A. E. ROMENY,
„Bergenstiie Bad-, Duin- en BoschMe"
TWEEDE BLAD,
Bergen, voorportaal van
het vacantie-paradijs.
BERGENSCHE
DROGISTERIJ
De vogels trekken
Boerderij aan den rand der duinen, Bergen.
28e Jaargang, No, 13,
van ZATERDAG 28 AUG, 1937,
Neen, moderne globetrotters, dat trammetje met
het geitebelletje moet niet weg. Als men er de
trekschuit voor in plaats kon stellen, moest men
het geen dag langer vertragen.... Want dit is
het geheim van deze schoone dreven: wie hier als
overwerkt stedeling binnenvalt, komt binnen 24
uur weer tot bezinning.
Bergen biedt voor den meest verwenden va-
cantieganger een comfort zooals men maar zelden
aantreft. Van zee, bosch, duin, ja zelfs van hei
valt hier te profiteeren en wie daarin direct geen
keus kan doen, doet goed nog 24 uur zijn zenuwen
rust te gunnen.
Dat het zoo moge blijven tot in lengte van ja
ren! Vrijheid beteekent hier in dubbele mate blij
heid, waarvoor het publiek buitengewoon erkente
lijk is. Want sporen van bandeloosheid zijn ner
gens zichtbaar. Hoe langer men in Bergen vertoeft,
des te grooter waardeering krijgt men voor den
leider van den dienst, onder wiens toezicht dat
onmetelijke complex van bosschen, lanen, paden,
beplantingen en kunstwegen ressorteert.
Bergen moge als dorado voor schilders en dich
ters zijn begrijpelijke aantrekkingskracht hebben,
voor bewonderaars van architectuur is het niet
minder bekoorlijk. 100 villa's en landhuizen: 100
stijlen, waaronder tal van pronkjuweelen achter en
in het groen schuil gaan.
De generatie die de algemeene lijnen voor Ber
gen's groei heeft uitgestippeld, bekeek de zaken
niet van den smallen kant. „Ruimte" is hier geen
ijl begrip. Het uitbreidingsplan is er op berekend
Bergen zijn eigen en eenig karakter te doen be
houden: aan de toekomst van dit ongemeen-aan-
lokkelijk rustoord behoeft dan ook nauwelijks ge
twijfeld te worden.
Waaraan de burgerij, de eigen gezeten burgerij,
dan ook stellig gelooft. Zou dat niet zoo zijn,
welke geheimzinnige drijfveren vormen dan de
verklaring voor al dat onbaatzuchtig streven door
j een toegewijde V. V. V. gedemonstreerd?
Het Stuifduin,
Dan is-ie er! Eenmaal opgenomen in de lande
lijke fseer van een omgeving, waarvan onder alle
weersomstandigheden te genieten valt, waant men
zich als in het Voorportaal van een Vacantie-
paradijs wijl niets op dit ondermaansche vol
maakt kan zijn.
Het knus-intieme dorp heeft zijn aparte beko
ring. De minutieus-gereglementeerde, zoo juist ge
arriveerde stadsmensch is aanvankelijk geneigd
het leven zooals het hier reilt en zeilt met een cri-
tisch oog te beoordeelen. Hoe gevaarlijk is die
lommerrrijke Breelaan en hoeveel dooden zouden
er per dag uit de nauwe Dorpsstraat gedragen
moeten worden? Wat een gewriemel en gekrioel
op de kruispunten
En toch, hoe vlug is men in deze gemoedelijke
dorpsbranding opgenomen. Geen hinderlijke orde
bewaarders, die zich met hun volle gewicht op de
stopstreepen werpen: de vacantieganger wordt hier
als gast beschouwd, wien geen stroobreed in den
weg gelegd moet worden. Het befaamde artikel
461 wordt in Bergen's dreven meer als boeman
■met preventieve antecedenten uitgehangen; het
instituut van verstoppertje-spelende boschwachters
is ook nog onbekend. De wandelaar kan zijn hart
•met recht ophalen. Op zijn weg wordt hij nergens
weggetoeterd, over de teenen gepeddeld of door
een rossinant gehinderd. Zoolang hij het goede pad
bewandelen blijft, is hij zeker van zijn leven: de
wielrijder, pikeur, en automobilist kunnen öok
redelijke wenschen koesteren.
rgen aan Zee.
Met welk een enthousiasme, durf en doorzet
tingsvermogen wordt hier dag aan dag voor ver-
poozing van den tijdelijken inwoner gezorgd; Het
kan niet anders of het bestuur moet zich gedragen
en gestuwd weten door de geheele, op de vreem
delingen ingestelde bevolking, Men is hier
Bergenaar èn V. V. V.-er. Wie het zonder dit laat
ste meent te kunnen stellen, miskent doel, aard
en wezen van de streek die hij tot woonplaats
koos. In de paar weken hier doorgebracht, nam ik
met stijgende bewondering nota van hetgeen voor
de gasten wordt uitgewerkt. Geen week zonder
attractie, geen maand zonder nieuwe plannen. Die
uitgevoerd worden ook. zij het soms met scha,
doch niet met schande. Een model-V. V. V., die
ongetwijfeld mede het troetelkind van de plaatse
lijke overheid zal zijn.
