EEN EILANJ WERD OVER
DE HORIZON GESLINGERD
Naar de veiling van Faroek's munten
Zes en dertigduizend mensen kwamen om bij
de uitbarsting van de Krakatau
Jacques Schulman schat de opbrengst van de
collectie tussen tien en vijftig millioen
Rampen die de menshe id troffen
(W
Een honderden meters dikke rotsbodem
brak als een lucifer
Schepen kilometers
ver het land in
gespoeld
De verkoping duurt
tien dagen
Ter overdenking
Lang zal-ie leven?
GEESTELIJK LEVEN
BEROEPINGSWERK
ZATERDAG 30 FEBRUARI 1954
]Y\EN vond kapitein Karster in Socrabaja een leu
genaar, die meer zeemanslatijn praatte dan normaal
geoorloofd was. Daar was bij in het voorjaar van
1883 met zijn vrachtboot door de Straat Soenda af
gezakt en langs Java's kust gevaren naar Soerabaja
en hij kwam daar met bet verbaal van een vulkaan
eiland, dat zoemde en bromde als een stoomketel
onder hoge druk. Hij vertelde ook, dat zich twee
nieuwe vulkanen op dat eilandje Krakatau geopend
hadden en dat de bodem zo heet was, dat zijn voet
zolen door de schoenen heen schroeiden. Op het
eilandje wonende inlanders waren weggevlucht met
hun boten en kapitein Karster dacht, dat hij wel de
laatste mens was, die voet had gezet op het eilandje.
Men lachte en trok er zich verder niets van aan. Er
waren in Indië honderden vulkanen en deze nieuwe
vulkanen waren bijna tweehonderd kilometer van
Batavia verwijderd. Daar kon men zich toch niet
druk om maken! Maar in de zomer van datzelfde
jaar 1883 werd de scheepvaart door de Straat Soen
da moeilijker. Vele schepen kozen een andere koers
omdat het water met een dertig centimeter dikke
laag as bedekt was en er voortdurend dikke stooin-
en rookwolken boven liet water hingen. Een Ameri
kaans scheepskapitein liet zich celiter niet afschrik
ken, voer uit zijn koers en naderde het eilandje tot
op twaalf kilometer afstand. Hij liet echter wel zijn
dek en luiken afdekken met natgemaakte zeilen,
geen overbodige maatregel, want hij had een lading
benzine aan boord! Na hem had niemand meer lust
zich dicht bij dat eilandje te wagen. Het gerommel
van de vulkaan ging over in een voortdurend, angst
aanjagend grommen, alsof duizend locomotieven
onder stoomspanning zinderden. Het dreunen was
tenslotte langs de gehele Westkust van Java hoorbaar.
In Buitenzorg, meer dan honderd kilometer verder,
maakte men zich zelfs bezorgd over de uitbarsting,
die naar men wel wist, onvermijdelijk moest zijn. In
de middag van de zesentwintigste Augustus werd het
dreunen overstemd door de eerste ontploffingen....
£)E MENSEN op Java's Westkust schrokken van deze ontploffingen en geraak
ten in paniekstemming. De nacht kwam, maar niemand dacht aan slapen.
Drie miltiocn mensen wachtten angstig op wat zou gebeuren. De volgende och
tend weerklonk het gedonder honderden kilometers ver. Plotseling volgde even
voor zeven uur ergens achter de horizon een enorme ontploffing. Gebouwen
wankelden, muren stortten ineen, overal vlogen deuren open. De mensen
atroomden de straten op. Nieuwe ontploffingen volgden en daarna doodse stilte,
alsof de vulkaan daar ergens achter de horizon ver in zee niet meer bestond
Inderdaad: de vulkaan bestond op dat moment al niet meer. Onder de druk
der zich uiteenzettende gassen had de witgloeiende lava zich een uitweg ge
baand. De twee nieuwe vulkanen deden dienst als veiligheidskleppen, maar de
druk werd ook hen te groot. Geweldige energie beefde en dreunde onder de
honderden meters dikke rotsbodem, die de laatste scheiding vormde tussen
leven en dood voor tienduizenden mensen. De rotsbodem bewoog, golfde, zonk
In cn steeg weer, tot zij plotseling toegaf en openbarstte als de wand van een
ontplofte stoomketel. Daarmee begon de catastrofe. De geweldige, zo lang op
gesloten lavastroom brak los. De zee stortte zich in de vulkaan cn bij de botsing
van de gloeiende lava met de zee veranderde de laaste in stoom. In een wolk
van stof en rook werden gigantische steenbrokken cn aarde de lucht in ge
slingerd. Opnieuw vond het zeewater een toegang en overspoelde de lava.
