Intermezzo BEZOEKT Suilen icfiAev-en a-ni, „DE RUSTENDE JAGER" Modern en Gezellig MUZIEK EN DANCING Nora Petit: Zij vonden zich terug in de vlam mende avond. De nacht kwam hen tegen in het largo van zijn spel. Toen greep ook zij haar instrument en vond de tegenzang in Mozart's Kleine Nachtmusik. Daarna zwegen ze een poos. De avond werd om hen een veilig huis. „Wij blijven toch nog even", zei Rendel vragend. „Ik zal een kopje koffie maken, heb je zin?", zei Alma enkel. Hij knikte verstrooid, om zijn hoofd ble ven de melodiën zweven, hij neuriede het laatste rondo van Alma's spel. Maar in hem woelde iets tot anders, anders luisteren. Zijn handen maak ten nerveuse speelbewegingen. Zijn voorhoofd was klam. Wat hinderde die boord vanavond toch! Zwijgend nam hij de koffie die Al ma hem gaf. Ze vroeg niets; begreep. „Laten we maar naar bed gaan", zei hij toen. Zij knikte, 't Gewone recept. In het peuterig keukentje spoelde ze de kopjes. Het bed klapte hij om laag. Zij lagen zwijgend, ieder alleen. „Als ik maar gelóven kon", zei Rendel aan haar schouder, „ik voel dat het goed is, zó. En ik kan het niet anders geven. Maar of het ver staan zal worden?" „Wij zijn er toch gelukkig mee", zei Alma vol. „Jongen, heus er zijn wel mensen die dit net zo zullen voelen als jij. Niet veel misschien, maar hindert dat?" „Kind", zei Rendel zwak. „Morgen nemen we de partijen weer eens door", zei Alma beslist, „en Rendel, dan stüür je het weg. Je vraagt eenvoudig aan die Poolse componist of je kan komen voorspe len. 't Is toch ook een mens". „Versturen, ja", peinsde Rendel. „Versturen, nee", dacht Alma en re soluut zei ze „we hebben nog een gulden of zes, daar doe ik niet veel meer mee. Die nieuwe ijzers van Tjeerd moeten ook nog betaald". „Zijn die nog niet betaald, vroeg Ren del verbaasd. „Waarvan", zei Alma alleen. „Dus moeten we er weer op uit", constateerde Rendel blijmoedig. „Zul len we dan nu eens iets nieuws ook spelen, of „Och 't zelfde reper toire maar weer hé!" kwam Alma koel. Hoe kon Rendel zo vergenoegd doen, zij haatte die mensen die hen aanzagen voor bedelaars, trekkende muzikanten. Was Rendel maar wat manlijker, stoerder, niet altijd zij de sterke. Maar wat deed je daaraan. 'tWas immers zo. Hoe kon die jongen toch eigenlijk zo kind blijven in sommige dingen. Zij had wel geleerd in de tijd van hun trouwen. Het reizen met hun woonwagen, die eeuwige zorgen, had je morgen nog wel wat te eten, het paard, een dier moet toch zijn verzorging hebben. Maar daarente gen de vrijheid die ze genoten. Dat was toch wel iets onbetaalbaars. En ze hielden van hun wagen, ,,'t Spul" en Tjeerd, goed trouw dier. Hun mu ziek hier. Nee, dit vrije leven zouden ze niet meer kunnen missen. Warm zei ze ineens „Boccerini's menuet, morgen". „Boccerini", zei Rendel verward. Slaapt al haast, wist Alma. Glimlachend sloot ze haar ogen. De morgen vond ze bezig aan de wagen. Een mankement aan de dis selboom. Zwoegend hanteerde Rendel hamer en nijptang. Alma gaf aanwij zingen. Tjeerd stond terzij aan de weg, oplettend naar wat de baas eii de vrouw wel deden. In ,,'t Spul" gaf de waterketel nood signalen. Buiten dekte Alma een klein ta feltje, klapstoeltje erbij. De thee muts, botervloot, kopjes, brood in de schaal. „Kom je eten", riep ze achterom en stapte het trapje weer op. Het bed kwam straks wel. Fluitend zocht Rendel tussen de muziek. Alma maakte pakjes brood, voor ieder twee, voor vanmiddag, in een koffiehuis. Rendel keek of alles er was, hars, zachte doek, vakje met snaren. Overbodig, het was er immers altijd. Gearmd liepen ze heen. Tjeerd keek hen na, diepzinnig. De dag rijpte. De zon stond blozend op een hoek. Daar bleven ze. Gelijktijdig hieven ze de strijkstokken. Liebestraum van Liszt. Bergen a.n Zee, '47. BADBODE EN ADVERTENTIES. Nu de Badbode voor de laatste maal in dit seizoen verschijnt, lijkt mij het juiste ogenblik gekomen enige opmerkingen te maken omtrent de advertenties. Het komt mij voor, dat er bij de leden van de V. V. V. en de Midden stand in Bergen enig misverstand t. o. v. de Badbode bestaat. Men is de verkeerde mening toegedaan, dat een abonnement op de Badbode of het plaatsen van een of meer adver tenties een direct en aanwijsbaar ge win moet opleveren. En hier zit