TIMMIE TIM EN DE ROBOTS
1 Theosofie
B
„Gevecht der Spoorwegen
Ued. Rode Htuis, Aid. Betten
K. M. GERRITSEN
DANSEN
V
Geen gebroken* brilleglazen meer
ffietkattikeku
ieetl
am een (kief
Speciaal vecUwp
„UJij. tnaUeti <zd% o*ts lot'
l/t# e*itcée> Ue# enkée
TANDTECHNÏEK
G. CIJS
Cursusgeld 7*50
FEUILLETON
MYSTERIE
In het onderaardse paleis van Koning Zorex I
Hoofdstuk 13 Terug naar Abra Cadabra
Bijna elk enkelvoudig recept is nu uit te voeren
met onbreekbare brilleglazen
Komt U eens met ons praten
KERKSTRAAT 6
TELEFOON 2465
BERGEN
P. KLANKER
VOORDRACHT te geven door
Mej. J. VAN WIJNGAARDEN
op 14 October 's avonds acht uur
in de zaal van Hotel K R E B
Toegang f0.75
Café Nieuwendijk, Bergen
Iedere Zaterdag- en
Zondagavond
Aanvang half acht
11
Munt-film J
26 Nadruk verboden
Hij had besloten om daar een kamer te nemen om Mc
Girk beter in het oog te kunnen houden. De man leek
hem de enige schakel te zijn tussen Chester, Barrett en
Bindles. Maar er was kans, dat Mc Girk hem het huis
zag binnengaan, daarom vond hij het beter zijn koffer te
laten brengen na donker. Daarbij wilde hij ook niet al
te laat komen, uit vrees dan geen kamer meer te kunnen
krijgen of argwaan te wekken.
Het huis lag een eind van de straat af. Terwijl O'Malley
naderde, keek hij onopvallend om zich heen. Behalve het
gevaar om door Mc Girk, die hem na dat gebeurde in
de taxi zou herkennen, gezien te worden, was er ook de
kans dat de politie wel op de uitkijk kon staan. O'Malley
had geen verlangen van een van beide de aandacht te
trekken. Zijn eigen positie in verband met de moord op
Bindles was te hachelijk.
Er liepen mensen op het trottoir. Op de aan elkaar
grenzende van ijzeren hekken voorziene, verwaarloosde
veranda's waarmee de voorzijde van deze huizen prijkten,
zaten oude dames te breien en lummelde hier en daar 'n
man met grijze haren, met een krant, een sigaar en een
open hangend vest. Maar O'Malley zag er geen bij die
op Mc Girk leek en ontdekte evenmin iemand die het
huis in het oog hield.
Na een ogenblik van aarzelen, iets wat voor een
adspirant huurder niet ongewoon was, opende hij het
piepende ijzeren hek, liep over een armtierig grasveldje
en stapte de veranda op van het huis dat hij zocht.
Een slonzig negermeisje liet hem binnen en even daarna
verscheen de pensionhoudster. Onder het flikkerende gas-
pitje in de gang zag O'Malley een klein grijs dametje.
Alles was grijs aan haar, haar haren, haar ogen, haar
gerimpeld, afgetobd, scherp gezicht was zelfs grijs, hoewel
iets lichter van kleur. En ze was gekleed in een nette,
verbleekte grijze japon. Ze keek O'Malley met onder
zoekende gereserveerdheid aan.
Hij vertelde haar kort, dat hij een week in de stad
moest zijn en een kamer zocht. Hij had zijn koffer zolang
achtergelaten, maar hij zou die gaan halen als ze had wat
hij wenste. Hij zou vooruit betalen.
Mrs Pells gereserveerdheid ontdooide een beetje. Ze
nam hem mee naar boven, liet hem een niet bepaald
aanlokkelijk slaapkamertje zien aan de gang gelegen en
een even trieste maar grotere kamer aan de achterkant
op de eerste verdieping. O'Malley koos de grootste en
informeerde naar de prijs.
Zijn aanstaande hospita noemde tweemaal de som, die
ze er anders voor kreeg. O'Malley vermoedde iets der
gelijks, maar hij moest zich voordoen of hij inderdaad
van buiten kwam, hetgeen immers een hogere prijs voor
het logies rechtvaardigde. Dus keek hij teleurgesteld, maar
betaalde een week huur vooruit en nu werd de pension
houdster bijna vriendelijk. Hij zei dat hij Thomas Connor
heette.
„Wat ik zeggen wil, mrs Pells," voegde hij er aan toe,
„ik ben een lichte slaper. Ik hoop dat mijn buren
Mrs Pells minzaamheid daalde weer enige graden.
