Nu, professor, wat zegt U van de
koffieWie heeft er nu f
DOOR KOFFIE HAG.
VICTORIA WATER
HOOG EN LAAG WATER
te BERGEN AAN ZEE in 1930.
msmm
MEER GENOT EN BETERE GEZONDHEID
IN ZOMERTIJD.
AUGUSTUS.
Datum
Hoog water:
Laag
water:
Voorin.
Namidd.
Voorin.
Namidd.
10
4.54
5.20
1.29
14.7
11
5.27
5.52
2.07
2.22
12
5.59
622
2.39
2.54
13
6.30
6.51
311
3.22
14
7.00
7 21
3.37
3.49
15
7.31
7.51
4.10
4.19
16
8 07
8.29
4.41
4.49
uw geld uit. Alles wat wij verlangen is uw ach
ting, uw vriendschap.
Maar ik zal toch op een of andere wijze
moeten betalen voor wat ik bij u koop.
Neen mijnheer, neen, en nog eens neen. Nim
mer zullen wij onze handen bevuilen met aardsch
slijk. Wat denkt u toch van ons!
Uitstekend dan, uitstekend, zei ik, geeft u
mij dan nog een piano en een stuk of wat parel
snoeren.
Nu kan ik weer met u spreken, zei de chef,
en we verdwenen weer de trap op.
Het koopen wordt ons tegenwoordig tè gemak
kelijk gemaakt
HOE DE SPIJSKAART ONTSTOND.
De eerste spijskaarten werden het eerst te Re
gensburg gebruikt, waar in verband met de zittin
gen van den Rijksdag veel gegeten en gedronken
werd. Bij een banket zoo vertelt de Kroniek
had de hertog van Brunswijk een lange lijst
voor zich op tafel liggen, waarop hij telkens keek.
De andere gasten verwonderden zich daarover en
vroegen hem tenslotte, wat dit papier eigenlijk
bevatte. Daarop liet de hertog de lijst rondgaan,
waarop de chef-kok alle gerechten en schotels
zorgvuldig had genoteerd, zoodat de hertog precies
wist, wat er werd opgediend en hij dus zijn eet
lust kon sparen voor de lekkerste gerechten. De
nieuwigheid viel zeer in den smaak en weldra
was het gebruik algemeen.
GRAPJES.
A.: „Zeg eens, vriend, hoe is het met die 5 gul
den, die je van mij drie weken geleden leende?"
B.: „Wat wil je daar dan mee zeggen?"
A.: „Wel, toen zei je me, dat je ze maar voor
korten tijd noodig hadt!"
B.: „Dat is ook zoo, ik had ze maar tien minuten
bij me!"
Eerste milicien: Wat zou je het eerste doen,
als je een rang haalde?
Tweede dito: Mij erover verwonderen, hoe ik
er aan gekomen was.
Mevrouw: Wat een vreeselijk toeval; dus het
dienstmeisje van mijn vriendin was ook juist in de
bank van leening, toen je mijn horloge kwam be-
leenen? Je hebt toch gezegd dat het je eigen was?
Dienstmeisje: Natuurlijk! Hetzelfde zei zij ook;
och mevrouw we hebben samen zoo gelachen!
Tom Mix onderhield zich eens met een vriend
óver liefde.
Ik heb blijkbaar geen geluk in de liefde,
klaagde Tom Mix, ik houd van één vrouw, maar
die is getrouwd.
Wie is haar man? vroeg nieuwsgierig de
vriend.
Ik zelf, zei Tom Mix.
Mevrouw (tegen de nieuwe dienstbode):
Weet je niet wat de geyser is? En ik dacht, dat de
vorige meid je, vóór ze wegging, alles verteld had,
Wat je hier doen moet.
Dienstbode: Ja, mevrouw, ze heeft wel tegen
me gezegd, dat die oude geyser flink opgepoetst
moest worden, maar ik dacht, dat ze t brutaal
over u had!
Kerel, wat zie je er beroerd uit!
Ik slaap geen nacht meer, morgen vervalt een
wissel.
Drommels, waarom heb je mij dat niet eerder
Kan je mij dan het geld geven?
Neen, dat niet, maar wel een slaapmiddel.
