Bergen's ligging. De heerlijkheid Bergen. Zoo maken velen zich op, om, zij het ten minste vóór één dag, zich te onttrekken aan den dage- lijkschen sleur, aan drukke en benauwde straten, aan alle beslommeringen van den werkkring en.... om een voorproefje te nemen van wat de a.s. zo mer belooft te geven. Steeds meer wordt in tal van annonces de aan dacht gevestigd op verschillende plaatsen en streken; steeds talrijker worden de uitnoodigingen tot een korter of langer verblijf. Gelijken tred daarmede houdt de behoefte, om voor een wijl de plaats der inwoning te verwisselen voor een tijdelijk verblijf buiten den gewonen kring. Meer dan vroeger wordt de behoefte gevoeld om in den zomertijd eens volop buiten te zijn, in een andere omgeving te verkeeren, nieuwe in drukken op te doen, gezonde levenskracht te ver krijgen door een tijdperk van kalmte en rust. In steeds breedere kringen houdt men er zich mee bezig, daarvoor het oord en den tijd te bepalen. Waarheen zal het dezen zomer zfjn Op deze vraag zullen velen ongetwijfeld nog geen beslist antwoord weten te geven, omdat de keuze nog niet gevestigd is. Voor hen, die bij voorbaat zich reeds voorgesteld hebben een boschrijke streek op te zoeken, is deze keuze niet gemakkelijktal van schoone oorden lokken tot een bezoek uit. Voor anderen daaren tegen, voor wie het vaststaat, dat het de zee zal zijn, waarnaar zij zich zullen richten, voor dezen is de keuze meer beperkt en daardoor ook niet zoo moeielijk. Wij willen hierin een aanwijzing geven, die misschien tot een definitief besluit zal leiden. Onder de dorpen aan den Noordzeekant is er een, dat zich de laatste jaren als badplaats heeft ontwikkeld en een bescheiden, maar toch niet onbeduidende plaats is gaan innemen in de rij der zusterdorpen. Wij bedoelen Bergen en het door een spoorlijntje er mee verbonden Bergen aan Zee. Wat Scheveningen of Zandvoort den verwenden badgast heeft aan te bieden, zoekt men er dikwijls vergeefs, doch in twee dingen staat het er mede gelijkhet strand is er niet minder breed en de bosschen liggen er eveneens op een tramrit afstands. In ander opzicht heeft het zelfs veel voor. Wie de andere badplaatsen te druk vindt of.... te duur; wie vraagt naar een rustig bad, naar helder, zuiver water, naar een ongestoorde heerlijke speelplaats voor zijn kinderen, naar hooge be schuttende duinen, met vrijen toegang naar alle zijden, wie zee en bosch beide verlangt; wie in eerste plaats zoekt naar rust, afgewisseld door prettige uitstapjes in den schoonen noordhoek van Kennemerland, die vindt er dit alles van zijne gading. Wie werkelijk van meening mocht zijn, dat hier alles bijeen is, wat hij noodig heeft, die vrage niet langer „Waarheen dezen zomer?'' doch hij besluite met te gaan naar Bergen of Bergen=aan=Zee. Echter, dat hij zich dan haaste, want dagelijks worden de weinigenog overige plaatsen in de pensions en hotels tegen den drukken tijd van „la haute saison" genomen. P. van 't Woud. De heer P. Rus te Amsterdam, die in opdracht van de Vereeniging tot bevordering van het Vreem delingenverkeer een Gids voor Bergen em Bergen aan Zee schreef, merkt omtrent de mooie ligging van Bergen o.m. op „Van welken khnt de vreemdeling Bergen nadert, öf van Alkmaar, óf van Schoorl, óf van Egmond, steeds zal hij bekoord worden door de ligging. Wie van Alkmaar nadert door de vlakke velden, ziet tot zich komen de blonde toppen van de duinen, aan wier voet de zware massa's van het Bergerbosch zich verheffen of ertegen opklimmen, naar boven toe, vooral naar den kant van Schoorl. Wie van Egmond den tocht maakt, hetzij langs den straatweg, hetzij langs het strand en door het duin, geniet van een weg, die steeds schooner wordt. Wie in het dorp zelf vertoeft, heeft keus van wandelingen, met de schilderachtige Kerkruïne als uitgangspunt. Geheel verscholen in het groen, is het dorp één met het boschiedere hoek, iedere buurt ligt onder het geboomte of verborgen ineen der uitloopers van het rijke houtde dorpsstraat is er het