Onbehagelijke stemming heerst
in Indonesië
Stradivarius-viool zeldzaam als
vliegende schotel
Arrestaties van Nederlanders
volkomen onbegrijpelijk
Zondag Streektocht door de
Zaanse polders
Jeugdige tonelisten zweeft een
jeugdtheater voor ogen
Duizenden violen varen onder
valse vlag
AKKERTJE
Hembrug overtroeft
Velsen
DE K.N.W.U. EN DE
TOUR DE FRANCE
Niet bevorderlijk voor
goede samenwerking
Aantal alastrimpatiënten
thans 28
Poortvliet dankt
Hoogwoud
Data verzending zeepost
Schaatstochten van 30 en 65 km
Experiment van de toneelgroep „Puck
Doel: publiek kweken
Start in Assendelft en
Krommeniedijk
Grote meester had vele
navolgers
Revanches kampioenschap
Nederland in Amsterdam?
Achten van Cambridge en
Oxford weer in training
Pellenaars leidt Ronde
van Nederland 1954
Loffelijk initiatief
van KNVB
„Zenuwen"
Nare dagen
Moe en mat?
Neem 'n
VRIJDAG 5 FEBRUARI 1954
(Van onze correspondent in Indonesië
HET ZAL DE LEZER IN NEDERLAND wel duidelijk zijn, dat de
reeks van arrestaties op Java een onbehaaglijke stemming in Indonesië
gewekt heeft, in het bijzonder natuurlijk onder de Nederlanders. Maar
ook in verscheidene Indonesische kringen gevoelt men zich door dit
gebeuren verontrust. Nog altijd zijn over het algemeen de persoonlijke
verhoudingen tussen Nederlanders en Indonesiërs goed te noemen en
er bestaan vele onderlinge relaties en vriendschappen, die thans door
deze arrestatie-golf ernstig verstoord dreigen te worden hopenlijk
slechts voor tijdelijk. Indonesische families, ambtenaren en zakenlie
den durven in deze periode hun Nederlandse vrienden en contacten
slechts node te ontvangen, bang als zij zijn gecompromitteerd te wor
den. Want men weet niet, wie morgen weer door de politie van zijn bed
zal worden gelicht. Men heeft namelijk het gevoel, dat slechts een
losse verdenking of loos geroddel nodig zijn, om iemand onder de hui
dige omstandigheden een poosje „voor onderzoek" in de gevangenis
te zetten.
J7R BEVINDEN zich onder de arres
tanten wel enkele lieden, van wie
men zich zou kunnen voorstellen, dat
zij de gastvrijheid van de Indonesische
regering op een of andere wijze mis
bruikt hebben, of de bestaande regels
hebben overschreden. Misschien be
vindt zich onder hen werkelijk wel
een of andere desperado, die zich ac
tief met de opstandelingen van de
Darul Islam heeft ingelaten, mogelijk
zelfs meer dan één. Maar van het me
rendeel der gearresteerden kan nie
mand zich met de beste wil ter wereld
indenken, dat zij inderdaad in een te
gen de Indonesische overheid gericht
.complot" betrokken zijn geweest. Wel
vallen er wellicht personen aan te wij
zen, die inderdaad „contact" met de
benden van de Darul Islam gehad
hebben. Maar dat was dan bepaald
geen vrijwilig of aangenaam contact.
Deze benden verschijnen soms plot
seling, zwaar bewapend en groot in
aantal, op afgelegen ondernemingen
om geld of voedsel te vragen. Het Ne
derlandse personeel van zo een onder
neming mag niet over wapens be
schikken, dit heeft de Indonesiche
overheid verboden. En in vele gevallen
bevinden zich dan geen machtsappara
ten in de buurt, of krijgt men niet de
gelegenheid deze te waarschuwen. Dan
komt het wel voor, dat het Nederlands
beheer van zulk een onderneming met
de revolver in de rug in het belang
van zijn eigen leven en dat van de
anderen op de plantage èn ter be
scherming van gebouwen en fabrieken,
die anders in brand gestoken zouden
worden, de bendeleiders geld en voed
sel geeft.
