Victoria-Water
VAMI-ROOMIJS
Het baden en zwemmen in zee.
ECHT NATUURLIJK BRONWATER.
Bezit vele Minerale bestanddeelen, welke zeer gunstig werken op Maag, Nieren en Ingewanden.
Stroomverhoudingen, in verband met wind en
getij, en het karakter van het strand spelen daar
bij een groote rol. Onze raad is daarom: Baadt
alleen onder toezicht. Doe het in ieder geval in
tegenwoordigheid van anderen en begeeft U, ook
al zijt gij een ervaren zwemmer, nimmer te ver in
zee.
Het succes van het zeebad voor de gezondheid
van den bader berust op de prikkelende werking
van het zoute water. De branding oefent een mas-
seerende werking op de huid uit en tenslotte
oefent het zonlicht een gunstigen invloed uit, om
dat dit ook door het laagje water, voor een groot
deel op den zwemmer doordringt. Ziekteverwek
kende bacteriën komen in het zeewater, ook al is
dit door landwinden vervuild, daar, waar geen
rioolsysteem op uitloopt, niet voor.
Men bade of zwemme nooit met een flink ge
vulde maag en evenmin met een nuchtere maag.
De beste tijd voor baden en zwemmen is van 10
tot 12 uur en van 3 tot 6 uur.
Nimmer neme men een zeebad, wanneer men
bezweet is. Komt men fietsend aan het strand,
dan wachte men een kwartier, alvorens in het bad
te gaan.
De landwind gevaarlijk. 30 Juli te
Bakkum vier meisjes verdronken.
Neemt de volgende wenken ter harte.
Het ontzettend gebeuren te Castricum aan Zee,
waarbij vier Amsterdamsche meisjes bij het zwem
men in zee te Castricum om het leven kwamen,
noopt ons tot een maanwoord aan onze lezers. Het
heerlijke strandleven behoeft door dergelijke droe
ve gebeurtenissen niet vergald te worden. Weinig
verbeeldingskracht is er noodig om zich de ellende
voor te stellen van de beide ouderparen die ieder
op een mooien zomerdag hun beide jeugdige doch
ters verloren, omdat zij in de overgave aan blijde
levenslust, de steeds noodige voorzichtigheid uit
het oog verloren.
Voorop zetten wij, dat ieder bader en zwemmer
het verstandigst doet om voor het baden gebruik
te maken van de badgelegenheden, waar men
tegen een gering financieel offer onder toezicht
van ervaren badlieden kan baden. Deze badlieden
toch zijn uitgerust met reddingsmateriaal, kennen
de zee op hun duimpje en waken over het wel en
wee in de golven der Noordzee.
Wie zonder .toezicht in zee wil baden en zwem
men, behoort bekend te zijn met de zee en haar
doen en laten en daarmee rekening te houden.
Eén van de verkeerde meeningen bij het publiek
is, dat- het bij vloed niet gevaarlijk is om in zee te
baden of te zwemmen. Die meening is daarom
verkeerd, omdat vlak bij het strand, dus daar,
waar gebaad en gezwommen wordt, de windkracht
en windrichting in hoofdzaak de stroomrichting
bepaalt. Door den wind wordt hef water in de
windrichting voortgedreven tot een natuurlijke
grens, waarop het evenwicht hersteld wordt door
een onderstrooming.
Het hangt van de kracht van dén wind af of dit
evenwicht zich verder of dichter bij de kust be
vindt. De landwind drijft den bader of zwemmer
in zee en op de grens van het evenwicht wordt hij
door een onderstrooming weer naar de kust ge
voerd. Vandaar, dat betrekkelijk spoedig na het
verdrinken, het lijk van een verongelukte weer op
de kust aanspoelt.
Vooral bij Oostenwind zien wij, wanneer de
wind niet sterk is, aan de kust een troebele zee
met op de grens van de onderstrooming weer hel
der water. Wanneer de landwind zeer sterk is,
dan kan men de grenslijn van helder en troebel
water met het bloote oog moeilijk meer waar
nemen.
