Bergensche Bad-, Duin- en Boschbode Drie-en-dertigste jaargang No. 7 Ab°nne~p<H Zaterdag 23 Juli 1949 Louis Davids was er naast Ons strand niet minder charmant dan waar ook in 't land f 2.— voor leden der V.V.V. Losse nummers 25 cent WEEKBLAD Redacteur: W. OLIEMANS, Ranonkelstraat 38, Alkmaar UitgaveN.V. Boek- en Handelsdrukkerij v/h Herms. Coster Zn. Voordam 9, Alkmaar Tel. 3320 Postgiro 37060 Voor advertenties: N. SLUYTER, Dorpsstraat 23, Bergen, Tel. 2447 De grote Louis Davids heelt zich vergist, toen hij zijn liedje maakte op het Scheveningse strand. Dan zong zijn hese stem, dat er geen strand zo charmant was als dat van onze grootste badplaats. Maar hij vergiste zich deerlijk. Want elk strand is char mant en wat voor Scheveningen geldt, geldt óók voor ons onvol prezen strand in Bergen aan Zee. Nee, Louis Davids was er naast, radicaal er naast. Niemand, die ooit een bezoek bracht aan de Ncordhollandse stranden, als ze daar liggen te blakeren in de zon nehitte, ontkomt aan de lokking van dat witte zand, van de ge vlekte duinenrij daarachter en van de {luisterende kabbeling van de grote haringvijver, die Noord zee heet. Maar wat praat ik over de zon en over de fluisterende zee. Nog heeft de zomer zich maar schuchter aange diend, nog giert bij tijden de storm wind over de kust ons land binnen, nog heeft de Noordzee te vaak haar grauwe masker voor, dat haar lieflijk heid bederft. Dan jagen lage wolken vanuit zee over de duinen en over het groene land daarachter. In een eindeloze rij komen ze aanzetten, zwart en dreigend, met hier en daar grijze plekken in hun midden en soms met een sluier van kille regen er on der. Dan zijn er op het strand slechts enkelen, die daar iets doen hebben. Daar loopt een man, gebogen sjokkend door het zand', een halfgevulde zak op de rug. Hier staat hij even stil, daar bukt hij zich wat pijnlijk en raapt wat van zijn gading is, een stuk hout, wat kurk, soms een gave plank of een luik van een schip. Met jutten schar relt hij zijn levensonderhoud bijeen. Hjj leeft van wat de zee hem geeft. Boven zijn hoofd trekt een glanzend witte meeuw zijn hoekige banen, on berekenbaar en schijnbaar zonder doel. Bewegingloos drijft de vogel op de adem van de wind. Alleen het kopje leeft en keert zich van links naar rechts, van rechts naar links. En de pientere kraaloogjes spieden langs de rand van lillend schuim, die de zee bij elke ademtocht op het zand achterlaat. Dan opeens laat hij zich vallen, meters diep, om met één ruk van de vleugels weg te schieten naar gindse schelpenvisser, die zijn net langs de banken trekt en het leegschudt in een zwartgeteerde kar. En daar, op het duin, staat een eenzaam man. Hij tuurt over zee, heft de binocle voor de ogen en laat de blik gaan langs de halve cirkel van de horizon, een boog, rafelig en onge lijk door de witte brekers, die dich terbij opstijgen en de kim bedekken. Maar de stormwind gaat liggen. De zwoegende boezem van de zee komt tot rust, haar adem wordt tot een regelmatig bewegen, dat zacht rui send over het zand rolt. Het drei gend gefronste voorhoofd effent zich, a" admire 'wolken trekken weg en" een stralende glimlach breekt door. Weet stand te houden, wint het van de oerkrachten, die daarginds achter de horizon sluimeren. De zomer doet zijn intrede. Het fraaie weer houdt aan. Dan krijgt het strand een ander gezicht, het gezicht van zon en warm te, van badpakken en kindergelach. Kijk ze trekken naar dat zandige terras voor de duinen en de dijken, naar het strand. Bij duizenden en tienduizenden komen ze, per fiets en met de bus, met bellende trammetjes en in glimmende Packards. En ook te voet, een zakdoek over de haren te gen een al te felle zon, de armen en benen rood-glimmend uit short en poloblouse. Wég met die donkere pakken, weg met jaeger en flanel. Hier roept de zon en de zee, hier fluistert het zilte koeltje en sabbelen venijnige kwallen aan witte spillebe nen. Maar ook, hier laten gebronsde lichamen zich bakken af rennen met een soepel rollen der spieren achter een enorme bal. Hier eet men boter hammen met-ei-en-zand en zuurtjes uit kleverige papiertjes. Hier schiet men zijn badpak aan achter een lap markiezendoek aan twee wandelstok ken of werpt eenvoudig met 'n ko ninklijk gebaar een wuivend strand- toilet van zich om als een ranke ree naar de schuimrand te schrijden. Hier bouwen de kinderen machtige kastelen met hun schop en planten de vlag in een tarten van de Noordzee, tot die haar borstkas uitzet en van de uitdagende burcht een vormloze hoop nat zand maakt, waarboven een rood- wit-blauwe vlag wat verpieterd aan een oranjestokje sliert. Hier zijn moe ders met talrijk kroost en kinderen zonder moeder, die zich huilend een weg banen in de drukte en zoeken en zoeken Hier zijn vrijgezellen- met-nooits-iets-te-doen en breiende grootmoedersmet altijd wat-omhan den en mannen met witte broeken, opgestroopt tot onder de knie en met een koperen toetertje in de hand, dat roekeloze baders naar het strand te- rugblaast. Hier zijn ijscoventers met