Onder de druk van nieuwe stoommassa's sprong de ene barrière na de andere
de lucht in. Hoeveel keer heeft de vloeibare lava de zee teruggedreven?
Hoeveel keer is de zee daarna opnieuw de vulkaan binnengestroomd? Men
weet alleen, dat de oceaan tenslotte overwonIn de ochtend van de zeven
entwintigste Augustus bereikte de zee het vulkanische hart van het eiland.
Alle voorafgaande explosies waren kinderspel vergeleken bij wat toen volgde.
Zestig milliard kubieke meter water en rotsen werden in de lucht geslingerd.
De zon verborg zich achter een zwart gordijn van stofwolken, waardoorheen
voortdurend bliksemstralen schoten. Het Engelse vrachtschip „Charles Ball"
nam de ontploffing waar van een afstand van 140 kilometer. In zijn logboek
gaf de kapitein een getrouw relaas, van wat hij zag, hoe een heel eiland over
ie horizon geslingerd werd, temidden van duizenden bliksemstralen. Kilometers
ver was de hele zee met gekookte vissen bedektPas zestig seconden later
hoorde men het geweld van de explosie aan boord van dit schip.
zich voorstellen, wat een indruk dit
alles maakte? Deze verschijnselen hiel
den aan tot het voorjaar van het jaar
1884. Toen verdwenen de merkwaardige
verkleuringen langzamerhand en de
sluiers, die de Krakatau omhuld had
den, verwaaiden. Zesendertigduizend
mensen waren omgekomen in de uitlo
pers van een catastrofe, die men gerust
de grootste na de zondvloed kan noe
men.
Het laatste hoofdstuk uit de geschie
denis van de vulkaan scheen geschreven
te z\jn. De Krakatau was dood voor al-
tjjd. Niets was er overgebleven dan een
boven de zee uitstekende rots met een
oppervlak van enkele vierkante me
ters. De kale rots was bedekt met as.
En toen geschiedde het wonder
Vier maanden na de uitbarsting ont
dekte een botanicus de eerste spin op
het eiland, die levendig aan haar net
werkte. Maar een half jaar later was
er al gras, toen kwamen er wormen,
mieren, slangen en vogels. Zaadkor
rels ontkiemden. Andere levende we
zens werden door de zee aangespoeld
of spoelden met wrakhout aan. In 1919
sloegen de eerste bomen hun wortels,
vijf jaar later was er al weer hier en
daar bos op de kale rotspunt. De Kra
katau werd een pa/radijs voor natuur
onderzoekers, temeer waar de krater
zweeg en rustig bleef.
In Januari 1928 gaf de vulkaan weer
de eerste tekenen van leven. Vlak bij
de Krakatau verschenen een nieuw
eilandje dat enkele dagen later spoor-
Dreigend hangen de rookrcolken
boven de Anale Krakatau, de
restanten van de vulkaan die zoveel
leed bracht.
loos verdween. Maar de oude vulkaan
groeide en kreeg de naam van „het kind
van de Krakatau". Opnieuw dreven
zwaveldampen boven de zee, opnieuw
tv as de zee bedekt met dode vissen. In
October 1937 had een nieuwe uitbarsting
plaats, plotseling opgekomen, plotseling
verdwenen. En nu is de Krakatau al
weer tot. leven ontwaakt. Velen herin
neren zich de ramp van zeventig jaar
geleden. Zal dit alles zich herhalen?
