Dertigste jaargang. No. 7. Zaterdag 15 Juli 1939. Abonnementsprijs 2f f 1.— voor leden der V.V.V. Uitgave van de N.V. Boek- en Handelsdrukkerij v.h. Herms. Coster Zn., Voordam 9, Alkmaar. REDACTEUR: D. A. KLOMP, NESDIJK 9, TELEFOON 2039, - BERGEN (N.-H.) EERSTE BLAD. Woensdag 19 Juli naar het Openlucht-theater. Opvoering van het historische spel „Uit het leven der Oranjes". Een volk, dat zich voor eigen historie niet interesseert, is zijn zelfstandigheid niet waard. Tijdens het 40-jarig regeeringsjubileum van H. M. de Koningin voerde het gezelschap ,,De Vereenigde Haagsche Spelers", leider de heer Pierre Balledux, op het Binnenhof te den Haag eenige malen voor het huldigingscomité op het historische spel in vier tafreelen van Ben van j IJsselsteyn. De Nederlanders hebben zich steeds door een groot vrijheidsgevoel gekenmerkt. De 80-jarige vrijheidsstrijd, onder leiding van de Oranjes, tegen het toen zoo machtige Spanje, heeft een gunstige stempel op ons volk gezet en juist in dezen tijd van wereldontwrichting, dringt in breeder schare van ons volk het bewustzijn door, dat de geeste- j lijke vrijheid, door ons volk na zwaren strijd ver overd, een zoo hoog goed is, dat waakzaamheid tegen het verloren gaan van eigen zelfstandigheid geboden is. Ieder Nederlander met een warm kloppend hart heeft, vooral in zijn jeugd, groote belangstelling voor onze geschiedenis getoond en innig medege leefd met den strijd door onze vaderen, onder leiding van Willem van Oranje gevoerd. Ouder geworden, hebben velen begrepen, dat men der vaderen strijd het beste eerde, door den strijd voor de vrijmaking van den mensch en het recht te blijven voeren, ook tegen eigen heerschers. De tijd waarin wij thans leven brengt hen die nadenkt tot het bewustzijn, dat in den strijd tegen vreemde overheersching een volk één moet zijn. Toen wij voor een 15-tal jaren Dillenburg be zochten en deze stad aanschouwden, die voor een groot deel is gebouwd van de materialen van het eertijds zoo machtige kasteel der Oranjes en de ondergrondsche ruimten en gangen van het voor malige kasteel, waarin maanden lang legers ge huisvest waren, hadden gezien, hebben wij iets begrepen van het geweldige Godsvertrouwen, dat een Juliana van Stolberg, die haar zonen in den vrijheidsstrijd der Nederlanden verloor, moet heb ben bezield. Onder de daar met beton gevulde Oranjeboom hebben wij daar in onzen geest de ontvangst van de nieuwe gezanten door Willem van Oranje bij gewoond en het deed ons goed, dat aldaar in een klein museum, door Nederlandsche bemoeiingen tot stand gebracht, verschillende herinneringen aan dit grootsche verleden bewaard blijven. Van den auteur van het historisch spel „Uit het leven der Oranjes" vinden wij het dan ook juist gezien, dat hij het tweede tafereel op het slot Dillenburg laat spelen. Wij zien daar op een Juni avond in het jaar 1580 Juliana van Stolberg, wier zonen Adolf, Lodewijk en Hendrik in den vrij heidsstrijd der Nederlanden reeds waren gesneu veld, ziek in haar zetel zitten. Haar gedachten tpeven bij haar zoon Willem. Vurig hoopt zij, als moeder, in de laatste dagen van haar leven hem nog eenmaal te zien en te spreken. Terwijl zij over hem met haar gezelschapsdame spreekt, brengt een dienaar een brief van Willem. De gezelschapsdame leest haar den brief voor en dan weet de zwaar beproefde moeder, dat zij Willem niet meer bij zich zal zien. Enkele oogenblikken na het voorlezen van den brief ontslaapt Juliana van Stolberg, de moeder der Oranjes. In het eerste tafreel maken wij kennis met „Leiden's ontzet". Dit speelt in den nacht van 2 op 3 October 1574 in de burgemeesterskamer van het Leidsche raadhuis. Pieter Adriaanszoon van der Werff, Leiden's le burgemeester, ver gadert met den secretaris, den 