UITREIKING BONKAARTEN KL 610
AFSCHEID
Vreemdelingenlegioen
Vrijdag 16 Aug» 1946, letters A t»m» L
Maandag 19 Aug» 1946, lettersM t»m» Z
in calé Halcol Ie Groei
BURGEMEESTER L0VINK
BUQMtS
Distributickring Bergen Nh. 177
De uitreiking van bonkaarten voor de 10e en 11e periode 1946 vindt
plaats op:
van 9.30—12 en van 13.3016 uur
COöP. BOERENLEENBANK
GESLAAGD.
„DE KOMEDIANTEN"
EEN KERMIS MAAR
De Loco-Burgemeester van
Schoorl maakt bekend, dat inge
zetenen en besturen van ver
enigingen, die afscheid willen
nemen van den waarn. Burgemees
ter G. J. Lovink, daartoe in de
gelegenheid worden gesteld op
Maandag 12 Augustus a.s., n.m.
tussen 3 en 4 uur ten Raadhuize
te Schoorl.
SCHOORL, 7 Aug. 1946
De' Loco-Burgem. voornoemd
H. SELHORST Jr.
VACANTIE.
Medegebracht dienen te worden alle tweede distributiestamkaarten met inlegvellen
605. Op ongezegelde stamkaarten of stamkaarten van personen niet opgenomen in
het bevolkingsregister van Bergen, Koedijk of Schoorl, worden geen bescheiden af
gegeven. Zelfverzorgers komen niet in aanmerking voor de bonkaart L610 voor de
artikelen, waarvoor zij zelfverzorger zijn. Van bovenstaand schema kan niet worden
afgeweken. Na-uitreiking vindt niet plaats.
De directeur van de distributiekring Bergen Nh„
J. BUIJS
De Coöp. Boerenleenbank hield dezer
dagen in De Rustende Jager haar jaar
vergadering onder voorzitterschap van
den heer C. Koel.
Na goedkeuring der notulen, volgden
mededelingen. De rente van spaargelden
was vastgesteld als volgtvoor leden
spaargelden tot f 5000: 2,16 ®/q, voor
spaargelden van f 5000 tot f 10,0001,5 ®/o
daarboven tot de grens van huish. regl.
1 voor niet-leden, spaargelden tot
f 3000: 2,16 0/o. van f3000 tot f 10.000:
1 °/o, daarboven tot de grens 0,75
Geblokkeerde rekening 0.75
Rente voorschotten en debetsaldi in
lopende rekeningen: 4
De heer D. Duin Wzn. vond de rente
van geblokkeerde gelden bijzonder laag
en meende dat kleine spaarders hierdoor
werden gedupeerd, wat de directeur C. M.
Winder deed opmerken, dat ook zij in
de gelegenheid waren hiervoor spaarcer-
tificaten te kopen of op het grootboek
3 rente te ontvangen. Bovendien was
dit een richtlijn van de Centrale bank.
Er zijn zelfs banken, die voor geblok
keerd geld geen rente betalen.
Jaarverslag.
Uit het uitvoerige jaarverslag, dat
nog eens verschillende voorvallen uit
het bevrijdingsjaar in herinnering bracht,
bleek, dat in het begin voorschotten en
crediteurlening practisch niet voorkwam.
In hoofdzaak werden alleen gelden ge
stort. De maatregelen tot sanering van
het geldwezen brachten werk aan de
winkel. De bank en vooral de kassier
met zijn helpers, zullen die drukke dagen
niet licht vergeten. Bleef de eerste helft
van '45 de omzet bij de spaarbank be
neden het normale, de tweede helft was
gekenmerkt door een ongekende drukte.
De bank telde 221 leden en 148 spaar
ders. Aan het eind van het jaar stonden
21 voorschotten uit tot een totaal bedrag
van f 26320 en 57 rekening-courant.
Financiën.
De winst- en verliesrekening sloot met
een eindcijfer van f 1035100,22, terwijl
de balans sloot met f 1068975,44 over
het jaar 1944, met een winst van f 1598,60.
Over het jaar 1945 sloot de winst- en
verliesrekening met f 3488175,33, de
balans met f 2038259,77 terwijl het winst
cijfer bedroeg f 2367,89.
