Acht-en-twintigste jaargang. No. 10. Abonnementjv.v.v. Zaterdag 7 Augustus 1937.
Uitgave van de N.V. Boek- en Handelsdrukkerij v.h. Herms. Coster Zn., Voordam 9, Alkmaar.
REDACTEUR: D. A. KLOMP, NESDIJK 9, TELEFOON 21, BERGEN (N.-H.)
zeewaarts ontstaat. Lieflijk is de zee, wanneer ze
bij helder maanlicht in stille deining haar eeuwig
lied zingt. Fantastisch is de zee, wanneer ze in
donkeren nacht de milliarden phosphoriseerende
beestjes op het strand werpt, waardoor men het
verschijnsel van het lichten der zee krijgt.
Het lichten der zee.
Lang, zeer lang heeft men in de meening ver
keerd, dat het lichten der zee alleen na zeer war
me dagen kon worden waargenomen. Dit is echter
onjuist. Ook in den winter hebben wij vaak de zee
zien lichten. Vast staat, dat men nimmer te voren
zal kunnen zeggen, dat dit 's avonds zal gebeuren.
Telkenmale, wanneer wij des avonds Bergen
aan Zee bezoeken, gaan wij aan den boulevard
even zien of de zee licht, om steeds weer van dit
schoone en wonderlijke schouwspel te genieten.
Nu ons, uit gesprekken met verschillende gasten,
is gebleken, dat velen van hen dit schouwspel nog
nimmer hebben gezien, hebben wij aan 't V. V. V.-
bestuur het voorstel gedaan om op avonden, wan
neer de zee licht, dit in Bergen-Binnen bekend
te maken door op deze avonden aan het V. V. V.-
gebouwtje, naast het postkantoor, een mededee
ling te plakken. Dit voorstel werd in het belang
van het Vreemdelingenverkeer met instemming
begroet, zoodat gedurende de maand Augustus
iederen avond iemand van de V. V. V. te Bergen
aan Zee gaat zien of de zee licht en als dit het
geval is, telefonisch daarvan aan een ander lid te
Bergen-Binnen mededeeling doet, die er oogen-
blikkelijk voor zorg draagt, dat de publicatie
wordt aangeplakt.
Wie dus 's avonds om 10 uur deze mededeeling
leest en het lichten der zee wil zien, begeve zich
dan onmiddellijk naar zee, vanwaar hij nog per
laatste tram om 8 minuten voor half twaalf naar
Bergen-Binnen kan vertrekken. Een tram-retourtje
kost slechts 0.25, zoodat de kosten zeker niet
hoog zijn. Wanneer men met meerderen een taxi
neemt, zijn de kosten trouwens niet veel hooger.
Hoe ontstaat het lichten der zee?
De voornaamste lichtgevers zijn de diertjes van
het „plankton". Het was de geleerde Johannes
Muller, die het eerst de kleine en de kleinst leven
de organismen van de groote zee onderzocht door
met een gazen net het water van de lichtende
oppervlakte te zeven. De dierjes, die hij bij die ge
legenheid ontdekte, noemde hij „plankton", een
naam, die spoedig in alle talen burgerrecht ver
kreeg.
Het grootste gedeelte van dit „plankton" be
staat uit larven en diertjes, die in volwassen toe
stand tot den „Benthos" de op den zeegrond
vastzittende of op den bodem kruipende dieren
behooren, doch vóór dien tijd frank en vrij in het
water rondzwemmen. Zij zijn meestal glashelder en
doorzichtig, zoodat de lichtstralen ongehinderd
door hun lichamen gaan.
Vaak hebben zij daarbij een blauwe kleur en
het blauw van de „Physalia" en Vellela" b.v. wed
ijvert met het azuur van het zeewater. Bij vele
Plankton-diertjes zijn de oogen en de uitmonding
van den darm van een zilverwit overtrek voor
zien, dat als zacht sterrenlicht glinstert in het
water.
