Opium 1 - V.V.W.I Bergen Advedeed u$ ,fie Duitostteek* WAARSCHUWING EGMOND AAN ZEE TAPIJT- GEMEENTE BERGEN (N-H.) De Burgemeester van Bergen N.-H. maakt bekend, dat de inzending van rekeningen, betrekking hebbende op opslag- en in richtingskosten van evacués over tijdvakken gelegen vóór 1 Januari 1949 uiterlijk nog kan geschieden vóór 1 Juli 1949 ten kantore van het Gemeentelijk Bureau Sociale Zaken, Karei de Grotelaan 23 te Bergen N.-H. Voor aanvragen om huurwaardevergoedingen over genoemde tijdvakken moeten dezelfde voorwaarden worden aangehouden, met dien verstande echter, dat daartoe strekkende aanvragen, zowel door particulieren als door bedrijven, bij de Dienst voor Maatschappelijke Zorg te 's-Gravenhage, R. J. Schimmelpennincklaan 1, moeten wor den ingediend. Bergen N.-H., 2 Maart 1949. De Burgemeester voornoemd, Dr. W. HUYGENS. Het is reeds enige malen voorgekomen, dat door degenen, die een handels- of winkelzaak verkochten, een beroep op het gemeente bestuur gedaan werd om na de verkoop woonruimte voor hen be schikbaar te stellen. Het tekort aan woonruimte noodzaakt ons van de tot nu toe gevolgde gedragslijn af te wijken. In het vervolg dient een ieder die zijn zaak wenst te verkopen zich te voren in verbinding te stellen met de Afd. Huisvesting ten gemeentehuize, waar nadere inlichtingen zullen worden verstrekt. Indien zulks niet geschiedt, zijn de consequenties ten volle voor de verkoper. Burgemeester en Wethouders van Bergen N.-H. BIOSCOOP „DE RUSTENDE JAGER" BERGEN „DE AVONTUREN OP DE ZEEBODEM" „LA SYMPHONIE FANTASTIQUE" Uitvoering VIOS De toneeluitvoering Vios van de oud-katholieke jongeliedenver- eniging Vroom, Vrij en Blij gaf Donderdagavond in het vereni gingsgebouw voor donateurs en genodigden een opvoering van het blijspel in 3 bedrijven van H. Bakker „Adel in livrei". De voorzitter der vereniging, kapelaan Roosjen sprak een woord van welkom, in het bijzonder tot burgemeester Niele, die een ge wichtige vergadering verzuimde om deze uitvoering te ^kunnen bijwonen. De inhoud van het stuk, dat ook genoemd zou kunnen zijn „Arbeid Adelt", achtte hij met deze benaming voldoende aange duid. Op vlotte wijze werd hierna het stuk opgevoerd, waarbij al direct opviel, de buitengewoon stijlvolle verzorging van het décor. De sfeer in een vertrek van een oud slot, met wapenrustingen enz. pakte de aanwezigen direct. Komisch, maar teveel om op te noemen, waren de verwikke lingen die ontsfonden, doordat de berooide jonkheer de Beaucourt van rol verwisselde met zijn knecht Maecel en de nodige keren, dan weer jonkheer dan weer knecht werd. De vertolkers van deze hoofdrollen, de heren L. Wijker en J. Glas, waren beide geknipt, zowel voor jonkheer, als voor knecht en speelden uitstekend. Tot ieders verbazing werd na afloop van de voorstelling mede gedeeld, dat de heer Glas, zijn werkelijk zeer ingewikkelde en moeilijke rol, met soms minuten lange monologen, door onver wachte omstandigheden eerst 9 dagen geleden op zich had moeten nemen. Dat was niet te merken en dit is dus .op zichzelf al een buitengewoon compliment. Na hen moet zeker direct de heer A. Vuil genoemd worden, die een uitstekende vertolking gaf Zondag a.s. 2 30 uur Terrein Kerkedijk van de rijk geworden worstfa- brikant Bolhuis. Merkwaardig genoeg was het in dit stuk, met de strekking „Arbeid adelt", dat juist deze figuur, die zich met hard werken er boven op gewerkt had, voor zijn dochter een partij zocht van adelijke bloede! Ook de kleinere rollen waren in goede handen, vooral mej. Zwart, als de dienstbode en de heer H. Stam, als de jood Polak, speelden uitstekend en tot groot