TIMMIE TIM EN DE ROBOTS
1
b
STOP//
De peketewinkel
BANKETBAKKERIJ
J. BUISMANS
ERNSTIGE WAARSCHUWING
ELCK WAT WILS
B. BOSMA ZOON
DE OrïZ
TEGENST
BEVROREN
WATERLEIDINGEN
mmM
Ilaat de HetsUnis
Cabaretvoorstelling
om een Ctief
Sutsune Catda
In onderaardse paleis van Koning Zorex I
vmm,
BAKKERIJEN
U Uunt tanfyu mei uw tyasca*itso^
MYSTERIE
KERSTBOMEN
en
R DUIN Dz.
Hoofdstuk 4
't Mechanische omhulsel van Timmie
liil met de Luifel
Minimum inlevering
Minimum prijzen
Maximum KWALITEIT
Adverteert in dit blad
inzake clandestien stroomverbruik
Vele onrechtmatige stroomverbruikers liepen bij controle
reeds tegen de lamp. Ook uw meter en installatie worden
binnenkort nauwkeurig gecontroleerd.
Onrechtmatige stroomverbruikers kunnen zich vóór 3 Ja
nuari 1947 nog eigener beweging schriftelijk bij ons Bedrijf
melden. Bij de strafmaat zal met vrijwillige aanmelding
rekening worden gehouden.
Indien na bovengenoemde datum zegels e.d. ontbreken of
onrechtmatige handelingen aan de meter of de installatie
door onze opsporingsambtenaren worden geconstateerd, kan
1aangifte wegens diefstal bij de politie plaats vinden
2. buiten stroom zetting gedurende 6 maanden 't gevolg zijn
3. onverminderd schadevergoeding een aanmerkelijke boete
worden opgelegd.
Provinciaal Electriciteitsbedrijf
van Noordholland.
TEN BATE VAN HET GEDENKTEKEN TE ZIJPERSLUIS
ZO JUIST ONTVANGEN t
HEBT U LUIERBONNEN1
Kogendijk 15 - BERGEN
is weer etalage voor de a.s. Kerstdagen
Ondergetekende nodigt U allen uit, om
eens een kijkje te komen nemen. Aan
staande Zaterdag is hij gereed.
MATTH. DE SAIN
Hoogachtend,
door een Comforta-gascomfoor aan te
Wij hebben een grote zending
J. SMIT Jr. Ruïnelaan 11
FEUILLETON
Nadruk verboden
Tussen de zware gordijnen, die de deuren afsloten en
die nu iets vaneen geschoven waren drong een flauwe
lichtstraal, die even snel weer verdween als zij verschenen
was. Daarop volgden een paar haastige voetstappen op
de parketvloer, het geluid van een slag en de bons van
iets zwaars, dat op de grond neerviel.
Het gebeurde alles in een oogwenk en O'Malley
wachtte geen seconde meer. Als een pijl schoot hij tussen
de gordijnen door. Hoe donker het ook in de bibliotheek
was, hij merkte direct beweging verderop in de uiterste
hoek der kamer, evenals een beweging dichterbij. Maar
voordat hij stilstaan kon om zich rekenschap te geven
wat er geschiedde, kwam hij in hevige botsing met een
man, die vlak bij de binnenkant van de deur stond.
Onvast op zijn benen door de schok ging hij half
overstag en voelde zich het volgende ogenblik door iets
zwaars omhuld, terwijl een paar stevige armen de zijne
naar omlaag drukten en hem daarop nog vaster in die
zware geheimzinnige mantel wikkelden.
De jonge Ier kronkelde zich als een aal en probeerde
in een natuurlijk instinct van zelfbehoud zich los te
werken. Bij die pogingen kwam zijn voet in aanraking
met het been van de man, die hem in bedwang hield,
waarop een scheurend geluid volgde en het rinkelen van
gordijnringen. Toen viel hij op de grond, maar sleepte
in zijn val zijn aanvaller en het gordijn met zich mee.
Hij kwam op zijn rug neer en de ander lag bovenop
hem. Zijn hoofd bonsde tegen de houten vloereen ogen
blik was hij verdoofd en snakte naar adem. Toch, eerst
zwakjes, maar daarna met meer kracht, worstelde hij om
zich van de hem omklemmende armen te bevrijden. Plot
seling lieten deze echter uit zichzelf los, hij hoorde roepen
en er scheen licht door het over hem heen geworpen
gordijn.
