Natuurleven um en bij Bergen. Pers A. V, „Skopia". De Hr, en Mevr. Prof. Dr. C. de Boer, Leiden, 4 „Spoorklok I". De Hr. en Mevr. J. C. Zijdeveld, R'dam, 6 „Spoorklok II". De Hr. en Mevr. J. Wesselius, Zandvoort, 6 „Spoorklok III". Mevr. A. C. FaberMaat, A'dam, 2 Mej. Maat, A'dam, 1 „Sterntje". De Hr. en Mevr. H. de SonnavilleArkesteyn, Nijmegen, 5 Mej. F. Arkesteyn, Nijmegen, 1 Dolf en Jaap Mastboom, Nijmegen, 2 Raymond Bury, Nijmegen, 1 „Tine". De Hr. en Mevr. P. de Bruin, Schiedam, 5 „Ulysses". Jhr. en Mevr. Ir. C. E, W. van Panhuys, den Haag, 5 Mej. A. Meertens, den Haag, 1 De Hr. J. Baron van Lijnden, den Haag, 1 Mej. A. Ruys, Antwerpen, 1 „Verbrandepanhoeve". De Hr. en Mevr. Dr. P. A. van der Harst, A'dam, 7 „Wernau". Jhr. en Mevr. H. Teding van Berkhout, A'dam, 6 „Windy-Ridge". De Hr. en Mevr. J. Ruys, Utrecht, 8 „Wijde Blik". De Hr. en Mevr. D. Parmentier, Leiden, 11 „De Zandbak". De Hr. en Mevr. D. Parmentier, Leiden, 11 „De Zeedroom". De Hr. en Mevr. van Swaay en Fam. A'dam, 10 „Zeevonk". De Hr. en Mevr. J. Kraayenhof, A'dam, 9 „Zonnehuis". Mej. N. Greidanus en Mej. Zagerius,A'dam, 2 Bio-Vacantieoord „Russenduin", A'dam, 100 Deutsche Ferienkolonie, A'dam, 40 Vacantiehuis „Voor Jong Nederland", A'dam, 53 Vacantiehuis „Zeehuis", A'dam, 120 Totaal aanwezig 3241 pers. Nieuwsberichten. BERGEN'S HARMONIE. Bergens Harmonie heeft Dinsdagavond haar nieiiw repetitiegebouw, dat ook voor zusterver- eenigingen beschikbaar is, in gebruik genomen. Het is een aardig gebouw, ontworpen door den bouwkundigen Jb. van Exter. Vanaf het Stationsemplacement ziet men het staan naast den tuin van „de Rustende Jager Wij wenschen Bergen's Harmonie geluk met het keurige gebouw. DE BURGEMEESTER. Mr. H. D. A. van Reenen is uit het buitenland teruggekeerd. Hij zal vermoedelijk nog een maand elders in het land vertoeven, alvorens hij naar Bergen zal terugkeeren. In geen geval zal de eerste vergadering van den nieuwen raad door hem geleid worden. Wij zijn er van overtuigd, dat de burgerij met voldoening zal vernemen, dat het met het herstel van de gezondheid van den burgemeester crescen do gaat. EEN PRACHTFILM IN HET VICTORIA-THEATER. In het Victoria-theater loopt deze week een nieuwe en bijzonder goede Chevalier-film, n.l. Folies Bergère. Ieder jaar trekken duizenden naar Paiüjs om er vermaak te zoeken en men mag veilig aannemen, dat negentig percent van deze menschen naar het wereldberoemde établissement in de Rue Bergère „Folies Bergère" gaan, waar in de laatste twintig jaren de grootste Parijsche revues worden opge voerd. Maurice speelt in deze film voor de eerste maal een dubbelrol. Hij is Charlier, de vroolijke, stroo- hoedigen zanger van de Folies Bergère en hij is tevens maar dan voorzien van snor en mo nocle de beroemde Parijsche bankier Cassini. De creatie van Chevalier als Baron Cassini is waarlijk uitmuntend. Het bewijst, dat Maurice in derdaad nog iets anders kan dan gecostumeerde- charmeur-rollen spelen! De liedjes van de film zijn van prima kwaliteit en zij worden door Chevalier op een we zouden haast zeggen ouderwetsche manier, gebracht. Er is een overvloed van zeer goede amuse mentsmuziek, die op schitterende wijze in de film verwerkt werd! Merle Oberon, de meer en meer op den voor grond tredende Engelsch actrice, speelt de rol van barones Cassini, die tenslotte niet meer weet of haar eigen man haar