vermaak van het publiek. Er was een happy-end en wat zou men dus nog meer willen, dan alleen, dat dit happy-end niet na het middernachtelijk uur gekomen was, te meer! waar dit niet nodig was, omdat geen enkele décorverwisseling plaats had. Schuld hieraan was dan ook alleen de rijkelijk lange pauze van een uur, met een weliswaar voor de kas nuttige verloting. Pastoor van Zanten vertolkte de gevoelens der aanwezigen met een gevoelvol woord van dank aan de spelers en de regisseur, kapelaan Roosjen. DE EGMONDZEEËR REDDINGSBRIGADE krijgt een reddingsvlet cadeau. De Egmondzeeër Reddings brigade ontving ter gelegenheid van haar 20-jarig bestaan een reddingsvlet cadeau van haar Ere lid, de heer J. W. Kockx, Direc teur van de Maatschappij Noord zeebad. Het toezicht op de baders in zee dat reeds door de leden van de Brigade werd verleend, zal deze zomer door het bezit van een -tweede vlet, belangrijk kunnen worden uitgebreid. EGMONDIA NIEUWS. Burgemeester Niele van Eg- mond aan Zee is beschermheer geworden van de voetbalclub Egmondia. In schemering en donkere nachten worden de knoppen der papavers gekerfd Misschien had ik gedacht in Griekenland een exclusief inter view te hebben met „generaal" Markos, de rebellenleider, mis schien ook koerste ik alleen maar de bergen in om iets te beleven van die gigantische strijd tussen guerilla's en rege ringstroepen. Een feit is, dat we met onze gestadig voortgrom- mende jeep na de puinhopen van Lapsista, Kastoria en Lechovon de koers kwijtraakten en pas bij het bespeuren van de ons zo vertrouwde Latijnse lettertekens tot de ontdekking kwamen, dat we ergens de grens gepasseerd moesten zijn. Maar veel tijd om er over na te denken werd ons daar in Macedonië niet gelaten. De nacht viel. Van enig onderdak kon in die woestenij geen spra ke zijn en dus reden we door. De opium tegemoet OPIUM! Ja, we hadden die naam herhaaldelijk gehoord. We wisten van onze prilste jeugd af, welke fabelachtige sommen de smokkelaars aan dat witte goedje verdienen. We herinnerden ons ook de verhalen van de funeste uitwerking op het menselijk lichaam, van die verdovende dro men en hoe menigeen verslaafd kan raken aan de rommel die hem ruïneert. Toch wist geen van ons drieën, dat juist Macedonië de grootste opiumschuur is van Europa. Op dat ogenblik prakkizeerden we zelfs helemaal niet over verdo vende middelen, integendeel, we trachtten zo goed mogelijk wak ker te blijven om iets van de mod derige karresporen, die hier nu eenmaal abusievelijk „grote ver keersweg'' genoemd worden, te blijven onderscheiden. En dat viel niet mee, want de donkere bagger ging buiten de lichtkring van onze lampen volledig verloren in - het grijsgrauw gesteente der berg wanden. We verwonderden ons niet eens, toen we vastliepen in een ongeziene geul en ons wagentje onwrikbaar aan moeder-Aarde verankerd bleek. Een wegen wacht behoefden we niet af te wachten, het enige dat ons over bleef was: er op uit te gaan om Uitslag Bridgewedstrijd A-klasse 1. Gebr. v. d. Molen 51,5 2. Nieuwenhuizen-Beers 51 3. de Goede-Koper 44,5 4. Scholten-Leijen 41 5. Hopman-Ruiter 39 6. Gebr. Hopman 38,5 7. Huiberts-de Raadt 37,5 8. Heddes-van Pel 33 B-klasse 1. Pepping-Groot 51 2. Fam. Zwart 50 3. Admiraal-de Raadt 43 4. v. Egmond-Portner 42 5. Apeldoorn-Liefting 42 6. Hopman-Verver 41 7. Dames Hartgrink-Dekker 40 8. Gouda-Gouda 27 C-klasse 1. Karels-Kalij 52,5 2. Baltus-Huiberts 49,5 3. Hartgrink-Burger 47 4. Dekker-Smit 43 5. Zwart-Duin 41,5 6. Hopman-Modder 39 7. Gebr. Dekker 32,5 8. Jonker-Groen 31 Schaken Uitslag club-competitie „De Egmonden". A-klasse 1. J. de Waal-J. van Don 10 