Daarop werd dit met een ruk van zijn lichaam getrok
ken, waarbij hij om en om rolde en weer op zijn rug
terecht kwam, starende in een kring van boze en dreigende
gezichten.
Vlak boven zich zag hij Sam Schenk, daarnaast stond
Chester en aan de andere kant Bates, de butler.
Zodra deze drie zagen wie hij was, maakte de kwaad
aardige nieuwsgierigheid in hun blikken plaats voor
stomme verbazing. Sam Schenk deed een stap terug en
buiten zichzelf van verbluftheid riep hij
„Hemel-nog-toe! Het is O'Malley!"
De jonge Ier krabbelde overeind.
„Zeker, het is O'Malley!" hijgde hij, „maar waar is
de kerel, die me te pakken had en me in dat ding wik
kelde
„Wel, dat was ik," barstte Schenk uit. Ik hoorde hier
geluid en kwam naar beneden om te onderzoeken wat 't
kon zijn. Toen ik hier kwam, glipte er net iemand uit de
openslaande deur. Daarop hoorde ik beweging in de hall
en even later stormde jij door de deur. In het donker
hield ik je voor een medeplichtige en greep je beet, om
tenminste één van het stel te pakken. Het spijt me kolos
saal, O'Malley!"
„Door het raam!" stiet Chester uit. „Genadige hemel!"
Hij keerde zich bliksemsnel om en stoof naar de verste
hoek van de bibliotheek, waar hij een goAJijn op zij
schoof, dat een zware brandkast verborg. Hij pakte de
kruk, draaide er aan en liep toen, met een zucht van
verlichting, weer op de anderen toe.
„Goddank, er heeft niemand aangezeten," zei hij. „Maar
Schenk, weet je hoe die kerel er uit zag? Zou je hem
eventueel herkennen?"
Schenk schudde zijn groot kaal hoofd.
„Het was te donker," verklaarde hij. „Het enige wat
ik kon zien was, dat hij lang was en donkere kleren
droeg."
O'Malley dacht snel even na en vertelde toen, dat hij
niet had kunnen slapen en een boek uit de bibliotheek
had willen halen om te lezen.
„Maar toen ik beneden aan de trap was," vervolgde
hij, „hoorde ik geluid hier en stormde naar binnen, om
te zien wat er aan de hand was. En meteen wierp Schenk
zich op mij."
De anderen begonnen te lachen.
„Gelukkig was er niets bijzonders, O'Malley," merkte
Chester op met een stem, die duidelijk verried hoe op
gelucht hij was. „Je hebt je toch niet bezeerd hoop ik?"
„Alleen een opstopper van een van de zware stoelen
uit de hall," antwoordde O'Malley luchtig.
„Nu, dat had erger gekund," lachte zijn gastheer en
hij ging voort: „We zullen Bates hier maar als schild
wacht zetten voor de rest van de nacht, dan kunnen we
in de ochtend de politie van het gebeurde op de hoogte
stellen.
O'Malley liep de bibliotheek door naar de glazen
deuren, die op een kier stonden. Vlak bij het slot was
een stuk glas netjes uitgesneden, maar het slot zelf was
onbeschadigd.
Een ogenblik staarde hij in de donkere tuin en dacht
na over de kansen van een vervolging. Maar dat had
geen zin meerer was al te veel tijd verlopen en boven
dien werd er niets vermist.
Dus ging hij de kamer weer in en vergezelde de anderen
op hun onderzoekingstocht door de benedenverdieping.
Daarna werd Bates met een revolver gewapend en nadat
hij zijn nachtwake begonnen was, wisselden de drie heren
nog enkele opmerkingen over het voorgevallene en zochten
hun kamers weer op.
Doch O'Malley kon nu eerst recht geen oog dicht doen,
in de eerste plaats door de opwinding, maar bovenal
omdat er iets was, waarover hij zich het hoofd brak. Hij
had niets gezien of gehoord van Scheflk, vanaf het ogen
blik, dat hij zijn slaapkamer verliet tot aan dat, waarop
hij de bibliotheek was binnengedrongen. Dat betekende
dat de beursman in de bibliotheek geweest moest zijn
even voor hij, O'Malley, beneden kwam of misschien al
langer. Hij was er al, toen O'Malley het gefluister ver
nam, de lichtstraal zag en de slag en de val hoorde.
