We maken een kerstkroon met kaarsen
(TH)
Het
Liv werd een illusie armer
NeemnAKKERTJE
Een kinder-Kerstprijsvraag
1
Ir
Toch nog Kerstfeest
M
VIERING TER ZEE EN IN DE LUCHT
DE KERSTMIS
Een van de weinig
bekende sprookjes van
H. C. Andersen
tonctop httuijl
Kerst- en Oudejaarssfeer engros
Op de Eerste Kerstdag
rust op Schiphol
kerstnummer
donderdag 24 december 1953
kerstnummer
Het kruis, waar de kaarsen
later op komen te staan, maken
we van twee latten ieder 45 cm
lang, 5 cm breed en 2 cm hoog.
Je kunt de latten kruisgewijs
boven op elkaar bevestigen, maar
mooier is het ze in elkaar te laten
zinken. Hiertoe moet je de latten
in het midden uithollen, zoals
links op de tekening is te zien.
De kaarsenhouders maak je
van een ronde stok, welke pl.m.
3 cm dik is. Hiervan zaag je
steeds stukjes van 3 cm af. Boven
op deze cylindertjes bevestig je
dan een rondgezaagd plaatje tri
plex (doorsnede 5 cm), waarin
een gat zit waar precies een kaars
in past.
Om de kaarsen nog steviger te
kunnen plaatsen kun je juist op
het punt waar de kaars komt een
spijker voor de helft inslaan en
daar later de kop van afknijpen.
Tenslotte boor je midden in het
kruis een gat waar een koord
doorheen kan om de kroon op te
hangen.
Je kunt de Kerstkroon mooi
kleuren en eventueel nog wat
versieren met lint, sparregroen
en kerstklokjes.
4
Anke en Jos zaten stil aan tafel. Jos
las een boek maar kon er zijn gedach
te niet bijhouden. Steeds keek hij op
en tuurde dan de weg af. „Het is al
half drie!" zuchtte hij, „zal ik eensnaar
de stad fietsen? Moeder had toch al
lang terug kunnen zijn
Anke antwoordde niet. Ze haalde haar
schouders op en toen was het weer stil
in de kamer. Alleen de klok tikte en
buiten klonk het eentonige geluid van
tag en.
Jos keek weer op van zijn boek. „Va
der is ook al zo stil", zei hij zacht,
hij zaagt maar.de hele morgen zaagt
hijwat zou er toch zijn?" Op dat
moment hield het zagen op. De kinde
ren hoorden vaders klompen over het
straatje klossen en even later kwam hij
het kamertje binnen. Zwijgend nam hij
de tabakspot en begon zijn pijp te stop
pen.
„Komt moeder al gauw, vader", vroeg
Anke zacht..o.. „wat is er toch van
daag....? alles is zo vreemd. Moeder
is haast nooit weg en U bent ook zo
anders!"
„Moeder is naar de notaris in de
stad", zei vader. „Gisteren kwam er een
brief van hem.... we moeten hem veel
geld betalenhypotheek, zie je.
geld dat we geleend hebben om onze
boerderij te kunnen laten bouwen
maar je weet dat de tarwe-oogst dit
jaar slecht was en die aardappelziekte
we hebben het geld nietmoe
der is er over praten". „En morgen is
het nog wel Kerstmis", zei Jos.
Vader knikte, liep toen naar buiten
en sprak: „Ik ga moeder tegemoet".
„Arme vader en moeder!" züchtte Jos.
.Kom Anke, weet je wat we gaan doen?
We gaan het hier een beetje gezellig
maken. Misschien dat ze dan htyi zor
gen kunnen vergeten!"
Anke veerde op, dét gaf haar weer
moed. „Er staat nog een doos met
Kerstboomversiering op de vliering",
zei ze, „die ga ik pakken. En ik ga een
Kerstboom zoeken!" riep Jos, „en we
gaan slingers maken van groen en ik
weet ook nog een doos met kaarsjes!"
Het. tweetal was ineens vol actie. Er
werd gewerkt als nooit te voren. Spoedig
stond er in de kamer een mooie Kerst
boom. De lamp was versierd met spar
regroen, over de tafel lag een wit kleed
en naast ieder bord stond een kande
laartje.
