BAKKER's BRANDSTOFFENHANDEL, Karei de Grotelaan 22, Bergen, Tel. 2301
No* 22*
HENDRIK DE ZEEVAARDER
KNAPT
HET
OP!
LEO GESTEL
Amsterdamsche Bank
CaféHiwwettcUik
VERF
DANSEN
C* KAGER
otH eet* (kief.
M
„LAND ZONDER WET"
T
OPTIEK
„DE ZOON VAN MONTE CHRISTO"
TENTOONSTELLING
TENNISPARK „DE MOLENKROCHT"
lste klas rode graveLbanen
Deskundige Beleggingsadviezen
Muziek „DE D0L0NANS"
jj Sinaasappelen
<zö4xdcc B&n
Volop
FEUILLETON
MYSTERIE
Bioscoop „DE RUSTENDE JAGER" BERGEN
Een goedgeslaagde avonturen-film
Maandag, Dinsdag, en Woensdag GEEN BIOSCOOP
K
KE&KSTli.Ó fiMGM NH
GOUD ZIIVM- uumERRfiy
CITEX komt Donderdag 15 April, 8 uur, in zaal Nic. Schuijt,
met de weergaloos spannende film:
met Louis Hayward. (De zoon van Monte Christo, die een bruid
op haar trouwdag schaakte.) Vooraf Holland-Nieuws.
STEDELIJK MUSEUM, ALKMAAR
TELEFOON 2132 - BERGEN
Tennisrackets, -ballen, -schoenen
Reparatie en nylon-besnaringen
Tennislessen door gedipl. tennislerares. Privé-lessen en in
clubverband
Kantoor Bergen - Studler v. Surcklaan 8
EFFECTENORDERS worden met zorg
uitgevoerd. 19
Dagelijks geopend van 9-12*30 uur*
Behang
Glas
Carbolineum
Gips
Waterverf
Kwasten
Vraagt ons advies
Volkers, Breelaan 25.
BERGEN
en 76 cent per K*G.
Goedkope Groentenhal j
kopen.
voorradig bij
Dorpsstraat 51 - Bergen
46
Nadruk verboden
Bovendien bracht de naderende ontmoeting een prettige,
opwindende tinteling in zijn aderen. Dit beloofde een
avontuur naar zijn Keltisch hart te worden
Steeds donkerder werden de straten weer, waardoor
hun weg voerde en de bestrating werd hoe langer hoe
slechter. De aaneengesloten bebouwing hadden zij nu
achter zich gelaten en hobbelend passeerden zij zo nu en dan
enkele afzonderlijk staande huisjes. En eindelijk bereikten
zij een straat, die er net zo uitzag als Arthurstreet en
ook in het open veld uitkwam, doch in tegenovergestelde
richting. Daar stopte de auto.
Barrett stapte uit en O'Malley volgde. Ze bevonden
zich ongeveer aan het eind van een straat, waaraan
hoogstens een half dozijn huizen stond.
Barrett sprak op zachte toon met de chauffeur en
O'Malley voegde zich bij hen.
„Dat is Haltzstreet' meneer,'' zei de chauffeur, over
de velden wijzend, „waar u dat licht ziet. Dit is eigenlijk
het andere einde ypn Arthurstreet, maat er is nog geen
verbinding en de weg is opengebroken. Ik ben hier
vandaag heen gereden om de omgeving te verkennen.
Zal ik hier wachten meneer?"
Barrett dacht even na.
„Rijd helemaal tot het eind en keer dan. Doof de
lampen, maar houd de motor aan. Het is misschien nodig
dat we hals over kop kunnen wegkomen."
„Uitstekend meneer," was het antwoord. „Dat is in
een minuut gebeurd. Kan ik niet met u meegaan?"
„Neen Dick, dank je wel. Het is erg vriendelijk van
je aangeboden, maar daar heb ik je niet nodig en hier
kan ik je broodnodig hebben."
De chauffeur tikte teleurgesteld aan zijn pet en stapte
onmiddellijk achteruit. Met een korte waarschuwing aan
O'Malley om uit te kijken, waar hij liep, zocht Barrett
zijn weg door de duisternis, langs de kant van iets wat
ternauwernood de naam van weg verdiende. Terwijl ze
de auto achter zich lieten, gingen de koplampen uit, zodat
ze alleen het licht van de sterrenhemel hadden.
