algemeen gelezen en gewaardeerd als heden ten
dage. Zoo hoorde Magnus, een vriend der Men
delssohn's, in 1843 in een Berlijnsch ^cafè een
dispuut van eenige „elegante jongelui" (zooals
Fanny Mendelssohn ze in een brief noemde) over
de vraag, wie nu eigenlijk de schrijver van het
stuk was, Shakespeare of Tieck (een mede
werker aan de uitgave van de Duitsche vertaling,
onder wiens leiding Shakespeare's werk was opge
voerd). Ja, één hield vol, dat Shakespeare het in
het Engelsch vertaald moest hebben! Ook stootten
velen zich aan de grappen van de werklui en
vooral aan den ezelskop. Zoo moest Mendelssohn
aan het Pruisische Hof van een hooggeplaatst ho
veling de opmerking slikken: „Hoe jammer, dat U
uw wonderschoone muziek aan zoo n onbelangrijk
stuk verknoeid hebt!" Voor den componist, die
toen vier en dertig jaar was, was ditzelfde stuk
echter zoo belangrijk geweest, dat het hem al de
jaren sedert zijn jeugd geboeid had. Op verschil
lende leeftijden had hij met zijn familie alle rollen
gelezen van Erwtenbloesem tot Hermina en He
lena. Zijn zuster Fanny verteltlater, hoe zij volko
men met den Midzomernachtdroom waren
opgegroeid. De eerste kennismaking met het werk
had hem echter alleen tot de zoo beroemd gewor
den Ouverture aangezet, waarin op meesterlijke
wijze de sprookjesstemming van het stuk wordt
opgeroepen. Tot deze gelukkige inspiratie werkte
zijn omgeving (en dit is i. v. m. de Bergensche
opvoeringen zeker van belang) wel uitermate mee.
Sedert een jaar toch woonde de familie in een
prachtig heerenhuis in de Leipzigerstrasze Nr. 3.
Achter dit huis nu was een uitgestrekte tuin, of
zooals de moeder van Felix het beschrijft: „een
waar park, met mooie boomen, een stuk veld,
grasperken en een hoogstaangename zomerwo
ning". De mooie zomer van 1826, deze sprookjes
achtige sfeer van den tuin, het stuk zelf, dat alles
moest een gevoeligen jongen inspireeren tot dit
onvergankelijke werk. Nog in hetzelfde jaar be
werkte hij het voor piano vierhandig en speelde
hij het met Fanny voor den beroemden Moscheles.
Het verbreidde zich snel door de concertzalen.
Als de twintigjarige componist in 1829 in Londen
is, staat zijn Ouverture als eerste nummer op het
programma.
Wonderlijk genoeg heeft Mendelssohn het al die
jaren bij zijn Ouverture gelaten. Totdat in 1843
de Pruisische koning, na de mislukte opvoering
van „Medea", den „Midzomernachtdroom" onder
Tieck wil laten opvoeren. Voor deze opvoering in
October schrijft Mendelssohn de volgende twaalf
nummers, die de tegenwoordige partituur bevat.
Een levendige beschrijving ervan geeft Fanny aan
haar zuster (Zie: „Die Familie Mendelssohn", door
S. Hensel)". Als eerst het tooneel bij den fijnen
Marsch door hen (de Elfen) gevuld wordt, is het
werkelijk een tooverachtig oogenblik. Het mooiste
echter in het heele stuk, het eenige dat op mij bij
het lezen geen enkele keer zoo'n aangrijpenden
indruk gemaakt had, is de laatste scène nadat het
Hof zich met den prachtigen Huwelijksmarsch
verwijderd heeft, die nu al zachter en verderweg
klinkt en plotseling in het thema van de Ouver
ture valt, terwijl terzelfdertijd Puck en de Elfen
weer de verlaten ruimte betreden ik zeg je, dat
is om te huilen zoo mooi. De tusschenspelen zijn
ware meesterstukken en werden in de grootste
volmaaktheid uitgevoerd. Nog nooit heb ik een
orkest zoo pianissimo hooren spelen. De drie mid
delste bedrijven zijn slechts door muziek geschei
den; het doek valt niet, na het tweede komt een
wonderschoon stuk, dat het zoeken van Hermina
naar Lysander uitdrukt, en dan plotseling in de
dwaze Burleske omslaat, terwijl gelijkertijd op de
hoogte in het bo'sch de handwerklieden verschij
nen, die door hun uitgelaten manier van doen hun
waardeering voor het mooie der natuur uitdruk
ken; dat is een onweerstaanbaar bespottelijk
moment".
