„Bergensche Bad-, Buin- en Boschbode''
TWEEDE BLAD.
27e Jaargang, No, 1,
van ZATERDAG 6 JUNI 1936,
De schoonheid van Bergen.
„Weet je wel", hebben ze me gezegd, „dat Za
terdag de Badbode weer zal uitkomen?"
Daar had ik heelemaal niet aan gedacht, maar
natuurlijk zal die weer verschijnen, ondanks het
feit dat ik, met mijn kraag op, op vereerend ver
zoek van de redactie dit epistel voor de weer her-
borene zit te tikken.
Er behoort moed toe om onder dergelijke om
standigheden een BAD-bode uit te geven, want
wie op het oogenblik aan baden in de niet over
dekte en niet verwarmde zee denkt zal alleen
van de gedachte al kippenvel kunnen krijgen.
Dat kan de redacteur van de Badbode natuur
lijk niet helpen. Hij is op tijd en de fout ligt dus
niet bij hem, maar bij de natuur, die leelijk in de
war is. Ieder kind wordt gewoonlijk bij zijn
eersten voornaam genoemd en wij spreken ook
altijd van de Badbode zonder er bij te denken
dat ze ook nog bosch- en duinbode is en ik ge
loof ook nog hei-bode, maar dat weet ik niet
zeker, omdat ik het blad zelf op het oogenblik
niet bij de hand heb.
Over baden zal ik nu niet spreken, om de re
dactie niet in een nog slechtere stemming te
brengen. Dat komt wel als de ijsheiligen, die al
veel te lang zijn blijven plakken ons eindelijk
eens in den steek zullen laten. Ik wil nu uitslui
tend over de Bergensche zee-, duin- en boschbode
spreken en niet zoozeer over het blad zelf als wel
over het water en het land, die Bergen tot een
bekend en geliefd vacantie-oord hebben gemaakt.
De zee.
Er zijn menschen, die de zee het liefst zien, als
ze een blauwe, rimpellooze vlakte is, waaruit
vèrweg hier en daar een rookpluimpje opstijgt en
waarin een platgedrukte oranjekleurige zon van
onnatuurlijke afmetingen in een verpakking van
rose wolkjes langzaam wegzakt. Dat zijn de men
schen, die hoofdzakelijk naar de zonzijde van het
leven kijken, die altijd gelukkig willen zijn, wier
gedachten vaak niet dieper gaan dan de rose
schelpjes welke door golfjes op het strand ge
spoeld worden en wier leventje zoo rimpelloos en
onbewogen moet verloopen als de watervlakte,
die roerloos onder den hemelkoepel ligt.
Er zijn anderen, die naar zee gaan als het stormt
om het water te zien als regen en wind er op los
gebeukt hebben.
Dat zijn niet altijd de pessimisten. Het zijn
eerder de zoekers naar waarheid, die de schoon
heid niet alleen aan de zonzijde van het leven
zoeken. Een zon-overgoten zee vol baadsters en
baders moge haar bekoring hebben, veel dieper
indruk maakt de watervlakte als de krachten der
natuur zijn losgebroken en machtige golven in
breede, gesloten gelederen naar het strand stor
men.
Het water is groen-grijs in duizenderlei varia
ties. Er zit dreiging in het grauw van den hemel
koepel, waardoor donkere wolken jagen. De
stormwind huilt en buldert, de zee is zich haar
kracht bewust geworden. Waar is het land, dat
die kracht durft breken! Met mokerslagen vallen
de witgekuifde golven er op aan, drie, vier rijen
achter elkaar, waarvan de voorste schuimspattend
uiteenslaat en het water traag terugvloeit om da
delijk weer opgenomen te worden in de volgende
aanstormende massa, die zich eveneens te pletter
zal loopen.
Hier en daar stuit het water op een hindernis,
een wrak, een paal, een bezalten arm, die men-
schenhanden beschuttend om het land gelegd
hebben en die zij groot en sterk in zee hebben
uitgebouwd. Daar vallen de golven met dubbele
kracht aan, daar spat het water in zijn plotseling
geremde vaart meters hoog op, daar woelt en
kookt en schuimt de zee, daar slaan de golven te
pletter tegen ijzer en steen, die geen duimbreed
zullen wijken.