het hof maakt of zijn dubbel ganger. De exotische Merle Oberon blijkt ook in het luchtige genre zeer talentvol te zijn. Ann Sothern, die de andere vrouwelijke hoofd rol speelt, is het type van de pittige en kittige comedienne, die bovendien een aardige stem heeft. Folies Bergère is dit zij nadrukkelijk vermeld geen revue-film, al komen er dan diverse liedjes en grootsche revuescènes in voor. MOTORRACES IN ALKMAAR. Spannende wedstrijden op de snelle grasbaan verwacht. Zondag a.s. is het kermis in Alkmaar. En evenals alle jaren heeft Alcmaria V. V. V. voor dien Zondag zeer belangrijke motorsnelheidswed strijden georganiseerd. Dat beteekent dus, dat Alkmaar dien Zondag vreemdelingen zal trekken uit geheel ons land en dat er dien middag op de snelle grasbaan gereden zal worden op de echte ouderwetsche manier. Het is een heele durf om nog motorraces te or- ganiseeren en de durf is nog grooter, als men bo vendien een programma brengt, dat buitengewoon kostbaar is. Zoo is het in Alkmaar, waar voor de zen Zondag niet minder dan 47 inschrijvingen op het programma staan, waaronder ongeveer 30 seniores! Dat beteekent, dat alle Hollandsche cracks elkaar in Alkmaar zullen ontmoeten en hard zullen strijden om de prijzen. Hard zal het zeer zeker gaan, vooral nu de Duitschers met nieuwe motoren komen en willen bewijzen, dat de Nederlanders bij hen achter staan! Zoover komt het echter niet. Een Bosman, een van Dijk, een Houtop, een Dalsum, een Hartman eii al die anderen, zij zullen vechten voor wat ze waard zijn. Zij zullen door de bochten ijlen op de meest gedurfde manier en het publiek zal adem benemende races zien, die een klaterend applaus zullen krijgen. Wie de Alkmaarsche baan kent, weet, hoe de motorraces daar zijn. Die weet, dat Alkmaar's grasbaan de snelste en gezelligste is van geheel Nederland. Die weet ook, dat in alle klassen strijd wordt geleverd, felle strijd steeds. Zij zijn de ge trouwe bezoekers, die elk jaar weer komen. Zij, die Alkmaar niet kennen, moeten thans eens met deze baan kennis maken. Zij zullen er een middag beleven, die naar meer hunkert. Zij zullen een volgende keer terug komen, omdat ze eenmaal getuige geweest zijn van een onvergetelijken sport middag! Alkmaar draait Zondag! Dat is een belangrijke slagzin. En dus weten de kenners, dat ze elkaar Zondag in Alkmaar kunnen ontmoeten. Laten dien dag de rangen vol zijn. Laat een uit verkocht huis de renners toejuichten bij deze echt ouderwetsche Nederlandsche motorsport. V. V. V. OPENLUCHTTHEATER. Voor een goed bezet théater speelden Woens dagavond leden van het Nieuw Schouwtooneel, onder leiding van Ko van Dijk, in het openlucht- théater het ruim drie eeuwen oude blijspel: „Dok ter tegen wil en dank" van Molière en de even eens ruim drie eeuwen oude klucht: „De klucht van de koe" van Bredero. De lach schalde op den prachtigen zomeravond door het zoo mooi in een duinpan gelegen théater. Molière weet ook nog in onzen tijd, mits zijn stuk ken door artisten gespeeld worden, het publiek te pakken. Ko van Dijk was een kostelijke Sgana- relle. Het publiek vermaakte zich buitengewoon toen hij, onder bedreiging gehangen te zullen worden, bijna barste, toen zijn echtgenoote, uitnemend ge speeld door Lena Kleij, zeide bij hem te zullen blijven tot zijn dood. Molière moet een goed menschenkenner zijn geweest. De dwazen, die bij het uithuwelijken