„Op uw verdieping mr Connor,'' lichtte ze enigszins
stroef in, woont alleen mrs Philips, en ik ben er van
overtuigd, dat u geen rustiger buur zoudt kunnen hebben.
Boven u slapen de dames Price, twee oude dames, die
om tien uur naar bed gaan en twee heren, mr Mc Girk
en mr Terry. Ik weet zeker, dat die u evenmin zullen
storen."
O'Malley slaagde er in een beetje twijfelachtig te kijken.
„Ik houd er niet van, onnodige drukte te rri&ken, mrs
Pells," glimlachte hij, „maar ik word doodzenuwachtig,
als ik in mijn slaap word gestoord. Als ik deze grote
kamer neem, zou dan niet een van die heren bijvoorbeeld
hun schoenen met kracht uitschoppen boven mijn hoofd?
Als ik eenmaal wakker schrik, duurt het weer uren om
in slaap te vallen."
Het grijze dametje schudde triomfantelijk het hoofd.
„Neen, daarover hoeft u zich niet ongerust te maken.
Boven u slapen de twee oude dames. Mr Mc Girk heeft
de grote voorkamer boven en mr Terry heeft de
grote slaapkamer bij de gang. De andere achterslaapkamer
bij de gang is niet verhuurd."
O'Malley had listig de informatie gekregen die hij
verlangde,
„Prachtig mrs Pells," antwoordde hij met goed geveinsde
opluchting, „dat is dan in orde. Als u mij nu een huis
sleutel geeft, zal ik vanavond mijn koffer meebrengen; ik
moet eerst nog een paar boodschappen doen.
Ze gingen naar beneden. Terwijl de pensionhoudster
een sleutel haalde, opende hij de deur en keek omzich
te overtuigen dat de kust vrij was. Mc Girk was nergens
te bekennen. Hij nam zijn sleutel in ontvangst, zei het
dametje goedenavond en begaf zich weer stadwaarts.
Zijn kamers in het huis van Hippy, waar zijn koffer
stond, was het doel van zijn tocht.
Onderweg verdiepte hij zich in de volgende zet op het
schaakbord, zijnde het in het oog houden van Mc Girk.
Gedurende de laatste dagen had het probleem van de
groene inktvlek aanhoudend door zijn geest gespookt. Hij
voelde dat in de identiteit van de man of de vrouw, die
de groene inktvlek als kenteken gekozen had, de sleutel
lag tot het hele raadsel. Maar nu liet hij alle bespiegelingen
varen en was vastbesloten zich geheel te concentreren op
Mc Girk en diens doen en latenwant tot hij meer ge
gevens had om op te bouwen zou theoretiseren hem niet
baten.
Zijn gedachten werden eensklaps abrupt afgebroken. Hij
kreeg opeens een onbehaaglijk gevoel en nauwelijks enkele
seconden later wist hij de reden ervan. Hij werd geschaduwd
Onwillekeurig wilde hij het hoofd omdraaien, maar be
dacht zich en liep verder alsof hij geen zorgen ter wereld
had. In de straat, waar hij woonde, kwam iemand achter
hem aan. Hij kon voetstappen horen, die hem onbewust
bekend voorkwamen. Terwijl hij zijn stoep opliep, keek
hij onverschillig rond, opende de voordeur met de huis
sleutel en ging naar binnen.
Maar die ene blik was voldoende geweest. De man
achter hem had zijn pas vertraagd en stak de straat over.
De schemering was reeds beginnen te vallen, maar het
was toch nog licht genoeg om O'Malley een duidelijke
indruk te geven van het gezicht van zijn achtervolger.
Hij had half verwacht het scherpe, ietwat grimmige gezicht
te zien, dat typisch is voor de politieman in burger. Maar
als de man, die hij had opgemerkt, niet Mc Girk zelf
was, dan was het toch iemand die sprekend op hem leek
O'Malley sloot de voordeur weer, keerde zich om en
keek door het raampje. De man was tot vlak voor het
trottoir gekomen. Hij keek een ogenblik naar het huis en
liep toen langzaam de straat af. Nu had O'Malley zijn
gezicht heel duidelijk kunnen onderscheiden. Het was
Mc Girk. Hij had de rollen omgekeerd!