„We leggen ook nog het open vuur
aan!" sprak Anke geestdriftig, dan kan
zó de vlam er in als vader en moeder
thuis komen en dan.... dan maak ik
nog een grote pan heerlijke warme
chocolade-melk!"
Een half uurtje later zaten de kin
deren wéér aan de tafel maar nu glin
sterden hun ogen. Vol spannnig tuurden
ze de weg af. Het begon al te scheme
ren. Het begon al donker te worden.
Maar tochkijk, daar in de verte
naderden twee lampjes,Dat zijn
fietsen", zei Anke, „zouden Ze dat....
Ja! Ja, 'ik zie het. Ze zijn hetOh,
ik hoop nu maar dat het een beetje
goed is afgelopen bij de notaris.mis
schien vinden ze hét wel helemaal niet
leuk dat we zo'n Kerststemming ge
maakt hebben hier."
De schrik die Anke plotseling voelde
opkomen viel weg toen ze moeder vro
lijk zag lachenVader zóng nog wel!
Het tweetal stormde naar buiten. Jui
chend trokken ze hun ouders in de
versierde kamer. Moeder sprongen de
tranen in de ogen. „Heerlijke schatten!"
lachte ze. „Jullie weten de zorgen van
Vader en mij te verzachtenmaar
alles is goed afgelopen hoorwe
hebben uitstel van betaling gekregen
totdat de volgdhde oogst binnen is
en nü is het Kerstmis.
Vader wreef vergenoegd in zijn han
den. stopte een verse pijp en stak het
houtvuur aan.
En moederopende haar tas en
toverde zowaar twee grote Kerstbro
den te voorschijn.
De Kerstboomkaarsjes werden aan
gestoken en bij het knapperende vuur
genoten ze van de vrede en de rust van
het mooie Kerstfeest.
Vul de vierkantjes van de kerst
boom zó in, dat op de stam (dus de
verticale lijn van 12 hokjes) een
woord komt te staan dat verband
houdt met het Kerstfeest. Horizontaal
moet worden ingevuld:
1. een medeklinker
2. een groente
3. een klinker
4. een bediende in het paleis
5. een medeklinker
6. een grote stad in het midden van
ons land
7. een medeklinker
8. een grondsoort
9. een klinker
10. een medeklinker
11. een armelijk huisje
12. een rund
Inzendingen, voorzien van naam,
adres en leeftijd kunnen vóór 1
Januari worden ingestuurd aan Tante
Panlien, Bureau van dit blad. Onder
de goede oplossers worden vijf boe
ken verloot. Doe dus je best!
fie kerstboom draagt zijn kaarsen, I
Stil hinders, mondig dicht
Zo aanstonds gaan ze branden,
Kijk toch naar Moeders handen,
Hoe zij ontsteekt het licht.
De Witte vlammen dansen
En in hun zachte schijn
Is het of zij ons vragen
Om voortaan alle dagen
Zo'n stralend licht te zijn...
PAULIEN
£)E DOCHTER van de koning en
het halve rijk zouden de belo
ning zijn voor hem die het meest
ongelofelijke zou kunnen doen.
Jonge mensen, ja zelfs oude man
nen, spanden al hun gedachten, hun
spieren en krachten in. De een at
zoveel dat hij er van stierf, twee
anderen ondergingen hetzelfde lot
door te veel te drinken. Kleine
straatjongens oefenden zich om
zichzelf op de rug te spuwen. Zo
trachtte ieder het meest ongelofe
lijke te doen. Op een vastgestelde
dag zouden allen hetgeen zij uitge
dacht en geoefend hadden moeten
tonen aan een beoordelingscommis
sie waarin zowel jongens van drie
als mannen van negentig jaar
zaten. Er vielen heel wat merkwaar
dige dingen te zien, maar men was
het er algemeen over eens dat het
meest ongelofelijke een grote
staande klok was, welke zowel van
buiten als van binnen heel kunstig
uitgedacht was. Iedere keer als de
klok sloeg kwamen er bewegende
figuren te'voorschijn, welke de tijd
aanwezen. Zo zag men twaalf voor
stellingen, waarbij de figuren door
gezang of toespraken het geheel nog
fraaier maakten.