2. P. Manté-G. v. d. Brink 1—0 3. A. Heere-H. Franse 1-0 B-klasse: 1. J. Admiraal-J. Vendel 0.1 2. J. Hopman-J. Groen 10 3. H.deVries-N. Kraakman 10 hulp te halen. Waar vandaan wist geen van ons. Het „vrachtje". TWEE UREN duurde het voor het contact met de helpers in-de-nood gelegd werd. Toen waren we uit de brand, want de vrachtwagen die over hetzelfde karrespoor naderde, trok de jeep met groot gemak terug in de mod der. We deelden wat sigaretten' uit aan de mannen die om ons heen kwamen staan en koeter waalden in het steenkolen-Grieks dat in dit grensgebied opgeld doet. Of we ons vrachtje al kwijt wa ren We hadden geen „vrachtje". Algemeen gelach. Eén van hen sloeg me op de schouder en ver zekerde, dat we hier vrijuit spre ken konden, want de weg werd door „de ketting" wel bewaakt. En een ander kwam al met een paar stoffige flessen aandragen, want het „succes" van deze nacht moest eerst beklonken worden. Daar in die donkere uithoek van de Balkan, aan de Zuid-Oost grens van Tito's machtsgebied en maar weinig kilometers verwij derd van de Griekse burgeroor log, hoorden wij voor het eerst het verhaal van de opium uit de monden der smokkelaars zelf. Zij vertelden het rustig. Hun organisatie is machtiger dan de autoriteit die haar zou willen be dwingen. Geen overval bedreigt hen. Hun auto's zijn ongepantserd en de koplampen werden die nacht niet gedoofd De opiumketting. IN MACEDONIë bloeit de pa paver. Rode bloemen op lange, dunne stelen, fleuren eindeloze velden op van de Zuidelijke Bal- kanstaten. De Grieks-Joegoslavi- sche grensgebieden voor zover niet verwoest door het oorlogsge weld, vormen het centrum van de internationale opiumsmokkel, die door deze mannen steeds als „ketting'* werd aangeduid. Een ketting, die zich via talloze scha kels uitstrekt tot Singapore, Chi na en Japan enerzijds en tot diep in Amerika anderzijds. Eigenlijk hebben de regeringen steeds het monopolie van de opi- umhandel tot zich getrokken. Maar de Macedonische boeren hebben lak aan inleverinrgsplich- ten, zolang zij er illegaal een rijk- belegde boterham mee kunnen verdienen. Officieel exporteert Joego-Slavië slechts 22 wagons opium per jaar, in werkelijkheid schat men de smokkel naar Salo- niki tien keer zo groot. Toen Sowjet-Rusland zijn eisen stelde en Tito 10.000 kilogram in eens te leveren had, streek een ware sprinkhanenplaag van op zichters en controleurs op de lan derijen neer. Knappe koppen maakten berekeningen van de ko mende oogst. Maar toen het zover was, bleek bij alle boeren het kost bare papaversap „door de regen weggespoeld" te zijn. En de vergeefse controle op de langs andere wegen geëxporteer de oogst kostte de staat op de kop af vijf millioen dinar. In de nacht. DIT IS DE TIJD van de leven digste smokkelhandel, die er op de wereld bestaat. Het begint bij de boer, die er in schemering en donkere nachten op uittrekt om de groene knoppen van zijn pa pavers te kerven. Daaruit dringt het melkwitte sap naar buiten, dat elastisch is en stolt. Die witte massa wordt van de knop ge schraapt en bewaard in broodach tige vormen, die veilig onder de grond verdwijnen tot vertrouwde leden van de „ketting" ze komen weghalen. Is er teveel bewaking om rustig te kunnen oogsten, dan zorgt het complot voor de nodige .afleiding' De beambten worden tijdelijk weggelokt en als ze terugkomen is er aan de knoppen niets te zien. Maar het grootste deel van het sap is dan uit de steel afgetapt en de staat trekt toch aan 't kortste eind. De smokkelaars bealen immers dertig maal zoveelEn deson danks maken deze „ketting-gan- gers" winsten van 300 %l Misschien schepten deze lieden op over de