YyiJ hebben de indruk, dat de Indo
nesiche overheid dergelijke voor
vallen nu als ,hulp aan de vijand" is
gaan beschouwen een beschuldiging,
die moeilijk ernstig te nemen valt,
want hier is sprake van afpersing on
der bedreiging met geweld van de zijde
der benden, veroorzaakt door het feit,
dat de Indonesische militaire en po
litionele apparaten nog steeds niet bij
machte zijn de ondernemingen te be
schermen en de benden uit te roeien.
Dit alles zijn veronderstellingen en
geruchten, maar men kan zich geen
andere reden voorstellen, waarom som
mige personen gearresteerd zouden
zijn; en van officiële zijde ontbreekt
nog. steeds iedere informatie. Het is
vooral deze stilzwijgendheid, en de on
zekerheid omtrent de verdenkingen en
beschuldigingen, die de stemming on
der de Nederlanders èn onder vele
Indonesiërs zo nerveus maken. Men
De maand Januari heeft de verwach
ting bevestigd dat bij de Hembrug
meer auto's zouden worden overgezet
dan bij Velsen aldus meldt De Ty
phoon. Hier volgen de maandcijfers
met tussen de aantallen van Ja
nuari 1953:
Hembrug Velsen
107.592 (94.259) 101.039 (94.522)
Buitenhuizen
27.856 (26.398)
De Donaupont legt gewicht in de
schaal, dat is duidelijk. Zij heeft het
veer aan de Hembrug een grote sprong
vooruit doen maken. Er verschenen de
afgelopen maand niet minder dan 6.533
auto's meer dan in Velsen. Hetgeen
over 31 dagen een grote hoeveelheid
per dag is: ruim 200 auto's meer dan
in Velsen. Het verschil bij de Hem-
brugpont tussen Januari 1953 en Ja
nuari 1954 is wel zeer belangrijk: 13.333
auto's (430 per dag)!
Woensdag meldden wij, dat in de
observatie-afdeling twee personen wa
ren opgenomen, van wie de mogelijk
heid bestond, dat zij aan alastrim zou
den lijden. Deze patiënten, zo werd
verondersteld, hadden geen contact
met zieken gehad. Achteraf is geble
ken, dat één hunner toch in contact
geweest is met iemand die later aan
de ziekte bleek te lijden. Zelf was hij
ook aangetast, zodat hij is overgebracht
naar de ziekenafdeling. De andere pa
tiënt, die gisteren in observatie was
genomen, had waterpokken en is naar
huis gegaan Er zijn nu 28 zieken en 8
gevallen in observatie.
krijgt het gevoel van „vandaag hij,
morgen ik", zonder zich overigens van
iets kwaads bewust te zijn.
En deze gevoelens worden nog aan
gewakkerd door sensationele en op
gewonden verhalen in een deel der In
donesische pers, waarin men bijvoor
beeld kan lezen, dat zich in Indonesië
niet minder dan achtduizend Neder
landse „spionnen" bevinden, die moe
ten worden „opgeruimd". Dergelijke
wilde verhalen moet men natuurlijk
niet serieus nemen, maar zij dragen er
toe bij de sfeer van onbehagen aan
zienlijk te versterken. Daarbij komt
dan nog, dat de Immigratiedienst kort
na de arrestaties het verstrekken van
z.g. „exit-permits" tijdelijk heeft stop
gezet, zodat verlofgangers gedwongen
zijn hun vertrek uit te stellen en
iedereen zich in Indonesië min of
meer „geïnterneerd" gevoelt. Deze
maatregel zal wel genomen zijn om
ontvluchting van personen, die nog on
der verdenking staan of komen, te ver
hinderen. Ieder zal echter begrijpen,
dat deze stap de zenuwachtigheid
nog doet toenemen en het gevoel
wekt, dat er inderdaad nog heel wat
méér Nederlanders „op het lijstje"
staan.
J-JET IS nu ongeveer een maand gele
den dat de eerste arrestaties wer
den verricht en nog steeds weet zelfs
het Nederlandse Hoge Commissariaat
niet, wat er precies aan de hand is.
