Zonnebadeneen genot en een gróót gevaar! NIMF door Nora Petit NOTITIES DE VALK's LUNCHROOM J DOE HET MET VERSTAND. doorC. W. Bootten Herhaaldelijk is van medische zijde gewezen op het gevaar van overdreven zonnebaden, doch iede re Zomer wéér zien we badgasten die de grens der toelaatbaarheid in deze verre hebben overschre den en zich zodanig aan de invloed van de zon hebben blootgesteld, dat zij zich schade berokkenden en op zijn minst een paar onplezie rige dagen en nachten meemaakten. Wij geloven dat onbekendheid met het wezen en de inwerking der zon op ons lichaam de grootste oorzaak is waardoor een onver standig gebruik maken van zonne baden zo veelvuldig voorkomt. Zonnebrand en warmte. In de allereerste plaats moet goed in het oog gehouden worden dat zonnebrand niets te maken heeft met warmte, U kunt zeer goed een zonnebrand oplopen, terwijl het vanwege een Noordenwind onbehage lijk koud is, wat dikwijls de rede is dat men in de verbranding geen erg heeft. Hoe dit zit zullen we trachten U duidelijk te maken. Het zonlicht, dat wij als gewoon wit licht opmerken, is in Werkelijk heid een mengsel van verschillende klfeuren licht, hetgeen duidelijk wordt wanneer wij het door een prisme la ten vallen. Ook de regenboog is een verschijnsel van lichtbreking door de regendruppels en toont ons de kleuren waaruit het licht bestaat. Als grenzen van dit kleurenspectrum zien w.ij het rode licht en het violette, doch buiten deze zichtbare lichtstra len zijn er ook nog onzichtbare. Grenzend aan het rode licht kent men de onzichtbare infra rede stra len en grenzende aan het violette, de ultra violette stralen. Het on zichtbare infrarode en ultraviolette gebied is zeer uitgebreid en zou nog weer onderverdeeld kunnen worden naar de eigenschappen die deze lichtstralen bezitten. De voor ons voornaamste eigenschap die de in frarode stralen bezitten is, dat zij ons warmte schenken. Het ultra violette licht echter ervaren wij niet als warmtebron. Deze stralen zijn praktisch koud en het zijn juist de ultraviolette stralen en dan nog een zeer bepaald gedeelte daarvan, die ons de zonnebrand bezorgen. Zonne brand heeft dus in geen geval iets met de temperatuur te maken. Dat wij al zonpebadend warmte voelen is slechts een prettig bijverschijnsel, hetgeen zijn oorzaak vindt, zoals ge zegd, niet in de ultraviolette- doch in de overige stralen die het zonlicht ons toezendt.Hierdoor zult U begrij pen dat verbranding, als bij zonne brand, iets geheel anders is dan branden aan een hete kachel of aan heet water. We spreken dan ook niet van een thermische verbranding maar van een chemische. Het verra derlijke van zonnebrand is ook dat U vaak tijdens Uw verblijf aan het strand niets bemerkte doch 3 tot 6 uur daarna eerst bespeurt deerlijk verbrand te zijn. Het tempo van het zonnebaden. Wanneer dit nu een klein huidop pervlak betreft, zult U daar niet zo'n hinder van ondervinden, doch betreft dit grotere gedeelten, dan kunt U niet alleen behoorlijk ziek hiervan zijn, doch kan zelfs het leven in gevaar komen. Tegen zonnebaden op zich zelf is voor de meeste mensen geen enkel bezwaar, integendeel, de zon kan zeer stimulerend op onze gezond heidstoestand werken en zelfs gene zend in sommige gevallen, doch het dient met verstand en overleg toe gepast. Ge moet het niet wagen Uw winterse bleekheid direct in zijn ge heel aan de zon bloot te stellen, doch gaandeweg Uw huid aan deze krach tige invloed doen gewennen. Hetzij dat ge de eerste dag begint met 5 minuten en dagelijks met 5 minuten opklimt of de eerste dag de benen 5 min., tweede dag de armen 5 min. er bij, zodat de benen dan reeds 10 min. krijgen, 3e dag de romp 5 min. er bij, zodat benen 15 min., armen 10 min. en romp 5 min. krijgen, om vervolgens geleidelijk op te klimmen. Op deze wijze zult U betrekkelijk snel Uw weerstand voor de zonne stralen verhogen. Indien de invloed van de ene zon- nebestraling nog niet afzakt, de roodheid dus nog maar al te duide lijk bestaat, wordt geen volgend zonnebad genomen. Te veel en te langdurig schaadt. U zult dit bemer ken aan Uw lichamelijke conditie. Moeheid en verminderde eetlust zijn de eerste symptomen die wijzen op een