Steenarend, natuurteekening van mej. RieKooyman
IIET MOEIELIJKSTE BAANTJE.
Ja, wie heeft in de filmstudio het moeilijkste
baantje?
Ik, roept de schrijver van het scenario.
Ik, zegt de acteur met eenig pathos.
Ik, merkt de regisseur zelfbewust op.
Wij, zingen de cameramen en electriciens in
koor.
Wij, brullen de sound-specialisten door hun
luidsprekers.
Maar de man, die misschien met het meeste
recht „Ik" had mogen roepen hoort men niet.
Hij heeft het te druk om zich met dergelijke praat
jes op te houden.
Wie deze geheimzinnige man is? Men noemt hem
de „property man" en we zouden in onze taal zeg
gen: de chef van de requisieten-afdeeling. Voor
den neutralen toeschouwer is hij degene, die het
moeilijkste en vaak ondankbaarste werk heeft Een
„prop", Zooals men hem in de studio's noemt, is
altijd bezig om „een heeleboel dingen" bij elkaar
te zoeken. Dat kunt u zich misschien niet voor
stellen. Laat ons daarom even een pagina over
schrijven uit het notitieboekje van een der chef-
requisieteurs van de Metro Goldwyn Mayer, be
vattende de opdrachten, die hij in een week had
uit te voeren. Dan zult u misschien den man naar
waarde leeren schatten. Hier volgt dat lijstje:
200 kakkerlakken( groote maat);
8 gedresseerde leeuwen, om naar ballons te
springen;
4 tamme witte ratten;
1 gebedenboek en 3 Vickers machinegeweren;
4 honden (bastaarden);
6 k'ppen en 3 hanen (levering binnen het uur);
1 Spaansche melkwagen met paard;
1 zwarte kat;
5 kanaries, die op bevel een bad nemen;
12 whiskey-vaten met kranen;
3 ton stioo;
1 boek over vingerafdrukken;
1 ouderwetsch dameszadel;
12 dozijn goedkoope grijze sokken;
3 mijnmerkerslampen;
1 plan van het Parijsche tramnet.
Als Joe Macdonald, de property-man der Metro
over alle bestellingen aan het praten gaat, kan hij
uren achtereen vertellen.
„In het begin", zoo verhaalt hij, „stond ik nog
wel eens raar te kijken, als ze me de meest dwaze
dingen vroegen, maar dat heb ik afgeleerd. In mijn
vak is niets dwaas. En niets onmogelijk. Verleden
week werd me opgedragen te zorgen voor onder-
kleeren en wat dies meer zij, welke noodig waren
voor een scène uit de gevangenisfilm Th Big Hou
se, die onder regie van George Hill gemaakt werd.
Dat was Zaterdagmiddag en Maandagmorgen wil
den ze met die scène beginnen. Ik geef de garantie,
dat zooiets op Zaterdag, als de meeste winkels
voor dergelijke artikelen vroeg sluiten, niet mee
valt. En het is ook niet gemakkelijk om 200 kak
kerlakken (groote maat) op den kop te tikken,
want dat is nu niet bepaald, wat men noemt een
„courant artikel". Ze waren ook voor diezelfde
film noodig. We vonden ze tenslotte in een klein
restaurant in een achterbuurt. De baas van de zaak
wilde natuurlijk eerst niet bekennen, dat zijn huis
van kakkerlakken wemelde, maar tenslotte stond
hij ze ons toch voor het geld van tien diners af.
Des avonds om zes uur gingen we bij hem vandaan.
Hij beloofde stellig, dat hij er den volgenden mor
gen om 7 uur 200 zou hebben gevangen. De scène
zou om 9 uur gedraaid worden. Om 7 uur belden
we op. Hij had er inderdaad 200maar ze waren
allemaal dood. De goede man had ze in een bus
gedaan en om ze een beetje koest te houden, had
hij er maar wat insectenpoeder overheen gespoten.
Zoo rijkelijk veel echter, dat de dieren den geest
gaven. Met vijf man togen we er op uit. Om 9 uur
I hadden we welgeteld 221 kakkerlakken21 als
reserve.
Toen De Mille „Madam Satan" maakte, wilde hij
leeuwen hebben, die zoodanig gedresseerd waren,
dat ze met rubber ballons konden spelen. U be
grijpt we hebben zoo onze kanalen voor derge
lijke opdrachten en we vonden de leeuwen na een
paar dagen. Maar wat gebeurde er? De dieren
vonden die rubber-ballons zoo plezierig om mee te
spelen, dat er binnen een uur geen enkele meer
heel was. En toen moesten we in drie uur tij deen
heele serie ballons van bepaalde grootte en kleur
zien te krijgen. Het moestdus het gebeurde.
Maar de jongens hebben er hard voor moeten wer
ken.
De order van de kanaries, die op bevel een bad
namen, was ook van De Mille. Gelukkig was daar
niet zoo'n haast bij. We vonden na een week een
vrouw, die er gedresseerde kanaries op na hield.
