Bergensche
Bad-, Duin- en Boschbode
Jgn Klanken en de Deurnaarder.
„POPPEK^ST
Hntuur-Theoler te BERGEN.
„POPPEKAST",
Redacteur-Uitgever: C. NANNES GORTER. Adres:
Naar de oorspronkelijke penteekening van
Hendrik (urres op het titelblad van
een Vroolijk Spel vol Ernst,
door BERNARD C3NTER.
door BERNARD CANTER.
VIJFDE JAARGANG. No. 8.
ZATERDAG 25 JULI 1914.
tv-
PERSBEOORDEEL1NGEN.
De heer J. H. Róssing schreef over „Poppenkast"
in het N. v. d. D. o. in:
„Ook Bernard Canter zou den doctorshoed en de
doctortabbert gansch niet kwaad staan; wij echter
vragen hoogere eer voor hem, wij kronen hem met
den lauwerhoed. Dien komt hem toe, want hoe
veel fijns en innigs, hoeveel sarcastisch en ironisch
heeft hij in zijn reeds lang wordend leven niet ge
zegd Men denke slechts aan zijn „facetten". Getuige
Kalverstraat" en „Een droom er ter haringvangst''. Heeft
men dat gewaardeerd? Heeft Canter niet voorbereid,
wat anderen, practischer dan hij, tot eer en voordeel
werd? De teleurstelling, het beleedigende ge
voel daarover spreekt uit „Poppekast". Daarom is
Canter niet bitter geworden, hij dartelt met het door
leefde en geeft in een poppekastspel op den koop
toe nog den strijd te zien tusschen ideaal en wer
kelijkheid, tusschen poëzie en proza, tusschen het
hoogere en den geldzak. En bovendien de leering:
wie het ideaal óntrouw wordt, gaat ten onder."
De heer C. J. A. van Bruggen schreef in het
Handelsbladover deze opvoering o.m.:
„Alles was het werk van een geestig, een gevoelig,
een vaak verbitterd en dan scherp sarkastisch, vooral
een phantastisch, maar daarbij lichtelijk in onklaarte
vervallend man, naar wien men meestal metpleizier
zat te luisteren."
De costumes, de muziek en de dansen worden
geprezen.
De heer J. de Meester schreef in „De N. Rott. Ct."
o. m.
„Vol geestige, pittige, allerleukste wendingen, ge
moedelij k-cynische woordspelingen, wrange opmer
kingen met betrekking tot veel diepbedroevends en
beschamends in deze wereld, heeft Canter's origi-
neele stuk ons van begin tot eind volledig geboeid.
Zooiets hebben we op het Holiandsch tooneel nog
niet gezien."
Pension „ltnssenweg", te BEKGEN
Verdronkenoord 91, te ALKMAAK.
OPVOERING VAN
EEN VROOLIJK SPEL VOL ERNST,
MUZIEK VAN LEO RUYGROK,
uitgevoerd onder leiding van
J. N. W. C. A. RUYGROK.
Regie van Mevrouw AMY GROTHE-TWISS.
'V 1 PERSONEN:
JAN KLAASSEN, een spullebaas,
de Hr. W. P. Landzaat.
KATRIJN, zijn vrouw, Mej. Hans Roelants.
CLASINA, hun dochter, Mej. Jeanne Ruygrok.
PIERLALA, een dichter, de Hr. E. van Kempen.
SPIRITIO, de dood
ncni de Hr. Leo Rikmenspoel
BERLINO, een parvenu r
SWANHILDE, een romantische jonkvrouw,
Mej. Ita Mees.
HIDALGO, een berooid edelman,
de Hr. F. Schinkel.
ROOIE HEIN, een mallemolenbaas,
de Hr. J. Houthakker.
GEZAG, een deurwaarder, dezelfde.
DUIT, een procureur,
AMIANTE, een edelvrouw,
Mevr. Amy Grothe-Twiss.
GULDENMOND, haar dochter,
Mej. Dora Brondgeest.
RIJKLOF, bruidegom van Guldenmond,
de Hr. W. Roest van Limburg.
LIANE, vriendin van Amiante,
Mej. Anna Batelt.
MARIOLA,
PAONIA,
AROSINE,
ANTELMA,
GOVERT,
LATILDUS,
MENANDER,
TARTUS,
i Mej. Gertrude Neervoort
iST van de Poll.
f v
Mej. Koosje van der Lee.
Mej. Henriëtte Wilde.
j s
5; de Hr. Ph. van Oosten.
I g de Hr. M. Cuypers.
V -ë de Hr. S. van der Graaf.
de Hr. E. Wilde.
SPEELLIEDEN.
Springtouwdans en Pavane, ingestudeerd
door den Heer B. LEEFSON Jzn.