De muziek, die Felix Mendelssohn bij
Shakespeare's „Midzomernachtdroom" schreef, is in
den loop van de laatste eeuween onmisbaar deel
bij de opvoering ervan geworden, ze valt er niet
van weg te denken, evenmin als de muziek van
Bizet bij Daudets „L'Arlésienne" en van Grieg bij
Ibsen's „Peer Gynt". Een nageslacht moge stand
beelden voor hem oprichten en weer neerhalen,
door deze muziek schiep Mendelssohn zelf een
monument, dat onvergankelijk is.
JAN BOUWS.
Nieuwsberichten.
TENTOONSTELLINGEN
EN DE BERGENSCHE SCHILDERS.
In Bergen wordt thans wel op veelvuldige wijze
gelegenheid geboden met de kunst kennis te
maken.
Daar is allereerst de expositie in de buitenge
woon fraaie kunstzaal van den heer P. Boender
maker, den verzamelaar van moderne kunst, die in
Februari van dit jaar, ter gelegenheid van zijn
60en verjaardag, van den minister van Kunsten en
Wetenschappen de hoogste ondei scheiding welke
voor kunst in ons land wordt toegekend, mocht
ontvangen.
Een bezoek aan deze kunstzaal, onder voorlich
ting van den heer en mevrouw Boendermaker, laat
steeds een prettigen indruk achter.
De expositie omvat ditmaal werk van den heer
C. Boendermaker, een jeugdig kunstenaar, die ze
ker een eigen plaats inneemt. Op verzoek wordt
ook werk van andere kunstenaars getoond.
Aan den Lijtweg 16a exposeeren mevr. Mole
naarVerkerk en Jaap Sax hun schilderijen, die
eveneens belangstelling verdienen. Mevr. Mole
naarVerkerk is een artiste, die voor enkele ja
ren, onder invloed van wijlen haar echtgenoot, zich
op de schilderkunst wierp en om haar bijzonder
talent de bewondering van velen verwierf.
Jaap Sax is een jeugdig levensschilder, die
krachtens zijn werk meer naar de nieuwe zake
lijkheid overheid, maar toch de natuur niet ver
waarloosd.
In de Hoflaan exposeert de kunstenaar Viëster,
die zich dit jaar voor het eerst in Bergen vestigde,
Zijn werk vertoont goede kwaliteiten en bewijst,
dat men hier met een artist te doen heeft.
In „De Rustende Jager", ingang Karei de Groo-
telana, exposeert voor de negende maal in Bergen
de kunstschilder F. Kamstra, die deze week de
voldoening smaakte, dat het door hem vervaardig
de geslaagde portret van mevrouw de Boervan
Rijk, in haar succesrol „Kniertje", voor den Stads
schouwburg te Amsterdam werd aangekocht. Ge
durende de tentoonstelling blijft het werk in
Bergen.
D. H. W. Filarski, een van de beste vertegen
woordigers van de Bergerschool, die vooral om
zijn zoo krachtige buitenlandsche landschappen en
zijn rake stillevens een belangrijke eigen plaats in
ons land ineemt, exposeert eenige van zijn belang
rijke doeken in het Hotel Stroomer te Bergen aan
Zee. Ook de door hem vervaardigde stillevens ge
tuigen van de kracht van een rasartist.
In het Dr. Dekkerhuis exposeert de Berger
kunstenaar J. Ponstijn de door hem vervaardigde
schilderijen. Vooral de aquarellen en stillevens van
dezen ernstigen kunstenaar vragen om de juiste
compositie en kleur de belangstelling van de in
kunst belangstellenden en die belangstelling ver
dienen zij ten volle. De beelhouwer C. Messia
exposeert beeldhouwwerk.
Een in Egmond woonachtig kunstenaar, E. J.
Bowien, die zich bijzonder tot het duinlandschap
voelt aangetrokken doch ook geslaagde crayon
portretten van bekende personen vervaardigde,
exposeert in den kunsthandel van den heer P.
Hopman. Een kennismaking met het werk verdient
ongetwijfeld aanbeveling.
Met vreugde zullen velen voorts den bekenden
mede-grondlegger van de Bergensche school, den
heer Matthieu Wiegman, dit seizoen weer in Ber
gen hebben waargenomen.
Matthieu Wiegman, die in onze dreven zijn be
langrijkste werk vervaardigde, weet de sfeer van
het Bergensche landschap zoo juist te treffen en
werkt dit seizoen in zijn atelier aan de Princesse-
laan, waar hij zeker belangstellenden zal ontvan
gen. Wie op minder officiëele wijze met zijn werk
kennis wil maken, brenge eens een bezoek aan de
dancing van ,De Rustende Jager", waar ter versie
ring een 20-tal belangrijke van een zonnig impres
sionisme getuigende schilderijtjes hangen.