Ik wist niet eens, dat er dergelijke kanaries en
dergelijke vrouwen bestonden.
Whisky-vaten? Vreeselijk gemakkelijk. De
droogleggings-autoriteiten hielpen ons onmiddel
lijk.
Jaer komen in ons vak een hoop moeilijke
en rare dingen te pas. Zie maar een bloemen en
vruchten te krijgen als het seizoen voorbij is. Toch
hadden we ze noodig voor A lady of Scandal. Per
vliegmachine werden ze tenslotte gebracht. En dat
waren dan nog gewone vruchten. Maar wat, als er
tropische gewassen noodig zijn?
Je leert veel. Een dier in een bepaalde kleur
daar draaien we onze hand niet meer voor om. Wij
maken schimmels, witte ratten en zwarte scha
pen met de verfkwast.
En dan zijn er nog tallooze dingen noodig voor
de dagelijksche opnamen: brieven, glazen, juwee-
len, revolvers, brillen. In tijd van nood moet de
„prop" iets eetbaars kunnen bereiden, hij leidt een
afdeeling, tot het ontvlekken van Costuums inge
richt, hij heeft aspirientjes en noodverbandjes,
vlugzout en bloedstelpende watten kortom
hij heeft alles.
Hij is de man, die nooit rust heeft.
Want zelfs in zijn vrijen tijd peinst hij over het
probleem: hoe kom ik aan een giraffe, die kan
walsen, aan een hond, die niet met z'n staart kwis
pelt als hij vleesch ziet
Ja, het leven eens „props" is heel zwaar!
GEVONDEN EN VERLOREN VOORWERPEN.
Gevonden;
een nikkelen horlogeketting; een kinderbakpak;
een Eversharp potlood; een portemonnaie met en
kele centen; een badpak met handdoek; een ronde
zilveren broche; een bgeede zilveren armband met i
gele en bruine kleuren; een wit kinderschoentje;
een bruin leeren dame sta sell met inhoud.
Verloren:
een maansteen uit een ring; een zilveren speld met
een zilveren roos er op; een paar beige kinder
schoentjes; een gouden schakelarmband; een licht
rose paarlen collier; twee auto-sleuteltjes aan een
kettinkje; een gouden damesring met caumee; een
blauw kinderhoedje met roode streepen; een noti
tieboekje; een pakje, inh. een kleine kaasschaaf en
een paar linnen riemen; een gouden broche met
drie diamantjes; een damessjaal, wit en bruine
blokken; een damesbadpak met muts en doek; een
-zilveren Jiorloge waarop drie sterretjes en initia
len; een roode gummie speelbal; een zilveren hoef
ijzer broche; een donkerrood gebreid kinderman
teltje; een langwerpig geslagen zilveren broche met
rood steent,e; een licht-bruine wandelstok met
groen gebogen handvast; een huissleutel; een nieu
we grijze fietsfasch.
Inlichtingen zijn te verkrijgen ter Secretarie.
BERICHTEN.
EEN AARDIGS TOCHT MET OUDEN
VAN DAGEN.
De Zaanlanders, die den laatsten tijd als tol-
bestormers zoovele successen hadden te boeken,
weten ook voor andere doeleinden de aldaar wo
nende automobilisten te bewegen in massa hun
wagens beschikbaar te stellen. Dinsdagmiddag
arriveerden n.l. ruim 53 Zaandammers met hun
auto's, waarin buiten de geleiders een 150 ouden
van dagen een plaatsje hadden bekomen. In de
Rustende Jager werden allen op Zaansche gulle
wijze onthaald, waarna de oudjes op het terrein
van de Kerkruïne (daarvoor, dank zij de activiteit
van den president-kerkvoogd, den heer Besse, die
voor enkele weken hqt initiatief in Bergen nam
voor de zoo geslaagde tocht met de ouden van da
gen uit Bergen, naar de Zuiderzeewerken, door het
Kerkbestuur beschikbaar gesteld) een bijzonder
aardige verrassing werd bereid.
Onder leiding van mej. Carla Muns uit Zaandam
voerden aldaar n.l. een 8-tal jonge dames in Ro
cocostijl, gekleed in de kleurige costumes uit die
dagen eenige dansen uit, onder begeleiding van
een muziekensemble uit Zaandam, waarmede de
harten van dei toeschouwers (ook buiten de ruïne
hadden velen zich opgesteld) werden veroverd.
De kleurige costumes en de elegante bewegin
gen werden, wat het effect betreft, nog verhoogd,
door de mooie kerkruïne. Ook werd nog een pan
tomime „De verrader gestraft" uitgevperd, een lief
desgeschiedenis, met duelleerende minnaars en
zelfs een kabouter met een tooverstaf.
Enkele leden van de commissie voor de V. V. V.