Een ogenblik later hoorden ze de wagen zich in be
weging zetten, keren en weer .terugkomen, bij het-licht
van de twee kleine lampjes, die nog op het dashboard
brandden.
„Zacht nu," fluisterde Barrett, terwijl ze verder in het
open veld kwamen.
Het was nu geheel en al donker. Er scheen geen maan.
Evenmin waren er wolken in de fluwelige lucht om de
weerschijn van Brooklyn op te vangen.
Zwijgend strompelden ze een honderd meter voort
toen sloeg Barrett opeens naar links af en opkijkend zag
O'Malley de omtrekken van een klein huisje opdoemen,
dat eenzaam en duister onder de sterren stond.
Hij tuurde er vol aandacht naar en herkende het. Dit
was „A.S.C.H.Huis", waar hij Claudia de vorige avond
gevonden had. Recht vooruit was de hoek, waar de
straatlantaarn brandde, de eerste hoek die ze na hun
vlucht waren omgeslagen. En .verderop aan zijn rechter
hand stond het lege huis, dat hij de hele vorige dag als
observatiepost had gebruikt.
„Kom mee," vermaande Barrett.
Achter elkaar gingen ze voort langs het venster, nu
onverlicht, waardoor O'Malley de vorigeavond naar
binnen geploft was. Even later liep hij zacht tegen Barrett
op en bleef staan.
Met de hand op O'Malley's 0rm, stond de oudere man
even scherp te luisteren. Voor de keukendeur bleef hij
opnieuw staan.
De geluiden van de stad drongen zo weinig op de
open vlakte tot hen door, dat ze het ruisen van het lange
gras in de avondwind konden horen. Het slaperige ge
kwaak van een kikvors ergens in de buurt klonk onbe
haaglijk duidelijk. In de verte blafte eentonig een hond,
zijn verdriet melancholiek uithuilend. Maar uit het huis
zelf was niet het minste hoorbaar.
De schaduwige gestalte vóór O'Malley stak een ter
nauwernood zichtbare hand- uit, die zich om de knop van
de keukendeur sloot. De sterren gaven genoeg licht om
O'Malley te doen zien dat de deur langzamerhand naar
binnen openging en de afgrond van inktzwarte duisternis
onthulde. Maer geluid hoorde hij nog steeds niet. Hij
kwam naderbij, stapte de twee stoeptreden van de keuken
op en volgde Barrett in hef duister. Even zacht als de
deur opengemaakt was, ging die weer dicht en hij merkte
dat Barrett naast hem stond.
„Waar is de dienkeuken? werd er aan zijn oor gefluisterd.
„Hier rechts. Ik kan de deur voelen," antwoordde
O'Malley, met eveneens gedempte stem.
„Ga dan voor. We moeten naar de eetkamer."
O'Malley tastte zijn weg naar de deur van de dien
keuken, opende deze en liet Barrett passeren. Toen ze
met z'n tweeën in de kleine ruimte stonden, liep O'Malley
op zijn tenen dwars door het vertrek en opende heel
voorzichtig de andere deur. De scharnieren piepten een
beetje en in die doodse stilte klonk dat geluid alsof het
honderdvoudig versterkt was. Een ogenblik daarna stond
Barrett weer naast hem en had hij zich omgedraaid, om
deze deur achter hem op slot te doen.
Hij voelde ergens naar en O'Malley hoorde een sleutel
in het slot knarsen.
„Dat is een bof," zei Barrett vlak bij zijn oor. „Efl
nu opgepast. Je bent zeker niet eerder in deze kamer
geweest, hè?"
„Neen. Jij?"
„Ik ben nog nooit in dit huis geweest. Maar ik heb
me een nauwkeurige voorstelling van de ligging van de
kamers kunnen vormen, na wat jij me verteld hebt. Dit
moet de eetkamer zijn. En er moet nog een andere deur
zijn die naar de voorkamer leidt, ergens aan de overkant."
Behoedzaam hun weg tastend, gin§ Barrett verder met
O'Malley vlak achter zich aan. De kamer scheen geheel
leeg te zijn, want ze ontmoetten geen meubels. Na even
gezocht te hebben bleef Barrett onbeweeglijk staan en
O'Malley gromde van voldoening. Een hand vond zijn
arm en trok hem dichterbij.