2en burgemeester en Jonker Jan van der Does. Ziek van honger en ellende houdt burgemeester van der Werff na vijf maanden belegering door de Spanjaarden, stand tegen het drijven van hen die de'stad willen over geven. Een felle beroering onder het volk onder drukt hij door zijn manhaftige woorden. Hij geeft den dapperen van der Does bevel, de Lammer- schans te bestormen. Tot deze wanhoopsdaad behoeft het echter niet te komen, want de storm dreef het water door de doorstoken dijken en maakte het aan admiraal Boisot mogelijk het geteisterde Leiden te ontzetten. Het derde tafereel voert ons naar een ander tijdvak van Neerland's geschiedenis. Wij schrijven 27 October 1688, den dag van het vertrek van den stadhouder Willem III, prins van Oranje en gehuwd met Mary Stuart, dochter van den En- gelschen koning. Zwaar hadden in die dagen de Nederlanders te lijden van de machtsimpulsen, der Franschen en de internationale toestand was zoo zeer gespannen, dat ieder moment een oorlog kon uitbreken. Desondanks onderneemt de prins den gevaarlijken tocht naar Engeland, om daar tegenover den vader van zijn gemalin, die sterk sympathiseerde met het streven van den Fran schen koning Lodewijk, Neerlands vrijheid te bepleiten. Het vierde tafereel speelt in 1813, waarin op 30 Nov. Prins Willem I berooid in Holland terug keert en met jubelende geestdrift door de Sche- veningers wordt ontvangen. De spelers Pierre Balledux, Jan van der Linden, Jules Verstraete, Bert van der Linden, Jos Molenkamp, Cor de Wolf, Dora Hans, Maria van Bergen, Guus Verstraete, Erna BalleduxHaffert, Dina van Lier, zijn een waarborg voor een goede vertolking van dit historische, muzikaal geïl lustreerde costuumstuk. De V. V. V., die het heeft aangedurfd dit kost bare spel in het Openlucht-theater te brengen, verdient dat 19 Juli geen plaats in het Openlucht theater onbezet is. De Scheveningers hebben in 1813 van 17 tot 30 Nov. in barre koude vol span ning aan het strand de komst van Prins Willem I afgewacht. De Bergenaren en de zomergasten mogen zich zeker niet door een eventueel lage temperatuur laten weerhouden, dit unieke histo rische spel bij te wonen en dit te meer niet, omdat men in het in een duinkom gelegen Openlucht theater geen last van de koude heeft. Een goede slaap als schoonheidsmiddel. „Het beste schoonheidsmiddel", zegt een groot Frans schoonheidsspecialist iemand die het wéten kan dus „is een rustige, diepe en lange slaap". Met een lange slaap bedoelt hij dan niet, dat we 's morgens lang moeten slapen, want 's morgens uitslapen maakt volgens hem het gezicht dik en de trekken slap. Neem vóór het naar bed gaan, zoo zegt hij, een warm bad of een glas warm sui kerwater en zorg er voor, dat ge een paar uur vóór middernacht slaapt. Gebruik geen te zware maaltijd en neem geen boeiend boek mee naar bed, want beide verhinderen het inslapen. Om een frisch uiterlijk te krijgen en te behou den, moet men minstens twee maal per week vóór elf uur naar bed gaan, maar éénmaal per week zeker twaalf uur per nacht slapen, dus bijvoor beeld van acht uur 's avonds tot acht uur 's mor gens, zoo'n schoonheidsslaap maakt u jonger, mooier, vroolijker en actiever en belet in veel gevallen het dikworden. Te weinig slaap en onge regelde rusturen verhinderen vaak het goed func- tionneeren der klieren. Na een slapelooze nacht zult u zelf wel eens gemerkt hebb.en, dat uw lichaam minder fit is dan gewoonlijk. Minstens twee .maal per week vroeg naar bed en vroeg op is het béste schoonheidsmiddel, maar het beteekent niet, dat ge dan verder iedere uiterlijke verzorging wel achterwege kunt laten HET TOONEEL VAN HET OPENLUCHT-THEATER.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Bergensche bad-, duin- en boschbode | 1939 | | pagina 1