NOORD-HOLLAND Aan den vooravond van nieuwe offensieven. DAGBLAD VOO Rijkscommissaris over de gebeurtenissen in ons land. Landstand-roer in nieuwe handen. Aanmelding voor den Arbeidsinzet Oproep van den N.A.D. Uitgave: Dagblad voor Noord-Holland N.V. Alkmaar - Voordam C 9. Bureau der Schager éditie: Schagen: Laan 201. Telefoon 444 (2 lijnen). Postrekening 66189. VRIJDAG 21 MEI 1943. SCHAGER EDITIE. 87e Jaargang No. 117. 4 pagina's. Hoofdredacteur: A. R. JONKER. Alkmaar. Deze Courant verschijnt dagelijks. Advertentie-tarief. Prijs der gewone advertenties In deze Editie 11 ct. per m.M. Bij contract binnen een jaar te gebruiken belang rijke korting. Tarieven voor de geheele oplage op aanvrage. Politieke en militaire situatie van het oogenblik. 's-GRAVENHAGE, 20 Mei. ^chouder aan schouder stond gistermiddag de menigte in de ruime, in licht badende labriekshal van een plaats in het Oosten des lands. De uitgestrekte hal, waarin anders de machines het lied van den arbeid zingen, was tot een vergaderplaats geworden, die in weerwil van haar geweldige afmetingen niet alle deelnemers kon bevatten. In de aangrenzende ruimten en in de werkplaats hadden vele anderen *een plaats gevonden. Het aantal dergenen, die bijeenge komen waren om getuigen te zijn van een gedenkwaardige politieke demonstratie, kon op zevenduizend geschat worden. De Rijkscommissaris spreekt. Deze tijding, hóewei pas in de laatste minuut verbreid, had de menigte in beweging gebracht. Huidig leven ondergeschikt aan den strijd voor Europa's toekomst. Gedenkwaardige demon stratie in groote fabriekshal. DUITSCHE en Nederlandsche arbeids kameraden. werkers van alle beroe pen, van kantoor en werkplaats, man nen en vrouwen. Betriebsführer en Ge- folgschaftsmitglieder uit de naaste en de verdere omgeving stonden naast elkander zonder onderscheid van per soon en stand. Behalve den kring van in trouwe kameraadschap vereenigde Duitsche en Nederlandsche Nationaal- Socialisten waren er ook velé Neder landsche volksgenooten verschenen, die, gedreven door de oprechte zorg voor de toekomst van hun land. van den «vertegenwoordiger der bezettende mogendheid een antwoord verwachtten op de vraag: „Wat nu?" en op de plaats, vanwaar de onrust was uitge gaan, een vrijmoedig bespreken hoor den. Door luiden bijval begroet, betrad de Rijkscommissaris. Rijksminister Seyss-Inquart, onder de tonen van marsch. gespeeld door een muziekkorps der Waffen SS., door ccr. haag. ge vormd door mannen van den Neöer- landschen Arbeidsdienst, de hal. De leider van het Arbeitsbereich der NSDAP., Hauptdienstleiter Schmidt, opende de reusachtige bij eenkomst met de woorden: „Als Nationaal-Socalisten hebben wij voor deze demonstratie de plaats van den arbeid gekozen om daar mede dit vast te stellen: zoo lang, er nationaal socialisten zijn, behoo- ren aan deze nationaal socialisten de fabrieksgebouwen en straten." Aan- deze revolutionnaire strijd- roep, die een daverenden weerklank vond, verbond hij woorden van dank aan den Rijksminister die gedurende heel den bezettingstijd 'n hechten poli- tieken koers heeft gestuurd en die voor ons steeds de politieke leider is. Met den groet, dien hii den Rijksminister bracht, stemden de vergaderden dui zendvoudig in. Rede van den Rijkscommissaris. et begin van deze maand Mei bracht l in Nederland ernstige gebeurtenissen en, nu de opwinding, die met dergelijke gebeurtenissen gepaard gaat, voorbij is, blijft het gevoel van doelloosheid en zinneloosheid en tenslotte blijven er teleurstelling en haat. Als vertegenwoordiger van de bezet tende mogendheid zou ik mij kunnen vergenoegen met te constaleeren, dat tegen deze gebeurtenissen energiek werd opgetreden en dat de orde snel hersteld was. maar als pbliticus gevoel ik mij verplicht mij met