macht van hun orga nisatie. Maar ook de autoriteiten in Saloniki hebben me verzekerd, dat deze ene bende die ge heel Macedonië beheerst de opiumhandel van de Balkansta- ten lam kan leggen. Dat de heren het niet doen, komt waarschijnlijk omdat ze ruimschoots verdienen aan hun tweederde deel en voor de rest niet eens afzet zoeken om dat een zo ruime aanvoer de prijs maar zou verlagen. Geen last van autoriteiten! „EN WAT DOET de grens bewaking?" informeerde ik, toen we al overeind kwamen om de tocht in de morgenschemering voort te zetten. Weer dat gelach. „Bewaking is alleen waar wij dat willen," zei de leider van het troepje. Wij hebben onze relaties in de hoog ste kringen. En ook de regering smokkelt voor ons. In de wapen transporten voor de guerilla's ver bergen we grote hoeveelheden. En die kisten „munitie" worden voorzichtig behandeld!" Verder: „Tenslotte leveren we ook aan de staatspolitie. Die heeft de opium liever niet langs de officiële weg, want ze gebruiken 't voor prachti ge processen met ja-knikkende onschuldigen, weet je." Daar hadden we al iets over gehoord. Een aantal Sloweense ambtenaren scheen pas grif be kend te hebben, dat ze Ameri kaanse spionnen warenEen koude rilling liep ons over de rug. Maar wat w ilt ge, we waren im mers in de donkerste hoeken van de Balkan! Monotoon bromde die morgen de 10-tons vrachtwagen voor ons uit. In de lege laadbak lagen zes mannen te slapen. Wij, in onze jeep, gromden er achteraan. Soms spatte de modder op en soms schokten we over stukken ge steente. Een „auto-snelweg" naar het Noorden. Een schakel in de lange „ketting". En plots lagen daar die rode velden van de papaver voor ons in de vroege zonnegloed. We zijn uitgestapt en hebben die dag stil de hellingen begluurd. Hier was het dus. Hier zagen we de bron van al die ellende. d'ARGENTY. 7k ynij*i iiyi.... BORDENWASSER VAN DE KEIZER. „Eens lagen we al meer dan drie weken in een grote haven in Japan en we kregen maar geen nieuwe lading aan boord. De ka pitein keek elke dag bezorgd naar zijn geldbuidel, die steeds platter werd, want onze bemanning moest natuurlijk iedere dag te eten hebben. En de kapitein had toevallig bijna al zijn geld naar de spaarbank gebracht, toen we de laatste maal in Holland wa ren. Tjonge, tjonge, dat was wat! Hadden die Japanners nu hele maal geen vrachtje voor ons schip? Nee, want de keizer had bepaald, dat er niets uit het land mocht worden weggestuurd. Iedereen moest houden wat hij had. Was er soms ergens teveel van, dan moest de keizer het heb ben. Natuurlijk was onze kapitein niet best te spreken over die kei zer en de bemanning evenmin. Maar hoe moesten wij nu ons brood verdienen? De kapitein gaf ons de raad om aan de wal een baantje te zoeken. Hijzelf werd voorlopig schoenmakersleerling. Dat kwam hem later nog wel eens te pas, dacht hij, omdat hij zoveel schoenen versleet en ze dan zelf kon maken. Maar hij verdiende niet veel geld, omdat bijna alle Japanners toen nog op houten sandalen liepen, die ze maakten van oude zeepkistjes. Ik moest zelf ook een baantje zoeken en vond er na veel moei te een bij het paleis. Daar had juist de bordenwasser de griep gekregen en er stond een half pakhuis vol vuile vaat. Ik had er reuze handigheid in en waste in drie dagen alles schoon. Alleen de laatste dag deed ik een beetje kalmer aan, omdat ik bang was mijn baantje weer kwijt te raken als er niets meer te wassen viel. De derde dag echter kwam de keizer in hoogst eigen persoon de keuken binnenstappen om te zien welk een flink bordenwasser hij wel had. „Jij flinke zoon van je vaderrr zei hij in gebroken Hollands, „jij beterrr