te groot gebruik van zonne baden. Bruin zijn is dus geen etiket voor gezondheid, zoals dikwijls gedacht wordt. Aan de andere kant is een ver standig gebruik een goede stimulans en verlaagt het ook onze vatbaar heid in belangrijke matge. Waar de grens ligt? Deze is moeilijk aan te geven en evenals de gehele gevoeligheid voor ultraviolet licht zeer individueel, terwijl ook het ene lichaamsdeel be langrijk gevoeliger is dan het andere. Wij kunnen U slechts raden: over drijf niet en weest voorzichtig. Bejaarde lieden kunnen beter in de schaduw blijven. Voor hen kan zonnebaden heel gemakkelijk nood lottige gevolgen hebben. Met kinderen zij men ook uiterst voorzichtig. Hun huidoppervlakte is in verhouding tot de lichaamsinhoud veel groter dan bij volwassenen en iedere beïnvloeding via de huid pakt ze dus ook veel sterker aan. Men bedenke dit ook bij het baden voor wat de afkoeling betreft. Blonde personen hebben in de re gel vlugger last van zonnebrand dan donkere. De blanke huid maant tot meer voorzichtigheid dan de donker getinte. Is eenmaal een behoorlijke pyg- mentatie ontstaan, zodat de tint egaal bruin is, dan is de tijd van zonnebrand voorbij, échter, wanneer ge dan meent onbeperkt van de zon te kunnen genieten, blijft daar töch het gevaar van een teveel. Wanneer ge een zeebad hebt ge nomen is het verstandiger U eerst af te drogen en een droog badpak aan te doen, alvorens te gaan zon nebaden. In de voorzomer is het gevaar voor verbranding beduidend groter dan achter in het seizoen en aan zee en op het witte zand is de intensiteit der zonnestralen door reflexie en bepaalde verhoudingen in de lucht veel krachtiger dan in een weide of op een heideveld. Het is vooral aan zee reeds zeer goed mogelijk om een flinke zon nebrand op te lopen bij bedekte hemel. Bij sommige aandoeningen en ziekten kan een zonnebrand zéér nadelig zijn. Geniet zoveel gé wilt van zee en strand Dochdoe het met verstand. van een gast ADSPIRANT KUNSTSCHILDER. In ons lijfblad de „Badbode" wordt veel over kunstschilders en kunst schilderkunst geschreven door de deskundige medewerker, de heer van der Wal, die ik om zijn deskun digheid op dit gebied zeer benijd. Om het nu meteen maar eerlijk te bekennen: van jongs af heb ik altijd gedroomd ook eens kunstschilder te kunnen worden, maar verder dan het besmeuren van een plankje met veel kleuren verf heb ik het nooit kun nen brengen. Het heeft mij aan de nodige moed ontbroken om door te zetten, want als ik een goed schilde rij zag dacht ik steeds „zo leer ik het töch nooit". Bovendien kwam ik nooit eens met iemand in aanraking, die de ongetwijfeld in mij sluime rende talenten wist te doen ont waken. Nu ik hier in Bergen ben en regel matig de „Badbode" lees, zijn mijn kunstzinnige gevoelens weer in be roering gekomen. Op enige schilde rijententoonstellingen heb ik werken gezien van kunstschilderessen en kunstschilders, waar mijnheer van der Wal artikelen over schreef. Steeds meer begin ik mij in te leven in de schilderkunst, ja voel meer malen inspiraties mijn fijn besnaarde geest doorkruisen. Door de beschrij vingen van mijnheer van der Wal ben ik in het bezit gekomen van het nodige zelfvertrouwen, voel ik mij sterk, omdat mij daaruit is gebleken, dat vrijwel alle grote kunstenaars in het begin met moeilijkheden te kam pen hebben. Nu is de kogel door de kerk, ik ben vast besloten ditmaal wel door te zetten. Hoewel het uiterlijk or niet zozeer op aan komt, acht ik het gewenst mezelf een minder burgerlijk voor komen aan te meten, want een stijf wit boordje staat een kunstenaar nu eenmaal niet. Mijn abonnement bij de kapper heb ik reeds opgezegd, want in, mijn ogen behoort het pro totype van een kunstschilder met een lange haardos en een puntbaard getooid te zijn. Een van de grootste moeilijkheden lijkt mij dan nog aan het nodige ma terieel te komen, in het bijzonder het voor een kunstschilder meest onontbeerlijke artikel: verf van goe de kwaliteit. Kan mijnheer van der Wal mij misschien nog even opgeven hoeveel cijfers het aantal instanties omvat, tot welke ik mij moet wen den, alvorens ik niet alleen een pa pieren toewijzing maar ook een voor het gebruik geschikte