In verband met de doorzichtigheid yan de meeste
Plankton-diertjes staat de teerheid en de water
rijkdom van hun weefsel. Een „Centus veneras"
van 100 gram krimpt op het droge, tot lichaampjes
van 3 gram samen. Al het andere was water.
Daardoor bezitten de Plankton-diertjes ongeveer
hetzelfde soortelijk gewicht als zeewater, waarin
zij zich bewegen en door hun kracht en zwem-
blaasjes kunnen zij zich op elke diepe van den
Oceaan ophouden. Een kleine samentrekking van
de luchtblaas is voldoende om het diertje dadelijk
zwaarder te maken en langzaam in dieper water te
doen zinken, zoodra het te heet of te stormachtig
wordt aan de oppervlakte.
Doch rust in den nacht de zee, dan komen de
kinderen der diepte weer boven en elk hunner
brengt zijn zachte licht mede, waardoor de zee in
duizenden glanzen gaat fonkelen.
Deze milliarden, voor het bloote oog onzicht
bare diertjes, rollen door de golven ook op het
strand, waardoor, als men zijn voet in het natte
zand drukt, om den voet phosphoriseerend licht
ontstaat. Neemt men een glas van dit zeewater
mee naar huis, dan zal dit in een donkere kast of
kelder nog geruimen tijd licht geven.
Men moet échter de als slangen voortschuife-
lende lichtende golven met eigen oogen hebben
aanschouwd om begrip te krijgen van den onver-
getelijken indruk die ze achter laten.
De zee, de eeuwig schoone.
Geen vrouw leed liefde zoo gelijk bewogen
In drift, als ik de zee: zijn ademtocht
Houdt mij beurt'lings bukkend en opgetogen,
Geen man heeft machtiger zijn bruid bezocht.
J. SLAUERHOFF BOEGBEELD.
Tal van dichters hebben bij het aanschouwen
van de zee zich nader tot de eeuwigheid gevoeld
en zij hebben de grootheid van de steeds veran
derlijke bezongen. De een bezong de zee als het
spiegelende watervlak, de ander gevoelde zich
etrokken door de geweldigheid van de branding
ij storm, een derde bezong de mysterieuse kleu
renpracht van de ondergaande zon aan zee en
een vierde de eeuwige deining, de strak blauwe
lucht, of de voortjagende wolken, die aan den
einder vaak één worden met de groote water
vlakte.
De te vroeg ontslapen dichter J. Slauerhoff had
de zee wel bovenal lief. Wanneer hij niet als
scheepsdokter den Oceaan bevoer, dan vertoefde
hij bij voorkeur te Bergen aan Zee, waar hij zich
met zijn dichtersziel aan bespiegelingen overgaf en
het beste van zijn werk tot stand kwam. Zijn
vrienden, die zich bezig houden met de verzor-
ing van de volledige uitgave van zijn werk, heb-
en dan ook in ernstige overweging genomen, om
te Bergen aan Zee, met het gezicht naar de zee
gekeerd, een borstbeeld van dezen zanger van de
zeer op te richten.
Er zijn menschen, die het geen uur aan zee
kunnen uithouden en niet begrijpen, hoe anderen
daar in zalig nietsdoen uren kunnen toeven. Zij
gunnen zich geen tijd, om de rust en de sterkte
gevende invloed van de zee over zich te laten ko
men. Zij komen om de zee te zien en vertrekken,
om weer wat anders te zien, zonder in werkelijk
heid de zee te hebben aanschouwd.
De zee in zijn eeuwigdurende deining is iederen
dag anders. Het spel van de ondergaande zon in
de wolken boven de zee is van een universeele
schoonheid. Mysterieus zijn in den donkeren nacht
de lichtjes op zee van de voorbij varende schepen.
Machtig is de zee, wanneer de met schuim bedekte
golven op het strand beuken, vaak stukken duin
wegslaande en alles vernielende, wat op haar weg
komt. Gevaarlijk is de zee, wanneer bij een
krachtigen landwind en ebstroom een sterke trek