Men hoopt van niet. Men vreest echter
van wel.... Hete dampen stromen uit
de krater van Anak Krakatau en met
het schrikbeeld van de grote catastrofe
voor ogen moet men wel vaststellen,
hoe goed die naam van Anak Krakatau
gekozen is. Kind van Krakatau", men
had er geen betere naam voor kunnen
vinden!
£)E Lloydagent in Batavia schreef aan
zijn kantoor in Londen, dat de ex
plosies afschrikwekkend waren. Alle
dorpen op Java en Sumatra' raakten in
opwinding. De koppensnellers van
Borneo geraakten in extase en organi
seerden grote mensenoffers, menend
dat het eind van de wereld gekomen
was. Mensen in Australië, bijna drie
duizend kilometer van de Krakatau, die
de explosie hoorden, meenden dat
men in de buurt met kanonnen schoot.
Tot in de omgeving van het eiland
Madagascar aan Zuid Afrika's oostkust
hoorde men over 5000 kilometer af
stand de explosies. De ontploffing ver
oorzaakte drukgolven, die vele reizen
rond de aarde maakten. De eerste
kwam zesendertig uur na de cata
strofe vanuit het westen boven Londen.
Vlak daarop bemerkte men een tweede
drukgolf, ditmaal uit het Oosten. De
eerste drukgolf werd vier maal waar
genomen in Sint Petersburg, Berlijn en
Valencia en kwam drie maal in omge
keerde richting terug. Tien dagen
duurde het eer de explosiedruk al zijn
kracht verloren had.
De uitwerking op de zee was nog
geweldiger. In Anjer, op Java's Oost
kust, meende een zeekapitein, dat er
een nieuw eiland voor zijn ogen uit zee
oprees. Toen rende hij voor zijn leven,
want bij nader inzien was dat eiland
een vijftien meter hoge watermuur, die
met razende snelheid naderbij kwam.
Nadat de vloedgolf de kaden had be
stormd, en de stad onder water had ge
zet, stortte zij zich op de bergrug ach
ter de stad, alles verwoestende. De zee
kapitein werd door een balk getroffen,
raakte bewusteloos en kwam bij in de
top van een boom, twaalf meter boven
de grond, en drie kilometer het bin
nenland in. Zijn kleren waren hem van
het lichaam gescheurd, maar verder was
hij ongedeerd. Hij was een van de wei
nigen die de vloedgolf gezien hadden
en het konden navertellen. Anjer werd
van de aarde weggevaagd. De vloed
golf had een groot aantal dorpen over
spoeld en duizenden mensen doen ver
drinken. Op de kust van Sumatra lag
de Britse kruiser „Becoun" voor an
ker. Een vloedgolf rukte het schip van
zijn ankers, en spoelde het ver het
land op. Toen de zee terugliep lag de
kruiser vijfduizend meter ver van de
kust, diep in de jungle, twaalf meter
boven de zeespiegel
Geweldige vloedgolven doorliepen de
Indische Oceaan in zijn gehele breedte.
In Kaapstad, achtduizend kilometer van
de plaats van de ramp was de vloedgolf
nog dertig centimeter hoog. Ze rondde
Kaap de Goede Hoop, wendde zich naai
de Afrikaanse kusten, doorliep de At
lantische Oceaan en was zelfs in het
Kanaal nog merkbaar. Het Indische
eilandenrijk werd onder een asregen
bedolven. De jungle lag als platgetrapt
en landerijen waren in woestenijen
veranderd. De hemel, verborgen achter
een asgordijn, was zo donker, dat het
zonlicht er nauwelijks doorheen kon
dringen.
QNDANKS dat alles bedroeg de op
aarde neergevallen massa steen en
stof maar een deel van de vroegere
massa van de vulkaan. Het grootste deel
van de rotsen was tot stof verpulverd
en vijftig kilometer ver omhoog geslin
gerd. Wolken van vulkanisch stof wer
den nog maanden later aan de hemel
waargenomen. Gedreven door stratos-
feerstormen bewogen zij zich over we
relddelen en oceanen heen. Over de
hele aarde moesten de zonnestralen
stofwolken doorbreken die boven Straat
Soenda ontstaan waren. In Parijs, in
New York, in Cairo en Londen zag de
hemel afwisselend blauwgroen of gif
groen. Dikwijls was de hemel ook geel
of groengeel en bij nacht scheen een
groene maan over de aarde. Kunt U
dêÊÊÊ DE Egyptische regering deelt mede dat, in tegen-
stelling tot alle verspreide geruchten, de ver-
ï!$v beurdverklaring van de eigendommen van et-Koning
Faroek volkomen wettig is en dat genoemde eigen-
vul *^"1 dornmen zijn overgegaan aan de Egyptische staat.