De financiële commissie rapporteerde,
dat zij boeken en kas in de beste orde
had bevonden. Goedgekeurd werd om
de winst aan de reserve toe te voegen.
Verkiezing.
Het aan de beurt van aftreden zijnde
bestuurslid, de heer C. M. Winder, werd
met bijna algemene stemmen herkozen.
Het aftredende lid van de Raad van
toezicht, de heer F. Gutker, werd even
eens herkozen. In de door het bedanken
van de heren C. Hoogvorst en C. Geus
ontstane vacatures in de R. v. T. werd
voorzien door de verkiezing van de
heren J. W. Damiaans en K. Half.
De heer C. Koel, voorz. v. d. R. v.
T., werd benoemd tot plaatsverv. be
stuurslid.
Onze plaatsgenoot J. Hazebelt slaagde
dezer dagen tot toelating der M. T. S.
te Haarlem.
Onze plaatsgenoot I. Groenveld,
Onderwijzer a. d. openbare school te
Hoogwoud slaagde heden voor de hoofd-
acte.
op de planken.
De stampvolle zaal van den heer G.
Klop heeft Maandagavond genoten van
het door de dilettantenclub „De Kome
dianten" opgevoerde blijspel van Van
der Heiden en H. Bakker, getiteld „Vrij
dag de dertiende". Naar het voorbeeld
van hun grote voorgangers Bredero en
Langendijk, die hun tijdgenoten lachende
de waarheid zeiden en wezen op hun
verkeerdheden en dwaasheden, in de1
hoop, dat ze zich daardoor zouden
beteren, naar hun voorbeeld lieten de
auteurs van dit blijspel de aanwezigen
lachen om de menselijke dwaasheden als
bijgeloof en waarzeggerij. Als de heer
Yerbaak een spijker in de muur wil
slaan, tikt hij zich daarbij lelijk op de
vingers. Maar kan het wel anders? Wie
loopt nou ook op Vrijdag de dertiende
onder een ladder door! Dat is toch een
tarten van het noodlot! Aldus zijn bij
gelovige wederhelft' Cornelia, die ver
trouwen stelt in kaartleggen, horoscoop-
trekken en andere waarzeggerij. Hoogst
vermakelijk zijn de seances van den
Oosterling Achmed Ritzibi die in trance
allerlei dingen ziet, die bij mevr. Cor
nelia twijfel doen ontstaan aan de
huwelijkstrouw van meneer.
Als het huwelijksbootje danig begint
te schommelen, brengt de schildersknecht
die lacht om al die kunsten, redding.
Hij weet de „uit armoe aan het waar
zeggen geslagen loodgieter" met zijn
vrouw Leontine als „compejon" te ont
maskeren en mevrouw te genezen. Door
het hele stuk is natuurlijk een liefdes
roman geweven of eigenlijk meer dan
een en het blijspel wordt tenslotte een
echt blij-eindend spel, als Jan en Nelly,
Hans en Molly mekaar krijgen en Chris-
toffel weer in genade wordt aangenomen
door Cornelia.
„De Komedianten", waaronder uitste
kende krachten zijn, kunnen met veel
voldoening op deze uitvoering terugzien.
Jammer dat niet door iedere speler vol
daan werd aan de eerste eis, zo te
spreken, dat men duidelijk verstaanbaar
is voor alle toeschouwers en dan... het
toneel moet geen meubelmagazijn zijn,
maar de toneelaankleding kan ook te
sobertjes zijn, zelfs in deze tijd van
schaarste.
IN HEEL HET JAAR
Groet heeft zijn kermis weer gehad, zijn
drie dagen feest voor groot en klein, voor
oud en jong. Het mag dan niet meer zijn
als een 25 jaren geleden, toen men reeds
dagen te voren druk in de weer was om
alles in gereedheid te brengen voor de
ontvangst van familie en vrienden uit
verre omtrek, moeder de vronw alles
binnenshuis nog eens een goede beurt
gevende en het manvolk de heg knippende,
alle onkruid daaronder verwijderende, het
tuintje bijharkende, enz-, dat alles mag
thans minder algemeen geworden zijn en
ook de grote pot soep, die daags te voren
werd klaargemaakt, mag tot het verleden
behoren, de kermis betekent toch nog
altijd drie dagen van gezelligheid en
vreugde. En niet alleen de ingezetenen,
ook voor de vele vreemdelingen, die hier
in het seizoen verblijven, zijn de kermis-
geneugten een attractie: 't is maar geen
feest voor de stedelingen zo'n boerenkermis
eens mee te maken, eens rond te draaien
in zweefmolen en luchtschommel, zijn
geluk eens te beproeven bij werpspel of
schiettent, zijn krachten eens te meten bij
de kop van Jut, eens weer van die
ouderwetse oliebollen te smullen, enz. enz.
