voor CALLANTSOOG.
't GatlarvUicw-g.
u-cui iv-eJte
No. 6.
Zatcrdag 15 Juli 1950.
£ie uitgxiu-e deefj-t pJtaatl o-ndei audfiicim del U.U.U. Gaiiant&cw-y.
Het bezit van een zomerwoning
of bungalow te CALLANTSOOG
Bouwt daarom te
CALLANTSOOG
DORPSNIEUWS
RED ACTIE
Abonnement £11,— per seizoen
Druk s
B. OUWERLING.
bij vooruitbetaling, franco per post.
Fa. K. VAN LOENEN Zn.
III.
Najaarsstormen op de kust. Het karakter
van het dorp is totaal veranderd. Verdwenen
zijn de badgasten in hun fleurige, zomerse
kleedij, verdwenen ook de spelende kinderen
op 't strand, aan de zee en de voet der
duinen, Verlatenheid waart overal rond.
Wie dan de duinen beklimt, aanschouwt een
zee, die hem bij de eerste aanblik angst
aanjaagt. En hij vraagt zich af„Is dat
diezelfde spiegelgladde zee, die men's zomers
aanschouwt?" Ja, dat is ze. Welk een geheel
ander beeld. Duizenden jaren is dat zo ge-
weest en duizenden jaren zal die wisseling
zo nog voortduren. Wat heeft schrijver dezes
die zee in beiderlei gedaante in zijn jeugd
zo gezien. Hoe herinnert hij zich nog die
stormachtige dagen en nachten uit die tijd
en het stranden van schepen op de dan zo
gevaarlijke kust. Laat ik U een korte schets
geven van zo'n stranding uit die tijd, nu
bijna 50 jaar geleden.
Een donkere nacht. Gierend joeg de storm
over de daken der huizen, bulderend in
schoorstenen, fluitend door kieren en naden.
Zwaar golfgeklots klonk boven dat alles uit.
Striemende regenbuien kletterden tegen de
ruiten. Onheilspellend was de zee in zo'n
nacht. Was 't wonder, dat velen in het dorp
in hun bed lagen te luisteren naar de woeste
natuurkrachten, die losgebroken waren In
zo'n nacht strandde een schip. En weldra
was het gehele dorp in rep en roer. Mannen,
die des nachts op de duinen of 't strand
zich bevonden, hadden reeds in de duisternis
lichten en daarop noodsignalen waargenomen
van een schip. dat door de woedende
elementen in de richting van de kust met
zijn gevaarlijke branding werd gedreven.
Zij wisten dat mensenlevens in gevaar waren.
Dan was hun eerste gang naar onze woning
om mijn vader, voorzitter van de N. en
Z.H.R., zulks mee te delen. Een hevig ge-
bons op de ramen en geroep van„een
schip op strand" gevolgd door de aanduiding
van de plaats ongeveer. Mijn vader, in korte
tijd gekleed, begaf zich terstond naar de
loods, waar reddingboot en vuurpijltoestel
geborgen waren. Daar ontmoette hij reeds
de schipper van de reddingboot en de roeiers
met wie vlug de nodige besluiten genomen
werden. Ook een ander persoon werd ter
stond gewaarschuwd, n.l. de bakker van 't
dorp, Baken genaamd. Deze stond n.l.
telefonisch in gemeenschap met het haven-
kantoor te Den Helder, aan wie hij de
stranding meedeelde.
Het brengen van de reddingsmiddelen
naar de plaats des onheils was dikwijls een
titanenwerk. De weg over de duinen was
soms ondergestoven door 't mulle zand en
daarover moesten de paarden de voertuigen
vervoeren. Dat was geen gemakkelijk werk.
Daar moest dikwijls de zweep aan te pas
komen. Geroep en geschreeuw klonk boven
BETEKENT
de zekerheid van een jaarlijkse vacantie
in een rustige farailiebadplaats
Inlichtingen ten raadhuize (Tel. K 2248-212)
het loeien van de storm uit. Maar men
slaagde.
Op de plaats der stranding aangekomen,
werd in allerijl alles in gereedheid gebracht.
De boot, bemand door schipper en roeiers
werd te water gelaten om te trachten door
de branding, 't schip te bereiken. En ziet,
dan werd in die mannen't schoonste wakker,
waartoe mensen, die een diep plichtsbesef
hebben, in staat zijn. Het leven van mede-
mensen stond op 't spel. Zij kenden de ge-
varen en zij wisten, dat zij hun eigen leven
daarvoor waagden. Dan waren zij tot grote
dingen in staat. Geen dwang op hen was
nodigwat zij gingen doen was vanzelf-
sprekend. Een bovenmenselijke strijd met de
woedende elementen in die helse nacht,
wachtte hen. Vaak werd hun werk bekroond
en brachten zij de uitgeputte schepelingen
aan wal. En dat alles deden zij, zonder zich
daarop te beroemen.
Gij vreemdelingen, die des zomers die
eenvoudige mannen, die ook heden ten dage
in storm en ontij voor dat menslievend
werk klaar staan, op strand of duin of
zittend op de bank bij de weg, die naar 't
strand leidt, aantreft, wist gij, tot welk een
bovenmenselijke strijd zij dan in staat zijn
Zich in een ranke boot te wagen op de
wit schuimende golven ener tomeloze zee,
met de kans voor ogen door de golven te
worden verzwolgen Is het wonder, dat
zulke mensen, die ge langs de gehele kust
aantreft, de bijnaam hebben gekregen van
„Helden der Zee", iets, wat zij ten voile
dan ook verdienen.
OP DE SEINPOST (2)
Wat nu Prikkeldraad op de Seinpost
Ja, 't is jammer, maar het moest wel. Voor
verscheidene bezoekers scheen de gewone
afrastering van gegalvaniseerd draad niet
duidelijk genoeg te zijn en ging men anders
naar boven of naar beneden dan langs het
met zoveel moeite gemaakte pad. Zij hadden
zeker de vorige badbode niet gelezen, waarin
we er zo voor gepleit hebben om zuinig op
onze duinen te zijn. Enfin, we spreken af,
dat het niet meer gebeurt en roepen ieders
medewerking in, om in ieders belang daarop
toe te zien. Wanneer alle goedwillenden de
anderen er opmerkzaam op maken, dat er
een pad is, ben ik er zeker van, dat we de
.Seinpost" VRIJ zullen houden.
Deze keer moest dit tot mijn spijt de in-
leiding zijn. De vorige keer hadden we het
over de zeezijde vanaf de Seinpost. Zullen
we nu het strand eens onder handen nemen
en daarlangs met laagwater een wandeling
maken U weet wel, als het strand aan de
zeezijde zo fijn stevig is, dat je er zo heerlijk
kilometers kunt wandelen, zonder vermoeid
te worden. Trek schoenen en kousen maar
uit, dat is goed voor onze voetzolen en nu
maar lopen jongens. Strekdam op strekdam
af, in het begin wat moeilijk op blote voeten,
maar een prachtige oefening ter versterking
van Uw voetspieren. En dan met een heerlijk
briesje in ons gezicht tegen de wind in naar
het Zuiden, om, als we menen ver genoeg