„Hier is de deur," waarschuwde Barrett. „En die gaat
naar buiten open, in de voorkamer, niet in deze. Dat is
ook weer een geluk. En ze is niet op slot.
„Wat nu?" vroeg O'Malley na een korte stilte.
„Wacht en houd je stil
O'Malley gehoorzaamde het bevel en spande zijn ogen
en oren in om een téken van leven in de donkerte om
hem heen te ontdekken. Plotseling kreeg hij een schok en
raakte Barretts arm aan. Van boven hun hoofden kwam
een gedempte plof.
„Er is iemand boven!" stiet hij uit.
„Stilgebpod Barrett in een bruuske fluistering.
(Wordt vervolgd.)
- -i
Hendrik danst opgewonden heen en weer en wijst
naar een plek naast de auto. Van opwinding kan hij
bijna geen woord uitbrengen.
Eindelijk roept hij „P-pa-pa-pas op, Bimmelbam!"
Maar het is al te laat. Zonder dat Bimmelbam het
merkt begint de toverkracht van de jas uit te putten
en wordt hij langzaam weer zichtbaar. De zich door
zijn ondoorzichtbaarheid beschermd wetende Bimmel
bam heeft zich van de professor afgewend en kijkt
nadenkend" het pleintje rond. „Wat zou dit gebouw
verbergen?" peinst hij, maar zijn gedachtengang wordt
ruw afgebroken door een dreun op z'n hoofd. Dat is
het werk van Grimboud, die het nuttig oordeelde door
middel van een stuk hout de rollen om te draaien en
zelf de leiding van het spel in handen te nemen.
Het stuk hout noodzaakt Bimmelbam tijdelijk af
scheid van deze wereld te nemen, langzaam zakt hij
door zijn knieën. Het laatste wat hij hoort is het op
gewonden gesnater van Hendrik, die de atoombonen-
molen ter hand genomen heeft en er dreigend mee
naëir Grimboud wijst. Dan verlaat hem het bewustzijn
en moet Hendrik zonder de hulp van zijn vriend het
avontuur tot een goed einde zien te brengen. En of
dit hem toevertrouwd is, zullen de komende uren aan
het licht brengen.... Op dit moment is zijn succes
verbijsterend. De professor wordt van angst slap in
zijn benen en terwijl hij wild met zijn armen zwaait
roept hij buiten zichzelf: „Pas op! Deze wonderbaar
lijke uitvinding, dit heerlijk product van mijn geniale
geest, gaat ook wel eens van zelf af! Bedenk wat ge
zoudt vernietigen.... Nogmaals mijnheer, pas op! De
wereld kan niet zonder mij. Zij zou bij mijn dood
stil blijven staan. Ik waarschuw U!"
Onze Hendrik richt na deze vermanende woorden
het wapen naar de grond. „Daar geloof ik niets van,
mijn waardel" zegt hij, „Niets! Totaal niets! Maar
zoudt U mij, voordat ik U doodschiet, even willen
wijzen hoe ik zo'n ding gebruiken moet?"
Het mannetje laat zijn armen zakken. „Onkundige
handen hebben op dit aardse rond al veel onheil ge
sticht...." mompelt hij en loopt op Hendrik toe, die
hem uitnodigend het wapen aanreikt....
Vanaf Vrijdag 9 April a.s. Toegang 14 jaar
TEL24Ö5
6140307245
Iedere Zaterdag- en Zondagavond
Aanvang 8 uur
J voor klanten bij aankoop van
H f 1.- aan Groenten.
Wij hebben nog mooie Goud- J
reinetten, zoete Appelen, Moes-
appelen en Stoofperen.
Ook nog mooie Spinazie, Lof, j
Andijvie, Tuinworteltjes, Sla, gele
Kool, Radijs, Zuurkool, zoute I
jj Spercieboontjes, Bloemkool, Raap- j
stelen, gare Biet, Rapen" enz.
2 Alleen in de
I Dorpsstraat $6 Telef. 2069
j Waar ze van die puik beste friese J
Roodster kleiaardappelen ver-
door Morgan S. Roscoe