maak u er op attent, dat het niet hele maal uw zaak meer is en dat u haar ook niet meer drijft. Dat doe ik, Voor de N.V. Ponsonby. En die N.V. eist, dat het een rendabele zaak wordt, die zonder steun kan werken. Ais u een betere methode weet, om tegelijk de lonen en de rekeningen te betalen en bovendien leningen af te lossen, zal ik graag naar u luisteren". „Maar dit zal ons ruïneren, Cavanagh. U vraagt veel te hoge prijzen voor onze producten. We zullen nooit in staat zijn „We zullen de kwaliteit verbeteren. Dat zal de verkoop bevorderen". Ongeduldig speelden Elwoods vingers met de papieren. „En hoe zullen we de kwaliteit kunnen verbeteren als we be zuinigen en de werktijd verlengen? Öat zal voor iedereen in de fabriek loons verlaging betekenen. Denkt u werkelijk, dat we onder zulke arbeidsvoorwaar den zullen kunnen werken en produce ren?" Tom zwaaide losjes zijn been heen en weer. „Onder geen enkele andere voor waarde kan de fabriek geopend blijven. Ze zullen allemaal werkloos zijn, als ze weigeren accoord te gaan met de ver anderingen. De N.V. Ponsonby zou geen cent meer voorschieten om de zaak in stand te houden". Elwood keek, alsof de wereld om hem heen instortte. „We waren juist op gang gekomen", zei hij klaaglijk. „De tijd zou ons wel uit de moeilijkheden geholpen hebben. Dat is alles wat we nodig heb ben, een beetje meer tijd Tom schudde zijn hoofd. „Neen, me neer Ellis. De kans die u krijgt is maar tijdelijk en voornamelijk te danken aan de laatste lening van Ponsonby. Als we nu de vicieuze oirkel niet doortrek kenMet een onverbiddelijk gebaar sloeg hij zijn handen in elkaar. Dan blijven er geen brokken meer over. die de moeite van het oprapen nog waard zijn". Elwood kon nauwelijks verhinderen, dat zijn stem trilde toen hij zei: „U maakt me het opperen van verdere be zwaren onmogelijk. Maar als de arbei ders er achter komen, dat die N.V. Pon sonby...." (Wordt vervolgd.) BRANDENBURGSE CONCERTEN van Bach. Joh. Seb. Bach schreef deze concerten, zes in getal, voor de markgraaf van Brandenburg, met wie hij door gevoelens van hoogachting en vriendschap ver bonden was. Het zijn werken voor orkest en een kleine groep soto- instrumenten. Zij tonen de mees ter in de volle rijpheid van zijn begenadigd kunstenaarschap. Het Stuttgarter Kammerorkest onder leiding van Karl Munchinger voert het derde en het zesde concert uit. Woensdag 21.10 over Hilver sum 11, 298 m.) REPORTAGE UIT ARUSHA, in Tanganyika, waar prins Bernhard momenteel ter jacht is. Alfred van Sprang vertelt iets over het ver blijf van de Prins (Woensdag 22.00 over Hilversum 1, 402 m.) WOENSDAG 30 SEPTEMBER HILVERSUM I, 403 m.: 7.00—24.00 NCRV. 7.00 Nieuws. 7.10 Gram. 7.1S Gym. 7.30 Gram. 7.45 Een woord voor ce dag, 8.00 Nieuws en weerberichten, 8.15 Gram. 8.18 Gewijde muziek. 8-45 Gram. 9.00 Voor de zieken. 9.30 Voor de huisvrouw. 9.35 Gram. 10.15 Idem. 10-30 Morgendienst. 11.00 Gram. 12.00 Sopraan en piano. 12.30 Land- en Tuinbouwmede- delingen. 12.33 Gram. 12.37 Alledag kerk dienst. 12.59 Klokgelui. 13.00 Nieuws. 13-15 „Het Pit op pad". 13.20 'Mariniers- kapel. 14.00 Gram. 15-00 Kamermuziek. 15.30 Gram. 15.45 Voor de jeugd. 16.55 Reportage van de voetbalwedstrijd Con tinentaal elftal—Barcelona F.C. 17.50 Gram. 18.30 Spectrum v. d. Chr. Organi satie- en Verenigingsleven. 18.45 Piano duo. 19.00 Nieuws en weerberichten. 19.10 Radiokrant. 19.30 Openbare zitting van de Generale Synode der Ned. Herv. Kerk. 21.00 Gram. 21.15 Radio Philharmonisch Orkest. 22.00 Reportage uit Arusha. 22.10 Glasharp. 22.30 Vocaal Ensemble. 22.45 Avondoverdenking. 23.00 Nieuws. 23.15— 24.00 Gramofoonmuziek. HILVERSUM II, 298 m.: 7.00 VARA. 10.00 VPRO, 10.20 VARA, 19.30 VPRO, 20.00—24.00 VARA. 7.00 Nieuws. 7.13 Gram. 8 00 Nieuws. 8.18 Gram. 8.50 Voor de huisvrouw. 9.00 Gym. 9.10 Gram. (9.35 —9.40 Waterstanden.) 10 00 Schoolradio. 10.20 Voor de vrouw. 1100 Gram. ïl.tw Dansmuziek. 12.30 Land- en Tuinbouw- mededelingen. 12.33 Voor het platteland. 12.38 Gram. 13.00 Nieuws. 13.15 Tentoon- stellingsagenda. 1318 Liichte muziek. 13.45 Gram. 14.00 „De weg omhoog", cau serie. 14.15 Rotterdams Philharmonisch Orkest, koor en sol. 15.10 Voor de kin deren. 16.00 Hoorn en trompet. 16.10 Voor de jeugd. 16 45 Voor de zieken. 17.18 Metropole-Orkest. 17.50 Regeringsuitzen- dmg: Bets Bonde JensenElze: „Deense impressies". 18 00 Nieuws en commen taar. 18.20 Verslag van het Congres van de Engelse Arbeiderspartij te Margate. 18.30 Accordeon-Orkest. 18 50 „De ster ken voor de zwakken". 19.00 Accordeon- Orkest. 19.15 „Het volle pond", causerie. 19.30 Voor de jeugd. 20.00 Nieuws. 20.05 Politiek commentaar. 20 15 Gevar. mu ziek. 20.40 „Meeuwen boven Sorrento", hoorspel. 22 10 Kamerorkest. 22.45 „De bijen en hun taal", causerie. 23.00 Nieuws, 2315 Socialistisch nieuws ln Esperanto. 23-2024 00 Gramofoonmuziek. araonon en peuteren maats de kwaal steeds erger De hel der vloeibare D.D.D. dringl diep in de poriën door, zul- vert ontsmet en geneest de nuld, «»ENEESMIDDEt TEGEN HUIDAANDOENINGEN ontsmet en geneest dl (Advertentie. Ing. Med.)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1953 | | pagina 7