CALLANTSOOG. Zaterdag 22 Aug. 1953. No. 10. 2)-e uügxuue Hee^t plaall oncLe.\, auipiciëri u-cui de U.U.U. GaCCatitóo-ag,. Jullcrslalfin De Visserman, ook de Fontein Redactie W. LASTDRAGER, Dorpsweg 12, Tel. 282 Advertenties K. VAN ECK, Dorpsplein 4 Tel. 244 AbonnementenE. T. J. VOS, Dorpsweg 1 AdministratieK. ROGGEVEEN, Op 't Landtweg 17 R. KOELEMEIJ, Dorpspl. 34, Tel. 245 DrukFa. K. VAN LOENEN Zn. Schagerbrug Tel. 02247-272 Abonnementen f 1,25 per seizoen. Losse nummers 0,15 Advertenties: tot 1000 m.m. 2.5 cent per m.m. hierboven 2 cent per m.m. GEVAAR^ Outsiders denken vaak, dat het jutten alleen een avontuurlijk werk is, maar niets is minder waar. Het kan vooral in tijden van oorlog of er na een zeer gevaarlijke baan zijn. Er spoelen dan explosieve stoffen van allerlei aard aan of deze zijn op het strand achter gebleven. Menig jutter heeft zodoende wel eens een hachelijk moment beleefd. In dit „Latijn" zullen we U een paar verslagen geven. Toen een bekende Callantsoger hoofdarbeider eens met zijn vrouw langs het strand liep om wat aanmaakhoutjes bij elkaar te sprok kelen, ontplofte vlak bij hen een grote zee mijn. De mijn n.1. had met zijn voelhorens de pier geraakt en dit was voldoende om haar te doen exploderen. Het echtpaar had ïich echter meteen vlak op het strand laten vallen en zodoende vlogen de scherven gelukkig over hen heen. Op een dag in de afgelopen oorlog vond een jutter eens een pracht van een boei. Het ding was hel gekleurd en werd door de jutter zeker op een tientje getaxeerd. Op de schouder ging het geval mee naar huis, alwaar hij in het schuurtje werd neer gezet. Enige weken later spoelde er weer zo'n boei aan. Onmiddellijk werd het strand af gezet. Adriaan Vader moest met de toeter het dorp rond. Dit betekende voor de in woners, dat de ramen opengezet moesten worden. De mijnopruimingsdienst had n.1. de „boei" als zeer explosief gekenmerkt. Dit bleek even later trouwens overduidelijk. De ontploffing, die ze veroorzaakte was ge weldig. Onze jutter herinnerde zich toen opeens, dat hij ook nog ergens zo'n ding had. Tussen wat brandhout vond hij het geval terug. Met een zwaai zette hij het voorwerp op zijn schouder en toen op weg naar het Ortskommandantur. Daar zette hij hem neer en ging zelf naar binnen om de dienst doende officier te waarschuwen. Toen deze naar buiten trad verkleurde hij nogal en beval schreeuwend het ding onmiddellijk naar het strand te brengen. De jutter haalde zijn schouders op, nam het gevaarte weer op zijn nek en bracht het naar het strand. De volgende dag werd heel omzichtig het ding tot explosie gebracht. Het gehele dorp trilde op zijn grondvesten. Iedere jutter stookt in de winter natuurlijk het hout, dat hij op het strand gevonden heeft. Zo heeft er eens iemand zijn kachel verspeeld. In het balkje had n.1. een granaatje gezeten. Het ontploffen er van had boven genoemde schade tot gevolg. In de oorlog werd eens een jutter, die zich op het verboden strand bevond, door de Duitsers ontdekt. Natuurlijk vluchtte de In een van de vorige Badbode's schreef de heer Rotgans over de rotspartij met het beeld, dat midden op het [dorpsplein staat. In dit stukje konden we o.a. lezen, dat de naam FONTEIN voor het ge heel wel eens werd ge bezigd. De schrijver had echter nog nooit gehoord of gezien, dat er water uit de rots kon opspuiten. Dank zij dit artikeltje gingen enkele Callants- ogers eens aan het peinzen. De één wist dit en de ander dat. Zo herinnerde de penning meester van de V.V.V. zich, dat hij iedere maand nog een bepaald bedrag aan het Prov. Waterleidingbedrijf betaalde voor het verbruik van water ten behoeve van de fontein. Een ander wist zeker, dat er ergens op het plein een put geweest moest zijn, waarin vermoedelijk de aansluiting zou zitten. Er werd een onderzoek ingesteld. De put, enigszins met zand bedekt, werd gevonden en tot veler verrassing spoot er na een draai aan de kraan, uit een tiental rotsspleetjes water omhoog. De naam fontein was in ere hersteld. Callantsoger de duinen in. Deze vond het wel vreemd dat zijn belagers hem niet volgden. Enfin dat moesten zij weten. Hij was al lang blij, dat hij ze kwijt was. Later hoorde hij, dat hij door een mijnenveld was gevlucht. Nou ja, zonder geluk vaart niemand wel. JAN DE JUTTER. Over een paar weken vertrekken de laatste gasten en zal het leven in on dorp weer z'jn gewone gang gaan. De Callantsogers, die zich gedurende het seizoen bescheiden terug getrokken hebben, nemen dan weer bezit van hun dorp en hun strand. Het strand, waar het dan zo stil kan zijn. Alleen de jutters lopen elke dag en ook wel 's nachts langs de zee. Want nog altijd neemt en geeft deze zee. Wat ze geeft is nooit vooruit te zeggen, daarom zit er in jutten iets verrassends. Met neven staande foto neemt Jan de Jutter nu afscheid van U. Gasten van Callants- oog, bekijk deze foto van Hendrik Kooger, een rasechte jutter, maar eens goed. Als U komende herfst en winter de wind door de straten van uw stad hoort gieren, denkt U dan ook nog eens even aan het dorpje in de duinen, zijn gemoedelijke bevolking en zijn onvol prezen strand. Mijne lezers tot volgend jaar. 91 a de <Storm. Foto H. ROTGANS. Een jutter uit Callantsoog keert met zijn buit huiswaarts.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Badbode voor Callantsoog | 1953 | | pagina 1