deze gebeurte nissen, met haar oorzaken en gevolgen bezig te houden en ik deins daarvoor niet terug. Ik wensch dat zelfs. Ik heb mij voorgenomen om daar van tevens een gesprek tusschen ons hier te maken. Dus op de plaats, vanwaar deze onrust is uit gegaan. en wel omdat ik van mee ning ben, dat, wanneer ik in dit deel der provincie spreek, mijn woorden zullen doordringen, dat Hl NEDERLANDERS Bl| DE DUITSCHE ZEEMACHT. Inlichtingen over bet dienstnetnen van Nederlandsche» Vrijwilliger» bij de Duitsche zeemacht geven elle Oti^kommandantureo. die tevens een Uitvoerige I *t verstrekken, waarop •erbgaden faciliteiten CNWaam zij zullen worden doorgegeven en zullen komen tot de menschen, die in een oogenblik van hun ver warring en opgehitst-zijn geloofd hebben zichzelf en den anderen van voordeel te zijn door tot on rust en ordeloosheid te vervallen. Dat is de reden waarom ik hier spreek, om dichter bii hen te zijn en met dringender woorden te spreken, want nog altijd wensch ik. dat mijn betrekkingen tot de Nederlanders niet worden geleid door het argument der wapenen, maar door de argumenten van verstandelijke overwegingen. Ik spreek verder hier in "de Natio- naal-Socialistischc gemeenschap der Duitschers en Nederlanders, een strijd en lotsgemeenschap dus, die immers iuist in harde tijden haar waarde moet bewijzen. Daarom moet dit gesprek ook ons de mogelijkheid geven erover na te denken, hoe deze gemeenschappelijke weg, die ons samengebracht heeft, ook in het vervolg tot een goed doel leidt. Vooral jegens u. Nederlanders, gevoel ik mij daar thans toe verplicht en ook bereid, want, daarover is geen twijfel mogelijk, gij Nederlandsche Nationaal- Socialisten moet en zult de verant woordelijkheid voor uw Nederlandsche volk dragen. Hoe de dingen zich qok ontwikkelen, dit is onze overtuiging, dat gij de dragers van den politieleen wil in dit land ziit. Waarom was dit alles? DAAROM vraag ik: Waarom was dit alles? Wat moet er thans gebeu ren? Het uiterlijke verloop der gebeur tenissen is bekend. De Wehrmachtsbe fehlshaber heeft beschikt, dat de Ne derlanders, die in Mei en Juni 1940 uit de krijgsgevangenschap werden ontsla gen, met bepaalde uitzonderingen weer in krijgsgevangenschap zullen worden gebracht. Hij heeft het recht daartoe. Niettemin wil ik verklaren waarom het tot dezen maatregel is gekomen, want deze situatie is nieuw. Waarom is deze situatie nieuw? Omdat het uniek is, dat in het verloop van een krijgs- onderneming reeds na veertien dagen de mannen, die door de capitulatie in krijgsgevangenschap waren geraakt, hun vrijheid herkregen en naar hun land terugkeerden. Dat is zoo uniek, dat de vijandelijke zender op deze aan spraak op terugvoering in de krijgsge vangenschap niet eens wat aan te mer ken had. dat hij geen volkenrechtelijke bedenking kon inbrengen, maar ver klaard heeft, dat het ongetwijfeld onge woon zou ziin. dat honderdduizenden na een capitulatie niet in krijgsgevan genschap gevoerd worden, maar terug gegeven aan hun land, hun gezin en hun beroep, hoewel de oorlog, het groote conflict, waarom hel in deze wereld worsteling gaal, niet geëindigd is. De Wehrmachtsbefehlshaber heeft erop gewezen, dat de houding onder deze vrijgelaten krijgsgevangenen niet zoo was, dat hij het kon verantwoor den. hen in dezen tijd zonder onder zoek in deze vrijheid te laten. Dat geldt in het bijzonder voor hen, die in het actieve soldatenberoep wa ren, die eigenlijk na de capitulatie zon der beroep waren en daardoor zeker gemakkelijk konden afglijden. Maar het belangrijkste is nog iets anders. Het belangrijkste zijn de plannen van onze vijanden op dit oogenblik, nu de strijd in het Oosten met een steeds duidelij ker overwicht der Duitsche en Euro- peesche legers op zijn beslissing aan gaat. Het tweede