En dan de dansvloer V. V.V. organiseerde
aan de vooravond van de kermis een
gecostumeerd bal in de grote danstent en
een zeshonderd feestende Groeters en
vreemdelingen bewonderden de costumes
en de vindingrijkheid van de deelnemers.
Na lang keuren en herkeuren wees de
jury de volgende prijzen toe. Afd. Groepen
en Paren: eerste prijs: Tirolers, tweede
V.V.V., derde Hawaï en vierde Ouden
van Dagen. Afd. Enkelingen eerste prijs
Zigeunerin, tweede Zeerover, derde
V.V.V.
De tweede kermisavond kwam even
een dissonant in de algemene feestvreugde,
toen donkere wolken en felle bliksem
schichten het kermisterrein schoon veegden.
Gelukkig liep het met een sisser af en
ging spoedig weer alles lustig aan de
dans, voorzover men niet puffend van de
hitte zat rond den oostersen profeet
Aghmed Ritzibi in de zaal van G. Klop.
Ook de laatste dag mocht Groet zich
verheugen in schitterend weer.
Niets zo leutig fraai en fris.
Als bezem-boeren-kerremis
(René de Clercq)
Notities uit ere-rol en klachtenboek
door Anthony van Kampen
Koning Vreemdeling is neergestreken
in Bergen en daaromtrent. Vele bekende
gezichten van de jaren vóór de bezetting
en ook een aantal nieuwe. Het doet den
Bergenaar goed te mogen constateren, dat
zóveel Nederlanders verliefd zijn op dit
dorp, welks naam en reputatie ieder sei
zoen opnieuw ten gunste toenemen. Het
is goed in deze dagen, nu Bergen in feite
niet meer van de Bergenaren hoort (tot
en met half September is het afgestaan,
beleend aan De Vreemdeling, een vol
maakt onjuiste kwalificatie overigens, aan
gezien het gros dezer vreemdelingen zich
hoegenaamd geen „vreemdeling" meer
voelen) enkele dingen vast te stellen. En
dan in de eerste plaats dat Bergen-bij-
avond er in geslaagd is zich te tooien als
een décor uit Shakespeare's Midsummer-
nightsdream. Rondom de Ruïne brachten
enkele restaurant-directies met smaak en
inzicht lichtdecoraties aan, die het voor
treffelijk doen. Een bewijs wat men met
bescheiden middelen, mits behoorlijk aan
gewend, kan bereiken. De stemming onder
de gasten lijkt me uitstekend, ondanks de
diverse donkere dagen en de uitlopers
van de nationale Natte Moesson. En de
stemming onder de tijdelijke „pleegouders"
is navenant. Jammer alleen dat ik moest
constateren, dat er onder het bedienend
personeel, in casu de kellners, nogal wat
rare lieden voorkomen, die het met Mada
me Etiquette niet al te nauw nemen.
Sterker gezegd: Bergen bezit in enkele
restaurants uitgesproken onbeschofte kell
ners, die blijkbaar hun onmisbaarheid
wensen uit te buiten.
Maar deze ene wolk kan het algemene
zonnige beeld niet verstoren. Daar is de
nieuwe tram, in zeker opzicht het visite
kaartje van Bergen. Een mooi, gelakt en
zindelijk vervoermiddel. Ik geloof dat de
V.V.V. hier ernstig debet aan is en een
salut d'honneur mag haar hiervoor niet
onthouden worden.
Ik hoorde fluisteren dat er 6000 gasten
zijn en dat is een respectabel cijfer.