nu juist het. wezen van het bovenvermel de misverstand. Het is n.l. zó, dat een abonnement en/of een advertentie zeer waar schijnlijk geen directe winst zullen opleveren. Maar dit is ook volstrekt niet no dig. Alleen al het feit, dat de Bad bode voor het eerst na de oorlog weer verschenen is en inderdaad door onze gasten met graagte gelezen en geraadpleegd wordt, moet voor iede re belanghebbende {en zijn wij niet allen belanghebbenden?) voldoende zijn de Badbode te steunen. Bergen heeft dit blad nodig, juist zoals het de V. V. V. en de gasten nodig heeft. Maar, dan zal het met de Badbode het volgend jaar anders en beter moeten gaan. Het aantal advertenties is gering, en zal volgend jaar aanzienlijk groter moeten zijn. Indien wij allen de handen ineen slaan, kan de Badbode niet alleen het volgend seizoen weer verschijnen, maar belangrijk worden uitgebreid en steeds aantrekkeliiker gemaakt worden. Met de uitgave van onze Badbode staan wij aan de spits van alle bad plaatsen en wij zullen er een eer in stellen, dit zo te houden. De daad is aan U. N. Sluyter. TENTOONSTELLING BIJ BOENDERMAKER. Onder leiding van Mevrouw Boendermaker, actief en enthousi ast, geeft de kunstzaal Boender maker aan de Loudelsweg ons dit maal een nieuwe tentoonstelling met werk dat herinneringen op- roept aan de opgewekte schilders bedrijvigheid waarvan ook de familie Boendermaker een der centra uitmaakte in de jaren in en na de eerste wereldoorlog. Aan de ene zijde van de fraaie zaal hangen de oudere, meest nog leven de, meesters (d. w. z. niet de mees ters zelf, maar hun werken!), aan de andere kant is een ook naar niveau minder homogeen gezelschap. Van de 29 stukken die hier aanwezig zijn wil ik wijzen op Jan Sluyters' por tret van de heer Boendermaker (van 1914) waarin Cézanne's invloed zo duidelijk merkbaar is, maar waarin Sluyters' eigen talent toch wel klaar spreekt: de durf van de rasechte schilder; op Leo Gestel's aquarel: Kees in het Atelier, op de knappe tekening van Matthieu Wiegman: Kees en Maart. Voorts is er een prachtig landschap van Germ, de Jong, terwijl de beide naakten van Kelder zijn fijn kleurgevoel accen tueren. Er is een bloemstuk van Gustav de Smet, groot opgezet, en een drietal van Jac. J. Koeman, waarvan het middelste (no 16 lig gend) m. i. het beste is, een fris coloriet in aantrekkelijk realisme. Colnot is tweemaal vertegenwoor digd: in de vader en in de zoon. Het stuk van de laatste: Stilleven met pijp, bevestigt mijn reeds eerder uit gesproken vermoeden dat deze jonge schilder zijn weg, vrij van die van zijn vader, wel zal vinden. Van de overige schilderijen vallen op een drietal van de amateur Martin Uiten- bosch: ongetwijfeld conventioneel realistisch, maar als zodanig toch wel ver boven hetgeen men gewoonlijk van amateurs ziet. v. d. W. EERSTE VIOOL. Mej. K. L. van 'tH. uit V. Ik las in Uw voorgaande nummer de brief van mej. van der H. over het gerucht dat er in Bergen een zangkoor van schilders zou worden opgericht. Uit goede bron kan ik U echter thans berichten dat mej. v. d. H. de plank misslaat. Ze heeft de klok horen luiden zonder echter de klepel te weten. Het feit is namelijk dat er een orkest in oprichting is. Het schijnt dat bijv. Jaap Min de pic colo gaat bespelen, Rein Snapper de occorino en mevrouw Charley Toorop de viool. Ik hoop dat U hier aan enige ruchtbaarheid zult willen verlenen. Antw.; Wij danken U voor de pi kante mededeling mej. van 't H, en wij vinden het interessant te merken dat de muzikale gedachte bij onze schilders steeds meer veld wint. De verdeling der instrumenten lijkt ons overigens volkomen in de lijn. Was er óóit een vrouw die niet de eerste viool speelde?? VRAGEN. K. J. K. L. M. O. van der P. uit M. Ik ben zo'n beetje de laatste gast, maar ik wil niet verzuimen ook als laatste in De Badbode te schrijven. Ik heb het blad met genoegen gele zen de laatste maand, ofschoon ik niet kan begrijpen dat vele mensen zulke dwaze dingen aan U schrijven. Ik vind het ronduit dom om maar met alles bij een redactie aan te ko men lopen. Is het niet moeilijk om steeds maar een antwoord te geven? Antw.: In 't geheel niet. Normale vragen worden normaal beantwoord, en dwaze vragen worden dwaas be antwoord. Eén gek kan altijd nog meer