„Die klok is het meest ongelofe
lijke" zei het volk.
In grote bewondering keken de
mensen toe hoe bij het slaan van
één uur Mozes op de berg verscheen
en op de wetstafel de eerste leer
stelling schreef: „Er is maar een
ware god".
Toen het twee uur sloeg, zagen
zij de tuin van het paradijs met
Adam en Eva er in. Beiden zagen
er heel gelukkig uit, ofschoon zij
geen enkel bezit het hunne konden
noemen.
Met het slaan van drie uur kreeg
men de Drie Koningen te zien. Zij
droegen wierook en kostbaarheden
met zich mee.
Nadien kwamen de vier Jaargetij
den naar voren. Hoe mooi zagen
ze er uit! Het voorjaar droeg een
koekoek op een groene beukentak,
de zomer een sprinkhaan op een
rijpe korenaar. De herfst hield voor
zich uit een leeg ooievaarsnest, de
winter liep met een oude kraai die
sprookjes in een hoek achter de
kachel kon vertellen.
Klokslag vijf verschenen de vijf
zintuigen, waarvan het Gezicht als
een brillenmaker en het Gehoor als
een koperslager werden voorgesteld.
Het Ruiken werd getoond door
viooltjes en lelietjes van dalen en
natuurlijk herkende men gemakke
lijk de Smaak in de kok, terwijl het
Gevoel werd uitgebeeld door een
aanspreker die tot op zijn hakken
een rouwsluier droeg.
Om zes uur zag men een dobbe
laar, die de dobbelsteen zo wierp
dat juist de zes boven kwam te lig
gen. Toen kwamen de zeven dagen
van de week, of de zeven doodzon
den daarover waren de mensen
het niet helemaal eens. Zij hoorden
bij elkaar en men kon hen niet ge
makkelijk onderscheiden. Zij moes
ten plaats maken voor een monni
kenkoor die de avondzang van acht
uur liet horen.
De negen Muzen waren natuurlijk
ook aanwezig. Zeven er van hadden
Spit in de rug
Rheumatiek
Lendenpijn
(Advertentie, Ing. Med.)
hun plaats in het theater gevonden,
terwijl de beide anderen bij de
sterrewacht en in de historische
archieven te werk gesteld waren.
Toen het tien uur sloeg trad Mozes
weer te voorschijn maar nu met de
tien geboden. Men kon, als men goed
keek, de goöswetten lezen.
De klok sloeg weer. Een troepje
jongens en meisjes sprongen te
voorschijn, speelden samen en zon
gen: ,3re, bro. brage, de klok heeft
elf geslagen!" En dat was ook zo.
Maar nog waren de wonderen
van de klok niet ten einde, want
toen hij twaalf sloeg verscheen er
een nachtwacht, gehuld in een jas
en hij droeg een Morgenster. Hij
zong: „Het was middernacht, toen
de Verlosser werd geboren!"
Terwijl hij zong groeiden er rozen
om hem heen, zij veranderden in
engelenkopjes op regenboogachtige
vleugels.
Wat was het allemaal prachtig om
te horen en te zien! Het was een
onvergelijkbaar kunstwerk. Alle
mensen waren het er over eens: „Dit
was het meest ongelofelijke wat er
getoond was!"
De maker was een jonge man,
met een goed hart, nog vrolijk als
een kind. Ook was hij steeds bereid
zijn arme ouders te helpen. „Natuur
lijk, hij verdiende de prinses en het
halve koninkrijk!"
Het werd een feestelijke dag toen
de beslissing bekend gemaakt zou
worden. De gehele stad was in
feesttooi. De prinses zat op de grote
troon, die opnieuw opgevuld en be
kleed was, maar die daardoor nog
niet gemakkelijker zat.
De Commissieleden, die rondom
haar stonden, keken tersluiks naar
de toekomstige winnaar, die daar
blij en trots het grote ogenblik stond
af te wachten. Hij had immers het
meest ongelofelijke gemaakt!
