A. E. ROMENY, „Bergensche Bad-, Duin- en Boschbode" TWEEDE BLAD. BERGENSCHE DROGISTERIJ Tentoonstelling HET TERRAS van „De Oude Prins 28e Jaargang. No. 2. van ZATERDAG 12 JUNI 1937. De Alkmaarsche Kaasmarkt en het Waaggebouw. Er zal wel geen zomergast, die meerdere dagen in Bergen vertoeft, gevonden worden, die niet minstens éénmaal des Vrijdagsmorgens de Alk maarsche kaasmarkt bezoekt. Deze markt geniet terecht een wereld vermaardheid. Voor alle buitenlanders, die Neder land bezoeken, is de Alkmaarsche kaasmarkt een punt van het programma geworden. In het zomer seizoen biedt de markt een internationaal beeld van bezoekers, in een middeleeuwsche sfeer. Het wegen en het vervoer der kaas door de dribbe lende, in het wit gekleede kaasdragers, die glan zende strooien hoeden dragen in de kleuren van het gilde, waartoe zij behooren, geschiedt nog op dezelfde wijze, als volgens het reglement van 30 Maart 1773 door Burgemeesteren van Alkmaar werd vastgesteld. Een deel van het vervoer der kaas, dat door goten in schuiten wordt geladen, heeft eveneens op dezelfde manier plaats, als dit voor eeuwen het geval was, terwijl het uit 1687 dateerende klokkenspel, zoo typisch Nederlandsch, nog zooals het in voorbije eeuwen geschiedde, z'n zilveren klanken over het marktplein laat hooren. De hoornblazer kondigt nog evenals vóór 300 jaar de uren aan, terwijl eveneens op de heele uren de ridders te paard hun steekspel te aanschouwen geven. De Alkmaarders hebben hun kaasmarkt lief en in den loop der eeuwen daar veel om gestreden. De kronieken gewagen er zelfs van, dat zij in 1577, in het belang der markt, naar Avenhorn togen en daar met geweld het maken van een Verlaat beletten, omdat zij daarvan vreesden, dat boeren, die met hun kaas ter markt kwamen, naar Hoorn zouden trekken, waar eveneens een bloeiende kaasmarkt bestond. Herhaalde malen werden in den loop der tijden offers voor het ver- grooten van de markt gebracht, offers, die van de burgerij honderdduizenden vorderden. De betee- kenis van de markt spreekt uit het feit, dat in 1928 de jaarlijksche aanvoer, die thans 5,5 millioen K.G. bedraagt, nog 7 millioen K.G. bedroeg. APOTH.-ASSISTENTE. Telefoon 109. BREELAAN 17, - BERGEN (N.-H.) geschiedenis van de markt steeds een belangrijke rol hebben gespeeld, dat deze bedreigster geen voet aan den grond kreeg. De Alkmaarsche kaasmarkt is al heel oud. In 1408 schonk de regeering van de stad, die toen dus reeds het waagrecht moet hebben bezeten, aan de 60 man sterke schutterij de waaginkomsten. Na de deelneming der Alkmaarders aan den op stand van het kaas- en broodvolk in 1491 en 1492 werd het waagrecht als straf aan de stad ontno men ten behoeve van Graaf Filips den Schoone en pas in 1581 verleenden de Prins van Oranje en de Staten van Holland, nadat in 1577 enkele stadsbe stuurders gegijzeld waren, omdat de stad de pacht niet kon betalen, het waagrecht weer aan Alk maar, omdat men terecht gehoor verleende aan het argument, dat de door Alkmaar's burgerij be toonde dapperheid in 1573, bij de belegering van Alkmaar door de Spanjaarden, wel eenig recht gaf op het herstel van het waagrecht aan de stad. Tusschen 1492 en 1581 werd de waag geregeld verpacht, dan eens aan de Mient-bewoners en dan weer aan de bewoners van de Voordam en in die jaren was er tusschen deze verschillende be woners herhaaldelijk strijd om de plaats van de waag, omdat daar, waar de waag was, de nering bloeide. Interessant is het, dat verschillende be woners uit de dorpen, waaronder die van Bergen, zich in 1557 tot Schout en Schepenen van Alkmaar wendden, om onder eede te verklaren, dat h. i. de Voordam een geschikter plaats voor de waag was, omdat zij daar gemakkelijker hun kaas en boter uit hun vaartuigen konden lossen. De kaaskoopers verklaarden zich echter bereid, een belangrijke bijdrage te geven voor het afbreken van eenige huizen, ter vergrooting van de markt en dit had tot resultaat, dat octrooi verleend werd voor het opbouwen van vier a vijf schalen bij de waag. Deze waag, een weeghuis, bevond zich op de toen zeer beperkte markt aan de Noordzijde van het Heilige Geesthuis (thans waaggebouw). Strijdt voor het behoud. Het is volkomen begrijpelijk, dat in den aanvang van dit jaar de Alkmaarders eveneens in het ge weer kwamen, toen het voortbestaan van de kaas markt door de stichting van een kaasbeurs binnen de veste, bedreigd werd. Wel togen zij