„MARCONI"
BERGEN AAN ZEE
Hotel-Restaurant
BODEGA
Gezellig bitteruurtje
„UW". BADBODE!
'n Regenachtige dag
in de duinen
Over millioenen gesproken
Met grote dankbaarheid aan
allen die er aan medewerkten,
hebben we kennis genomen van
het „eerste nummer". Een goed
begin. Directeuren van hotels en
pensions, winkeliers, middenstan
ders op elk gebied werkzaam, het
is verblijdend dat U hebt begrepen,
dat het voortbestaan van dit blad
„üw zaak" is. We weten het wel,
dat de kosten van Uw annonce niet
direct weer naar U terugvloeien.
Maar de Badbode heelt onze bad
plaats mee helpen opbouwen, heeft
het U mogelijk gemaakt Uw zaken
voort te zétten of nieuw op te
richten.
Deze voorbereidingen hebben 40
jaren geduurd en het V. V. V.-werk
is uitgegroeid tot een organisatie
waarop we thans trots zijn. Daar zijn
voor dit seizoen reeds duizenden cor
respondenties gewisseld. Daar wordt
de „Gids" bij duizenden verstrekt
aan allen die daarom vragen. Daar
worden aan duizenden vreemdelin
gen inlichtingen verstrekt door onze
welwillende en alwetende administra
trice. Daar worden de kaarten voor
ons wandeldorp afgegeven, de toe
gangsbewijzen op alle V. V. V. gebied
verstrekt. Kortom, daar klopt, op dat
bureau van de V. V. V., het hart
van het Vreemdelingenverkeer.
Uit de statistische gegevens bleek
onze volijverige Secretaris-Penning
meester, de heer Mr. F. Zeiler, dat
de inkomsten verkregen uit het
vreemdelingenverkeer jaarlijks reeds
in de millioenen lopen. Dat is het
bewijs dat het Vreemdelingenverkeer
de kurk is waar onze gemeente op
drijft.
Het is daarom zo verblijdend dat
onze middenstand begrepen heeft
dat het instandhouden van een ele
ment dat ten goede komt aan dat
vreemdelingenverkeer, niet alleen
een erezaak is, maar een noodwen
digheid uit commerciël oogpunt.
De Badbode zal nog interessanter
kunnen worden door Uw hulp. Uw
advertentie is de bijdrage daartoe.
Dringend verzoekt het V. V. V.-be-
stuur U nu direct tot die bijdrage
over te gaan. Stelt U zich terstond
in verbinding met de heer
N. Sluijter, Dorpsstraat23. Tel 2447.
Natuurlijk zullen de kosten U niet
mogen weerhouden. De cost gaat
voor de baet uit.
De gasten danken U er voor. Zij
zien met belangstelling Uw Badbode
voor de a.s. week tegemoet. Daarin
mag Uw zaak niet ontbreken
J. H. ROGGEVEEN,
Voorzitter V. V. V.
Bob Boersma:
Gestadig valt de fijne motregen
uit een loodgrijze lucht omlaag. Tere
fijne droppels, die het groen van
loofbomen en planten heerlijk opfris
sen na de lange dagen van gloeiende
zonneschijn. Ineens is het landschap
door deze zachte douche voorzien
van een andere kleur Door de drop
pels, die op de bladeren parelen is
het of er een laagje vernis overheen
gesmeerd is, de kleuren zijn feller
geworden, het groen van bossen en
struikenmassa's steekt scherper af
tegen de donkere tinten, die het
doorweekte duinenland nu draagt.
Vanuit de wazige grijze verte
klinken de roepen van voorbijtrek
kende scholeksters op: „tepiet-te-
piet"; het sterft weg in de wijdheid
van het duinenland, maar de echo
dringt toch nog ver de bossen in.
Dan klinkt de roep dter bonte pieten
nog eens dichterbij en daar duiken de
twee snelle jagers uit de vage nevel
op en vliegen rakelings over mijn
hoofd: „tepiet-tepiet, piet-piet", en
weg zijn ze weer, verdwenen in de
mist, die op deze Junidag zo laag
over de velden hangt.