Maar op dit ogenblik sprong een
lange sterke man naar voren, die
schel uitriep: „Het meest ongelofe
lijke? Dat zal ik doen!" Een seconde
later hakte hij met een grote bijl in
het kunstwerk. Het ging allemaal
zo vlug dat niemand het had kunnen
verhinderen. Krik, krak, krak! Daar
lag het wondjrinstrument. De wiel
tjes en de veerties vlogen overal
rond. Alles was kapot. Het werk
was voor niets geweest.
„Dat kan ik nu!", riep de man
triomphantelijk. „Ik heb zijn werk
vernietigd, dat is nog veel ongelofe
lijker!"
Ook de rechters beslisten dat het
meest ongelofelijke was om zulk
een kunstwerk tot een puinhoop te
maken. Ook het volk vond dat en
zo werd deze man de prinses en het
halve rijk toegewezen. Een gegeven
itfoord moet gehouden worden, zelfs
wanneer het zoiets ongelofelijks be
trof als hier het geval was.
Van alle torens en stadsmuren werd
nu het huwelijksfeest afgekondigd.
De prinses was kostbaar aangekleed
en zag er lief uit, ofschoon haar
gezicht niet echt gelukkig stond.
Later op de avond was de kerk
feestelijk verlicht. De adellijkejonk
vrouwen uit de stad brachten er de
prinses en zongen prachtig, terwijl
de jonkers de bruidegom vergezel
den. De sterke man deed zich nog
groter voor dan hij was en liep zo
trots en ongenaakbaar, alsof hem
nooit iets zou kunnen overkomen.
Toen het zingen ophield, werd het
een ogenblik zo stil dat men een
naald op de grond had kunnen horen
vallen. Maar dit was maar een
kwestie van een paar seconden,
want daar vloog met veel lawaai de
kerkdeur open en kwam de grote
wonderklok het voorportaal binnen
en ging tussen de bruid en de brui
degom staan.
Dode mensen kunnen niet opstaan,
dat weten wij allemaal wel, maar
een kunstwerk kan herrijzen. Het
geraamte was verbrijzeld maar de
ziel niet. De kunstgeest was in op
stand gekomen en dat was lang geen
grapje. Werkelijk, het kunststuk
stond daar weer alsof er niets mee
gebeurd was. De klok sloeg het ene
uur na het andere en ook de ge
stalten kwamen weer te voorschijn.
Daar was Mozes, het leek of er een
vlam uit zijn voorhoofd sloeg. Hij
wierp de zware gebedstafel op de
voeten van de bruidegom, zodat hij
aan de vloer van de kerk vastge
klonken stond. Hij riep luid: „Ik kan
die tafel niet meer optillen? Je
hebt mijn arm afgeslagen! Blijf jij
nu maar staan, waar je staat!"
Toen kwamen Adam en Eva, de
drie Wijzen uit het Oosten en vier
Jaargetijden en allen riepen tot de
bruidegom: „Schande over U!" Maar
hij schaamde zich in het geheel niet.
En al de andere figuren kwamen
uit het uurwerk naar buiten. Ze wa
ren zo groot geworden dat er voor
de werkelijke mensen bijna geen
plaats meer over bleef. Toen de
nachtwaker te voorschijn kwam,
werd de ganse menigte ontzettend
onrustig. Hij liep regelrecht naar de
bruidegom en sloeg hem met zijn
Morgenster op het voorhoofd. „Blijf
daar liggen!", riep hij. „Leer om leer.
Wij en onze maker zijn gewroken en
nu verdwijnen wij!"
Inderdaad, het kunstwerk was in
een ommezien onzichtbaar, maar in
de kerk veranderden de lichten in
grote lichtbloemen en de vergulde
sterren onder de gewelven zonden
heldere stralen de ruimte in. Het
orgel begon vanzelf te spelen en de
mensen werden bevangen door een
heilige schroom en bekenden elkaar
dat wat ze nu beleefd hadden, het
meest ongelofelijke geweest was.
„Laat de rechters komen", riep de
Prinses. „Zij zullen het met mij eens
zijn dat hij, die het kunstwerk ge
maakt heeft, mijn wettige heer en
echtgenoot moet worden".
