„BERGENSCHE BAD-, DUIN- EN BOSCHBODE" van Zaterdag 19 Augustus 1933. Tweede blad. Ho. 12. Bergen en het Vreemdelingenverkeer. lige het nu het iem ven itie. atie den gin- len, ind- de leef leur met teld slot ring ïlen ofd, be- ees- ring ïch- eg!" inig. rten niet an- tijd rge- met inde sten kei- ein- i en liet zien mi)k euw eek- me- aan een iters van loek n. het ages der itge- be- met rvan ij te t te der de van nder nige ran- ook men ko- ven- ipée, oor der iam bi) jarig wel- ezie- von haar it en halk. reuk Bergen, Boerderij ,de Frcinschman'. De vorige week Zaterdag bekroop ons de vrees, dat het met het mooie zomerweer gedaan was. Doch gelukkig werd het des middags al weer beter en des avonds was het zelfs goed weer. De Zondag was een dag, zooals men die maar kon wenschen. Het weer wil het nu eenmaal goed gaan! Zondag mocht Bergen zich dan ook in een druk bezoek verheugen, al was het aan zee niet zoo druk als de week daarvoor. Niettemin stond het autopark vol met wagens en waren de rijwielstallingen overvol, zoodat althans deze beide onderdeelen van het seizoenbedrijf goede zaken maakten. Aan het strand bewoog zich een krioelende menschenmenigte. De badgasten in hun kleurige zwempakken, pyama's en badmantels leverden een zonnigen aanblik. Aan het stille strand was er zonnevreugde. De menschen genieten daar van levensblijheid, vergeten daar hun dagelijksche zor gen, spelen als kinderen en doen daar de noodige kracht op voor den hun wachtenden arbeid. En ook voor hen, die dien arbeid moeten missen, is het strandleven een middel, om bevrijd te worden van de zorgen, die hun leven drukken. Toen wij de menschelijke levensblijheid aan het strand gadesloegen, schoten ons onwillekeurig de woorden van een Alkmaar's wethouder (de man noemt zich n. b. nog wel soc.-dem.! in de ge dachte, dat de badplaatsen gesloten moesten wor den, omdat het daar een zwijneboel isWij hebben daar niets van kunnen ontdekken en er ons integendeel in verheugd, dat langzamerhand in breede volksgroepen de erkenning doordringt, dat het voor de gezondheid van ziel en lichaam hoogst nuttig is, licht en zon op de huid te laten doordringen en zich door ring- en balspel de noo dige lenigheidsbeweging te geven. Wij nemen aan, dat de boven aangeduide gezagdrager weer eens op de van hem bekende wijze heeft overdreven en dat de voorzitter der V. V. V. het bij het rechte eind had, toen hij in den Bergenschen raad be toogde, dat deze uitdrukking bewees, dat zelfs een Alkmaar's wethouder wel eens over dingen praat, waarvan hij niets weet. Toch zouden wij in de toekomst gaarne zien, dat overheidspersonen zich er van onthielden, derge lijke uitdrukkingen in officieele lichamen naar voren te brengen, al staat voor ons vast dat zij daardoor zichzelf en de partij, die zij vertegen woordigen, meer schaden dan wenscheiijk is. Terecht merkte dr. Hemelrijk in den raad op, Bergen aan Zee, Strand. dat het in badpakken langs de wegen gaan door vrouwen van zwaar gewicht meer een zaak is van aesthetica dan van zedelijkheid. Wij hebben zelfs de hoop, dat door sport en het blootstellen van het lichaam aan lucht en zonlicht het komende geslacht in schoonheid zal winnen en dat daardoor de onnatuurlijke dikte van vele menschen zal gaan verdwijnen. Voor ons levert aan het strand de vele naar de conventie gekleede mannen en vrouwen in hun zwarte jaquet en colbertcostuum en de dames in haar stemmige alles afsluitende japonnen een onaesthetischen aanblik. Deze menschen, waaronder er zijn, die in hun kringen de lans breken over de verdorvenheid van het tegenwoordige geslacht, doen goed eerst eens op tentoonstellingen als die van „Moeder en Kind", de kennis op te doen van de groote waarde van luchtige kleeding en het voordeel dat het ver keer in het water en in het zonlicht aan den mensch kan geven. Aan het strand hooren zij in ieder geval niet thuis! Met stelligheid kan wel worden vastgesteld, dat ook dit seizoen het bewijs heeft geleverd, dat on danks de crisis Bergen nog het geliefde zomer- oord is voor duizenden vacantiegangers in het vaderland. In het begin van het seizoen