Er is nog een andere zee, de zee van dichters
en droomers. Die zee is verlicht en dat is niet het
werk van de V. V. V. maar van de natuur. Met
alle respect gesproken over alles wat de V. V. V
in Bergen kan organiseeren en al georganiseerd
heeft, maar zoo mooi als de natuur illumineeren
kan, zal geen menschenhand het ooit kunnen
maken.
De zee licht en het strand is bij avond E>estrooid
met milliarden diamantjes. Waar de menschelijke
voet het zand maar even verschuift keeren zij hun
facetjes naar een ongezien licht en schitteren in
een blauwen glans, die aan een sprookje doet
denken. Het water heeft een fluoresceerenden
gloed en de zee wisselt van tint alsof er omkapte
lampen over schijnen.
Het is dezelfde zee, die zich lui en breed in een
helderblauw costuum in de zon kan koesteren,
het is dezelfde zee, die schuimend van woede
beukt en ranselt op alles wat haar losgebroken
kracht in den weg staat, maar het is nu een zee,
die in het nachtelijk duister fluistert, die een
sprookje vertelt en alle lichtgevende diertjes die
in haar leven naar de oppervlakte heeft geroepen
om voor een passende verlichting te zorgen.
2po verschillend is de zee overal. Zoo is zij ook
in Bergen en om ze in al haar stemmingen te zien
behoeft het niet warm en droog te zijn.
Bosch en duin.
En de bosschen en duinen?
Laten we eerlijk zijn en bekennen, dat we die
het liefst in hun voorjaarstooi zien, als alle hoo
rnen vlekkelooze japonnetjes hebben aangetrok
ken, als de brem een groote botergele bouquet is
en de geurige mei hier en daar een stammetje in
een smetteloozen bruidstooi heeft gestoken.
Wij zien de schoonheid van bosch en duin al
lereerst als het witte zand door de zonnestralen
gekoesterd wordt, als de berken hun zilverbesla
gen stammetjes feestelijk tusschen het groen ste
ken en de wandelaar hier en daar het pluimpje
van een konijnenstaat onder de struiken ziet ver
dwijnen. Wat is er mooier dan de ongerepte
schoonheid van een duinpan, waar kleine viooltjes
bloeien, waar de natuur zich in duizenderlei vor
men openbaart en het geroep van de koekkoek het
eenige geluid is, dat de stilte komt verbreken.
Maar er zijn dagen, dat de mensch behoefte
heeft om dat alles anders te zien, om heesters en
struiken zich te zien krommen onder de zweep
slagen van den regen, welke de stormwind voor
zich uitdrijft, om naar een oude, kromgegroeide
spar te kijken, die zijn takken in stil verwijt naar
de loodgrijze luchten heft en waarvan de neer
vallende druppels als tranen zijn van den een
zame, die machteloos aan de woede der elemen
ten is overgeleverd. Er zijn menschen, die ook in
dit onzegbaar triestige de schoonheid kunnen
zien en zij behoeven niet op de zomersche dagen
te wachten om deze indrukken in zich op te
nemen.
Bergen is altijd mooi.
Bergen is altijd mooi, in den zomer als zon en
zee de felle kleuren van het strandleven brengen,
in den winter als sneeuw de wegen bedekt en de
kerkruïne in een wit lijstje zet, in het voor
jaar als alle knoppen openspringen en in den
herfst als de schreeuw der zeemeeuwen over het
water klinkt en in het bosch een onzichtbare
hand aan boomen en takken geschud heeft, als
het uitgeleefde blad neerdwarrelt en de bosch-
vloer een tapijt in bruine en gele tinten heeft
gekregen.