Daar stond hij in de kerk en het
gehele volk vormde zijn bruidsstoet.
Iedereen was verheugd, allen zegen
den hem. Niemand misgunde hem
dit geluk. ja, en dat was misschien
nog wel het meest ongelofelijke!
m
riechtesphsveriering.opi-P^
r'khefd ^^Uaaid^ op weg
om een maagpatiënt to
den. Kom Uw m««fl
-met het '°°r'TpAN dcrt alles
•:k f om Uw klachten voor
goed te doen ve^dwiinen. De
cachet-(ouwenvoxmcWen dub_
Vraag Uw ge-
ciaal bil
bel voordeel. n
uitvoeny^
MAK
m r&rHETS "AKKER
WAAG-CACHt»^
smaakloos,1
snel, zeker
(Vervolg van pagina 10)
Et kwam een brief, charmant, een tikje spot
tend en veelbelovend, precies zoals hij zelf
was. Die dag was een feestdag. Per sloeg haar
gade toen ze las. Hij zag haar ogen glanzen,
de mond verzacht en een lichte blos op haar
wangen.
Als regisseur Barlach bloemen bestelde op
een onmogelijk uur, mopperde ze niet meer.
Nog belangstellender Vroeg ze directeur
Sandviken naar zijn vrouw, waarvoor hij
haar altijd zeer hoffelijk dankte. Liv wilde iedereen ge
lukkig zien omdat ze het zelf was.
Ze schreef Paul verscheidene brieven, doch er kwam
geen bericht terug. Liv wachtte en peinsde en haalde zich
van alles in het hoofd. Elke dag keek ze in spanning uit
naar de post. Elke dag een teleurstelling. Kerstmis nader
de met rasse schreden. De stad verkeerde op het hoogte
punt van de kerstroes. Winkels en warenhuizen waren tot
acht uur geopend en overvol tot sluitingstijd. De kerst
man scheen dit jaar ook al vroeg rond te dolen, want
zelfs de wens om sneeuw werd verhoord. Kerstmis zon
der sneeuw zou niet „echt" zijn, was al wekenlang ver
kondigd. En er viel sneeuw - eindelijk. In de binnenstad
mocht het smettelozewit dan ai spoedig in een onaan
zienlijke brij veranderen - de verheugde stemming werd
er niet minder door.
Per merkte wel op, dat er. iets niet goed' was bij Liv.
Ze was rusteloos en gaf bijna geen antwoord als hij iets
vroeg. Ze had Paul een laatste brief geschreven. - Vertel
me in hemelsnaam waar je bent en hoe je het maakt.
Het is nu ruim twee weken geleden, dat ik voor het
laatst wat van je hoorde. Begrijp je dan niet, dat ik erg
ongerust ben. Heb je dan nooit één ogenblikje tijd om
mij een paar regels te schrijven, Paul? Je moet me be
richt sturen. Ik moet toch ook weten wanneer je komt
en met welke trein
Er kwam bericht.
Het was de dag voor Kerstmis. Liv was juist bezig
met een bouquet rozen, toen de postbesteller haar een
brief overreikte. De brief waarop ze had gewacht, een
brief van Paul. Met nerveuse bewegingen gritsten haar
vingers de enveloppe open, de brief eruit.
Liefste Liv,
Het kost me erg veel moeite om je dit
briefje te schrijven. Maar ik moet het doen, opdat je
mijn lange stilzwijgen zult begrijpen. Er zijn, tot mijn
grote spijt, bepaalde omstandigheden, die mij noodzaken
binnenkort te trouwen met een meisje hier in Karlstad.
Ik vind het ellendig LivIk weet, dat ik je ver
driet doe, maar ik kan in dit geval niet anders han
delen. Eigenlijk heb ik a'. te lang gewacht met je dit
te vertellen, maar steeds hoopte ik nog, dat alles ten
goede zou keren. Het is helaas niet zo.
Dank voor alles en probeer me te vergeven.