Geen wonder, dat men in somige bui
tenlandse kringen gaat denken dat de
ze „stunt" meer een politiek dan een
justitieel karakter draagt. Wij nemen
gaarne aan, dat zulk een gedachten-
gang geheel vreemd is aan de achter
grond dezer arrestaties. Wanneer der
gelijke veronderstellingen echter wor
den gemaakt, valt dit uitsluitend te
wijten aan het uitblijven van enige
redelijke officiële verklaring over het
z.g. complot. Dit moet toch zo langza
merhand mogelijk zijn, want in een
rechtsstaat wordt niemand op losse
gronden in de cel gezet en men heeft
reeds enige weken de tijd gehad om
de verdachten te verhoren, verdere be
wijzen te verzamelen en na te gaan in
hoeverre deze arrestaties ten rechte
hebben plaats gehad.
Geen Nederlander zal wensen, dat
personen die zich inderdaad met on
dermijnende arbeid in Indonesië bezig
hebben gehouden, ongestraft blijven.
Zij ondermijnen niet alleen het gezag
van de Indonesische overheid, maar
ook de vriendschap en de samenwer
king tussen zeer grote groepen Neder
landers en Indonesiërs. Maar dan moet
ook inderdaad vaststaan, dat de aan
gehoudenen schuldig zijn en hun straf
ten volle hebben verdiend. Moge het
gevoel van onzekerheid en twijfel
daaromtrent door juiste informatie en
het volgen van de spelregels, die in
iedere rechtsstaat van gelding zijn,
spoedig een einde nemen. Met een
sfeer van onrust en vrees onder de
buitenlandse werkers is ook Indonesië
niet gebaat.
Bevroren muziek. De band van
de 82 Airborn-divisie der Ver.
Staten heeft het niet gemakkelijk
als haar commandant ivil oefe
nen in een temperatuur die ver
beneden nul ligt. De instrumen
ten zijn voorzien van anti-vries
middelen, hetgeen niet wegneemt
dat ook deze probate middeltjes
wel eens falen, waardoor wan. of
geen klank het resultaat is van
deze overigens heldhaftige
muziekbeoefening!
Burgemeester Van Doorn uit
Poortvliet zond dezer dagen on
derstaand schrijven aan zijn
Hoogivoudse collega:
Op deze dag (1 Februari 1954)
gaan onze gedachten ongetwijfeld
terug naar de nu een jaar gele
den rampzalige stormnacht. Zo
■na een jaar passeert dan alles
weer eens de revue; mddr ook het
vele mooie en goede, wat dit af
gelopen jaar ons bracht.
We kunnen niet blijven staren
op die vreselijke 1 Februari-nacht
1953; we willen die verschrikkin
gen vergeten, maar nooit willen
we vergeten die spontaniteit, die
eensgezindheid, die hulpvaar
digheid en dat medeleven van ons
gehele volk en zo talrijk veel an
deren toen betoond.
En vanzelfsprekend gaan onze
eerste gedachten dan uit
naar het tot een symbool van
naastenliefde geworden „HOOG
WOUD".
Wij hebben behoefte, collega
Breebaart, op een dag als deze
onze grote dank en erkentelijk
heid nogmaals te herhalen voor
wat Uw prachtige bevolking ge
daan heeft.
Dit is het mooie van de Fe-
bruari-ramp geworden: een blij
vende waarde in ons leven", de
waarde van eensgezindheid en
naastenliefde, in tijden van ram
pen en tegenslagen.
Dank, veel dank voor al dit
goede. God zegene U allen hier
voor.
Met de volgende schepen kan zee
post worden verzonden. De data, waar
op de correspondentie uiterlijk ter
post moet zijn bezorgd, staan, tussen
haakjes, achter de naam van het schip
vermeld:
Indonesië: ms „Willem Ruys" (8
Febr.); Ned. Nw Guinea: ms „Willem
Ruys" (8 Febr.); Ned. Antillen: ms
„Oranjestad" (16 Febr.); Suriname:
ms „Nestor" (17 Febr.); Unie van
Zuid-Afrika en Z.W.-Afrika: ms „Ja
gersfontein" (9 JFebr.)Canada: ms
„Prins Willem va'n Oranje" (8 Febr.);
Argentinië en Chili: ms „Yapaeyu"
(11 Febr.); Uruguay: ms „Brasil Star"
(8 Febr.); Brazilië: ms „Alhena" (10
Febr.); Australië: ss „Strathmore" (6
Febr.); Nieuw Zeeland: via Engeland
(6 Febr.)