De Bergensche schilder Graadt van Roggen, die
ter gelegenheid van zijn 70sten verjaardig in het
Stedelijk Museum zijn succesvolle overzichtsten
toonstelling van zijn werk hield, zal ongetwijfeld
in zijn zoo pittoresk gelegen atelier aan den Not-
weg kunstbelangstellenden ontvangen.
Charly Toorop, die in de Nederlandsche kunste
naarswereld een geheel eigen plaats veroverde,
werkt momenteel hard in haar atelier „De Vler
ken" aan den Buerweg. Wij werden in de gelegen
heid gesteld kennis te nemen van haar laatste
werk. Een belangrijk doek, waaraan zij reeds
maanden werkt, is dat wat zij in opdracht van het
Bomans-Museum te Rotterdam maakt en waarop
zij verschillende kunstenaars van onzen tijd uit
beeldt. Dit doek mag om de innerlijke weergave
van deze persoonlijkheden ongetwijfeld een levens
werk worden genoemd. Bij een bezoek aan de
Frans Hals tentoonstelling in Haarlem werden wij
onwillekeurig aan dit werk herinnerd. Dit is werk
dat men nimmer vergeet. Ongetwijfeld zal deze
artiste, op vooraf gedaan verzoek, kunstbelang
stellenden wel de gelegenheid geven met dit werk
kennis te maken. Dit zal ook wel het geval zijn
met den Bergenschen beeldhouwer Tjipke Visser,
die in zijn atelier aan de Zuidlaan werk van ver
schillende belangrijke opdrachten, die hij na zijn
zoo de aandacht trekkende tentoonstelling van
zijn werk in het Stedelijk Museum te Amsterdam,
ter gelegenheid van zijn 60sten verjaardag, mocht
ontvangen
B. Essers, onze belangrijkste grafische kunste
naar, werkt momenteel hard aan kinderportretten.
Sinds de kunstenaar vader is van een paar schat
ten van kinderen, is hem de schoonheid van de
kinderziel geopenbaard geworden. Zijn kinderpor
tretten zijn daardoor een belangrijk bezit. Ook hij
zal, op vooraf gedaan verzoek, wel bezoekers ont
vangen.
Jan van Herwijnen, de Nederlandsche luminist,
de man wiens werk op geen belangrijke nationale
tentoonstelling ontbreekt (wie is geen bewonderaar
van zijn knappe stillevens) werkt in zijn atelier
aan den Lijtweg en zal eveneens ongetwijfeld het
op prijs stellen, waneer waarachtige kunstbelang-
stelenden te kennen geven nader tot zijn werk
gebracht te willen worden.
In het Oranje-Hotel is men in de gelegenheid
kennis te maken met het bijzonder fijne werk van
Gern de Jong, wiens roode krijtteekeningen reeds
kunstwerken zijn.
Kasper Niehaus, de schilder-criticus, die zich in
het oude dorpshuis tegenover de R. K. kerk ves
tigde en die als schilder onder de modernen een
afzonderlijke plaats inneemt, mag in dit lijstje van
Bergensche kunstenaars niet ongenoemd blijven.
Wij veronderstellen, dat ook hij het zal waar-
deeren wanneer hem het verzoek bereikt met zijn
werk kennis te maken.
Met Jaap Weyand, onze bekende glas in lood-
schilder, die evenwel ook belangrijke schilderijen
maakte en regelmatig werkt in zijn atelier aan
den St.-Anthoniestraat, is dit wel eveneens het
geval.
Van Ten Holt, de bijzonder eenzaam en moei
zaam werkende kunstenaar aan de Doorntjes be
hoeft dit niet te worden verwacht. Wij willen ech
ter deze opsomming niet besluiten, zonder ook
hem te noemen, aangezien hij zonder beding onder
de besten mag worden gerekend.
DE BADBODE-FOTO-WEDSTRIJD.
Foto-amateurs verwijzen wij naar de voorwaarden
van den Badbode-Foto-Wewstrijd, voorkomende
in dit nummer. Aan dezen wedstrijd zijn belang
rijke prijzen verbonden.
Voor 5 jaar, toen wij een dergelijken wedstrijd
uitschreven, namen 47 amateurs-fotografen aan
den wedstrijd met 170 foto's deel.
Ditmaal worden tien prijzen beschikbaar ge
steld. Tot nog toe is het aantal ingekomen inzen
dingen zeer gering, waarom wij nog eens met na
druk opwekken tot deelname. Met weinig moeite
is er met een aardig kiekje een mooie prijs te
vinnen (men leze de voorwaarden).