Hoelang zou hij daar al geweest zijn en wat had hij
daar uitgevoerd? En waarom was zijn wel zeer laat be
gonnen activiteit ter behartiging van Chesters belangen
een aanval op O'Malley geweest?
Het was onmogelijk om deze vragen te beantwoorden,
meende de jonge Ier, zonder meer kennis van zaken, dan
hij op het ogenblik bezat. Maar hij was blij, dat hij niets
had losgelaten over het gezicht in de tuin. Er -stak heel
wat meer achter deze inbraak dan zo ogenschijnlijk leek
dat stond als een paal boven water!
HOOFDSTUK II
RAADSELACHTIGE ONTMOETINGEN
O'Malley en zijn vriend Bob Eheeman hadden juist
hun diner geëindigd in een van de kleinere hotels aan
Fifth Avenue en zaten aan hun koffie.
Het was nu Dinsdag. Zondagnacht had de inbraak in
de villa van mr Chester op Long-Island plaats gehad.
Maandagsochtends had de plaatselijke politie diens gehele
huishouding ondervraagd en ook O'Malley had precies
verteld wat hij gezien en gehoord had, zonder de nadruk
te leggen op enig detail. Verder had hij er niets van ver
nomen en verwachtte dit ook niet, voor zover het de
politie betrof, omdat er niets gestolen was.
O'Malley had behoefte gevoeld om zijn vriend Bob in
vertrouwen te nemen en zo zaten ze nu nog over het
geval te praten. Op Schenks aandeel in de zaak had hij
geen speciaal licht laten vallen en ook zijn metgezel scheen
geen bijzondere aandacht er aan te schenken.
De Ier leunde op zijn gemak achterover in zijn stoel,
zijn goedgevormd donker hoofd op zij houdend en een
glimlach om zijn grote, sensitieve mond, want zijn vriend
Freeman was direct van het gesprek over het nachtelijk
avontuur weer op zijn oude stokpaardje overgestapt:
namelijk om te beproeven zijn vriend te bekeren van wat
hij diens idiote manier van doen noemde. Hij zelf, de
oudste van de twee, had het al tot een belangrijke posi
tie bij een grote maatschappij gebracht en hij zou O'Mal
ley zo graag dezelfde weg naar het succes zien bewan
delen. Dat deze telkens weer de ene bezigheid voor de
andere liet schieten, was een nuchter man als hem een
doorn in het oog en hij meende hem er nog eens over
te moeten onderhouden.
„Zo is het toch maar," besloot hij, toen hij de lach in
O'Malley 's ogen bespeurde. „Er zit geen ernst in je. Je
bent intelligent genoeg, Terry. Je hebt een goed voor
komen en je kunt altijd een baantje krijgen. Maar
zo gauw als je het hebt, is er weer het een of ander
dat je niet aanstaat; er komt een scène en je ligt er uit.
Je jaagt luchtkastelen na, je wilt romantische ideeën verwezelij-
ken. Je lijkt wel een Don Quichotte, maar we leven nu
in de twintigste eeuw en niet in de middeleeuwen. Dat
is het verschil!"
„Nu, Don Quichotte had een fijn leventje," lachte
O'Malley.
„Nonsensviel Freeman uit. „Weet je, wat goed voor
je zou zijn? Dat je geen cent meer van je zelf bezat. Ik
wed, dat er dan nog wat van je terecht zou komen. Deze
onafhankelijkheid deugt niet voor jou, Terry!"
„Och kom," spotte O'Malley, die zich, als steeds bij
deze conversaties, weer kostelijk amuseerde, „je schijnt
me wel voor een grote verkwister en 'nietsnut aan te zien
Freeman merkte, dat al zijn vermaningen boter aan de
galg gesmeerd waren en na een laatste, opnieuw tot
mislukken gedoemde poging, hield hij er eindelijk mee op.