Paul
Een mist trok voor haar ogen. Ze zag de voorbijtrek
kende mensenmassa buiten niet meer en ook de regels
niet, die op het papier stonden. Ze stond daar volkomen
willoos. Wist alleen, dat ze het begrijpen moest. Hij vond
het ellendigellendigZe kon dit woord wel uit
schreeuwen, maar ze deed het niet. Ze stond daar maar,
totdat ze zich zélf plotseling terugvond in de winkel,
tussen de bloemen met aan haar voeten een fijngeknepen
roos. Binnen in haar was iets kapot gegaan. Met bran
dende ogen staarde ze naar de brief in haar hand - from
melde hem toen in elkaar tot een prop. Voorbij was het.
Dit was het einde. Wat had alles nu nog voor zin....
Wat konden haar alle bloemen verder schelen en de men
sen? Wat ging het haar aan, dat het pas vier uur was -
niets meer, .helemaal nietp, dacht ze wanhopig. Hier
wilde ze niet blijven - ze kon niet langer vriendelijk
zijn tegen de mensen - weg moest ze
Ze trok haar jas aan - deed het licht uit en sloot de
winkeldeur achter zich.
Ze botste bijna tegen een klant op.
- Is de zaak al gesloten, juffrouw?
De meneer, die geen antwoord kreeg, keek haar ver
wonderd na.
ANGS welke wegien ze was thuisgekomen
kon ze zich niet meer herinneren. In de
schemerige kamer was ze neergevallen in een
stoel en met het hoofd in de handen gesteund
staarde ze voor zich uit. Een traan liep langs
haar hand. Ergens tikje een wekkerklokje
en een lichtje buiten werd weerkaatst in een
van de gekleurde ballen aan het kleine
kerstboompje.
Hoe lang ze zo gezeten had, wist ze niet.
Plotseling werd er gebeld. Haar eerste reactie was niet
open te doen, doch toen rinkelde de bel voor de tweede
maal zo nadrukkelijk, dat ze gejaagd opsprong en de
deur opentrok.
Voor haar stond Per. Een enorme bos hulst in de ar
men gekneld.
- Voor U, zei hij, enigszins verschrikt door de vreemde
uitdrukking op haar gezicht en stak haar de bos toe. En
dit is een kerstcadeautje. Liv staarde op een klein pakje
in haar hand, niet beseffend, dat het zijn laatste geld
was geweest.
- Alles was gesloten, toen ik terugkwam, ging hij vbort.
- Ik snapte het niet. Er moet wat gebeurd zijn, dacht ik.
Hij was haar intussen gevolgd tot in de kamer. Liv
keek hem geroerd aan.
- Er is ook iets gebeurd, Per, zei ze toen stil.
- Is het om meneer Ström, vroeg hij aarzelend.
Ze knikte.
- Dacht ik wel, zei hij toen. - Ik wist wel, dat-ie niet
aardig was.
En Liv kon het niet helpen, dat ze in de lach schoot
bij het zien van die heerlijk eigenwijze jongenssnuit.
Het was een bevrijdende lach....
piekeren over thuis, waarnaar van
zelfsprekend juist op dit soort dagen
op veraf gelegen plaatsen de gedach
ten willen uitgaan. Omdat niemand
belang heeft bij dat piekeren, wor
den de zinnen verzet met wat on
schuldig vermaak, zoals men het ook
genoten zou hebben in de huise
lijke kring.
In de vliegtuigen
^JIET alleen aan boord van de sche
pen is in deze dagen een leven
dige kerstsfeer te vinden. Ook aan
boord van de vliegtuigen. Het in
terieur ervan is met dennegroen,
sparappels en kerstklokken opge
fleurd. En de diepvries-maaltijden
die de laatste weken van December
worden geserveerd door vaardige
stewards en stewardesjes, zijn na
tuurlijk aangepast aan deze sfeer.
Zo ontbreekt ook hier de plum
pudding niet. Alleen, met het oog op
het brandgevaar, wacht men zich
wel er de vlam in te steken, zoals
gebruikelijk is in meer huiselijke
kring. Maar ook zonder dat mogen
we ervan overtuigd zijn, dat er gezel
ligheid zal heersen hoog in de wol
ken.