HET CASINO-KEGELINO.
Nog altijd is de heer C. Boendermaker de hoog
ste gooier met het cijfer 99997 voor den seizoen-
prijs van 100.
Wij zijn echter overtuigd, dat ook de vijf negens
nog gehaald zullen worden.
Zondagavond was één der gasten de gelukkige
winnaar van den specialen avondprijs, een fraaie
ets van Zutfen, beschikbaar gesteld door „De
Badbode
De 10, beschikbaar gesteld voor hem of haar
die het eerst 12345 gooide, is nog niet gewonnen.
Dit blijkt wel zeer moeilijk en daarom wordt voor
a.s. Zondag een extra prijs van 10.beschik
baar gesteld voor den hoogsten worp van den
avond.
Voor de V. V. V. en de beide middenstands
organisaties, die het Casino-Kegelinospel in Bergen
organiseerden, stemt het tot voldoening, dat deze
avondafleiding door de gasten hoogelijk wordt
gewaardeerd.
De winnaars blijken zeer ingenomen met de
waardebons, die in alle café s en pensions, als
mede bij de winkeliers in Bergen in betaling wor
gen aangenomen.
Het merkwaardigste is, dat de V. V. V. voor
Bergen een nieuw betaalmiddel heeft geschapen.
Alleen de winkeliers, caféhouders en pensionhou
ders hebben het recht de door hen in betaling
aangenomen bons, bij den kassier in te wisselen.
Daartoe bestaat iederen avond van 7.30 tot 8 uur
in het Casino-Kegelino gelegenheid.
PESIE'S NATUURBAD.
Een ieder, die van Alkmaar naar Bergen gaat of
omgekeerd, wordt ter hoogte waar vroeger het
Tolhek stond, getroffen door een groot wit ge
schilderd bord, dat boven op een zomerpaviljoen
is aangebracht en waarop men met groote letters
„Pesie's Natuurbad" kan lezen.
Wat vindt de nieuwsgierige en belangstellende
badgast nu achter het groene loover daar ter
plaatse en wat is in dit verband van belang te
weten?
„Pesie's Natuurbad" behoort zonder eenigen
twijfel tot de fraaiste en modern geoutilleerde na
tuurbaden in ons land, hier is niet alleen voor den
zwemmer, doch voor ieder, die houdt van zon,
licht en leven, een lustoord tot stand gebracht, dat
terecht met warme belangstelling mag worden
aanbevolen.
En juist in een zomer, waarin de echt-warme
zonnedagen helaas uitzonderingen zijn geworden
en waarin het echte strandleven slechts sporadisch
voorkomt, is een bad als dit een ware uitkomst.
Immers, zij die van zwemmen houden, vinden in
Pesie's bad daartoe een unieke gelegenheid. Een
groote, wijde plas van het helderste water ligt
daar te zijner beschikking en niets is nagelaten om
het den zwemmer zoo gerieflijk mogelijk te maken.
Men vindt er de prachtige springplanken, de
attractieve glijbaan, het doel om het waterpolo-
spel te beoefenen, men treft er aan een vaste 50 M.
baan voor wedstrijdzwemmen, kortom, dit bad kan
wedijveren met alle natuurbaden hier te lande.
De hygiënische verbeteringen, welke in Pesie s
had zijn aangebracht, zullen haar weerga niet spoe
dig vinden; voor de hygiëne is het hoogste peil
bereikt.
Een uitgebreid zonnebad, een uitstekend sport
veld met vele turntoestellen, een prachtig restau
rant op een verhoogd gedeelte, van waaruit men
een rijk overzicht heeft over het Hollandsche pol
derlandschap, de inrichting van de wisselcabines
en de zoo bij uitstek deskundige leiding, zij alle
maken dit bad tot een juweel van de zuiverste
orde.
Na bovenstaande beschrijving, welke enkel en
alleen gegeven is om de badgasten objectief van
voorlichting te dienen en om hen te wijzen op de
waardevolle bezittingen in Bergen, zal het voors
hands onnoodig zijn, een bezoek aan dit bad nader
aan te bevelen.
DE TENNISBANEN AAN DEN KRUISWEG.
Het is ons gebleken, dat verschillende gasten de
nieuwe tennisbanen aan den Kruisweg, waarover
wij in het vorig nummer schreven, moeilijk kunnen
vinden. Ter nadere aanduiding deelen wij mede,
dat de toegangsweg voor deze banen zich bevindt
op dat gedeelte van den Kruisweg, vlak tegenover
de achterzijde van de Uloschool aan het Beemster-
park.
Een leerares van Eilers' Tennispark te Amster
dam is hier voortdurend aanwezig.