een eeuwig-rinkelende bel aan hun wagentje en allerlei heerlijks onder het nikkelen deksel van hun kar. En boven op het duin, daar gloeit de brem en lispelt de helm en daar klinkt de echo van de kreten der tienduizenden, die zich laten drijven cp de adem van de Noordzee, die elkaar narennen of lui liggen te zon nen, die plombières genieten op, hou ten terrassen of hun kinderen tot de orde roepen. Kijk, zo kan het er op het strand óók uitzien, op ieder strand. Nee, Louis Davids was de plank mis. Ónze stranden zijn niet minder charmant dan dat van Scheveningen. Integendeel! „Toch hoop ik, dat de zomer dit jaar nog op een Zondag valt Komt U er bij zitten onder de luifel? En als dan de regen op het tentdak klettert, wordt je als kam peerder vaak al met medelijden aan gekeken als het even wat minder mooi weer is. Maar dit keer nu niet een praatje over kamperen. Velen van U leven een paar weken héél chique in een mooie omgeving, maar als het regent Zit U dan óók met een zielig gezicht achter een ruitje te koekeloeren en te wachten tot het droog wordt misschien? Nee, iemand die echt va- cantie gaat houden, rekent ook met een paar regendagen en reserveert daarvoor bezoeken aan gebouwen. Want U kunt evengoed dan Uw rust vinden, die U meent te zoeken in on ze omgeving door mooie dingen te gaan zoeken. Laten we dan eens rondom Bergen neuzen naar beziens waardigheden voor een regenachtige dag. Houdt U van geschiedenis? Kent U de vele overeenkomsten tussen de gevechten in Bergen in 1799 en 1940? Mét U zullen er velen zijn, die niet van geschiedenis houdenmaar door begrip en groei van het verleden be grijpt U óók Uw eigen leventje iets beter. Dan zult U, eenmaal daarmee begonnen, een pracht verrijking van Uw leven doormaken. Bezoekt U voor dat doel het kleine museum achter de ruïne eens. Dat was één object. Plotseling valt ons oog op een oud kommetje. Weet U hoe aardewerk gefabriceerd wordt? Kent U het oude pottenbakkersbe- drijf? Wist U dat er enkele bedrijven, zijn hier? Wel, voor het fabriceren van kóp pen en schotels tot de blauwe wand borden en beschilderde pullen kunt U' de Keramische Industrie W. F. B. bezoeken aan de Molenstraat. Voelt U meer voor geheel unicum met kunstglazuren, dan is er een expositie aan de Sluislaan bij Pottenbakkerij Huberts. Schilderijen bewonderen kunt U overal hier. Neemt U daar eens een middag voor. Vervelen bij regenach tig weer? Nee nooit van gehoord. Het is net als het gezegde van de kampeerder: slecht weer bestaat niet, wél een slechte uitrusting! En zo is 't ook met onze vacantie. Wat maakt U ervan? Maar gelukkig komt de zon wel weer en dan maar gauw er op uit. Wilt U enkele opdrachten vervullen? Hier zijn een paar bijzonderheden om eens op te zoeken. U kent de boerderij „het Sluisje", maarwaar liggen de oude muren van het werkelijke sluisje in die buurt? Zoekt U het maar eens! Waar staan de huizen „als sche pen" de „Fok" en „de Bark?" Wan delde U al eens van de Bergerweg naar de Sluislaan via de Nesdijk? In de „Ronde kom" eindigt langs de muziektuin een verouderde dam- beek, die langs de Komlaan en dan verderja kunt U uitpuzzlen waar die beek gelopen heeft? Waar zag U die droge beek meer? In de nabijheid van Duinvermaak staan richting Schoorl de wratten- bomen? Hoeveel zijn dat er? Had U dat al eens eerder gezien? Waar ligt op de kaart de plek „de halve galg?" Waar stonden vroeger achter de hoge bomen de drie banken? Hoe komt men aan de naam de Frans man? Wat denkt U.".of bezit U nóg het boekje niet van „de Heer lijkheid Bergen?" Wandelde U al eens naar de Nok? En zo, zijn er tientallen plekjes, die U kunt opzoeken rondom Uw vacan- tie-oord. Want ondanks het feit dat de nachtegalen zwijgen, is er toch nog zo véél moois te vinden. Tussen twee haakjes, de mooiste tiid voor Bergen is wel Juni en begin Juli. Maar ook nu bloeit deoarnassia, pirole en de difindistel. Bekijk ze, maar laat ze staan. Thuis gooit U de 'verlente planten gauw wesk Tu de natuur blijft alles langer goed. Helpt U mee sparen het weinige dat nog gespaard bleef? Langs de voert schar relen de scholeksters en kieften met hun jongen. Overal leeft het en met open oog en oor is Uw vacantie er een om nooit te .vergeten. Veel succes op Uw speurtochten. Jan Ivangh. Concert bij de Ruïnekerk Wo man singt, da lass' dich nieder: Böse Menschen haben keine Lieder. (Schiller). We vestigen hierbij de aandacht op het Zondagavond te geven concert bij de Ruïnekerk. Bergen's Mannen koor, de IJzangers, onderafd. Dames koor Amsterdam en Brandweer Man nenkoor „Oefening na Arbeid" te Amsterdam zullen die avond onder leiding van Karl Böhne hun liederen ten gehore brengen. Voor verdere bijzonderheden ver wijzen we naar de in dit nummer voorkomende advertentie. Vegetarische dames: - Hier heb je een kwartje, maar beloof me dat j'r geen vlees voor zult kopen. Arbeider (geestdriftig): Ajakkes nee, juffrouw, ik zal 't nog veel liever verdrinken.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Bergensche bad-, duin- en boschbode | 1949 | | pagina 1