ENKELE STROFEN CHARLEY TOOROP Een-en-dertigste jaargang No. 9 AbonnementsLpri|s22V0Z'edZendèr v.v.v. Zaterdag 16 Aug. 1947 Wat is er van mijn dagen mij gebleven, En van hun gloed en 't rusteloos gedruis Der wereld om mijn nutteloze streven? Alleen één zekerheid: het ouderhuis. Maar dat blijft onaantastbaar en volkomen Van liefde en leed en bittre tederheid; Tussen de wilde warreling der dromen Het enige, dat ik voorgoed belijd. Dit maakt het, dat ik nergens meer kan rusten Dan in de koelte van het eigen bed; Dat aan het eind van alle leed en lusten Mij niets dan dit meer tot het leven redt. De stilte spoelt en ebt door de portalen, De diepe nacht wordt zilveren en zwart; En 'k lig te luistren, hoe het ademhalen Van de beminden aanstroomt naar mijn hart. En wens slechts, nu de dag mij is vergleden, En zijn verneedring van mij henenglijdt, Dat ik mijn nooit-gesproken tederheden Aan 't ruisend hart des donkren nachts belijd. J. C. Bloem. Dit is een vers uit de bundel „Het Verlangen" van J. C. Bloem. De kleine cyclus verzen die wij van week tot week in dit blad opnemen ware wel zeer onvolledig, indien wij verzuimd had den een gedicht van Bloem te plaatsen. Bloem, een onzer zui verste dichters, die enkele maanden geleden zijn zestigste ver jaardag vierde, en ter gelegenheid daarvan door geheel litte rair Nederland gehuldigd werd. Robbers schreef eens, jaren geleden, „het zou mij geenszins verwonderen als „Het Verlan gen" nog gelezen wordt, lang nadat verreweg het grootste deel der hedendaagse verskunst is vergaan" en de tijd zal leren dat deze woorden profetisch waren. Als verreweg het merendeel der „moderne" poëzie vergeten is zal er altijd nog een vers van Bloem bestaan. En het zal levend zijn! Bloem bezocht vele malen Bergen, en is zeer bevriend met de dichters A. Roland Holst en Victor E. van Vriesland, welke laatste hij menigmaal gedurende de oorlog in „Lomi" bezocht. En tenslotte: men herleze dit vers eens verscheidene malen om zo de grote schoonheid en zuiverheid er van te kunnen onder gaan. Het is poëzie van een superklasse. V.s WEEKBLAD Redacteur: ANTHONY VAN KAMPEN, Uitgave: N.V. Boek- en Handelsdrukkerij v/h Herms. Coster Zn. Voor advertenties: N. SLUYTER, Kerkedijk 23, Bergen N.H., Tel. 2543 Voordam 9, Alkmaar Tel. 3320 Postgiro 37060 Dorpsstraat 23, Bergen, Tel. 2447 zichzelf, stelt het in zijn eigen tijd van zijn en wording. Het misver stand dat niet alleen bij leken post vat wanneer men over abstractie spreekt (Charley Toorop heeft haar hele leven moeten strijden tegen miskenning van haar inzichten) vloeit hieruit voort dat men in- plaats vanuit het object te rede neren, het andersom doet. Immers, des schilders streven naar abstrac tie is juist de strijd voor het con crete, voor de realiteit van het in de schilderij verbeelde. Hij maakt zich juist los (abstraheert zich) van wat NIET tot het concrete van zijn onderwerp behoort. Et tout le reste est littérature. Meer en meer tot het ware wezen der dingen te gaan, de uitbeelding te geven van wat de dingen zelf inhou den aan, ons eigen wezen identieke, intensiteit van leven, ziedaar het streven van Charley Toorop, een streven dat verwerkelijkt is in haar rijpe jaren na 1940. Hier is geen po gen meer, maar een kunnen; hier is een geestelijk één geworden zijn met het uitgebeelde object, kortom: hier is de menselijke levenskracht gecon fronteerd aan de wezenskracht der dingen. Theo J. van der Wal. den en heeft zich haar talent zo per soonlijk kunnen ontwikkelen. Ten onrechte wordt zij wel eens tot de Bergense school gerekend, en 'al valt niet te ontkennen dat vroeger werk door de klaur enige invloed daarvan aanwijst, haar richting is steeds een andere geweest, hetgeen in haar productie na 1940 sterk aan do dag treedt. Hierin heeft zij zich zelf gevonden in volle kracht en rijpheid. Er is in haar het, aan alle waar achtige kunst eigen, streven naar abstractie (reeds in haar eerste schilderijen!), naar het gebruik ma ken van de middelen die aan het wezen der schilderkunst inhaerent zijn en aan die kunst alleen. Deze abstractie is het abstraheren, het losmaken van de objecten van wat deze aan toevallige bijzonderheden aankleeft; deze abstractie plaatst het object niet per accidens in een ruimte, maar begrijpt zijn wezen uit CHARLEY TOOROP: Zelfportret met zwarte hoed en voile Bezit Kröller Museum Charley Toorop's levensbijzonder heden zijn in de grote lijnen te be kend om hier meer te vermelden dan dat zij op Walcheren geboren is aan het einde der vorige eeuw en doch ter is van Jan Toorop. Men kan de vitale kracht die zowel uit haar vroe ger als recent werk zo duidelijk spreekt op goede gronden althans ten dele verklaren uit het feit dat Oost en West in haar samenkomen: het Indische bloed van haar vader, het Engelse van haar moeder. Als meisje studeerde zij muziek en al tekende zij nu en dan wel eens onder invloed van het werk van haar vader, zij werd toch niet tot schil deres opgeleid. Toen zij later ging schilderen, was dit zonder voorop leiding; ook haar vader was haar leermeester niet. Misschien is zij daarom zo vrij gebleven van invloe-

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Bergensche bad-, duin- en boschbode | 1947 | | pagina 1