Feesten waren zoo enthousiast, dat met het groepje
onderhandelingen werden aangeknoopt om het ge-
gevene den avond van het Bloemencorso, belicht
door schijnwerpers, te herhalen. Naar wij verne
men bestaat er alle kans, dat men hierin zal slagen,
aangezien ook de aanwezige president-kerkvoogd
het enthousiasme deelde.
Het terrein van de Kerkruïne leent zich bijzon
der voor iets dergelijks, aangezien het oploopt,
zoodat het spel gemakkelijk door het publiek, dat
zich buiten het kerkmuurtje bevindt, gevolgd kan
worden.
LAWN-TENNIS.
Zondag 13 Juli j.l. werden op de banen van den
heer Bogtman aan den Kruisweg te Bergen tennis
wedstrijden gespeeld tusschen de clubs „Vol
moed" uit Hoorn en „All Right" uit Alkmaar.
De uitslagen waren als volgt:
Heeren enkelspel:
N. Blank (A.R.), J. Botman (V.M.) 61; 64.
C. Ruttenberg (V.M.), H. Miltenburg (A.R.), 64;
7—5.
Dames enkelspel;
Mej. D. Schermer (V.M.), mej, A. Apeldoorn
(A.R.), 6—1; 6—2.
Heeren dubbelspel:
J. Botman en C. Ruttenberg (V.M.), N. Blank en
H. Miltenburg (A.R.), 7—5; 9—7.
Dames dubbelspel:
Mej. A. v. Pinxsteren en mej. B. Schermer (V.M.),
mej. A. Apeldoorn en Mej. L. v. d. Griendt (A.R.),
6—4; 6—3.
Gemengd dubbelspel:
Mej. A. Apeldoorn en N. Blank (A.R.), mej. G.
Schermer en J. Botman (V.M.), 62; 63.
GRAPJES.
EEN PARAPLUIE.
Meester had gevraagd om een definitie van een
paraluie. De definitie was echter uitgebleven door
't plotseling binnenkomen van 't hoofd der school.
Jantje, een slim jochie, denkt: Morgen stelt
meester die vraag wel weer, en hij vraagt 't zijn
broer, die student is.
Volgende dag stelt meester de vraag weer. Jantje
steekt triomfantelijk zijn vinger op en leest van
zijn spiekpapier: „De parapluie is een centrifugale
uitspreiding van met stof bekleede baleinen, ter af
wering van de niets ontziende indringerigheden
der vochtige atmosfeer".
ALS NIET KOMT TOT IET.
De advocaat baande zich een weg door kruiwa
gens en steenhoopen, over planken en door kar-
resporen naar een bouwwerk, waar een aantal ar
beiders werkzaam was, en riep luide naar boven:
„Hendrik Jansen!"
„Wie roept me daar?" klonk het terug.
„Mijnheer Hendrik Jansen", schreeuwde de ad
vocaat terug, „komt u uit Rotterdam?"
„Jawel!"
„Heette uw moeder Marretje Pieters en uw va
der Albertus Jansen?"
„Jawel!"
„Dan moet ik u het bericht overbrengen, dat uw
tante Marie, die twee-en-twintig jaar geleden naar
Amerika vertrok en aldaar huwde met den milli-
onnair Richly, overleden is en u een fortuin na
laat".
Boven heerschte eenige oogenblikken stilte, toen
klonk een vreeselijk tumult.
„Komt u misschien beneden, mijnheer Jansen?"
riep de advocaat.
„Eén oogenblikkie", luidde het antwoord, „ik
heb juist den opzichter afgetuigd!"
De knappe jonge onderwijzeres had haar leerlin
gen een en ander verteld over den wind, zijn
kracht, verschillende soorten, had hun het schoone
„Koeltjes suis'len, doen rits'len het loover" ge
leerd, enz,
„En, kinderen", ging zij enthousiast door, toen ik
vanmorgen naar school kwam, en op het achter
balkon van de tram stond, kwam er iets op mij af
en kuste mijn wangen. Wat denk jullie, dat het
was?"
„De conducteur", riepen alle kinderen verheugd-
Sergeant: Geeft acht. Til je linkerbeen op en
steekt 't recht vooruit.
Een milicien vergiste zich en stak z'n rechter
been vooruit. Zoo kwam dat been tamelijk dicht
bij 't linkerbeen van z'n rechterbuurman.
De sergeant ziet 't en roept nijdig:
Welke stommeling steeks daar nou alle twee
z'n beenen vooruit?
Wat doet u daar toch, tante?
Niets Willem! Ik knijp een citroen uit.
O, dan worden we gauw rijk. Pa zegt altijd:
Als tante Mie maar eerst uitknijpt, krijgen we een
boel geld.
Onderwijzeres: Wie van jullie weet wat een
mummie is?
Stemmetje: Een ingemaakte koningin, juf
frouw.
Was ik erg zenuwachtig tijdens de plechtig
heid?
Vriendin: Eerst wel, maar toen de bruidegom
gezegd had „ja, ik wil", toen was het over.