In de duindoorns wippen de tjif
tjaffen lustig heen en weer en uiten
telkens in een kort kreetje hun
naam. En ze springen maar van tak
op tak in de scherpe doornstruiken,
deze kleine pientere gymnasten en
schijnen niets om de nattigheid te
geven.
Het is heerlijk in de duinen te wan
delen, veel fijner dan in de afgelopen
dagen, toen de hitte zo afmattend
was, dat men maar liever ergens als
een blok neerviel. Maar nu is alles
fris en aan neervleien besteedt men
in 't geheel geen aandacht, 't aller
liefst verder zwerven door het
land, dat pas in het bad geweest is.
Zwerven en al het mooie in de na
tuur, die in een adembenemende stil
te gehuld ligt, bewonderen.
„Urr-urr-urr", een fazant vliegt
luid schreeuwend voor mijn voeten
op en valt een paar meter verder
weer in de met witte zaadpluimen
getooide kruipwilgstruiken neer.
Fladdert dan onbeholpen tussen de
twijgen door en roept telkens: „urr-
urr-urr", dat is de alarmkreet en de
bruine fazant, die voor mijn voeten
opvloog is een wijfje, dat in panische
schrik mij met haar schijnverlam-
mingstoestanden van deze plek wil
weglokken.
In het struikgewas is het zachte
gepiep van jo'nge fazantenkuikens
hoorbaar. Nee, moeder fazant, je lokt
me toch niet weg! Ook al doe je nog
zo raar. Het wijfje blijft maar door
„urren" en ze fladdert laag over de
struiken in 't rond, valt telkens neer,
loopt een eindje heel zenuwachtig en
gaat dan weer ter wiek om even la
ter hetzelfde val- en opstaanspel-
letje te herhalen.
Tussen de struiken bewegen de
jonge fazantenkuikens zich al pie
pend en proberen zich goed tussen
de natte plukken gras te verstoppen,
want zij weten, dat wanneer moeder:
„urr-urr" roept, zij moeten maken,
dat ze een goed en veilig plekje in
de vegetatie moeten opzoeken, opdat
ze niet gezien worden.
Maar och, als men er speciaal op
uit is om deze kleine bruine piepen
de balletjes op te sporen, dan vindt
men ze wel.
Ik laat mijn oog over de struiken
gaan en tast met mijn hand tussen
het lange gras, dat om de stammen
groeit. En daar zie ik reeds het
eerste fazantenkuiken, een klein
bruin wollig balletje, dat zich stijf
tegen de grond drukt. Doodstil zit
het daar en verroert zich niet, ook
het zachte gepiep der andere kuikens
is verstomd, zij hebben stellig allen
een veilig plekje gevonden. Moeder
fazant is ook enigszins bedaard, ze
staal op een duintopje, een eindje
verderop en „urrt" niet meer en
schijnt ook haar zenuwen verloren
te hebben ze is tenminste heel rus
tig. Alleen pa fazant met zijn prach
tig verenkleed komt af en toe luid
„ukend" overvliegen, maar ook hij
doet geen onverhoedse aanvallen op
mij, die toch eigenlijk zijn belager is.
Ik pak het wollige jonge diertje in
mijn warme handen Aan de punten
van zijn kleine zachte dunne haar
tjes van zijn pakje parelen kleine
zilverwit-glinsterende waterdroppels.
Het hartje klopt in mijn hand en
zachtjes komt uit het snaveltje:
„piep, piep, piep". Tegelijkertijd
klinkt er vlak bij me uit het struik
gewas een zelfde: „piep-piep" op en
als ik er heen ga, vind ik al even
verborgen als het eerste soortge-
nootje een tweede bruin wollig bal
letje, dat zich goed verstopt had tus
sen het struikgewas en de planten-
weelde.
Doordat de jongen in mijn hand
met trillende hartjes doorgaan met
piepen, worden de ouders onrustiger
en ma fazant krijgt weer van die
verlammingsaanvallen en fladdert
tussen de struiken en planten. De
haan vliegt telkens luid ukend over
mijn hoofd. Om de dieren niet onrus
tiger te maken, zet ik de jongen weer
op de grond. Op hoge pootjes gaan
ze er vandoor
Ik vervolg mijn tocht door het
triestige duinlandschap, terwijl de
grauwe regen druilend ter aarde
daalt.