Daarbij komen de dagelijkse jeugd-invasies.
de groepen lieden die Bergen-en-Schoorl
op één dag „doen" en de trekkers en andere
individuele bezoekers. Er zijn rijke gasten
en er zijn gasten die een jaar gespaard
hebben om een week naar Bergen te
kunnen komen. De bankier is gekomen
en de kleine man, Mr. Nobody, die ook
weieens iets anders wil. Daar is de oude
dame met de parasol van anno dazumal,
daar is de moeder met de vijf spruiten
die voor éénmaal wel eens een ander
voor haar wil laten koken. En daar is
de hypermoderne en quasi-mondaine
„swing girl", die in al te korte shorts
door de Bergense city flaneert, in badpak,
en zich nog steeds niet schijnt te kunnen re
aliseren dat men]geen oude vrijster behoeft te
zijn door zich correct te kleden
Bergen ziet er netjes uit, vind ik, netter
dan men eigenlijk had mogen verwachten
na de Duitse Pest die hier zo lang heerste.
En volgend seizoen zullen wel de laatste
sporen van de misère verdwenen zijn.
Ik was nog in Bergen aan Zee. Het is
ergerlijk, iedere keer opnieuw, te zien
wat daar vernield is en deze ergernis
wordt zelfs niet weggenomen door de
werkelijk bijzonder voortvarende ver-
nieuwings-plannen. Dat Bergen aan Zee
echter alles op alles zet wordt niet in
het minst bewezen door het feit dat een
restaurant-bezitter een oude woonschuit
liet verbouwen tot een alleraardigste
strand-bungalow. Een lief, vriendelijk ding,
lang niet zo voornaam en imposant als
het voormalige Trianon, maar zéker zo
origineel! Ik weet niet wie dit Bergen
aan Zee-se pied a terre bouwde, maar
de man heeft eer van z'n werk. En wat
een tempo
Moge het seizoen-klachtenboek verder
maagdelijk blijven. Ik hoop van harte
dat Bergen in staat zal zijn te zorgen dat
iedere „Vreemdeling" zich maar één dag
„vreemdeling" zal voelen. Dat geen enkele
pensionhouder zijn gasten zal overvragen.
Dat de prijzen in de winkels geen aan
leiding zullen worden van een reputatie
van „luxe-dorpDat de jeugd beleefd
zal blijven als gasten naar de goede weg
en andere dingen vragen. Dat er Zondags
avonds geen al te ongewenste invasies
van verre komen, met lallende boeren
zonen en aangeschoten idem-dochters.
Neenlaat er véél zon zijn, deze
maand en des avonds een schone maan
die waarlijk dit dorp en omgeving de
sfeer verschaft van de eerder genoemde:
„Midsummernightsdream".
Het moderne toverwoord, vacantie,
heeft ons weer in haar ban. Even „er
uit", verbreken de dagelijkse sleurgang
naar fabriek, werkplaats, kantoor of
anderzinseven, heel even maar niet
meer behoeven, niet willen denken aan
het dagelijks spook van rantsoenen,
bonnen en het thema van „wat kost dat
weer duur" voor onze vrouwen, van
textieltekorten en eeuwig kapotte sokken
en kousen, hét hopeloos onoplosbaar
probleem van de dag. Even maar een
adempauze in de dagelijkse strijd om het
bestaan, even maar genieten met de
zorgeloosheid en blijmoedigheid van
kinderen die, met de gelukkige eigenschap
kinderen eigen, alleen maar willen en
(als de wereld der volwassenen het althans
mogelijk maakt) dan ook kunnen genieten
van al wat de vacantietijd hun biedt.
Ik wil thans niet met U erover twisten
of de mens van zijn vacantie inderdaad
geniet, en of het vooruit denken eraan.de
voorbereidingen soms, het plannen maken
ervoor niet méér stil genot en geestelijke
ontspanning geven dan de werkelijkheid
ervan daarna, die immers altijd anders is
dan onze droom en wens
Maar toch, ook die werkelijkheid valt
soms mee, ja, heus, mits men maar
beseft dat „every could have a golden
shine" en men het nodige aanpassings
vermogen bezit om zich ook, neen juist
dóór de geheel andere omstandigheden
dan normaal, gelukkig te gevoelen, iets
wat ons Nederlanders met angstig veel
gevoel voor traditie en gewendheid aan
eigen gewoonten veelal niet gemakkelijk
valt.
Toegegeven, het reizen in overvolle
vervoermiddelen is niet bepaald een genot;
het verblijf en de maaltijden in hotel of