front. Op dit oogenblik. evenals een jaar geleden, schreeuwt Stalin om het tweede front en in dit moment, nu het weer eens om Europa gaal, zooals om de paar eeuwen het geval is, willen de Atlantische mogendheden, Engeland en de Ver. Staten, dezen in het Oosten vechtenden troepen door een landing in het Westen den dolkstoot in den rug toebrengen. Tenminste dat beweren zij. Maar hoe willen zii het doen? Want gii weet zelf hoe sterk onze kusten zijn, hoe vooral de versterking der ha vens is uitgebreid, zoodat het nauwe lijks waarschijnlijk is dat een poging daar succes heeft. Dan komt het denk beeld. dat men probeert al is het maar een manoeuvre met uit de lucht gelande troepen, met aan land gebrachte commando's, met uitgewor pen wapenen en met het oproepen dergenen, die eens in het Nederland sche leger gediend hebben, een schijn- front te vormen. In ieder geval geloo- ven wii. dat wii van den vijand een dergelijk gewetenloos en onbedacht zaam optrfeden zouden kunnen ver wachten, Het is niet aan twijfel onder hevig. dat het eind van elke manoeuvre van dezen aard slechts een volledig opofferen zou ziin van de elementen, die er aan zouden meewerken. Het is echter mogelijk, dat de opgeleide solda ten of sommigen' van hen, die immers een zekere militaire discipline gewend ziin, aan zulk een oproep gehoor zou den geven, al was het maar ten deele. Verder heeft de vijandelijke zender er op 27 Februari over gekletst, dat Duitschland eenmaal bezet moet wor den en dat daarvoor ook Nederlandsche mannen gebruikt moeten worden.'Deze argelooze engel van de radio heeft daarbii gezegd, dat men daardoor de taak der bolsjewisten moet cn wil ver lichten. Dat zou een grimmige waarheid (Cliché archief D. v. N.-H.) ziin. Nederlandsche mannen, hoe denkt gii, dat het Duitsche volk er op zou reageeren, wanneer hier uit het Westen of uit Engeland en Amerika iemand het zou wagen het vaderland te bezetten van de soldaten die hun bloed offeren, opdat figtfbpa vrij blijft? Misbruik en misdaad. METWpt oog op de groot.moedig- heicfV van den Führer en de zoo vroegtijdige vrijlating zijn deze plan nen van den overkant niets dan mis bruik en misdaad en daar wij_ juist door de verantwoordelijkheid, die wij dragen, op alles voorbereid moeten zijn en ook de geringste mogelijkheid van het in gevaar brengen van ons oostelijk front uil den weg moeten ruimen, hebben wij ook de kleinste gelegenheid tot verwezenlijking de zer plannen moeten verhinderen. Het is voor de Nederlanders ook beter, dat de dingen zoo in het reine zijn gebracht, maar degenen, die thans in de krijgsgevangenschap terug moeten keeren, kum\en 't emigrantencomité in de Londensche schuilkelders, dat van den overkant af ophitst, dank- baar zjjn. Het is nog nooit zoo duide- lijk geworden als door dit voorbeeld, dat slechts nij kan en mag leiden, die zelf midden in het volk staat en weet wat er in het volk leeft. EMIGRANTEN WETEN DAT NOOIT. Emigranten hebben er nog slechts een voorstelling van hoe 't eens was, toen zij 't land verlieten. Al het andere zijn wankele wensch- droomen, maar wat in het vo'k leeft, wat het volk beweegt, wat het volk noodig heeft, dat weten de emigranten niet meer! (Zie verder pag. 2) Cor Koeman te Blokker, provinciaal boerenleider, in Noord-Holland. Een man van formaat neemt de leiding in ons gewest over. (Van onzen specialen verslaggever.) TEGENOVER ons zit Cor Koe man van Blokker, als opvol ger van Jan Saai benoemd tot Boe renleider voor Me provincie Noord- Holland. De nieuwe fuctionaris wordt vandaag officieel geïnstalleerd. Wie hij is, laat zich in weinig woorden zeggen. Hij werd in 1897 te Blokker geboren op de boerderij van de familie Koeman, welke ge durende generaties van vader op zoon is overgegaan en waar hij ook thans nog