W
\N DEZE TIJD werpt het idealisme nog wel eens vruchten af. Niet
vaak, maar het gebeurt. Het toneelgezelschap „van en voor jonge men
sen", Puck, is er een bewijs van. Enige jaren geleden dook de naam
van deze groep voor het eerst op. Wëlwillende, doch sceptisch gestem-
de journalisten, achtten het brengen van de jeugd tot het toneel een
mooi doel en (daarom?) Puck een kort leven beschoren. Zij vergisten
zich. Het gezelschap bleek zich staande te kunnen houden. Tussen
vaste bespelers van onze schouwburgen nam het al spoedig een eigen
plaats in. Uitmuntend verzorgde voorstellingen deden „Puck" overal in
het land goodwill krijgen, regeringssubsidie en daarmee dus de erken
ning van zijn belangrijke culturele taakwerd verleend. Met deze vaste
grond onder de voeten kon men zich concentreren op het doelt de
jeugd (tot 14 jaar) en de jongeren (tot 24 jaar). Het repertoire werd
op deze beide groepen ingesteld. Regelmatig kwamen nieuwe stukken
in premiere. Mede dank zij de zakelijke leiding van Hans Tohi
„liep" Puck.
te geven. We hoorden bv in de pauze
verschillende vragen als: zijn dat ÖU
heus gewone mensen op het toneel?
Komt hierna het hoofdstuk? Is het
pauze? Vooral kinderen, die wel eens
naar de bioscoop zijn geweest, weten
kennelijk niet helemaal „hoe ze het
hebben". Het jongetje van de tweede
vraag bij voorbeeld beschouwde hei
eerste bedrijf als een soort journaal. De
jongens en meisjes genoten van hei
stuk, maar wanneer ze inderdaad dich»
ter bij het toneel gebrachtmoeten
worden, dienen ze ook een klein beetje
inzicht in de materie te krijgen!
Commerciële winst zullen de voorstét-
lingen hoogstwaarschijnlijk niet afwer
pen. Dat beschouwt men bij Puck thans
ook niet als belangrijk. Hoofddoel ie,
een publiek te kweken, dat weet, dat
de bioscoop niet de enige amusements
mogelijkheid is. Slechts één procent vam
de Nederlandse bevolking gaat gere
geld naar de schouwburg. Dit percen
tage is veel te laag en aan het omhoog-
brengen hiervan wordt middels het
jeugdtheater door Scapinoballet en
Puck gewerkt.
Zeventien spelende leden telt het ge
zelschap. Dat is genoeg om de opvoe
ringen te kunnen voortzetten tot half
April, de datum, welke men zich voor
lopig als doel gesteld heeft. Wanneer
een gedeelte van de medewerkers op
tournée is, kunnen de anderen Zater
dagmiddags programma's verzorgen. Het
ligt o.m. in de bedoeling met het Sca-
pino-ballet tot gecombineerde voorstel
lingen te komen van toneel, ballet,
pantomimes e.d.
Bij de propaganda van dit nieuwe
initiatief heeft Puck wijkcentra inge-
schakeld. Of het experiment zal lukken,
weten wij pas in April. Of misschien
ook geruime tijd later. Maar het probe
ren alleen is reeds de moeite waard.
ver ideaal bleef de tonelisten
echter een eigen jeugdtheater voor
ogen zweven. Zover is het nog niet.
Maar een begin werd in Amsterdam
gemaakt. Met „Het geheim van de
Prins" opende Puck een reeks voorstel
lingen voor de jeugd, welke (in samen
werking met het Scapinoballet) elke
Zaterdagmiddag in het De La Mar-
theater zullen worden gegeven. „Wij
willen een traditie van deze uitvoerin
gen maken en zo als het ware een be
hoefte scheppen. De mensen moeten
weten, dat zij op dezelfde dag en de
zelfde tijd elke week met hun kinde
ren „uit" kunnen. Wanneer we dat een
maal bereikt hebben, en de voorstel
lingen staan op hoog peil, komt het
publiek vanzelf", zei Frans 't Hoen, één
der leiders van het gezelschap.