PARK HOTEL.... EEN
VERRIJKING VOOR BERGEN.
Vorige week, te laat om nog in de
eerste Badbode vermeld te worden,
werd het Park Hotel geopend. Dat
was een gebeurtenis dde in de volle
belangstelling stond van alle Berge-
naren. Niet alleen omdat men wel
begrijpt dat een dergelijk bedrijf als
een aanwinst van de eerste orde be
schouwd mag worden, maar ook om
dat men de aanbouw en restauratie
van het pand, hetwelk zich in het
hart van het dorp bevindt, van dag
tot dag kon gadeslaan.
Er is hard1 gewerkt om dit Park
Hotel gereed te krijgen en ik herin
ner mij nog zeer goed het tempo
waarmee de laatste dagen vóór
Pinksteren werk verzet werd. Het
was werkelijk een plezier om dat
tempo gade te slaan en hier werd
gelogenstraft de dooddoener „dat-
er - in - Holland - niet - meer - ge
werkt - wordt".
En nu is het dan gereed en laten
we het ronduit zeggen: Bergen is een
goed, degelijk en fraai hotel rijker
geworden. Wat daar verrijst op de
hoek van Breelaan en Stationsstraat
is iets dat het cachet van het dorp
verrijkt, temeer omdat alles met zo
veel goede smaak en gevoel voor
aestetica verzorgd werd. In ieder ge
val zo, dat het past bij Bergen.
De gasten zullen een dergelijk ho
tel wel weten te vinden, hetzij als
hotel, hetzij als restaurant of bodega.
Lunchen en dineren kan men er alle
uren van de dag en het schijnt dat
kok en keuken een ideale combinatie
vormen, hetgeen nog wel iets zegt in
deze benarde dagen
Er ligt rondom dit Park Hotel een
riant terras, waarop het uiterst ge
noeglijk is te zitten en 's-avonds is
het daar zonder meer feeëriek met
al die kleine lichtpunten die, alweer
met inzicht en goede smaak, opge
hangen zijn.
Er is een eetzaal voor 70 personen
en 30 kamers zijn beschikbaar voor
diegenen, die in dit nieuwste der
Bergense hotels hun tenten willen
opslaan. En aan gegadigden daarvoor
zal het stellig niet ontbreken, want
de directie heeft niets nagelaten om
van dit huis een voornaam-rustig Te
huis te scheppen, waar iedereen zich
behaaglijk en prettig zal gevoelen.
De gebr. Van Linge kunnen met
voldoening op deze niet geringe
prestatie terugzien en hebben Bergen
iets geschonken waarmee het dorp
in niet geringe mate verrijkt is.
Moge de verwachtingen, aan het
Park Hotel gesteld, ten volle beant
woord worden.
Gasten, gastvrouwen en
gastheren
Ze zijn er weer, onze gasten!
Ons mooie dorp wordt thans weer
bevolkt door vreemdelingen, die voor
ons geen „vreemdelingen" meer mo
gen zijn, zodra zij voet op Bergense
bodem hebben gezet. Dan zijn ze
onze „gasten".
En daarom hebben wij allen als
vaste inwoners van dit gastdorp, zo
wel oud als jong, ons te gedragen als
gastvrouw en gastheer.
Dan verwelkomen wij hen op hof
felijke, welwillende wijze. Het stemt
tot genoegen als zelfs onze jeugd de
gasten beleefd en zakelijk de juiste
weg wijst. Met genoegen heb ik jon
gelui de koffer zien grijpen van bin
nenkomende dames vacantie-gang-
sters. Hoe goed was het ons te zien
hoe in de autobus de plaatsen voor
„onze gasten" werden afgestaan. Dat
alles geeft een aangename indruk.
Zo kunnen wij op talloze wijzen
aantonen dat wij hen verwachten en
alles willen doen om het tijdelijk ver
blijf zo aangenaam mogelijk te doen
zijn.
VOOR WANDELAARS IN BERGEN.
Het V. V. V.-bestuur heeft de wan
delaars ten zeerste aan zich verplicht
met de uitgave van een nieuwe wan-
delkaart.