het beroep van zelfka- zend boer uitoefent. Cor 'Koeman is boer, doet zich voor als boèr en wil niets meer of minder wezen dan dat. En hiermede is hij reedg vrijwel ten voeten uit geteekend. Een strijdbare figuur. Doch er is nog iets meer. De nieuw benoemde Boerenleider, die zich een ongetwijfeld zware taak op de schou ders zag gelegd, is bovenal een strijd bare figuur, iemand die geen blad voor den mond neemt, doch die de dingen precies zegt zooals hij ze ziet. Daarbij is hij eerlijk en oprecht, waardoor hij veel waardeering ondervindt ook in het kamp van zijn politieke tegenstan ders. Een strijdbare figuur, inderdaad beter zou men hem niet kunnen schet sen. Dit kwam reeds tot uiting lang voordat er nog sprake was van de op richting van een Landstand, toen hij nog zitting had in de Hoüandsche Mij. van Landbouw. Reeds toen was het hem volkomen duidelijk, dat de boerenstand zwak was door eigen verdeeldheid, dat men tegen elkaar vocht in plaats van AAR thans bekend is geworden, is, als opvolger van Jan Saai, tot nieuwen provincialen boerenleider in Noord-IIolland benoemd de heer COR KOEMAN te BLOKKER. De nieuwe functionaris wordt heden in een bijeenkomst te Alkmaar, waar tegelijkertijd afscheid geno men wordt van den scheidenden boerenleider Saai, officieel geïnstal leerd. Een onzer redacteuren heeft met den nieuwen boerenleider een praatje aangeknoopt cn hem ge polst over de plannen, die hij in de naaste toekomst ten aanzien van den Landstand koestert. Het resul taat van dit onderhoud vindt men hiernevens. Als opvolger van Jan Saai is tot prov. boerenleider in Noord-Holland benoemd, de heer Cor Koeman te Blokker. Oproep voor mannen in 1922 en 1923 geboren. Op grond van de beschikking van den Rijkscommissaris voor het bezette Nederlandsche gebied: Commissaris-Generaal z.b.v. no. 43/1943 omtrent den aanmeldingsplicht ten behoeve van den arbeidsinzet wor den hiemede allemannengeboreninl922 enl923 opge roepen om terstond een aanmeldingsformulier in ontvangst te nemen bij het voor hun woonplaats geldende Arbeidsbureau en dit persoonlijk weder in te leveren, op de hieronder genoemde dagen bij het Arbeids bureau. In Jan. t/m. Apr. 1922 geb, personen melden zich aan op Maandag 24 Mei '43. In Mei t/m. Aug. 1922 geb. personen melden zich aan op Dinsdag 25. Mei '43. In Sept. t/m. Dcc. 1922 geb. personen melden zich aan op Woens dag 26 Mei '43. In Jan. t/m. Apr. 1923 geb. personen melden zich aan op Donder dag 27 Mei 1943. In Mei t/m. Aug. 1923 geb. personen melden zich aan op Vrijdag 28 Mei '43. In Sept. t/m. Dec. 1923 geb. personen melden zich aan op Zaterdag 29 Mei '43. In den tijd van 917 uur, volgens de door het Arbeidsbureau vast gestelde volgorde, en wel bij de voor hen bevoegde afdeeling. De in de ressorten der Bijkantoren woonachtige tot aanmelding verplichte personen moeten zich op dezelfde dagen aanmelden bij het voor hen bevoegde Bijkantoor van het Arbeidsbureau. Bij het inleveren van het aanmeldingsformulier moet de distribu tiestamkaart medegebracht worden. De personen, die tot aanmelding verplicht zijn. moeten in principe persoonlijk verschijnen bij het Arbeidsbureau (of Bijkantoor). Zij moe ten op verlangen alle noodige papieren voorleggen en alle vereischte inlichtingen verstrekken. Voorzoover tot aarmelding, verplichte personen in dienstbetrek king ziin, moet de werkgever de verklaring van den tot aanmelding verplichte omtrent den duur van de dienstbetrekking op het formulier door ziin handteekening en eventueel door een afdruk van het firma- stemoel bevestigen. Van den aanmeldingsplicht ziin uitgezonderd: 1. Duitsche onderdanen, die werkzaam zijn bij bpreaux van den Rijks commissaris voor het bezette Nederlandsche gebied, van het Arbeits bereich der Nationaal Socialistische Duitsche Arbeiderspartij in Neder land. dorzelver organisatie of aangesloten organisaties. 