U"* fr *i li Deze is dus gerechtigd ze te verkopen overeenkom-
stig de Egyptische en de internationale wetgeving. Vfe. -T
X mÊüjËtèm „Kopers van kunstschatten, juwelen of verzamelin-
gen die in Cairo zullen worden geveild, zijn dus wet-
X.„ Kg eigenaar van de gekochte goederen. De Egyp-
tische regering waarborgt het eigendomsrecht
geveild. Eigenlijk had de heer Schulman zich laten
beïnvloeden door een verklaring, die Faroek in Ita
lië heeft afgelegd naar aanleiding van de inbeslag
name van zijn ontelbare bezittingen. „De huidige
Egyptische regering heeft zich mijn eigendommen
wederrechtelijk toegeëigend", heeft de ex-koning
o.m. gesteld. En dreigend heeft hij hieraan toege
voegd, dat hij een gerechtelijke vervolging zou la
ten instellen tegen een ieder, die iets van zijn ver
zameling zou kopen.
Deze op z'n minst bijzondere advertentie heeft men
dezer dagen in verschillende dagbladen kunnen
lezen onder het opschrift: Officieel Communiqué.
Maar voor de heer Jacques Schulman uit Amster
dam kwam deze mededeling toch even te laat. Deze
enige Nederlandsle expert-numismaat had tevoren
reeds juridische adviezen ingewonnen in verband
met zijn voorgenomen reis naar Cairo, ivaar tussen
24 Februari en 6 Maart a.s. Faroek's unieke verza
meling van munten en penningen openbaar wordt
£)E HEER SCHULMAN slaat een
dikke catalogus open, als wij op z'n
drukke kantoor in Amsterdam tegen
over hem zitten. „Kijk", zegt hij iro
nisch „dat heeft Faroek de wereld te
bieden: 8500 gouden en 100.000 zilveren
munten; vier bestempelde gouden ba
ren uit de derde eeuw en ook nog 160
platina muntenJa, ook wit goud
werd in de vorige eeuw als munt-
materiaal gebruikt. In Rusland bv„ in
Spanje en in Latijns Amerika was
piatina op een goed moment twee keer
zo goedkoop als goud.Later is hier
wel enige verandering in gekomen."
Faroek's verzameling van munten is
de grootste in haar soort ter wereld. De
ex-koning, die een muntenkabinet en
ook een speciale conservator had, ver
zamelde alleen munten, welke na 1800
in omloop zijn gebracht en er zijn er
in feite weinig, die niet in zijn bezit
waren. Uit alle delen der wereld be
trok hij ze. De zestig expert-numisma-
ten die er op de aarde zijn, hadden
hem allen tot klant en ook de heer
Jacques Schulman leverde regelmatig
aan hem.
Een koning behept met een vreemde
verzamelwoede overigens. Ismen thans
in Cairo doende zijn prachtige collectie
postzegels te veilen, na de openbare
verkoop van zijn munten komen zijn
gouden en zilveren beeldjes aan de
beurt en daarna nog zijn grillige ver
zameling presse-papiers. Van stropdas
sen had hij zich ook al een collectie
aangelegd, evenals van wandelstok
ken
Wat verwacht de heer Schulman van
de muntenveiling? In feite kan hij er
nog weinig van zeggen. Het zal volgens
hem een zoeken, zo niet tasten zijn,
want de munten liggen niet overzich
telijk in lade-kabinetten, maar zijn om
onbegrijpelijke redenen in zakjes bij
elkaar gebracht. En wat de totale op
brengst betreft: deze kan tussen de 15
en 50 millioen gulden variëren. Veel zal
afhangen van het soort kopers, dat naar
Cairo komt. Een of andere Indische -^laar gespeeld een diefstal bij een cliënt
prins zou zonder veel moeite de hele (e ontdekken
geval deze unieke collectie nog in haar
geheel kunnen bewonderen.