voorportaal vaniedere uitgang voert er heen, aan alle zijden wordt het dorp belommerd en beschut. Wie zich Bergen herinnert, denkt in de eerste plaats aan het bosch, waarin het gevat is: aan weelde van groen in alle tonen en tinten, in de rijke afwisseling van het echte Kennemer- bosch, waar vele houtsoorten naast en door elkan der groeien; hij herinnert zich de schilderachtige hoekjes en plekjes, waar het goed was te toeven, beschermd tegen brandenden zonneschijn of ver killenden wind. Het kon niet uitblijven, of zooveel gunstige fac toren moesten samenwerken tot een steeds grooter wordend vreemdelingenbezoek, tot een steeds meer bekend worden in wijder kring, nu Bergen niet meer betrekkelijk afgelegen is. Het snellere verkeer heeft ook hier de ontwikke ling van nieuwe toestanden bevorderd. Was het dorp vroeger alleen een ontspanningsoord voor Alkmaarders en omwonende Noord-Hollanders, die zich gemakkelijk konden verplaatsen; telde het voorheen vaak slechts als een zeer gewaardeerde pleisterplaats op een rijtoer van uit Alkmaar langs den Duinkant; bracht het rijwiel hier later velen, die dit oord als een zeer aanbevelenswaardig doel van een tocht roemdende opening van de loeaal- spoor heeft aan duizenden vreemdelingen de ge legenheid geschonken met Bergen kennis te maken. En.... elke nieuwe bezoeker werd een nieuwe vriend, die later andere vrienden meebracht. De vele nieuwgebouwde pensions, die in menigen boschhoek verrijzen, het zich voortdurend uitbrei dend aantal familiën, die öf geheel öf gedeeltelijk den zomer hier doorbrengen, zijn er het bewijs van. Van het vreemdelingenverkeer, dat zich richt naar koele bosschen, waardoor de zeewind suist, heeft Bergen zijn gerechtigd aandeel verkregen. Het dorp profiteert thans van zijn goede geogra fische ligging door de onmiddellijke nabijheid van Alkmaar, dat als belangrijk verkeerscentrum van een dichtbevolkte en welvarende provincie steeds grooter beteekenis verkrijgt. Uit alle deelen van het gewest, ook uit Friesland en Groningen, uit de groote steden vad Zuid-Holland, is de Alkmaar- sche duinkant vlug te beteiken de reis van Amster dam duurt slechts een uur." Niet alle kleine gemeenten in ons land mogen zich verheugen in het bezit van een goed geordend archief; en betrekkelijk zelden gebeurt het, dat een ingezetene van zulk een gemeente dat archief op oordeelkundige wijze weet te gebruiken. Bergen bezit zoowel het een als het ander. Het archief werd eenige jaren geleden door den Rijks archivaris in Noord-Holland, den heer C. J.Gonnet, te Haarlem, op voortreffelijke wijze geordend en daarna wederom geplaatst in het nieuw gebouwde Raadhuis. Van dat geordend archief is nu, even eens op voortreffelijke wijze, gebruik gemaakt door Mevrouw M. van Reenen-Völter voor de samen stelling van een keurig boekje: „De heerlijkheid Bergen in woord en beeld". Hieraan ontleenen wij, datsinds 1851, alzoo reeds meer dan een halve eeuw, de heerlijkheid Bergen in het bezit der familie van Reenen is, en uit het chronologisch overzicht aan het slot van het werk blijkt, dat de stamhouders van dit geslacht zich bij meer dan ééne gelegenheid beijverd hebben om den bloei en de ontwikkeling van het schoon gelegen- dorp en zijne naaste omgeving krachtig te bevorderen. In vroeger eeuwen was de heerlijkheid in het bezit van vele elkander opvolgende geslachten; het oudste, waarvan dit kan worden nagegaan, was het geslacht Haemstede. Omstreeks 1285 schijnt Graaf Floris V Bergen geschonken te hebben aan zijn zoon Witte van Haemstede denzelfde, die door Vondel in den „Gijsbrecht" als een af schuwelijke wreedaard, doch door Van Lennep in zijn „Strijd met Vlaanderen", als een edel en rid derlijk held wordt geteekend aan wiens na komelingen in de rechte lijn de heerlijkheid bleef tot 1438, nadat zij intusschen in 1425 door Gravin Jacoba van ambachtsheerlijkheid tot vrije heerlijk heid was verhevpn. Sinds 1345, toen Witte's zoon in den slag bij Stavoren was gesneuveld, voerden de heeren van Haemstede en Bergen