2. Duitsche onderdanen, die werkzaam zijn bij bureaux van de Duit sche weermacht, de Waffen-SS, de Duitsche polite en den Reichsar- beitsdienst. 3. De ambtenaren en arbeiders van den staat, de provincies, de ge meenten en andere publiekrechtelijke lichamen, benevens personen, die werkzaam zijn bij de Spoorwegen, de Nederlandsche Posterijen en de Nederlandsche Bank. 4. Leden van de vroegere Nederlandsche weeiTnacht, voorzoover zij volgens de bekendmaking van den Wehrmachtsbefehlshaber in Neder land van 29 April 1943 onderworpen zijn aan het terugbrengen in krijgsgevangenschap. 5. De personen, die reeds volgens IX var^de beschikking no. 30/1943 betreffende de sluiting van bedrijven tot aanmelding verplicht zijn. 6. Geestelijken en leden van orden. 7. Personen, die volgens II alinea 2 van de beschikkng nr. 43/1943 vrijgesteld zijn van den aanmeldingsplicht. Duitsche onderdanen, die onder de verplichting tot aanmelding vallen, worden nog soeciaal opgeroepen. Personen, die zich moeten aanmelden en werkgevers, die handelen in strijd md de bepalingen van bovengenoemde beschikking of trachten haar te ontduiken, dus bijv. hun aanmeldingsplicht niet of niet'op be hoorlijke wijze nakomen, opzettelijk of door nalatigheid onjuist» opga ven verstrekken enz., worden gestraft, evenals degenen, die daartoe opruien, medeplichtigen en handlangers. tegen den gemeenschappelijken vijand en hij stak dit niet onder stoelen of banken. Zijn streven was toen reeds ge richt op de eenheid van het Nederland sche volk, niet zoozeer uit materialis tische als wel uit ideëele overwegingen. Naar de N.S.B. Dit bracht Boerenleider Koeman er toe, zooals hij ons verklaarde, reeds tien jaar geleden als een der eersten in dit gewest toe te treden tot de N.S. B., waarvan hij steeds een der eerste leden is gebleven. Hij was en is daarbij zooals aan ieder in den omtrek bekend is een persoonlijke vriend van Mus- sert, die hem meermalen, ook in de moeilijke jaren, met een bezoek op de boerderij kwam vereeren. Men moet Koeman in allen eenvoud over deze jaren van strijd hooren ver tellen. Eerst in het Agrarisch Front, toen tn het Boerenfront en ten slotte togn de organisatie meer vasten voet kreeg, in den Landstand. Hoe het be gon met praatavonden van vier of vijf menschen bij de boeren aan huis en hoe het langzamerhand is geworden tot wat wij nu kennen. Eerst dan beseft men, hoe zeer de nieuwe Boerenleider voor Noord-Holland heeft gevochten tegen vooroordeel en tegenkanting en hoe zeer de plaats, waarop hij thans is gesteld, hem rechtens toekomt. Natuurlijk kwam het gesprek ook op den man, die ging om den Landstand in een andere fuctie te dienen, op Jan Saai. Met hem heb ik van den beginne af samengewerkt, zoo zeide Koeman ons. Wij waren twee menschen, maar ons bezielde één geeft. Zoo heeft bij het vaste voornemen, de voetsporen v^n zijn voorganger te drukken. Hoogstens zal er eens sprake kunnen zijn van een verschil in de wij ze van uitvoering. „Zoo wil ik", verklaarde hij, - „de Landsvrouwen wat meer steunen. De vrouw heeft niet alleen haar plaats in het gezin en in het bedrijf, doch vooral thans, nu het Germaansche ras dood bloedt aan de fronten, is er een groote en verheven taak voor haar weggelegd voor de instandhouding van dit ras." Ook de organisatie van de Landjeugd heeft zijn volle belangstelling, doch in oorlogstijd, nu zoo velen elders zijn ge roepen, valt deze moeilijk op te bouwen. Boerenbelang in goede handen. Wij hebben met den nieuwen Boeren- leder nog eenigen tijd gesproken over allerlei urgente onderwerpen, over de voedselvoorziening en zooveel meer, dat het ons te ver zou voeren, er hier over uit te weiden. Het moge echter gezegd