Ik hoop voor den redacteur van dit blad en niet
het minst voor de badplaats zelf, waar alles ge
reed is om den gasten een prettige vacantie te
bereiden, dat de zon binnen weinige dagen haar
levenwekkende stralen over water en land zal
gieten en Bergen weer de schitterende diamant
zal worden, die aan een ring van levend groen als
een der mooiste sieraden aan den langen vinger
van onze duinkust prijkt. Maar ik hoop ook, dat
de tijd, die nu gaat komen, ons enkele dagen zal
brengen waarop de zee haar demonische kracht
demonstreert en bosch en hei het cachet van tot
weemoed stemmende verlatenheid zullen dragen.
Omdat de natuur in al haar vormen onzegbaar
schoon is en omdat de mensch haar in al die
stemmingen moet leeren kennen.
Tj.
N.V. BOUW-EXPLOIT.-MAATSCHAPPIJ
BERGEN AAN ZEE.
ZONNEBAD.
De N. V. stelt voor de badgasten en villabewo
ners de gelegenheid open zich ten kantore van de
Vennootschap te Bergen aan Zee aan te melden
voor het lidmaatschap van het Zonnebad.
De naam lidmaatschap is gekozen, omdat de
Vennootschap voor de badgasten en villabewoners
een badgelegenheid wil scheppen, waarbij het in
tieme karakter van de badplaats zooveel mogelijk
blijft behouden.
Het lidmaatschap is strikt persoonlijk.
Contributie.
Ie. Gezinskaarten voor één en het zelfde gezin:
a. voor een gezinshoofd (vader of moeder)
6.00 voor vier weken of korter;
b. voor het tweede gezinshoofd 4.00 voor 4
weken of korter;
c. voor het tweede gezinshoofd indien dit
slechts over den Zondag te Bergen aan Zee
is 1.50 voor 4 weken of korter;
d. voor een kinderjuffrouw of verzorgster
3.voor 4 weken of korter;
e. voor kinderen van 1216 jaar 2.50 voor
4 weken of korter;
f. kinderen beneden 12 jaar van dit gezin zijn
vrij mits in begeleiding van één der beide
gezinshoofden, de kinderjuffrouw of ver
zorgster van dit gezin, die een diploma moet
hebben;
g. één logé van dit gezin 1.50 per week of
korter.
2e. Afzonderlijke kaarten worden slechts aan vol
wassen personen afgegeven ad 6.00 voor vier
weken of korter.
Ieder lid neemt zijn eigen badcostuum en hand
doek mee.
Voor de leden is gereserveerd een mooi gedeelte
duinterrein bij de badkoetsen.
Hierop mogen de leden tenten óf vierkante
doekomheiningen plaatsen, waarn zij zich kunnen
ontkleeden, om zich vandaar-uit in badmantel
langs de daarvoor bestemde trap naar het bad bij
de badkoetsen te begeven om aldaar in den tijd
dat het bad geopend is, onder toezicht te baden.
I De badmantels, waarop het diploma zichtbaar
I gedragen moet worden, worden aan den daarvoor
bestemden kapstok op het strand gehangen.
Het aan- en uitkleeden in een tent of in een ge
heel door doek afgesloten vierkant is verplichtend
gesteld.
Op het Zonnebadterrein mag men niet zonder
badcostuum vertoeven.
De leden mogen baden zoo dikwijls zij verkie
zen, zonder verdere betaling.
De tenten mogen blijven staan, echter geheel
voor risico van de eigenaars. De Maatschappij en
hare aangestelden kunnen zich niet daarmede be
moeien.
Indien gewenscht, wordt voor de damesleden
een afzonderlijk deel van het terrein afgezet.
De leden zijn gehouden de instructies van het
toezichthoudend personeel op te volgen en zich na
het baden direct naar het gereserveerde duinter
rein te begeven. Zij mogen in badcostuum niet op
het strand blijven vertoeven.
Gerekend wordt op de medewerking van de le
den ten aanzien van de naleving van dit reglement,
het gebruik van het terrein (b.v. niet op de helling
van den zeekant loopen) en hetgeen verder voor
den goeden gang van zaken noodig is.
De Vennootschap zal gerechtigd zijn het lid
maatschap vóór dezen bestemden tijd te doen
eindigen tegen eene evenredige restitutie van
betaalde contributie.
Buiten den door de Directie vastgestelden bad
tijd mag niemand op het terrein vertoeven, vooral
niet des nachts.