Instinctmatig handelde O'Malley zoals hij gedaan zou
hebben als hij niet gevolgd was geweest. Hij ging ineens
door naar boven en draaide het licht in zijn voorkamer
aan, zich afvragend wat de vent van hem moest, nu de brief
bezorgd was. Hij waagde de veronderstelling dat Mc
Girk een antwoord zocht op de vraag, wat hij met de
brief te maken had en vond het misschien gewenst te
proberen meer omtrent hem te weten te komen. En
O'Malley's vermoedens in dit opzicht waren inderdaad
juist.
O'Malley ging zitten. Toen sprong hij weer op en liep
naar beneden, naar het raam in de hal. Langs de muur
glippend, bereikte hij de rand van het venster zonder
van buitenaf zichtbaar te zijn. Hij verschoof het gordijn
iets, tot hij naar buiten zien kon. Maar ongelukkigerwijs
sprong de gevel van het aangrenzende huis even naar
voren en tengevolge daarvan was zijn gezichtsveld niet
groot genoeg om Mc Girk te ontdekken.
„Waarom zou ik mijzelf vermoeien om de
hele weg te lopen Ik heb toch een wensring
Zo, één, twee, drie... ik wens.... ik wens....
een betoverd tapijt!" zei hij met rustige stem.
Nauwelijks hadden de woorden zijn mond ver
laten, of er rolde een prachtig gebloemd tapijt
naar hem toe. De jongen sprong er gauw op.
"Breng mij naar Abra Cadabra", beval hij.
Daar ging hij de lucht door. „HaIk ga
zeker wel met een vaartje van honderd kilometer
per uur!" riep Timmie, terwijl hij op het tapijt
vooruit schoot. „We gaan nog vlugger dan de
vogels. Wat een opwindende tocht I" Timmie
vond het heerlijk de wind door zijn haren te
voelen waaien, doch daar zag hij op korte af
stand zijn geboorteland al. Hij juichte van blijd
schap en opwinding.
„O, grote grutjes! Eindelijk weer thuis! Wat
doet me dat goed!" Langzaam daalde het tapijt,
totdat het op de grond lag. Zonder een enkele
schok lag het in de prachtige tuin vlak voor
het paleis. „Eindelijk, eindelijkEn, o, wat
heerlijk, daar zag hij zijn twee zusjes Filomena
en Schatteke al. Ze stonden bij de rozenstruiken.
„Ze zullen wel verbaasd zijn me terug te zien
dacht Timmie.
„Verbaasd", was een te zacht woord. De
kleine Schatteke was eenvoudig buiten zichzelf
toen ze haar broertje zag, die naar haar toe
kwam rennen. „TimotheusO, Timmie, ben je
heus weer veilig thuis?" „Ja, Schatteke, is het
niet heerlijk? Ik ben zo blij, dat ik je weer terug
zie". Ook Filomena was blij. „Nu, Schatteke",
zei ze, „zie je wel, dat ik gelijk had, toen ik je zei, dat
onze dappere Timmie spoedig thuis zou zijn Kom,
laten wij naar onze ouders, de koning en de
koningin gaan". Dat deden ze en iedereen was
even gelukkig, dat Kroonprins Timotheus Tim
weer terug was. In Abra Cadabra heerste sinds
die dag vele eeuwen lang VREDE, terwijl
Timmie Tim vereerd werd met de Nobelprijs!
Nu, dat had hij dan ook wel verdiend
EINDE
Stationsstraat 17, Bergen
Telefoon 2189
Steeds voorradig gramofoonplaten,
wisselaars en gramafoonnaalden.
Wij ontvangen de plaat van Nonnenkoor
Bestelt vroegtijdig.
Alle soorten gloei- en radio-lampen.
r
Burgem. Lovinklaan 9, Bergen
Reparaties binnen 1 dag gereed
Biascaafi „de Rustende Japet" Betten
vanaf VRIJDAG 10 OCTOBER a.s.
J Toegang 18 jaar. Munt-f
Zij, die zich, bij gebleken geschiktheid, zouden willen ver
binden als helpster bij het Rode Kruis, worden verzocht
zich te melden bij de Commandant Dr. A. H. v. GELDER,
v. Renenpark 2, op 13 October a.s. tussen 19 en 20 uur
GEEFT U OP VOOR DE NIEUWE CURSUSSEN
te Groet bij W. BANT
te Schoorl bij W. BRAAKENSIEK
te Schoorldam bij S. DE LEEUW
ZATERDAGAVOND 11 October vertoning van de films over de inter
nationale Jeugdbijeenkomsten te GROET en TERVUEREN (België), om
8 uur in de zaal van C. MAREES te Groet. Entree 25 ct. plus belasting
door Morgan S. Roscite