van hun dochter, bovenal een partij zoeken die over de noodige duiten beschikt, worden door hem scherp geteekend. Henk Schaer speelde zoo'n dwaas perfect. Ben Aerden komt lof toe voor de vertolking van de rol van den minnaar. Ook de overige rollen bleken bij Lou Ezerman, Jetty van DijkRiecker, Ko van Dijk Jr. en Jetty van Dijk in goede handen, terwijl de aankleeding goed verzorgd was. Gisteravond maakten wij kennis met een groep artisten die elkander aanvoelen. In de „Klucht van de Koe" kregen wij door Lou Ezerman een kostelijke vertolking te zien van een boer, die graag ter markt gaat en daar de gezellig heid zoekt. In zijn loopen en zijn geheele manier van doen leverde hij het bewijs, dat hij dit type boer, dat de humor weet te verslaan, goed geob serveerd heeft. Jetty van DijkRiecker was een schat van een bij de handte waardin. Ko van Dijk typeerde zeer juist de doordraaier „Joosje", terwijl wij een gauwdief van Henk Schaer te zien kregen, die niet te overtreffen genoemd kan worden. Vooral dit stuk, met het verouderde Hollandsch, eischt beroepsspelers, die op dilettanten voor heb ben, dat zij een stuk vele malen spelen. Zooals Ezerman en Schaer over het théater heen en weer stapten, zag men voor 300 jaar het boertje met den gauwdief van Ouwerkerk naar de Amsterdamsche veemarkt trekken. Van de koe had men een potsierlijke carricatuur gemaakt. De gauwdief had zoowel de waardin, als den door draaier en het boertje, met zijn oplichterijen over één kam geschoren en vermakelijk was het daarbij dat de opgelichten moesten constateeren dat de gauwdief niet had gestolen, maar dat zij alle drie hem door zijn handigheden hadden gegeven wat ze kwijt waren geraakt. Filosofisch constateerde de doordraaier dan ook dat men op zulke wateren zulke visschen vangt en dit geldt ook nog voor den dag van heden. „Teervogels". Toen na den wereldoorlog de scheepvaart begon te herleven, kreeg men spoedig van alle kanten ernstige klachten over de verontreiniging van het zeewater door stookolie. Badplaatsen ondervonden veel last van deze taaie teerachtige substantie die overal aanspoelde, het brandgevaar in de havens werd vergroot. Men vreesde voor nadeelige gevol gen voor de zeevisscherij en onder de zeevogels veroorzaakte deze verontreiniging een ware slachting. Men zocht naar de oorzaak en consta teerde dat een van de hoofdoorzaken de oliesto- kende schepen waren, die in steeds meerdere mate in gebruik genomen werden. Deze schepen waren voorzien van olietanks in de dubbele bodem die later met ballastwater gevuld, debet aan deze ver ontreiniging waren, daar het ballastwater, dat vaak 10 pet. olie bevatte, over boord gepompt werd. Ook andere oorzaken werd genoemd als het op breken van wrakken na den wereldoorlog, het over boord storten van olie bij stormweer om vlak water te krijgen en vooral ook het bilge- water van de kleine motor-vrachtschepen en kust vaartuigen (bilge-water is het water dat zich tus- schen scheepswand en motorblok ophoopt en veel afgewerkte olie bevat). Toen de scheepvaart minder loonend werd, voorzag men de schepen meer en meer van de meer economische Dieselmotoren, waarbij de bunkers niet met ballastwater gevuld worden, zoo dat de overlast veel verminderde. Echter was in 1926 deze kwestie nog van zoo'n belang, dat 14 zeevarende landen, waaronder Ne derland, hun afgevaardigden naar een