ook, van moederszijde, den naam en het wapen van Mon- tigny. Na het sneuvelen van Floris van Haemstede in 1438 kwam de heerlijkheid in de zijlinie van Borsele en daarna in 1509 aan het geslacht Brederode. De aan elkander grenzende heerlijkheden Bergen en Egmond behoorden alzoo bij den aanvang der beroeringen vóór den 80-jarigen oorlog aan twee mannen, die in dat tijdperk een groote rol hebben gespeeld Hendrik van Brederode en Lamoraal van Egmond. Eigenaardig is het, dat beide mannen, ook te midden van hunne gewichtige staatkundige bemoeiingen in de Zuidelijke Nederlanden in 1564 en 1565, de belangen hunner Noord-Hollandsche voorvaderlijke heerlijkheden niet uit het oog ver lorenterwijl Lamoraal van Egmond het Egmonder meer deed droogmaken, maakte Hendrik van Brede rode in die jaren het Berger meer tot land. Na Brederode's uitwijken naar Duitschland en zijn kort daarop gevolgden dood ontstonden lang durige geschillen over het bezit van de heerlijkheid Bergen. In 1588 werd zij verleend aan den door Brederode zeiven bij zijn overlijden aangewezen Duitschen Graaf van Holstein-Schouwenburg, wiens familie tot in 1641 het beheer deed voeren door rentmeesters. Eerst in 1642 zijn de nieuwe bezitters (Sudler van Surck) wederom te Bergen komen wonen. In de geschiedenis van Bergen is het jaar 1574 zeer noodlottig geweest. Nadat tijdens het beleg van Alkmaar in 1573 het dorp zeer sterk geleden had zoowel door de aanvallers als door de ver dedigers, en dc Bergermeer wederom onder water was gezet, werd den 21 Februari 1574, hetzij dan al of niet op last van Sonoy, het geheele dorp in brand gestoken, waarbij de schoone kerk, het rechthuis, het Hof, Kranenburgh, het Huis te Ramp enz. verwoest werden. De nog bestaande ruïne van de kerk, welke slechts voor een klein gedeelte hersteld werd, bewaart daarvan de herinnering. Een andere droevige herinnering in de geschie denis van Bergen is de inval der Engelschen en Russen in 1799, toen nabij deze plaats een bloedige veldslag werd geleverd. Een paar Jaren geleden is, gelijk men weet, nabij deze plaats een gedenk- teeken onthuld voor de in dien slag gesneuvelde en aldaar begraven Russen. Doch niet slechts de uitwendige geschiedenis van Bergen wordt ons in het boekje van Mevr. Van Reenen verhaald of herinnerdmaar ook een aantal belangwekkende bijzonderheden gegeven over de maatschappelijke toestanden aldaar in verschillende tijdperkenbeschrijving van •ver schillende eigenaardigheden uit het leven der be woners van voorheen en thans; mededeelingen uit de geschiedenis der Hervormde en R.-Katholieke kerken aldaar (o.a. het verhaal van het wonder van het Heilige Bloed bij den St.-Elisabeths-storm in 1421); beschrijving van „Het Hof" en van eenige niet meer bestaande kasteelen enz. enz. Het fraai uitgevoerde boekje is versierd met eenige afbeeldingen van kaarten (verkleind naar die van W. en J. Blaeu uit 1650), wapens van de heerlijkheid en hare heeren, het Hof te Bergen, het Huis te Ramp, door A. Rademaker, eene pho- tographie van den bouwval en het herstelde ge deelte der kerk, eene „Processie van het H. Bloed van Bergen", en nog eenige andere, o.a. van de oudheidkamer in het nieuwe Raadhuis. Het geheel is in aangenamen en boeienden vorm geschreven. Ongetwijfeld zal het naar den wensch der schrijfster „Bergen in wijder kring bekend maken en eenig genoegen geven aan hen, die het reeds kennen." Bond tot bescherming van plaatselijk schoon. In de stemmige zaal van het oude Munt- gebouw te Amsterdam, hebben wij Woensdag middag eene vergadering bijgewoond van vertegenwoordigers van Vereenigingen van architecten, schilders, botanici, organisaties op oudheidkundig gebied en op het gebied van het tourisme, vreemdelingenverkeer, on derwijs enz., die na een inleidend woord van den heer A. W. Weissman waarop wij in ons volgend nummer terugkomen in na volging van wat de Duitschers „Heimatschiitz"

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Bergensche bad-, duin- en boschbode | 1910 | | pagina 2