Ook Bergen zal zeer zeker zijn schaduwzijden
hebben. Doch hij, die tijdelijk in deze landouwen
vertoeft, vindt slechts den zonnigen kant van dit
door de natuur zoo rijk bedeelde gewest in een
keur van hotels en pensions, waarover alom met
lof gesproken wordt. Geen moeite is den
hoffelijken gérants teveel om de gasten een zoo
gunstig mogelijken indruk van hun keukens en
huiselijke gezelligheid mede te geven. En wat
sterk treft: Bergenaren voelen zich geen eiland
bewoners! Zij attendeeren hun gasten met nadruk
op de ongerepte schoonheid van Schoorl's omge-
APOTH.-ASSISTENTE.
Telefoon 109.
BREELAAN 17, BERGEN (N.-H.)
ving, Camperduin en de attracties van het nabije
Alkmaar, in het besef dat slechts door wisselwer
king vreemdelingenverkeer op de beste wijze be
vorderd wordt.
Het idyllisch gelegen Bergen aan Zee, over
ideale toegangswegen bereikbaar, doet dagelijks
duizenden strandwaarts trekken. En geen wonder.
Hier is een splinternieuw dorp in opkomst, dat met
zijn riant gebouwde villa's behoorlijke perspectie
ven biedt. Ook hier wordt met ruimen blik aan de
toekomst gedacht en treft de groote mate van vrij
heid die in de onafzienbare duinenrij geboden
wordt.
Indien het waar is dat één dag aan zee, een
maand gezondheid oplevert, dan wil dit geenszins
zeggen dat men in Bergen met 14 dagen „dus" uit-
gekuurd is. Het propere en keurige geordende
strand lokt veeleer tot een kwartaalsverblijf.
Zoo biedt Bergen voordeelen aan alle zijden.
Mede dank zij een vooruitstrevenden middenstand,
wordt den inwoner een service geboden waarop
menig stedeling jaloersch kan zijn en al deze fac
toren tesamen vormen een gezonde basis waarop
rustig kan worden voortgebouwd. In figuurlijken
doch ook in letterlijken zin. Want hoelang zal het
nog duren dat het befaamde spaarbankboekje door
Bergen's burgervader aan den 10.000sten inwoner
zal worden uitgereikt?
Want:
„De stam die voor 't gemeenebest,
Zich zeiven uitdeelt bij zijn leven,
Word noch, gelijk van outs bevest
En in zijn takken hoogh verheven".
(Joost van den Vondel).
J. J. DINKELBERG.
Koog aan de Zaan.
Hier en daar zitten, als de eerste grijze haren
reeds enkele gele bladeren in 't overigens nog ge
heel groene bosch. Bij eiken windstoot dwarrelen
ze als een motregen naar beneden en bedekken
den bruinen grond met een kleurig tapijt.
Als stille getuigen van den herfst komen door dit
bladertapijt de paddestoelen, in al hun variaties.
De lijsterbes is versierd met roode bessen tus-
schen 't reeds gele loof. Het is een geschetter van
belang in een beetje zwaar beladen boom, spreeu
wen en lijsters eten zich er vol. Met groote groe
pen komen de spreeuwen het bosch afstreunen,
elke boom wordt geplunderd. Ook de insecten,
welke een dankbaar voedsel vormen, worden niet
versmaad. Want verandering van spijs doet eten.
Boven ons vliegen groepen kieviten en wulpen
over, op hun laatste proefvlucht voor den grooten
tocht naar 't zuiden; de vogels voelen den winter
naderen.
Aan 't strand passeeren als kleine silhouetten
tegen 't licht van de ondergaande zon, groote
groepen vogels. Vroolijk roepen ze elkaar toe op
hun tocht.
Overzee, haast niet van 't water te onderschei
den, slierten als zwarte streepen de ganzen en
eenden voorbij. Hoog in de lucht zien we de
V-vormige vluchten ganzen met rustigen slag
voorbij vliegen.
Snelle pluviertjes, strandloopers en andere
soortgenooten komen langs de vloedlijn aan-
lawaaien, hier en daar ploffen ze met een ruk op
't strand om voedsel te zoeken. Snel draven ze een
paar meter af, om dan weer hun tocht voort te
zetten.
Het zijn alle nog vroege trekkers. Straks als de
bonte kraai z'n roep over 't strand laat hooren, een
roep waar je den winter invoelt, als de mantel
meeuw weer terugkomt uit 't noorden en een trou
we gast van de kust wordt, dan gaat 't pas span
nen.
Het is dan een wilde jacht naar het zuiden. Met
groote wolken passeeren de spreeuwen, vinken en
leeuweriken, scherend over de lage duintoppen
van 't binnenduin.
Het pie-oewit van de kieviten langs de kust
strook is dan niet van de lucht. Alle vogels doen
net als de menschen ofde menschen doen net
als de vogels, ze zoeken 't zuiden.
Als 's avonds door 't donker het geroep van de
vogels klinkt, dan vertellen ze steeds opnieuw het
oude verhaal, dat weer een zomer voorbij is en de
winter nadert.
GOB Z,
Bergen, Aug. 1937.