vragen dan tien verstandige redacteuren vermogen te beant woorden. BIJBLAD. J. T. van der U, uit N. Voelt U er niets voor volgend jaar uit te komen met een aparte bijlage in De Bad bode, die dan geheel gewijd kan zijn aan beeldende kunst? Er komt dan wat meer ruimte beschikbaar voor huishoudelijke zaken, want ik vind dat die nogal eens verwaarloosd worden in Uw blad. Waar bleef het artikel over „De psychologie van het Kind in de Vacantie". waar het arti kel over „De evolutie van het Bad pak van Cleopatra tot Josephine Ba ker" en waar een bijdrage (door U reeds toegezegd!) over „Hoe maak ik mijn vacantie-budget sluitend?" Het is heel mooi over de Kunst met een grote K te schrijven, maar verlies alstublieft de werkelijkheid niet uit het oog. Hoogachtend, enz. Antw.: Dat bijblad komt er. Overi gens hartelijk dank voor Uw advie zen. Inderdaad beseffen we nu dat we een geheel verkeerde weg be wandeld hebben. Volgend jaar beter, zullen we maar zeggen. En tot ziens! (Sans rancune). SUIKERBON. Mej. G. M. uit H. Ik ben ernstig ontstemd over de wijze waarop ik in pensionbehandeld ben. Ik had twee weken geleden m'n suikerbon nen vergeten mee te brengen en be loofde die alsnog in te leveren. Nu blijkt dat m'n vriendin ze reeds op gemaakt heeft en ik ze dus niet meer kan inleveren, heeft men mij gezegd dat dit „geen manieren" zijn. Is aan zo'n behandeling geen paal en perk te stellen? Is dit „service"? Antw.: Hoe durft men! Zo ziet U maar dat men altijd a-sociale lieden heeft, die drukte maken over een paar suikerbonnen, terwijl Bergen als het ware zwemt in de suiker! Uw grief hebben wij doorgegeven aan de V. V. V. Vermoedelijk wordt pension geroyeerd. HANG. K. van der Gr. uit N. Ik zit met een groot probleem. We bevinden ons nu een maand in Bergen en m'n jongste zoontje (12 jaar) bevalt het hier zó goed, dat hij niet meer weg wil. Met geen stok is hij naar huis te krijgen, en hoewel het pleit voor Bergen dat de jongen zo'n hang naar dit dorp heeft, vraag ik me af op welke wijze ik hem weer naar Nij- verdal terug krijg. Antw.: Bespreekt U het met de hang-commissie van het Kunstenaars centrum. Die zijn van alle markten thuis en staan voor niets. Succes gegarandeerd. RECTIFICATIE. In het laatste artikel van de heer C. W. Boonen stond in de laatste zin, voor het slotrijmpje „Bij sommige aandoeningen en ziekten kan een zonnebrand zeer nadelig zijn". Be doeld was, uiteraard, „zonnebad". BIJZONDER GRAPHISCH WERK. In het Huis met de Pilaren. In het Huis met de Pilaren wordt de laatste tentoonstelling van het Kunstenaarscentrum Bergen gehou den. De Bergenaar F. Kamstra en de Schoorlse W. Huygens hebben er schilderijen hangen, evenals J. M. Graadt van Roggen wiens eveneens aanwezige etsen echter tot zijn beste werk behoren. Er zijn voorts een paar fraaie wandkleden van Mevr. L. HubersScheuffler, het bezichtigen dubbel waard. Van Dirk Hubers is er nieuwe ceramiek (men zie daarvoor ons artikel in de Badbode van 9 Augustus 1947), terwijl ook nog werk aanwezig is van Jeanne Kouwenaar Bijlo en L. W. Radecker, dat we reeds eerder bespraken. Bijzondere aandacht wil ik vragen voor Mia van Regteren Altena. Er zijn twee tekeningen waarvan opvalt De vlag (no. 19). Dan zijn er enkele proefstenen, marmer en diabas, waarin figuren zijn uitgestoken, die door de kleurwerking bijzondere bekoring uitoefenen. Men kan zich een zeer rijke toepassing denken niet alleen als gedenkstenen in gevels of in een hall, maar ook als louter ver siering binnenshuis, en zelfs voor bij zettafels. Voorts heeft Mia van Reg teren Altena proeven ingezonden van toegepaste grafiek en typografie, waarvoor ik grote bewondering heb. Al haar werk is buitengewoon ver zorgd, zeer smaakvol van tekening en met prachtig evenwicht van zwart en wit. Het waren van haarzelf en van het K. C. B. onafhankelijke om standigheden die haar zo laat deden deelnemen aan de exposities, wat jammer is: we hadden gaarne de vele gasten die nu reeds vertrokken zijn op haar kunstzinnige arbeid opmerk zaam willen maken. v. d. W. BERGEN (N.H.) Bioscoop: Deze week: „GULLIVERS REIZEN" Paramount-film Toegang 14 jaar Zaterdag en Zondag:

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Bergensche bad-, duin- en boschbode | 1947 | | pagina 5