De eerste voorstelling in dit kader
had bij de helaas weinig talrijke
toeschouwers een onverdeeld succes. De
kinderen vonden de belevenissen van
Prinses Lioba van Tartaturkia uiter
mate boeiend. Auteur Cas Baas had het
niet zo heel originele gegeven knap
weten uit te werken en Cecilia Licht
veld maakte een succes van de hoofd
rol. Iets minder in onze smaak viel Dick
Scheffer als Prins Armesos. Het over
grote deel van het jeugdig publiek had
nooit toneel gezien. Ze kregen op deze
wijze de kans er op goede en verant
woorde wijze kennis mee te maken.
Misschien verdient het echter aanbe
veling van te voren een korte inleiding
DE ZUIDER IJSCLUB te Assen-
delft en „Klein Maar Dapper"
te Krommeniedijk hebben de han
den ineen geslagen en organiseren
Zondag een Streektocht door de
Zaanstreek. Voor de schaatslief
hebbers zijn twee tochten uitge
stippeld, van 30 en van 65 km.,
(Van onze speciale verslaggever)
HET BERICHT van enige dagen geleden, dat een Belgische familie in
Lier, de stad van Felix Timmermans, door een gelukkig toeval in het
bezit zou zijn gekomen van een echte Stradivarius heeft een aantal ge
lukkige bezitters van een oude viool slapeloze nachten bezorgd
Immers ook hun viool bezat de beroemde inscriptie in het Latijn:
Antonius Stradivarius cremonensis faciebat anno.... (volgt jaartal)
of een of andere variant. Ergo mocht aan de hand van het gewraakte
bericht wel wat overhaast worden geconcludeerd, dat zij daar in
dat wonderlijke glanzende klankhout voor een honderdduizend gulden
hadden geïnvesteerd! Helaas moeten wij hun deze zoete illusie ont
nemen. Eén van deze vioolbezitters richtte zijn schreden naar de gast
vrije woning van dr P. G. Op de Coul, hoofd van de Bedrijfsgenees
kundige dienst in Almelo, enthousiast muziekliefhebber, musicus
envioolkenner.
yiOOLKENNER, nou ja, ik heb er wel
een beetje verstand van, distancieer-
de dr Op de Coul zich bescheiden,
wetende dat het gilde van de werke
lijke kenners uitermate schaars is.
Maar wat die echte Stradivarius be
treft, nee, het is jammer voor deze
mensen.
We begrepen uit het gesprek dat we
met dr Op de Coul mochten hebben,
dat de kans een echte Stradivarius te
ontdekken even gering is als in je
tuintje een vliegende schotel te zien
neerkomen.
Wie was toch die Stradivarius en hoe
komt het dat er nog steeds violen aan
het licht komen, die zijn etiket bevat
ten, zal men zich afvragen. Antonio
Stradivarius, of liever Stradivari is de
meesterbouwer, Italiaan van geboorte,
afkomstig uit Cremona, alwaar hij in
1644 het levenslicht aanschouwde en 93
jaar later voor goed de ogen sloot.
Tot in zijn laatste levensjaren was
hij werkzaam als vioolbouwer en in
totaal heeft hij bijna duizend violen,
alten en celli „tot leven gewekt". Men
moge deze uitdrukking lichtelijk over
dreven vinden, dr Op de Coul, die eens
het genot heeft mogen proeven een
echte Stradivarius te bespelen zegt ons
dat deze violen iets ondefinieerbaars
bezitten, dat men de ziel van het in
strument zou kunnen noemen.
Men heeft herhaaldelijk getracht een
Stradivarius na te maken, men nam
hetzelfde materiaal (de onderscheidene
onderdelen van het speeltuig worden
respectievelijk uit pijnboom-, esdoorn-
en ebbenhout vervaardigd men nam
nauwkeurig de maten van bladen, ran
den, krul, hals, kam, contraranden,
zangbalk en hoe al die onderdelen van
dit gecompliceerde instrument meer
mogen heten, dezelfde lak, men ging
het bespelen, maar de „ziel" ontbrak,
de klank was schoon maar het was niet
het warme ontroerende zingen, dat de
meester aan een Stradivarius weet te
ontlokken.