Mevrouw Snikkel moest een nieuwen hoed heb
ben. Haar „oude" was hopeloos ouderwetsch en
ze liep er „gewoonweg voor schandaal" mee. Dus
bezweek manlief eindelijk en ging mee naar een
hoedenwinkel. Nadat ze gedurende drie-en-een-
half uur vijf en dertig hoeden had opgepast, vond
ze eindelijk den hoed, welke haar paste!
Een beeldje, een schat van een hoed, een
droom! En zoo echt nieuw! Wilt u me dien thuis
laten brengen? vroeg ze aan de winkeljuffrouw.
Als u het graag wilt, zal ik het doen, zei de
juffrouw, die een flauwte nabij was.
Maar dit is de hoed, welke u op had, toen u
binnen kwam!
,,Ja, Heeren,, ik, sta er werkelijk paf van! Ik
meende altijd, dat Koffie Hag zoo'n soort bruin
suikerwater voor kleine kinderen was. Maar wat
U mij zooeven hebt laten proeven, is echte sterke
mocca, die bepaald verrukkelijk smaakt.
Ik had al zoo vaak gelezen: „Koffie Hag spaart
hart en zenuwen", en ik had er al eens een
proef mee willen nemen, maar ik was, eerlijk ge
zegd, een beetje bang, mij bespottelijk te maken.
Ik vind die" slaven der eubiotiek zoo gruwelijk
vervelend. Maar nu ben ik bekeerd. Ik ga ook
aan de Koffie Hag. 's Kijken, of ik nu 's avonds
niet meer zoo lang wakker lig".
Juist gisteren had mijn dokter het nog over „den
critieken leeftijd", over hoogen bloeddruk, hart
kloppingen, slapeloosheid en dergelijke mooie
dingen méér. Hij was ook van meening, dat
Koffie Hagjbeter bekomt.
coffewe
vwje
KOFFIE
koffii Hnnny
AMSTERDAM
Zij: Zou je geen zin hebben om een lange
Wandeling te maken?'
Hij: Zeker, dolgraag zelfs!
Zij; Nou, laat ik -je dan niet langer ophouden.
Mevrouw: Wat ben je weer onbeleefd. Je
hebt vier maal zitteri gapen, terwijl ik tegen je
sprak.
Mijnheer: Pardon, vrouwtje, ik heb viermaal
m'n mond open gedaan om wat te zeggen, maar ik
kreeg geen gelegenheid.
Hij: Wat is jouw meening over den kunst
schilder, die zoo natuurgetrouw een spinneweg
aan den zolder geschilderd had, dat de meid wel
een half uur lang probeerde, het weg te krijgen?
Zij: Er kan best zoo'n schilder geweest zijn,
maar, dat er zoo'n meid bestaan zou hebben, daar
geloof ik niets van!
De automobilist protesteerde woedend, toen het
alweer op de been zijnde slachtoffer hem duizend
gulden schadevergoeding vroeg.
Duizend gulden voor een paar schrammen op
je beenen? Man, je bent gek! Ik ben geen million-
nair!
En ik geen duizendpoot! zei de omvergereden
meneer.
Jansen komt zwaar aangeladen door een nauw
straatje aangewandeld.
Een dame komt hem tegemoet.
En beproeft voor hem uit te wijken.
Reeds van verre.
Wijkt hij naar rechts, dan doet zij 't links. Wag
gelt hij weer naar links, dan loopt zij weer rechts.
Zoo gaat 't op en neer.
Eindelijk, als zij elkaar treffen, lacht Jansen:
Ook niet heelemaal frisch, mevrouw?
lederen dag stond de jonge man te wachten op
een meisje, en was dan zoo gelukkig dat hij haar
zag en als zij hem dan groette, dan kende z'n geluk
geen grenzen.
Op zekeren dag vroeg ze hem: Waarom wacht
u toch altijd op mij?
Omdat ik u bemin.
Maar waarom bemint u mij?
Omdat u het mooiste meisje bent, dat ik kent
Kapitein: Je moet er wel aan denken, dat wij
een groote familie zijn en dat je vertrouwen in de
ouders van het regiment moet hebben. Ik ben de
vader van het regiment. Versta je dat?
Recruut: Ja pa.
B&SsRLAHNSTElN
Natuurlijk Mineraalwater.