conferentie te New-York zonden, om dit vraagstuk te bespre ken. Hier werd een ontwerp-conventie voorgesteld waardoor het mógelijk werd de verontreiniging door olie internationaal te beperken. Verscheidene landen onderteekenden deze conventie. Moge het olievraagstuk veel aan importantie verloren hebben en zelfs voor de havenautoriteiten en badplaats-exploitanten niet meer bestaan, voor de vogelvriend is dit vraagstuk nog steeds van groote actualiteit. Het heeft dan ook nog steeds de aandacht van de Ver. tot bescherming van vogels en andere instanties. Nog jaarlijks, vooral in den herfst en den winter, worden honderden olieslachtoffers langs het strand gevonden. Hoofdzakelijk behooren deze olieslachtoffers tot de vogels die uitsluitend in en op het water leven en hun voedsel zoeken. De vogels die dan ook het meeste aangetroffen worden zijn de zeekoeten, die 90 pet. van het aantal teervogels uitmaken, maar ook Jan van Genten, Alken, Papegaaiduikers, Roodkeelduikers en Zwarte Zee-eenden treft men in meer of min dere mate aan. Soms onherkenbaar als een glibbe rige teermassa, soms slechts met een klein vlekje op de borst. Zelfs dat kan reeds de dood tenge volge hebben. Het veerenkleed van dergelijke watervogels vormt een sluitend en isoleerend geheel, plakken nu de beschermende donsveeren samen, dan dringt het water tot de huid door, met het gevolg dat de vogels meestentijds aan accute longontste king binnen 36 uur sterven. Niet zelden treft men nog levende vogels aan, die in elkaar gedoken op het strand als een hoopje ellende het einde af wachten, waarbij de vele kraaien en meeuwen wel een handje helpen. Het is of de vogel instinctief begrijpt dat zijn element, het water, gevaarlijk voor hem geworden is en de kust opzoekt. Op een wandeling langs het strand van Texel zagen wij reeds in Augustus een tiental nog leven de zeekoeten over een afstand van enkele mijlen. Een kunstmatige reiniging en verzorging tot de volgende rui, waarmee men in Artis wel eens proe ven heeft genomen, geeft geen resultaat, nog daar gelaten dat de vogel niet voor dien tijd sterft, daar meestal de vetklier gereduceerd is en een klein regenbuitje voldoende om het pleegkind te doen sterven. Te meer is deze kwestie zeer ernstig, daar de zeekoeten en de andere leden van de alkenfamilie slechts één jong per jaar groot brengen. Men moet zich een niet te geringe voorstelling maken van het aantal dat jaarlijks op deze wijze omkomt. Een wandeling op een wintermorgen na een week stormachtig weer van Bergen aan Zee naar Camperduin gaf als resultaat 45 teervogels, waar onder een Jan van Gent en enkele alken. En dit is slechts een klein gedeelte van de kust van ons land, waar slechts weinig aanspoelt. Bedenkt men dat ook aan de kusten van België, Groot-Brittannië, Denemarken, Noorwegen enz. deze vogels in groote mate het slachtoffer van de stookolie worden, dan is het wel te begrijpen dat het aantal teervogels geweldige afmetingen aan neemt. Gelukkig heeft de Ver. tot bescherming van vogels zoowel als de zustervereenigingen in het buitenland zich van de medewerking van de meeste scheepvaartmaatschappijen weten te ver zekeren, Dit zal er veel toe bijdragen dit vraagstuk op te lossen, in ieder geval om de gevolgen te be perken. W. B. Z.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Bergensche bad-, duin- en boschbode | 1935 | | pagina 8