Van de duizend instrumenten, die
onder Stradivarius meesterhanden ont- instrumenten.
stonden zijn er ruim vijfhonderd be
kend en geregistreerd. Driehonderd
meesterwerken moeten als verloren
worden beschouwd. Ze zijn aan het
vuur, de oorlog, kortom aan de ver
nietiging prijs gegeven. Er resten dus
nog naar schatting, tweehonderd echte
Stradivari's, maar om er ook maar een
van op te sporen staat gelijk met het
vinden van de traditionele speld, die
in 't sprookje in een hooiberg gezocht
moest worden
Dr Op de Coul vertelt dat er na Stra
divarius meesters opstonden, die hem
navolgden. Veelal zonder enige bij
bedoeling plakten zij er een etiket met
de naam in van hun beroemde voor
ganger. Deze gewoonte op de binnen
kant van het achterblad een etiket te
plakken met naam, woonplaats en het
jaar, waarin hét instrument is gemaakt,
dateert al van de aanvang af en is ook
nu nog wel in zwang, zelfs fabrieks-
violen dragen soms de naam -rnn de
Italiaanse grootmeester! Naast deze
navolgers, die vele tienduizenden in
strumenten op hun naam hebben staan,
of liever op die van Antonio de Grote,
zijn er falsarissen opgetreden, die op
zettelijk een- etiket met de beroemde
naam in hun viool plakten. En waar
ze „ontdekt" worden, bezorgen ze hun
bezitters slapeloze nachten.
Voor een leek is het vanzelfsprekend
ondoenlijk een waardevol instrument
van een waardeloos te onderscheiden.
Voor een liefhebber en kenner levert dit
in 't algemeen geen speciale moeilijkhe
den op. De vorm van de krul, of van de
f-gaten en niet te vergeten: de klank
zeggen hem veel, zo niet alles over de
waarde van het instrument. Ook bezit
de kenner een bepaald zintuig, dat hem
bij de waardebepaling van een instru
ment de juiste weg wijst.
Als het er echter om gaat te ontdek
ken of een waardevol instrument af
komstig is uit de werkplaats van een
grootmeester als bijv. Stradivarius moet
er wel «en zeer nauwgezette studie met
vergelijkend materiaal worden ge
maakt; het etiket laat hij hierbij buiten
beschouwing; hij gaat bij voorbaat van
de stelling uit dat dit toch wel vals zal
zijn! Een kenmerk dat wij uit het in
teressante betoog van dokter Op de
waarbij men zowel in Assendelft als
in Krommeniedijk kan starten.
Men kan zich voor deze Streektocht
door de Zaanstreek in Assendelft op
geven in „Assumburg" en in Kromme
niedijk op de baan van „Klein Maar
Dapper".
Degenen die de tocht tot een goed
einde brengen en hun startkaart met
alle contrölestempels inleveren, ont
vangen een herinneringsmedaille.
De route voor degenen, die in As
sendelft starten is als volgt: via de
ijsbaan van de Zuider IJsclub naar
de Kaayk, de Ham, Krommenie, Bin
nenmeer, Uitgeest, Zwanenmeer, Boe-
rensluis, langs de molen de Woudaap
naar de Indijk in Krommeniedijk, ver
volgens over de Vaart naar de Wate
ring, langs molen de Schoolmeester
in de richting Westzanerdijk. Kruising
door Westzaan naar Nauerna, via de
Horn- en Langesloot tot de Noorder Y
en Zeedijk, langs de Vliet tot de baan
van de Zuider IJsclub.
De start in Krommeniedijk is op de
baan van „Klein Maar Dapper", waar
na de route is als hierboven omschre
ven.
De route wordt duidelijk aangege
ven door borden en pijlen op het ijs.
Voor de tocht van 65 km kan men
vanaf 9 tot 2 uur starten, terwijl de
rijders voor de tocht van 30 km tot
drie uur kunnen vertrekken. Om in
aanmerking te komen voor de her
inneringsmedaille dient men er ech
ter voor te zorgen om half zes aan
het eindpunt te zijn.