Een reis naar Cairo is overigens niets
bijzonders voor deze Nederlandse nvi-
mismaat. Mij reist, hoofdzakelijk voor
inkoop, de hele wereld rond en vertoeft
zeker vier maanden van het jaar bui
tenslands. 75 procent van zijn cliënten
wonen trouwens in den vreemde. En
bovendien is hij nog voorzitter van de
Association Internationale des Numis-
mates Professionals de organisatie,
waarin alle expert-numismaten ter we
reld verenigd zijn.
De heer Schulman behoort tot de der
de generatie van een familie, die haar
brood met het handelen in munten
verdient. Zijn grootvader was grond
vester van de zaak, die later door zijn
vader werd overgenomen en die thans
door hem wordt voortgezet. Behalve
een voorraad van 200.000 munten en
penningen bezit hij de meest uitge
breide bibliotheek op het gebied der
numismatiek ter wereld. Hij heeft twee
publicaties op z'n naam staan, namelijk
een handboek over de Nederlandse
munten, welke na 1775 in omloop zijn
gebracht, en een even uitvoerig werk
over de munten der (vroegere) Neder
landse Overzeese Gebiedsdelen.
De kostbaarste munt, welke de heer
Schulman ooit verhandeld heeft, is een
gouden Dekadrachme uit het jaar 415
voor Christus geweest. Het stukje me
taal bracht liefst 6100 gulden op, of wel
het honderdvoudige van zijn intrinsieke
waarde. Het werd dan ook aangeduid
met de letters RRR. hetgeen in de we
reld der numismatiek zoveel als uiterst
zeldzaam betekent.
Eens heeft de heer Schulman het
collectie kunnen bemachtigen, als hij
tenminste bereid zou zijn ver boven de
handelswaarde te bieden. Amerikaanse
souvenir-jagers zouden de markt, voor
de handelaars althans, kunnen ver
knoeien, terwijl de Egyptische regering
ook arbitrerend zou kunnen optreden.
Hoe het ook zij, de heer Schulman
hoopt de opdrachten, die zijn cliënten
hem met het oog op deze veiling heb
ben gegeven, te kunnen uitvoeren. En
zo niet.nou ja, dan heeft hJy in ieder
en binnen acht uur ce
dader op te sporen.... In zijn kaart
systeem ontdekte hij namelijk, dat een
aantal gouden munten, die hij van een
juwelier had gekocht, stuk voor stuk
van een goede klant van hem afkom
stig waren. Toen hij de laatste opbelde
met de vraag, of hij zijn collectie aan
het verkopen was en een uiterst ver
baasd: „Hoe kom je er bij" ten ant
woord kreeg, wist hij genoeg. De politie
werd ingeschakeld en nog dezelfde
avond kon de dief worden gearresteerd.
gR KWAM eens een man bij zijn
huisarts met de vraag, op welke
manier hij honderd jaar zou kunnen
worden. Rookt U', vroeg de arts. .Nee'.
„Drinkt U" „Geen druppel" was het
antwoord. „Leeft U erg sober?". „Ja
zeker, dokter". „Maar man", riep de
arts uit, „waarom wil je in hémels-
naam honderd jaar worden?"
Ja, inderdaad, wat is het leven
waard, wanneer het alleen genieten
wordt met de lengtemaat? Wij Hollan
ders zingen bij verjaardagen en jubi
lea zo graag uit volle borst ons „Lang
zal-ie leven". Maar is dat dan het bes
te, wat wij elkaar kunnen toewensen,
een lang leven? Zeker, we zijn al aar
dig op weg om voor elk een lang leven
mogelijk te makenonze soicale, hygi
ënische en medische kennis heeft het
levensgemiddelde hoog opgevoerd. Ge
lukkig Maar waarom vechten wij te
gen ziekte en dood, tegen gebrek en
honger en proberen wij het leven te
bestendigen, als het alleen gaat om een
uitbreiding van de grenzen van het
bestaan, een stukje uitstel van de on
vermijdelijke dood? Toch alleen omdat
het leven zelf waardevol is, omdat het
niet zozeer om de quantiteit, dan wel
om de qualiteit, de diepte, de inhoud
van ons leven gaat!