Overigens is er rond deze feest
dagen toch ook nog iets opmerkelijks
bij de luchtvaart. Eerste Kerstdag
zal er namelijk niet één vliegtuig op
Schiphol landen of de lucht in gaan.
De practjjk heeft geleerd, dat het
luchtverkeer op deze dag zo mini
maal is, dat bedrijfsstilstand gerecht
vaardigd is. Ook op Tweede Kerst
dag zal het op Schiphol niet druk
zijn. Slechts een stuk of twintig
toestellen van de Europese dienst
zullen opstijgen of landen, en maar
vijf van het intercontinentale ver-
keersnet. De nieuwjaarsdag heet in
luchtvaartkringen eveneens een
„slappe dag".
'Wat het passagierstype betreft, de
toeristenklasse trekt in deze periode
van het jaar een duidelijk grotere
belangstelling. In dit opzicht is er
een parallel tussen luchtvaart en
(Advertentie Ing. Med.)
(Van onze speciale verslaggever).
KERST EN OUDEJAAR. Twee
gedenkdagen, die wij Nederlan
ders bij voorkeur vieren in de
intieme huiselijke kring. Noch
tans is dit voor velen niet moge
lijk. Niet alleen omdat tallozen
die huiselijke kring het ge
zinsverband missen, maar ook
omdat er nu eenmaal altijd men
sen „onderweg" zijn. En dan
denken we aan de duizenden aan
boord van de schepen, die ergens
ver van het vaderland een weg
door de golven zoeken. Hoe vie
ren zij hun Kerstmis en de jaar
wisseling?
DE grote Nederlandse scheepvaart
maatschappijen hebben zich
het is een bekend feit een uit
stekende reputatie in de wereld ver
worven, niet het minst door de
goede verzorging, die de passagiers
gegeven wordt. Dat Kerst en Nieuw
jaar dus waardig gevierd worden,
behoeft ons in het minst niet te
verbazen. Vele weken voor de feest
dagen, wordt in Amsterdam en Rot
terdam, waar de grote 'kantoren
dezer maatschappijen gevestigd zijn,
al in gedachten gespeeld met de vie
ring dezer hoogtijdagen. Vanzelf
sprekend wordt alle ruimte gelaten
voor een religieus gedenken, maar
daarnaast moet engros de gezellig
heid van passagiers en bemanning
thuis benaderd worden. In de weel
derige salons zijn daartoe kerstbo
men geplaatst. Honderden electrische
kaarsjes verspreiden een gedempt
licht. De bisschopwijn gaat rond en
cadeautjes worden uitgedeeld, onder
wijl gezamenlijk de kerstliederen
worden gezongen.
En dan is er natuurlijk het grote
kerstdiner. Wekenlang al liggen de
kalkoenen in de ijskast te wach
ten op dit hoogtepunt. En in de
plumpudding, die vanzelfsprekend
ook niet ontbreekt, zijn surprises ver
borgen. Dit jaar zullen velen aan
die kerstviering aan boord van een
van de Indië-boten een herinnering
behouden door een fraaie zilveren
Zeeuwse knoop, die middels de
plumpudding hun eigendom werd.
Sfeer en gezelligheid, daarnaar
wordt op dit soort hoogtijdagen ge
streefd aan boord van de schepen
Die voorkomen, dat de mensen gaan
touringcarbedrijf. Ook de touring
carondernemingen kunnen weer vol-
actief zijn. Telkenjare zijn er men
sen te vinden, die kennis willen ma
ken met de kerstviering en oude-
jaarsavondgebruiken in andere lan
den en voor een luttele som gelds,
rijden de luxe reiswagens de men
sen naar Parijs, Brussel en Dussel-
dorf, die in ware lichtsteden zijn ver
anderd. Wie uit iets royalere beurs
kunnen putten, verkiezen voor die
kersttrip het vliegtuig. De anderen
nemen de bus. Qua mensentype ont
lopen beide categorieën elkaar ech
ter niet veel. „Het zijn mensen, die
gewoonlijk phs enkele dagen voor de
feestdagen definitief beslissen, dat ze
gaan", zei een reisbureau-expert ons.