INFORMATIEBUREAU
der Vereeniging tot bevordering van het
Vreemdelingenverkeer.
Het informatiebureau is gevestigd in het keurig
ingerichte gebouwtje naast het Postkantoor, al
waar Mevrouw EvenhuisNieboer gaarne aan
pension zoekenden en huurders van gemeubileerde
huizen gratis alle gewenschte inlichtingen geeft.
N.V. BOUW-EXPLOIT.-MAATSCHAPPIJ
„BERGEN AAN ZEE".
Het is ook voor heeren verplicht in badcostuum
te baden.
Een badkoets mag niet langer dan 45 minuten
door denzeliden persoon gebruikt worden.
Het bad is geopend van des morgens 7.30 uur
tot 12 uur en van des middags 1.30 uur tot 5.30 uur.
TARIEF ZEEBADEN.
1 Bad met volledig costuum en handdoek 0.55
1 Bad alleen met handdoek 0.35
1 bad zonder costuum en handdoek 0.25
1 Kinderbad met volledig costuum en
handdoek 0.35
1 Kinderbad alleen met handdoek 0.25
1 Kinderbad zonder costuum en handdoek 0.15
ABONNEMENTEN voor:
10 Baden met volledig costuum en hand
doek 5.25
10 Baden alleen met handdoek 3.25
10 Baden zonder costuum en handdoek 2.25
10 Kinderbaden met volledig costuum en
handdoek 3.25
10 Kinderbaden alleen met handdoek 2.25
10 Kinderbaden zonder costuum en hand
doek 1.25
Abonnementskaarten, dit jaar afgegeven, zijn
voor een volgend jaar niet meer geldig.
Onder Kinderbaden worden begrepen, die voor
kinderen beneden tien jaar.
Extra handdoeken worden verstrekt tegen be
taling van tien cent per stuk.
Zij, die een volledig bad betalen, hebben het
recht hun eigen badcostuum kosteloos in bewaring
te geven.
Men wordt beleefd verzocht de voetenbakjes
niet in de badkoets leeg te storten.
STRANDSTOELEN.
Eén stoel per één uur of korter 0.15
Eén stoel per twee uur of korter0.20
Eén stoel per dag0.50
Eén stoel per week2.30
Eén stoel per maand8.00
Eén stoel per seizoen16.00
Voor het hebben en gebruiken van een
eigen ligstoel (opvouwbare) op het
strand per dag 0.25, per week 0.50
De Directie behoudt zich het recht voor, om
alleen des Zondags de stoelen van houders van
week-, maand- of seizoenstoelen, aan anderen te
verhuren, tenzij genoemde houders van deze stoe
len zelf gebruik wenschen te maken, alsdan zoo
mogelijk vooruit bericht.
Des Zondags worden er geen stoelen per dag
verhuurd.
Op het strand bij de badkoetsen zijn steeds aan
wezig twee zwemmers voor het verleenen van
hulp bij eventueele ongelukken. In het gebouwtje
voor eerste hulp bij ongelukken bevindt zich een
brancard, een volledige verbandtrommel, een
zuurstofapparaat, terwijl het badpersoneel onder
wezen is in het verleenen van dadelijke hulp. Bui
ten badtijd vervoege men zich in geval van nood
bij C. Schotten, Witteweg 15 nabij het Station.
TENTENSTRAND.
Het tentenstrand bevindt zich ten noorden van
den hoofdingang naar het strand, ongeveer nabij
de tweede trap.
Voorwaarden en condities voor het plaatsen van
goederen op het tentenstrand te Bergen aan Zee.