Voor schaatsliefhebbers buiten onze
streek zij vermeld dat de baan van de
„Zuider IJsclub" te Assendelft te be
reiken is met de Naco-bus, welke om
9, 11 en 1 uur vanaf station Kromme-
nie-Assendelft vertrekt. De baan van
„Klein Maar Dapper" is in enkele
minuten per schaats te bereiken vanaf
station Krommenie-Assendelft.
Het inleggeld voor deze tocht be
draagt voor KNSB-leden f 1.niet-
leden f 1.50 en voor de leden van de
beide organiserende verenigingen f 0.50.
Indien de vorst aanhoudt is, aldus
verneemt het ANP van de zijde van
de KNSB, de mogelijkheid groot, dat
Zaterdag 13 en Zondag 14 Februari te
Amsterdam op de baan van de Am
sterdamse IJsclub nationale wedstrij
den worden gehouden, die met deelne
ming van de thans in Davos vertoe
vende rijders als revanches van de na
tionale kampioenschappen te Zwolle
zullen worden beschouwd.
Deze wedstrijden zullen dan in de
plaats komen van de uitdagingswed
strijden, welke de ijsvereniging Gro
ningen op Donderdag 11 en Vrijdag 12
Februari wilde houden.
De achten van Oxford en Cambridge
maken zich weer gereed voor de tra
ditionele wedstrijd, welke dit jaar op
3 April zal worden gehouden. De ploeg
van Oxford heeft Woensdag op de
Theems getraind, nadat een ijsbreker
enige tijd in actie was geweest om een
vaargeul te maken.
In verband met berichten in Franse
bladen als zou de KNWU omdat zij
niet geraadpleegd was over het ver
trek van de Tour de France uit Am
sterdam, haar medewerking, geweigerd
hebben en zelfs voornemens zijn het
vertrek uit Amsterdam te verbieden,
vernemen wij van de zijde van de
KNWU dat deze berichten alle grond
missen. De KNWU is geenszins van
plan het werk der organisatoren te
bemoeilijken, integendeel. Zij heeft
er 27 Jan. jl. slechts op gewezen dat
het bericht, dat de start van de tour
definitief in Amsterdam zou geschie
den, in deze vorm als voorbarig moest
worden aangemerkt omdat de organi
satoren tot dan toe niet tot haar het
verzoek hadden gericht tot het ver
krijgen van de vergunning. Het gold
hier een formaliteit, en sindsdien is
de kwestie van de vergunning reeds
in principe geregeld.
De Stichting Wielercontact deelt ons
mede, Kees Pellenaars te hebben ver
zocht om de technische leiding van de
Ronde van Nederland 1954 op zich te
nemen, Pellenaars heeft verklaard
deze leiding te willen aanvaarden. De
eerste stappen betreffende het con
tracteren van de renners zijn door
hem reeds genomen.
Gedachtig aan wat verleden jaar In
het buitenland en speciaal ook door
Oostenrijk (men denke aan de wed
strijd RapidMiddlesbrough) voor de
slachtoffers van de overstromingen in
Nederland is gedaan, heeft het be
stuur van de K.N.V.B. aangeboden om
op Woensdag 10 Maart een sterk
bondselftal te Wenen te laten spelen
tegen Rapid, de leider van de Oosten
rijkse eerste klassecompetitie. De op
brengst van de wedstrijd zal ten goede
komen aan de slachtoffers van de
lawines in Vorallberg. Dit aanbod is
door de Oostenrijkers aanvaard. Het
bondselftal zal hoofdzakelijk uit B-
spelers bestaan en het wordt samen
gesteld na de oefenwedstrijd van 17
Februari (te Rotterdam tegen een En
gelse eerste divisieclub) en 24 Fe
bruari (in Den Bosch tegen de F.C.
K51n). Het Nederlandse gezelschap
vertrekt 9 Maart per chartervliegtuig
van de K.L.M. naar Wenen en keert
11 Maart terug. De reis- en verblijf
kosten komen voor Nederlandse reke
ning.