hoeveelheid potjes verf in mijn bezit heb? En welke soort grondverf hij mij kan aanbevelen? Voor doek moet ik mij waarschijnlijk via de vele treden tel lende hiërarchieke trap wenden tot het bureau „Distex", afdeling be schikbaarstelling van textielgoede- ren voor culturele doeleinden. Voor lopig kan ik mij nog redden met een paar beddelakens, want gezien de nog steeds welig tierende zwarte handel in textiel, zal mijn toewijzing weleen paar jaar op zich laten wachten. Een paar kwasten en pen selen kan ik wel van een mijner toekomstige kunstbroeders lenen, terwijl zij op nieuwe inspiratie wachten. De moeilijkheden voor het ver krijgen van een atelier wegen voor mij niet zo zwaar, want ik ben van plan volgens een geheel nieuw systeem te werk te gaan. Het is n.l. mijn bedoeling er in de zomer opuit te trekken om bij mooi Weer al mijn' inspiraties op de schetsezel vast te leggen en in de winter op mijn ge zellig zolderkamertje alles af te schilderen. Wat de resultaten cok mogen wor den, zolang mijn geestelijke en licha melijke productiviteit het toelaten iets op het gebied van de schilder kunst te creëren, zal ik mijnheer van der Wal dankbaar zijn voor zijn voorlichting, welke mij het nodige zelfvertrouwen geschonken heeft M.ijn eerste creatie zal ik met alle eerbied en dankbaarheid welke in mij is, opdragen aan hem. Vanzelf sprekend zal ik de beoordeling aan hemzelf overlaten, hij zal U en mij in een van zijn artikelen zeggen wat het is, een representatief werk, een naakte abstractie of een abstracte naaktheid, maar in ieder geval zal in de rechterbenedenhoek prijken de naam van de toekomstige „self-ma- de" kunstenaar. Jan van Duinen. Hoog water te Bergen a. Zee AUG./SEPT. 1947 HOOG WATER Datum 30 3,46 16,03 31 4,20 16,34 1 4,48 17,03 2 5,18 17,34 3 5.49 18,05 4 6,21 18,38 5 6,55 19,12 Lunchroom in Alkmaar is: Kaasmarkt, t.o. Bureau V. V. V. voor Uw kopje Koffie, IJs Koffietafel Lunch of Diner Uit' een zeedamp is zij ontwaakt aan het strand, geheel naakt, met wat goor schuim om de voeten en in de glans der haren een glinsterend diadeem. Zij zag nog droomend voor zich heen, een voorbijsnellende huivering had haar op de wangen getikt. Boven haar weken de hemeldeuren en een feestelijke warmte sloop om haar heen, greep speelsch haar teenen en schoof ver der omhoog. Maar zij, met donkere oogen, zocht naar een verre vreugd en haar tocht wees naar het bosch. En zij ging op lichte voeten, niet sprekend dan met gebaren van handen, als in spel bewogen naar 't nog vochte hout. In de glans der natte haren een ver geten schelp. Aan de wegrand ontdekte zij een achtelooze kastanje temid den van vergane bladeren. In haar handpalmen wreef ze hem blank en behield hem als een kostbaar kleinood der gedurigen reis. In het moeilijk begaanbaar bosch hielden takken haar te rug en in haar rug kneep een sombere struik. Maar opgericht zocht zij een open wei en raapte al begeerlijks dat zij vond aan licht en schaduw en wond dat om het veilig lijf. Toen moest zij dansen op het warme zand. Als castagnetten haakten blaren aan haar vingers en een vlinderwijs hipte in den hoogsten boom. Maar hoor, in schemer spelen de toonen van een verre vreugd in een sterker vibrato. Zal zij niet aarzelen en omkijken en de betovering breken, een bloem en blad laten vallen en schreien bij een donkere viool. Maar o, zij zal naar de slippen grijpen in een hartstocht- lijke sluimer en dan stil ontwaken aan het strand met wat goor schuim om de voeten en in de haren een glanzende band. Weer zal zij komen voor de hemeldeuren, nu in tevreden geel en zij zal bukken naar het speenkruid en spelen in de lentewei. Het sprookje „Nimf" werd geschreven door Nora Petit van Bergen aan Zee. Nora Petit schreef verscheidene sprookjes en ook enig proza. Het is alles nog wat onzeker, aarzelend, en het komt niet geheel los. Toch bevat de stijl van onze medewerk ster enkele eigenschappen die er op wijzen dat haar gevoel voor het schone woord zich sterk aan het ontwikkelen is. Wellicht dat zij de kans krijgt zich te ontplooien en haar vorm te vinden.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Bergensche bad-, duin- en boschbode | 1947 | | pagina 4