Er zijn linnen strandtenten te huur a 4.00 per
week.
DE BADDIRECTIE.
Nieuwsberichten.
PINKSTER 1936.
De hoop van velen, dat Pinkster 1936 nu eens
echt heerlijk zomerweer zou brengen, dat tot uit
gaan noopt, is niet verwezenlijkt. De dagen vóór
Pinkster, die de weekenders moet doen besluiten
om naar buiten te gaan, was het zóó koud, dat
velen de reeds weggezette kachel weer voor den
dag haalden. Vrijdag woei er een straffe koude
wind, waardoor er in de hotels aan zee weinig
werd besproken.
Zaterdag was het iets zachter (wij beleefden
zelfs een heerlijken luilakmorgen) en kwam er
weer eenige hoop, doch de weerberichten waren
zoo ongunstig, dat ze zeker niet aanmoedigden om
naar buiten te trekken.
In Bergen-Binnen waren toch nog heel wat
weekenders komen opdagen en wel dermate, dat
eenige hotels geheel bezet geraakten.
Er heerschte des avonds een gezellige drukte in
het dorp, die werd verhoogd toen de leden van
„Be Quick", onze wakkere gymnastiekvereeniging,
in autobussen, vol enthousiasme vanwege hun
overwinning (zij hadden in Amsterdam een eersten
en een tweeden prijs veroverd), in het dorp terug
keerden. Hulde aan de gymnasten voor hun kra
nige prestatie en ook voor de keurige propaganda
voor het bezoek aan de Bloemen- en Plantenten-
toonstelling. Onze jeugdige Berger Kunstenaar
Jaap Min komt een deel van de hulde voor deze
mooie reclame toe, want hij heeft de daarvoor
gebruikte bloemen belangeloos in triplex gesne
den en gekleurd.
Zaterdagavond was het weer iets zachter ge
worden, de wind geruimd en de hoop herleefde,
dat de .Bilt het toch wel eens mis kon hebben.
Zoo erg als de weerkundigen het voorspelden is
het niet geworden, doch 's nachts om half vier
zette toch een flinke regen in, die tot half elf
duurde en althans voor den eersten Pinksterdag
het groot-toerisme bedierf, 's Middags klaarde het
op, doch het bleef koud, waaronder vooral het
bezoek aan zee ten zeerste had te lijden.
Reeds des morgens om 10 uur reden groote
touringcars voor de bloemententoonstelling bij
den Zeeweg door, omdat de aanhoudende regen
de inzittenden de lust had benomen de tentoon
stelling te gaan zien.
's Middags, toen het weer wat beter werd,
trokken velen er op uit, doch het grootste deel
van de stroom bezoekers bleef in het beschutte
Bergen-Binnen, wat ook den 2en Pinksterdag het
geval was, zoodat Bergen aan Zee, ondanks de
tentoonstelling, die een paar duizend bezoekers
trok, geen goede Pinkster beleefde.
Van geslacht op geslacht is het bij de West-
Friezen de gewoonte om des middags naar de
omgeving van café DuinvermaaJt te trekken.
Ook ditmaal was het daar overweldigend
druk. Dank zij de voortreffelijke politiemaatrege
len kwamen geen ongelukken voor, doch opnieuw
kwam wel vast te staan, dat op zulke dagen de
Breelaan evenals de weg van Bergen naar
Schoorl, absoluut niet meer aan de verkeers-
eischen voldoet.
Het fietspad en wandelpad langs den Heeren-
weg, vanaf de Franschman tot Egmond, dat 26
Mei officieel door den burgemeester werd ge
opend, heeft beide Pinksterdagen aan het verkeer
reeds groote diensten bewezen.
Den avond van den 2en Pinksterdag bewogen
zich honderden danslustigen in de verschillende
dansgelegenheden. Vooral de Rustende Jager was
als vanouds hiervan het centrum.
Hoewel Bergen wanneer het weer had medege
werkt stellig een betere Pinkster zou hebben ge
maakt, werd toch beide dagen wel bewezen, dat
de trek naar ons vacantieoord nog levendig is.