1. dat de goederen, welke op het tentenstrand
worden verhuurd, uitsluitend op dit strand
overeenkomstig hunne bestemming en aanwij
zing van het dienstdoend personeel gebezigd
mogen worden en bij niet naleving hiervan de
goederen onmiddellijk weder ter beschikking
der Maatschappij zullen staan, terwijl de huur
ders aansprakelijk zijn voor alle schade die de
verhuurde goederen anders dan in de berg
plaats mochten beloopen;
2. dat de tenten en andere in bewaring -te geven
goederen zoodanig zullen moeten zijn samen
gevouwen en gebonden, als het dienstdoende
personeel zal noodig achten, ten behoeve van
het opbergen;
3. dat alle nummers welke ter bevestiging aan
tenten worden verstrekt, eigendom der Maat
schappij blijven, terwijl hiervoor een statiegeld
van f per stuk verschuldigd is;
dat waar dergelijke nummers verstrekt wor
den, deze aan de tenten bevestigd moeten blij
ven zoolang deze op het strand staan;
4. dat de verstrekte kaarten niet voor overdracht
geldig zijn en steeds op eerste aanvrage van
het personeel getoond moeten worden;
5. dat de Maatschappij niet aansprakelijk is voor
schade met betrekking tot in bewaring gegeven
goederen beloopen in verband met diefstal,
brand, storm of bederf;
6. dat de Maatschappij niet aansprakelijk is voor
schade ontstaan in verband met fraude ge
pleegd ten aanzien van de afgegeven kaarten;
7. dat de vergunning om tenten, stoelen en derge-
lijken op het tentenstrand te plaatsen uitslui
tend geldig zijn van des vóórmiddags 8 uur tot
des namiddags 8 uur, buiten welke uren geen
goederen in bewaring kunnen worden gegeven
of teruggevraagd.
Plaatsen van een eigen tent per dag 0.50
Opbergen van een eigen tent voor ten
hoogste 24 uur0.50
Plaatsen en opbergen van een tent per
week of korter3.00
Plaatsen en opbergen van een tent per
maand of korter10.00
Plaatsen en opbergen van een ligstoel per
week of korter0.25
Opbergen van kisten enz. naar grootte,
minstens 0.25 of veelvouden ervan.
Huur van een tent per dag1.50
Huur van een tent per week of korter 6.00
Huur van een tent per maand of korter 22.50
Huur van een ligstoel per dag of korter 0.25
Huur van een ligstoel per 2 uur of korter 0.15
Huur van een ligstoel per week of korter 1.
Men kan van uit de tenten, indien volgens tarief
de betaling heeft plaats gehad, onbeperkt baden
onder toezicht van een deskundig badman, wiens
bevelen strikt opgevolgd moeten worden.
Het is echter niet geoorloofd andere personen,
niet tot het gezin behoorende, uit de eigen of ge
huurde tenten te laten baden. Het gezin mag uit
ten hoogste 6 personen bestaan.
Alle tenten moeten des namiddags om 8 uur ge
heel ontruimd zijn.
Tevens is er gelegenheid tot het nemen van
gewone baden volgens tarief als bij zeebaden
vermeld.
DE BADDIRECTIE.
De avifauna van Bergen en
omgeving.
VI.
Schrieken.
Toen ik voor enkele jaren een fietstochtje langs
een binnenweg door de polders maakte, werd ik
aangeroepen door een mij bekenden boer met de
woorden: „Ik heb een vreemden vogel". De man
wipte naar binnen, en toonde mij spoedig een
dooden Waterral (Rallus aquaticus L.), die zich
dood had gevlogen tegen een telegraafdraad. De
lange snavel was geheel gebroken.
De boer vond het niet aardig, dat ik den vogel
voor een gedurig voorkomende verschijning uit
maakte. Hij had nooit zoo'n dier gezien, ik wel
honderd maal. Toen ik den man mededeelde, dat
hij elk winterhalfjaar in de nabijheid zijner woning
in plassen en rietslooten voorkomt, drukte 's man's
gelaat verwondering, bijkans ongeloovigheid uit.
Hij zou er voortaan acht op geven. Thuisgekomen,
vond ik een briefkaart van een anderen boer, mij
meldende de vangst van een vreemdsoortige vogel,
die zeker wel naar „Artis" gezonden zou kunnen
worden. Spoedig was ik weder op weg en na een
half uur wist ik, dat ook deze man een Waterral
gevangen had. „Niets bijzonders dus?" „Neen, een
gewone vogel, die hier dikwijls voorkomt. Spoedig
had de Ral, die een schuurtje was binnengevlo
gen, de vrijheid weer, en de boer, die gaarne in
den broedtijd de vogels wil beschermen, besloot,
na een kort praatje- lid te worden van de Ver
eeniging tot behoud van Natuurmonumenten. Ik
beloofde den man zijn naam te zullen opgeven aan
het Bestuur.