Drenkelingen, die bij landwind zeewaarts zijn
afgedreven, krijgen bij het naar de kust zwemmen,
behalve van de zeewaarts gerichte bovenstroo-
ming nog last van het zeewater, omdat dan vaak
de golfjes zeewaarts omslaan. Daarbij loopt men
bij landwind nog het groote gevaar, door kwallen
omarmd te worden. Door een omarming van die
kwallen kan de huid zoodanig aangedaan worden,
dat de omarmde niet meer weet, hoe hij moet han
delen.
Zelfs op den mooisten dag is de zee niet zonder
gevaar. Vaak is zij listig bedriegelijk, vooral wan
neer bij landwinden het zoo kalme zeeoppervlak
bij den oningewijde alle vrees voor gevaar weg
neemt.
Groot, bedroevend groot is ook het aantal der
genen, die slachtoffer van dé verraderlijke zee-
stroomingen zijn geworden; die naar zee getrok
ken zijn en niet konden worden gered. Lang niet
altijd zijn die ongevallen aan bepaalde roekeloos
heid te wijten. Veel meer aan onwetendheid, aan
onbekendheid met de gevaren, die den bader en
den zwemmer kunnen bedreigen.
Verkoop-centrale: N.V. Zuivelfabr. en Melkinrichting „Wilhelmina"
N.V. ZUIVELFABRIEK EN MELKINRICHTING „WILHELMINA"
levert U alle Melkproducten.
Vraagt ze Uwen melkbezorger!
Filialen te Bergen-Binnen en Bergen aan Zee.
Spelende kinderen aan het strand.
De duur van een zeebad stelle men bij voorkeur
niet langer dan een kwartier. Nooit mag men
meerdere malen daags een zeebad nemen. Een
huid, die op een zeebad goed reageert, wordt
licht rood. Wanneer de huid blauw wordt, dan
reageert ze verkeerd op het bad en dan moet de
bader zich oogenblikkelijk uit zee begeven en de
huid met een ruwe handdoek wrijven, tot ze flink
rood wordt.
De tien geboden voor de baders zijn:
1. Ga nimmer op een onbewaakt strandgedeelte
baden of zwemmen, wanneer er een sterke
landwind waait en het water vallende is. De
bovenstroom en de muien voeren u van de
kust af.
2. Als gij baadt, en gij bevindt U op de bank,
ook al staat gij maar tot kniehoogte in het
water, let dan op den opkomenden vloed. Het
water stijgt in betrekkelijk korten tijd. De
mogelijkheid bestaat, dat ge niet terug kunt
keeren.
3. Wilt gij veilig baden en zwemmen, wilt ge
volop genieten van de heerlijke, heilzame zee,
ga dan alleen baden en zwemmen daar, waar
uitstekend toezicht door ervaren badperso-
neel wordt uitgeoefend.
4. Gedraagt U geheel naar de aanwijzingen en
raadgevingen van het badpersoneel. Zij weten
de gevaren die dreigen kunnen beter dan gij.
5. Brengt den badman, die van 's morgens vroeg
tot 's avonds onvermoeid en onafgebroken op
zijn klanten heeft te letten, niet noodeloos in
gevaar. Bedenkt, dat velen van hen huisva
der zijn en door Uw onvoorzichtigheid een
ongeluk kunnen krijgen.
6. Leert, wat een mui is.
7. Wanneer gij niet zwemmen kunt, leert dan
zwemmen, maar onthoudt ook, dat iemand,
die goed kan zwemmen, wel in zee kan ver
drinken.
8. Vraagt, wanneer ge een goed zwemmer zijt en
ge wilt U iets verder uit de kust begeven, aan
den badman, hoe de stroom loopt. Tegen den
stroom optornen is in het dagelijksch leven
reeds moeilijk; in zee is het geheel onbegon
nen werk en ge gaat zeker ten onder.
9. Lijdt ge aan eigenwijsheid; ge wilt U niet
laten raden; en ge lacht om elk gevaar; zoekt
dan een gevaarlijke plek op, liefst waar een
waarschuwingsbord staat en ga daar in zee,
wellicht bereikt ge dan spoedig Uw doel.
10. Laat u echter door al deze voorschriften niet
afschrikken. Baadt en zwemt naar hartelust.
Neemt echter altijd de noodige voorzichtig
heid in acht en ga, wanneer ge niet kunt
zwemmen, nooit dieper dan tot borsthoogte
in zee.