zijn, dat de Landstandbelangen in Noord- Holland, zoo lang Koeman deze be hartigt, zijn toevertrouwd aan een man uit één Stuk, aan iemand, die geen redenaar Is weliswaar, geen man van schoone woorden, doch man vqn de daad, die zich zijn richtlijnen scherp gesteld ziet. En meer dan woorden zullen daden in de toekomst spreken. Talrijke arbeidsmannen hebben zich vrijwillig aangemeld om in de thans tot rust gekomen Oostelijke gebieden voor boscharbeid te worden ingezet en op grond hiervan zal in den aanvang van Juli 1943 een korps van den Ne- öerlandschen Arbeidsdienst daarheen vertrekken. Gedurende de drie maanden Juli, Augustus en September zullen deze jongemannen daarginds als N.A.D. on derdeel arbeiden en derhalve de vol ledige N.A.D.-verzorging genieten. Echter zijn ook reeds verscheidene verzoeken tot deelname aan dezen in zet binnengekomen van voormalige ar beidsmannen en in verband hiermede maakt de staf van den Nederlandschen Arbeidsdienst het volgende bekend: 1. Dc aanmelding van voormalige ar beidsmannen is toegestaan. 2. Hun inzet zal geschieden in gelij ken graad of rang als waarin zij den Arbeidsdienst verlieten. 3 Vrijwilligers, die zulks verdienen, kunnen gedurende dezen inzet in de Oostelijke gebieden worden bevorderd en later, in Nederland worden aange steld als N.A.D. kaderlid. 4. De schriftelijke aanmeldingen, wel ke vergezeld moeten gaan van een eigenhandig geschreven levensloop, die nen vóór 1 Juni 19-43 te zijn binnenge- gekomen bij: N.A.D.-staf, afdeeling 1, Huize La Foret, te Doorn. INDIEN NOODIG WORDT OOK ROME GEBOMBARDEERD. Kapitein Balfour, Engelseh onderstaats secretaris van luchtvaart die in het La gerhuis ondervraagd werd over de kwestie of de Britsche luchtmacht be vel gekregen had Rome niet te bombar deeren, verklaarde, dat er geen verzeke ring noch aj:coord bestaat dat zich tegen het bombardement van de ïtaliaansche hoofdstad verzet. De „geallieerde zouden juist integendeel niet. aarzelen om Rome te borobardceren, indien de operaties dit noodzakelijk of nuttig zouden doen blij ken", besloot Balfour. Appèl aan ons volk. T")E Rijkscommissaris heeft in het Oos- ■*-' ten des lands toLMe arbeidersgroep van een groote fabriek gesproken. Hij heeft die plaats en die omgeving uitgezocht om van aangezicht tot aan gezicht te staan met de menschen, die, zooals hij het heeft uitgedrukt, in een oogenblik van verwarring en opgehitst zijn, geloofd hebben zichzelf en de an deren van voordeel te zijn door tot on rust en ordeloosheid te vervallen. In een zeer uitvoerige rede heeft hij aan getoond, dat deze stakingspogingen niet tot eenig resultaat konden leiden, om dat Duitschland daarvan geen nadeeli- ge gevolgen van eenig belang zou on dervinden en zij, die thans deze wanor delijkheden hebben uitgelokt, allereerst zelf de dupe van hun onberaden optre den zouden worden. Men mag er zich over verwonderen, dat er nog breede kringen van ons volk zijn, die niet begrijpen hoe nutteloos en gevaarlijk het is zich tegen het bevel der bezettingsautoriteiten waarachter desnoods de kracht van de geheele hier te lande aanwezige weermacht staat te verzetten. Men moet toch begrijpen, dat elke poging tot verzet, tot het uit lokken van daden welke den loop der dagelijksche gebeurtenissen zou versto ren, onmiddellijk in de kiem gesmoord zou worden en het aantal nu reeds ge vallen slachtoffers bewijst wel, dat zij, die denken hun vaderland op deze wijze te kunnen dienen, een boemerang als wapen gebruiken, welke zich ten slotte tegen den gebruiker keert. De Rijkscommissaris heeft daarbij de moeite genomen nog eens zeer uitvoerig en zeer precies uiteen te zetten hoe de algemeene toestand is en welke kansen onzen landgenooten worden geboden als de geallieerden dan wel de Spilmogend- heden zullen