Zoo had ik dus twee Waterrallen op één dag
bekeken, en duidelijk was het mij, dat deze vogels
wat later naar de broedplaatsen trokken in dit
jaar met z'n langen winter, dan gewoonlijk, daar
deze trek meestal einde Maart plaats heeft. In den
zomer komt de Waterral niet veelvuldig bij ons
voor. Evenwel heb ik ze als broedvogels aange
troffen in de polders van Noord- en Zuid-Holland,
't meest op 't eiland Texel. Vooral op den najaars
trek komen ze tamelijk veelvuldig bij ons voor,
doch men ziet ze niet zoo spoedig, daar ze het
liefst aan slootkanten, met riet begroeid, wonen, en
daar schuw wegsluipen, wanneer men ze nadert.
Niet spoedig vliegen ze weg, maar wanneer het
gebeurt, gaat het in groote haast en met zenuw
achtige wiekslagen. Aan de lange, groenachtige
pooten, maar vooral aan de zeer lange teenen kan
men wel zien, dat de waterral familie is van de
waterhoenders. Als waterkipje kent men hem dan
ook wel in Zuid-Holland, terwijl men hem elders
nog de namen geeft van Fluitje, Zijde- en Fluweel
hoentje en van Waterscher. Opmerkelijk is de
smalle vorm van het lichaam dezer vogels. Men
zou bijna denken, dat het zijdelings platgedrukt
was. Bij het loopen strekt het vogeltje bij iedere
schrede kop en hals ver vooruit, alsof het met ruk
jes het lichaam vooruit schokt. Op laaggegelegen
boschgrond en drooggevallen slootkanten zoekt het
naar voedsel. De scherpziende oogen turen dan in
alle hoekjes en gaatjes en menig slakje of worm
wordt met den langen en dunnen snavel te voor
schijn gehaald, doch ook zoetwatergarnalen en ste
kelbaarsjes worden niet versmaad. De snaVel is
roodachtig en ook aan de pooten vindt men, be
halve groen, eenig rood, dat tevens in het grijze
trekt. De vederen der bovendeelen zijn zwartbruin
en vertoonen groote zwarte lengtevlekken. De buik
en de zijden zijn zwart met vele strepen, terwijl de
overige onderdeelen donkergrauw zijn. De oogen
zijn fraai bruinrood. In den paartijd leveren de
mannetjes verwoede gevechten. Ze zien er dan in
teressant uit; de staart, uit enkel donsveertjes be
staande, is opgericht, en met hangende vleugels
loopen ze op elkander toe. Meermalen wordt er
bloed vergoten, en het gebeurt zelfs, dat een der
partijen het leven er bij inschiet. Wanneer men den
Waterral bespiedt, ziet men hem dikwijls in rust,
staande op één poot. Wordt hij dan uit zijn „dolce
far niente" opgeschrikt, dan laat hij een brom
mend geluid hooren.
De Wachtel- of Kwartelkoning (Crex Crex) leeft
bij ons van Mei tot October. In laatstgenoemde
maand komen dikwijls talrijke exemplaren bij ons
voor, waarin we trekvogels uit Noordelijker gele
gen broedstreken hebben te zien, Het nest is niet
zoo gemakkelijk te ontdekken, daar het vrij ver
borgen gemaakt wordt tusschen het lange bouw
land- of weidegewas en ook wel onder heidekruid.
De eieren 7 of 8 zijn mooi glanzig, hard van
schaal, evenals die van de Waterral. Ze zijn even
wel aanmerkelijk grooter. Eenmaal heb ik een
Wachtelnest geweten in hoog opgaand gras van
een hooiland. Toen het gras gemaaid zou worden,
verzocht ik den maaier, het nest te willen sparen,
door een boschje gras er omheen te laten staan.
Aan mijn verzoek werd voldaan, en de wachtel
heeft in zijn gereserveerd polletje het broedsel tot
zijn recht weten te brengen. Zoo moest ook steeds
met de nesten van andere vogels gehandeld kun
nen worden, want menschen en katten zijn nog
steeds de grootste vijanden van de broedvogels. Ja,
de politie behoort er op toe te zien, doch de orni
thologische en vooral de oölogische kennis is bij
zeer vele menschen vrijwel geheel afwezig.
Alle kleine eieren rekent men dan te behooren
tot de zangvogels en op het wegnemen er van
wordt nu en dan toegezien; maar de ieren van
moeras- en weidevogels laat men bij doeken en
manden vol weghalen.