niet, als in 1577, met vernielingswerktuigen naar de kaas- beurs, maar in woord en geschrift weerden zij zich toch dermate tegen de bedreigster, daarbij krach tig gesteund door de kaashandelaren, die in de Het klokkenspel. Het Heilige Geesthuis, waarvan reeds in de 14de eeuw gewag wordt gemaakt, was bestemd als gasthuis, voor het gedurende drie dagen en drie nachten huisvesten van arme reizigers. Dit gast huis bezat een kapel en in 1386 schonk de Bis schop van Utrecht aan het gasthuis het recht om op de kapel een klokje te plaatsen om de geloo- vigen ter kerke te roepen. In 1487 bezat het ge bouw reeds een toren met uurwerk en slagklok- Hotel-Restaurant „PROOT Langestraat 70 - Telefoon 43 - Alkmaar. GARAGE. Stroomend, warm en koud water. BAD. CENTRALE VERWARMING. Kamer met ontbijt vanaf f 3.—. ATELIER LIJTWEG 16A. SCHILDERIJEN v. A. VERKERK en JAAP SAX. TOEGANG VRIJ. is GEZELLIG; de consumptie PRIMA en NIET DUUR. „'t Goedkoope IJzermagazijn", Stationstraat 17 Telef. 311. Het aangewezen adres voor: Strandartikelen, Ligstoelen, Souvenirs, alle Huish. Art. Aanbevelend, J, p. KLANKER. ken en in 1541 kwam een nieuwe toren tot stand, waarin elf klokken voor bespeling werden gehan gen naast de heele- en half uurs-klokken, welke klokken tezamen 11000 pond wogen. Deze klok ken hebben in 1683 nog gediend als specie voor het tegenwoordige speelwerk, dat uit 35 klokken bestaat en in 1687 in den toren werd geplaatst. Het Waaggebouw. In 1582 had het H. Geesthuis zijn bestemming verloren en werd het Oostelijk gedeelte ervan, waar zich het koor bevond, als waag in gebruik genomen. De fraaie Oostelijke gevel werd gesticht, die in 1884 in dezelfde vormen, doch lang zoo fraai niet, werd vernieuwd. In 1595 werd de toren van het H. Geesthuis, die niet meer beantwoordde aan den luister van den voorgevel, afgebroken en in 1598 door den ranken renaissance-toren, zooals wij dien thans nog kennen, vervangen. In 1715 bleek, dat deze toren vijftien Alkmaarsche duimen naar het Westen overhelde, doch men slaagde er toen in, met behulp van vijzels, den toren weer recht te zetten. Tot 1713 werd er in Alkmaar Vrijdags en Zater dags kaasmarkt gehouden; daarna alleen des Vrijdags. De kaas werd toen, niet zooals tegen woordig, in kaasfabrieken, maar nog door den boer op de boerderij, vervaardigd. Een deel van den aanvoer mocht in het Waaggebouw verkocht worden en de boeren gaven daaraan zoozeer de voorkeur, dat zij reeds Donderdagsmorgens 10 uur, wanneer de deuren van het Waaggebouw daarvoor open gingen, met hun helpers drongen om hun kaasdekken neer te leggen, want wie daarin de eerste was, had de plaats veroverd. Het marktbeeld. Tot 1887 bleef dit beeld onveranderd. Daarna mocht er binnen het gebouw geen kaas meer worden opgesteld. De Alkmaarsche kaasmarkt en het stadsbeeld waren in den tijd, toen de kaasbe reiding nog op de boerderij geschiedde, heel wat kleuriger, dan dit thans het geval is, nu er fabrie ken zijn, die alleen al met een vijf duizend kaasjes ter markt komen. Een dergelijke aanvoer toch werd vroeger vertegenwoordigd door een 25-tal boeren, die ieder met hun kaaswagen, met een paard bespannen, in de stad kwamen. De boerin nen, toen nog in Noord-Hollandsch costuum, kwa men mee om hun inkoopen te doen en wie iets meer wil weten over de kleurige bedrijvigheid uit die dagen, leze er de Camera Obscura nog eens op na van onzen onvergetelijken Nicolaas Beets, wiens honderdste geboortedag wij over twee jaar zullen gedenken. Sinds de fabriekmatige kaasbereiding is het marktbeeld zeker niet ten gunste veranderd. Het gebrek aan vetten in de oorlogsjaren heeft de markt ook geen goed gedaan. Dit toch was oor zaak, dat de kaas niet meer werd geolied, waar door men in plaats van de glanzende, goudgele kaashallen een grauw, groezelig product op de markt ziet verschijnen. Toch neemt dit alles niet weg, dat de Alkmaarsche kaasmarkt nog een mooi stuk historie vertegenwoordigt, dat wij niet gaarne zouden zien verdwijnen, overtuigd als wij zijn van de groote waarde daarvan voor het toerisme naar ons land en voor de bekendmaking van het pro duct in het buitenland. Wij hopen, dat de Alkmaarsche Commissie, die zich ten doel heeft gesteld, althans in het ieis- seizoen de kaas weer geolied op de markt te krijgen, succes zal hebben.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Bergensche bad-, duin- en boschbode | 1937 | | pagina 5