Daar de laatste jaren nogal het
een en ander veranderd is te Bergen,
voorziet deze uitgave (ongekleurd,
maar op uitstekend papier) in een
dringende behoefte.
Met het oog op de beperkte oplage
zullen de kaarten alleen verkrijgbaar
zijn aan 't V. V. V.-kantoor.
DE BARRE WINTER '46-'47
IN HET MUSEUM.
De barre winter, die ons nog lang
zal heugen, zal dank zij het initiatief
van de heer J. Ivangh, voor het na
geslacht worden bewaard in Bergen's
Museum. Daar zal Bergen's nakome
lingschap kunnen „genieten" van de
werken van Koning Winter, zijn
sneeuw- en ijs- en dooiwerken. Uit
de op initiatief van den heer Ivangh
verzamelde opnamen te Bergen en
Bergen aan Zee is n.l. een keuze ge
daan en 30 van de meest sprekende
foto's zijn, voorzien van passende bij
schriften, door mevr. Taets van
Amerongen bijeengebracht in een
album en zullen een plaatsje vinden
in het z.g. Sterkenhuis.
BERGENSE KUNSTENAARS
EXPOSEREN IN EINDHOVEN.
Van 12 Juni tot 1 Juli wordt te
Eindhoven een expositie gehouden
van werken van schilders uit de
Bergense school. Deze tentoonstel
ling is mogelijk gemaakt door de me
dewerking, welke o. a. het Stedelijk
Museum van Amsterdam heeft ver
leend.
Wij vernamen dat het hier- de ten
toonstelling betreft, welke in het
Stedelijk Museum te Amsterdam is
gehouden en welke georganiseerd
was ter herdenking van wijlen de
heer P. Boendermaker, de man, die
in Bergen door zijn aankopen en ex
posities de steunpilaar van zo menig
schilder is geweest.
De doeken, welke destijds' drie za
len van het Amsterdamse Museum
vulden, zijn thans in Eindhoven te
bezichtigen.
Het is de bedoeling, dat deze ten
toonstelling ook in Bergen zal wor
den gehouden, waar ze op 2 Augus
tus door burgemeester Huygens ge
opend zal worden.
Daar waar de heer Boendermaker
zijn zegenrijk werk ten bate der mo
derne kunst zo vele jaren verricht
heeft en waar zijn echtgenote thans
nog de meest bezienswaardige wer
ken in het bekende Museum-Boen
dermaker exposeert, is zeker de
plaats om de man te huldigen, die
zich voor de schilderkunst in het al
gemeen en die van de Bergense
school in het bijzonder zozeer ver
dienstelijk heeft gemaakt.
VARIA.
Voltreffer.
Commandant, die een nieuwe adel
borst aan boord krijgt: Zo m'n jon
gen, het is de oude geschiedenis
geloof ik. De gek van de familie is
naar zee gestuurd.
Adelborst: O nee Commandant, dat
is helemaal veranderd na Uw tijd.
Daar is in dat opzicht zoveel te
doen. Wij hebben ons dorp in de
meest gunstige en ongerepte toestand
aan hen te tonen. In Bergen past het
niet vuil en afval langs de wegen of
bosrand weg te moffelen.
Hier mag het niet voorkomen, dat
gasten, die wanneer zij ook al eens
enigszins „anders dan anders" ge
kleed zijn, worden lastig gevallen, of
worden nageroepen of over hen ter
loops opmerkingen worden gemaakt.
Wij noemen het vandalisme, bos,
berm of duin van flora te ontluiste
ren. Wij plukken en scheuren niet
aan boom en heesterbloemen.
Wij allen, inwoners van Bergen,
doen mee, om de schoonheid van dit
„lustoord" aller badplaatsen te hel
pen bewaren, en zullen niet dulden
dat anderen zich niet ontzien dit
schoons geweld aan te doen.
Wij bieden dit vacantieoord in zijn
schoonste vorm de gasten ter genie
ting aan, en wij bereiden graag de
weg daartoe. En wijken even graag
ter zijde om de gast vóór te laten
gaan.
J. H. ROGGEVEEN,
Voorzitter V. V. V.