'tWas daarom wel te wenschen, dat van agen
ten, die in vogelrijke streken wonen, voldoende
ornithologie gevraagd werd. Eenige cursuslessen
zouden al veel ten goede kunnen uitwerken.
J. DAALDER Dz.
HANS SACHS.
De Neurenbergschen dichter-schoenmaker Hans
Sachs behoort tot hen die besef hebben gehad van
historische gebeurtenissen en verschijnselen, waar
van hij tijdens zijn leven getuige was. Hij behoorde
ook tot die dichters die sprak in een taal welke
voor de massa begrijpelijk was en het is wel merk
waardig, dat thans een herlevende waardeering
voor zijn werk te constateeren valt.
Zijn uiterlijk leven verliep in rustige banen. In
1494 werd hij te Neurenberg geboren als zoon van
een kleermaker. Tot zijn vijftiende jaar bezocht hij
de Latijnsche school, waar hij ongetwijfeld den
grondslag heeft gelegd voor zijn veelzijdige belang
stelling en zijn groote kennis op elk gebied. Deze
heeft hij nog voortdurend uitgebreid en verdiept
door persoonlijke studie, zelfs toen hij reeds een
hoogen leeftijd had bereikt. Gedurende twee jaar
was hij in de leer bij een schoenmaker; daarna
trok hij vijf jaar rond door verschillende streken
van Duitschland, waardoor zijn blik werd ver
ruimd. Zijn liefde voor de natuur en zijn belang
stelling in het doen en het streven der menschen
werden nog meer opgewekt en deze vijf jaar heb
ben gemaakt, dat ook zijn laatste werken niet
doen denken aan met ijver vergaarde boekenwijs
heid, doch aan wijsheid van iemand, die het leven
en de menschen heeft leeren kennen in al hun
verscheidenheid.
In 1516 keerde hij in zijn geboorteplaats terug,
waar hij zich als schoenmaker vestigde, een gezin
vormde en reeds na tien jaar behoorde tot de
meest geziene vakkundigen en burgers van zijn
stad. Al zijn vrije tijd werd gebruikt om te schrij
ven en te studeeren en zoo ontstond een oeuvre
van zeldzamen omvang, dat meerendeels ook ons
iets te zeggen heeft. Buiten Neurenberg was hij
tijdens zijn leven weinig bekend, doch in zijn ge
boortestad werd zijn werk naar waarde geschat.
De miskenning begon eerst kort na zijn dood. Men
brandmerkte zijn productiviteit als routinewerk en
het spreekt vanzelf, dat zijn ruim 4000 „meester-
zangen", zijn ruim 200 tooneelstukken en zijn ruim
1700 vertellingen, fabels en legenden niet alle op
hetzelfde hooge peil konden staan. Naast veel, wat
kleurloos en oppervlakkig is, heeft hij echter met
name in zijn tooneelstukken zooveel werkelijke
kunst gegeven, dat hij zich een onvergankelijke
verdienste voor de Duitsche literatuur heeft ver
worven.
Goethe heeft dat reeds uiteengezet in zijn werk
„Hans Sachsens poëtische Sendung", terwijl Ri
chard Wagner hem tot de voornaamste figuur van
zijn „Meistersinger von Nürnberg" heeft gemaakt.
Sachs leefde in een veel bewogen tijd: den tijd,
waarin in Duitschland de Renaissance ten onder
ging en de kerkhervorming een zwaren strijd voer
de. Dat Neurenberg behoorde tot de eerste steden
in Zuid-Duitschland, waar zij ingang vond, moet
ongetwijfeld voor een deel op rekening worden
geschreven van den invloed, dien Hans Sachs daar
had.
Zijn werken waren voor allen begrijpelijk. Het
oorspronkelijke van zijn stijl viel bij het volk in
den smaak. Bovendien was uit bijna al zijn werken
wel iets te leeren. Een frissche humor is hem zijn
leven lang bijgebleven. Zijn vaak houterige „mees-
terzangen" zal tegenwoordig niemand meer als
zijn belangrijkste werk beschouwen, doch in zijn
fabels en in zijn mengelwerk heeft hij goede volks
kunst gegeven, leerzaam en onderhoudend, zooals
ze behoort te zijn.