O'Malley liet de rust van het stille restaurant met
welbehagen op zich inwerken. Het was een goede, dure
gelegenheid, maar men werd er niet gedurende het diner
door de eeuwige jazzbands gestoord en daardoor was 't
meestal matig bezocht. Ook nu waren er slechts drie van
de keurige tafels bezet. Behalve de hunne was er een
waaraan een echtpaar met twee kinderen zat en aan de
andere hadden een- jonge man en een jong meisje plaats
genomen. En O'Malley zat zó, dat hij recht op deze tafel
keek en daar de afstand van de hunne niet groot was,
kon hij, in de vrijwel lege zaal, bijna alles horen wat er
gesproken werd, als hij er onwillekeurig naar luisterde.
(Wordt vervolgd.)
Cine
in Cv
Actueel, Spanning, Temp
Aanvang 8 uur
Entrée f 1,pl.
Kerst
artikelen
TELEF. 285 SCHOORL
voor
Kerst
Nieuwjaar
kunt U bestellen bij
Café „Duinzicht" te Schoorl
ontdooien wij eledrisch
Overal te ontbieden
A. C. KROON TEL. 284
Molenweg C 209 Schoorl
De dag na de terechtstelling sloop Timmie
de troonzaal binnen. Daar hoorde hij koning
Zorex spreken tegen vier robots. De koning
scheen over iets erg boos te zijn. „Dat zijn de be
velen van uw meester" hoorde Timmie de koning
zeggen.
„Ga naar de stad, neem prinses Filomena ge
vangen en breng haar hier!" Na dit gezegd te
hebben, stond de koning op en verliet met de
robots de troonzaal. „Volg me", commandeerde
de koning, „we gaan nu naar de geheime toren
Timmie volgde natuurlijk ook. Vanuit de diepte
van het ondergrondse paleis klommen ze langs
vele wenteltrappen naar boven, totdat ze ten
slotte de top bereikten van een toren, die binnen
in een berg gebouwd was en waarvan de toren
trans tevens de top vormde.
Timmie hijgde en pufte, toen ze eindelijk stil
hielden. Hij volgde Koning Zorex en zijn man
nen naar een van de torenkamers. In het plafond
bevond zich een groot luik, dat open stond,
zodat de lucht er door zichtbaar was Een
vreemdsoortige machine, die wel iets van een
vliegmachine wï;g had, stond midden in de ka
mer. Het gevaarte had een scherpe puntneus en
geweldige vleugels op zij.
Het leek wel een sprinkhaan, maar bleek toch
een vliegmachine te zijn. De mannen klommen
door een deur naar binnen. De koning schreeuw
de: „Als het niet lukt, dan kost het jullie het
leven! Vooruit!" Nauwelijks was de deur achter
de vier robots gesloten, of het gevaarte schoot
de lucht in naar de blauwe hemel toe, alsof 't
een kanonskogel was. Daar gi<jg het naar het
land van de prinses.
Boterkransjes
Schuimkransjes
Kerstgebakjes
Kerstcake met vruchten
Kersttaarten
Boomstammen (klein en groot)
Weihnachtstollen (wittebloem)
Kerstkransen
Appelbollen
Jan Oldenburglaan 6, Tel. 2018
Molenstraat 14 Tel. 2460
tt
Ook U komt Zaterdagavond 21 December naar
„De Rustende Jager" te Schoorl, voor de uitvoering
van het Groeter Cabaretgezelschap „Elck wat wils",
Aanvang 8 uur BAL NA Entree f 1,50 p.p.
Plaatsbespreken 21 December van 2 tot 4 uur aan de zaal
Wie nu zijn punten bewaard heeft
Flanellen Nachtponnen, Onderjurken, Camisoles, Directoirs, Costuum-
0 rokjes, Kinderdireetoirs, Jongensbroekjes, Kruippakjes, enz. enz. enz.
Levert deze bij ons in en wij leveren U er 5 knotten BABY WOL bij
Beleefd aanbevelend,
Oude Prinsweg 9
Tel. 2269, Bergen
door Morgan S. Roscoe
presen
met John Cleme
en Godfried Tearl
Kwekerij
Niets straalt meer licht en warmte uit,
dan het oude gele en rode
koper van Leo Plas
Gij vindt hierin het mooiste Kestgeschenk
SPOORSTRAAT 27 ALKMAAR
loete um