„Geluk", daar gaat het om, zo zegt
men. „Lang zal-ie leven in de Gloria",
dat is: lang leven én geluk. „Ze leef
den nog lang en gelukkig", zo eindigen
de sprookjes. Wie zal het ontkennen,
dat de mens een geboren gelukzoeker
is? Hij zoekt naar een plekje, waar hij
veilig is voor het barre en broze leven.
Daarvan getuigen de levensliedjes, de
verhalen in onze weekbladen, de op
schriften op de huisjes, die er in de
volkstuinen rondom de steden bij hon
derden zijn te tellen. Wij zijn eerst ge
borgen, waar we „het geluk" vonden.
Ja, zou dat dan de waarde van het
leven uitmaken: de mate van het ver
kregen geluk?
Maar wat onbarmhartig voor de
velen, die het geluk nooit vonden, voor
hen, wie dit geluk uit handen werd
geslagen, de gekneusden, en verzwor-
venen. Dan hebben deze alleen maar
„pech" gehad
Ons mens-zijn verbergt een geheim;
dat geheim vindt zijn grond niet in
onszelf, maar in de Ander, God zelf.
Die God wil de mens nl. ontmoeten,
met hem spreken. God vindt ons de
moeite waard, 't Kan soms een heel
leven duren, voordat wij dat geheim
gaan verstaan. Omdat God ons leven
begeleidt met Zijn spreken, daarom is
in diepste wezen het leven waardevol,
want wie dat goed ervaren, en iets
gaat verstaan van de doorbraak van
het eeuwigheidsleven in ons begrensde
bestaan, is op wonderbaarlijke wijze
uitgetild boven geluk en ongeluk. Wij
behoren, midden in dit leven, aan God
toe. Dat betekent niet een verzuurd
minachten van het kleine geluk, dat
ons ten deel valt, en ook niet een ver
zachten van de hardheid van zorg en
gebrek, ziekte en dood, maar mét dat
alles worden wij begeleid door Hem,
die zo ontzag'lijk veel met ons op
heeft, en ons Zijn vreugde en liefde
niet onthoudt.
Dat pas is leven, dat is, in de diepe
zin des woords, de levenskunst van de
Christen. Dan mogen wij danken voor
elk ons toegemeten jaar, en voor het
geluk. Omdat het geheim van het leven
elders ligt. Paulus heeft het in majes
teitelijke woorden geformuleerd:
„Want ik ben er van verzekerd, dat
noch dood noch leven, noch engelen
noch machten, noch heden noch toe
komst noch krachten noch hoogte noch
diepte noch enig ander schepsel ons zal
kunnen scheiden van de liefde Gods,
welke is in Christus Jezus, onze Heer".
Wie uit dit geheim leeft, mag onbe
kommerd zingen „Lang zal-ie leven",
omdat hij het als een toegift weet na
het andere lied, dat al Gods kinderen
tezamen zingen: „Halleluja".
R.H.
NED. HERV. KERK
Beroepen te Onstwedde (toez. C. J.
van der Broek te Est-Meteren. Be
roepen te Zuidland (toez. J. L. Maris
vie. te Rotterdam-Vreewijk. Toege
laten tot de evangeliebediening: de
heren dr W. Ietswaard, woonachtig
te Amsterdam en W. Jansen, cand. te
Amsterdam en B. van der Lelme, cand.
te Leiden. Beroepbaarstellingde
heer H. J. Bos, cand. te Heemstede
stelt zich beroepbaar.
GEREF. KERKEN
Beroepen te Voorburg: vac. J. H.
Mulder, C. W. Thijs te IJmuiden.
GEREF. GEMEENTEN
Beroepen te Aagtekerke, 's-Graven-
zande, Oost-Capelle en te Vlaardingen
T. Cabaret, cand. te Rotterdam.