waagden wij ons aan de voorspelling, dat in het hoogseizoen het getal 5000 van de in een week gelijktijdig in Ber gen vertoevende gasten wel bereikt zou worden. Uit de badlijst der vorige weken is komen vast te staan, dat deze voorspelling bewaarheid is gewor den. Voor vele groote hotels en pensions was het seizoen zelfs beter dan het vorige, In de weken van 28 Juli tot 12 Aug. heeft men te Bergen aan Zee honderden gasten die persé aan zee wilden verblijven, naar elders moeten verwijzen en ook in Bergen-binnen zijn er dagen geweest waarop het de grootste moeilijkheden opleverde, de gasten voor een paar dagen onder te brengen. Langs de geheele Noordzeekust zijn de hotels en pensions trouwens drukker bezet geweest dan het vorig jaar. In Zandvoort en Noordwijk heeft men dit toegeschreven aan het feit, dat men daar de beoefening van het Straperlospel heeft toege laten. Ongetwijfeld is een dergelijke attractie een voorwaarde, die het bezoeken aan een plaats van een zeker publiek kan bevorderen. Doch dat dit niet de eenige factor is, bewijst wel het feit, dat ook in andere badplaatsen, waar dit spel nog niet beoefend kan worden, een toename van bezoekers te constateeren valt. Het staat voor ons vast, dat hierbij tal van andere factoren een rol spelen. De eerste en meest belangrijke factor is het buiten gewoon mooie zomerweer, dat ook hen naar bui ten lokt, die voornemens waren thuis te blijven. De tweede belangrijke factor is de algemeene prijsverlaging, die de hotels en pensions onder den druk der tijden hebben ingevoerd, waardoor het verblijf in onze vacantieoorden zeker zoo goedkoop is geworden als dit in het buitenland het geval was. Een derde factor is zeker het feit, dat dit jaar duizenden Nederlanders er de voor keur aan geven, niet naar Duitschland te reizen. Volgens de berichten, die ons bereikten, is het dit jaar in de Duitsche toeristencentra buitengewoon stil. Voor enkele weken hebben wij in een artikel in vele Nederlandsche dagbladen de wenschelijk- heid bepleit, om zoo lang de Duitsche regeering Nederland in de uitzonderingspositie plaatst (dat Duitschers, die met hun vacantie naar Nederland gaan slechts 200 Mark mogen meenemen, terwijl zij, die naar Zwitserland, België en andere landen gaan 700 Mark bij zich mogen hebben) onze land- genooten verstandig doen, niet naar Duitschland te reizen. Het door ons naar voren gebrachte bezwaar is ook door de A. N. V. V. onder de aandacht der Duitsche regeering gebracht en ook de Nederland sche journalisten, die voor een aantal weken op uitnoodiging van de Duitsche verkeersorganisaties een tiendaagsche reis in het Schwarswald en in het Rijnland maakten en na deze reis in alle mo gelijke toonaarden onze landgenooten verzeker den, dat het reizen in Duitschland zoo veilig was en dat men daar ten zeerste op het bezoek van buitenlanders, die daar hun geld brengen, gesteld was, kregen van de leidende verkeerspersoonlijk- heden in Duitschland de erkenning, dat dit absurd was en de toezegging, dat daarin verandering zou komen. Sindsdien werd echter wel bekend, dat het aan staats-, gemeenten- en spoorwegambtenaren in Duitschland verboden werd, hun vacantie in het buitenland door te brengen, doch de verhooging van het bedrag van Duitschers die naar Holland reizen is uitgebleven. Nederland verkeert nog steeds in de onrechtvaardige uitzonderingspositie, ondanks het feit dat het aan Duitschland de mil- lioenen verschafte, (die voor den bouw van alle mogelijke gebouwen en bruggen werden gebruikt) waarvoor men thans weigert de rente te betalen. Wij nemen aan, dat de leidende personen op het gebied van het verkeerswezen ook in Duitsch land naar een ongestoord verkeer tusschen de volkeren streven. Doch in het Duitschland van tegenwoordig zijn het anderen die den gang van zaken bepalen, en ondanks de verzekering van de Nederlandsche journalisten, die de gasten waren van hen, die er belang bij hadden, de Hollandsche Bergen, In 'f Natuurreservaat. Bergen aan Zee, Stuifduin.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Bergensche bad-, duin- en boschbode | 1933 | | pagina 3