winnen. Het is vanzelfspre kend dat hij daarbij liet uitkomen, dat een overwinning van Duitschlands vij anden de vernietiging van alle cultuur zou beteekenen aangezien de bolsjewis tische horden Europa zooien overstroo- men; ook óns lartd zoucren behandelen, zooals zij in de Baltische staten- hebben huisgehouden, en Nederland een Sovjet vriend als oppersten heerscher zouden geven, die er voor zorgen zou, dat ons land in een minimum van tijd met Ka- tynsche heuvels overdekt werd. De Rijkscommissaris heeft er op ge wezen hoe onverantwoordelijk het is als lid van een emigrantenregeering, dat wil naar hij zeer scherp liet uitko men zeggen, als lid van een Mie gaal comité, dat op veilige afstand zit, raad te geven aan menschen, die, wanneer zij dezen raad zouden opvolgen alleen hun eigen hoofd zouden wagen. Nog te velen zijn er, die dit niet be grijpen. Wellicht, dat zij, na het thans gegeven exposé hun verstand gaan gebruiken. Bekendmaking. De Pressé-abteilung deelt mede: De Nederlandsche onderdanen 1. Willem Theodoor Pahud de Mor- t a n g e s, student in de scheikunde, geboren 1 Juli 1921 tc Heemstede, woonachtig te Delft, 2. Eduard Ellis van R a a 11 e, student in de werktuigbouwkunde, geboren 13 October 1918 te Rotter dam, woonachtig te Delft, 3. Piet Marinus Arnoldus Huur man, scheepsbouwer, geboren 10 Juni 1917 te Velp, woonachtig te Capelle, 4. Adriaan Gerhard S m>i t, em ployé, geboren 4 September 1920 te Alblasserdam, woonachtig te Alblas- serdam, 5. Menko Hendrik Herbert K ö- n i g, student, geboren 19 Juni 1917 in Den Haag, woonachtig te Delft, 6. Charles Okes van der Plas, student in de mijnbouwkunde, gebo ren 8 September 1920 te Leiden, woonahetig te Delft, zijn door een krijgsraad ter dood ver oordeeld, omdat zij ondanks alle te voren gegeven waarschuwingen in het jaar 1942 deels gemeenschappe lijk spoorwegaanslagen en andere daden van sabotage verricht, deels pogingen daartoe gedaan hebben. Zij hebben leven en eigendom van leden van de bezettingsmacht en van Nederlanders in gevaar ge bracht en vernietigd. De vonnissen zijn door den kogel ten uitvoer gelegd. Wie sabotage pleegt, verbeurt zijn leven. De inlevering van radio- ontvangtoestellen. Er bestaat aanleiding om er op tc wijzen, dat het doelloos is reeds nu b(j een of andere Dienststelle verzoeken in te dienen om vrij stelling van inlevering te verkrij gen in verband niet de verordening inzake de inlevering van radio- ontvangtoestcllcn van 13 Mei 1943. In dc eerstvolgende dagen zal in de bladen worden bekend gemaakt waar de voor het indienen van een dergelijk verzoek op grond van ar tikel 9 lid 3 van genoemde veror dening gerechtigde personen de betreffende aanvraagformulieren kunnen afhalen. Alleen die ontvangstbewijzen van ingediende verzoeken z(jn gel dig, welke na indiening van dit formulier aan dengene, die het verzoek doet, z\jn afgegeven, DE AANVAL OP DE STUWDAMMEN. Volgens de jongste tellingen bedraagt het aantal dooden als gevolg van den Britsche luchtaanval op de stuwdam men 370. Zesendertig personen worden nog vermist. Dat niet nog meer slacht offers te betreuren zijn Is te danken aan eenige autoriteiten, die de tegen woordigheid van geest haddeh de daar voor in aanmerking komende bevolking onmiddellijk te waarschuwen en tevens onmiddellijk de noodzakelijke hulp maatregelen'troffen. t Zaterdag 22 Mei zal het 25 jaar ge leden zijn, dat de momenteel oudste hoogleeraar in de paedagogie hier te lande, prof. R. Casimir, aan de Rijks universiteit te Leiden met een rede over „Toegepaste Opvoedkunde" het bijzon der hoogleeraarschap in de opvoed kunde, later uitgebreid met empirische psychologie, aanvaardde.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Dagblad Noord-Holland, Schager editie | 1943 | | pagina 1