wasserr dan alle Japan- nerrrs." Alle lakeien en hovelingen, die rondom de keizer stonden, kre gen een kleur van schaamte, toen ze hoorden wat de keizer zei. Ik kon het zien, hoewel ze een gele gelaatskleur hebben. De rode blos scheen er doorheen en ze kregen allemaal oranje wangen. „Uwe majesteit is erg vriende lijk", antwoordde ik. „Borden wassen kan je goed leren op „De Noordstar"," voegde ik er aan toe. „Noordstar?" vroeg de keizer. „Komen jij van een sterrr?" „Neen, majesteit, „De Noord star" is ons schip", legde ik uit. „Jij mij dirrrect schip laten zien", gaf hij bevel. Toen moest ik in mijn witte overall naast de keizer in een gouden rijtuig gaan zitten en re den we in gestrekte draf naar de haven. „Zeerrrr grrrroot schip", riep de keizer uit, toen hij „De Noord star" zag. „Ja, maar wij hebben geen la ding om te vervoeren", waagde ik te zeggen. Dat begreep de keizer niet en terwijl ik hem het verlaten schip liet zien, legde ik de zaak uit. „Ik dirrrect kapitein willen sprrreken", riep de keizer uit. Een minister moest hem onmid dellijk opzoeken en was weldra terug. De kapitein hield zijn schoenmakershamer nog in de hand en rook naar schoensmeer, of hij zich zelf had gepoetst. „Jij kapitein?" vroeg de keizer. Ja, knikte deze droevig. Hij was bang dat hij iets verkreeds had gedaan, want hij had juist de vorige dag onder de schoenen van de keizer een paar nieuwe zolen gezet. „Jouw schip voorrrtaan altijd voor mij vaarrrrren", beval de keizer. En zolang als die keizer geleefd heeft, kregen wij hopen vracht te vervoeren. Op de boeg van de „Noordstar" prijkte zijn gouden wapen en telkens als we in Japan waren gaf ik aan de lakeien les in het bordenwassen. KIJK VOORUIT. De tip voor uw geborduurde zomerjurk! Wij zijn aan de overkant van het Kanaal eens wezen neuzen wat de Engelse vrouwen in het zomerseizoen gaan dragen. In dit opzicht is Engeland Parijs twee weken vóór. Daar moeten de mo deshows der grote huizen nog beginnen. Maar we zijn al heel wat te weten gekomen. Iets nieuws onder de zon? Ja, wel terdege. Het grote mode- nieuws is, dat we eigenlijk alles kunnen dragen wat we mooi vin den en dat ons staat. Natuurlijk zijn er wel een paar grappige snufjes, zoals de van achteren ruime rokken en het wippende schootje, dat in Engeland pig tail heet „varkensstaartje" en dat onze grootmoeders „queue de Paris" noemden, maar over het algemeen: leve de vrijheid van keuze! We kunnen ook dit seizoen weer echt vrouwelijk zijn en fris se, gemakkelijk zittende, fleurige japonnen dragen. En om de vrou welijkheid te accentueren gaan we onze zomerjurk eensbor duren! Wie nu al begint met het handwerk, kan er zeker van zijn met Pasen haar nieuwe jurk klaar te hebben. U kunt onze jurk heel mooi met wit als hoofdkleur maken, maar ook de zeer modieuze tinten grijs zijn er uitstekend voor geschikt. Zowel wit als grijs kunnen eigen lijk met elke andere kleur gecom bineerd worden marineblauw zal heel aardig staan, wijnrood, het moderne zachte groen zoekt u maar uit. U kunt bij dit patroon zelfs uw jurk van het vorige jaar of nog ouder tot iets leuks en nieuws verwerken met een klein lapje stof erbij. De foto is zo duidelijk, dat we er haast niets aan behoeven toe te voegen. Voor het borduursel neemt u een strijkpatroon („Ma rion no. 128) dat bij onze redac tie verkrijgbaar is a 35 cent. U vindt bewerkelijke en eenvoudige borduurpatronen, voor elke smaak en elke hand. Het knippatroon van dit mo del („Marion" P 50) is tegen de prijs van 90 cents ook te bestel len aan ons adres. Geeft u de maat er even bij op? MARION. MISHANDEL UW VLOER KLEED NIET LANGER! We roepen wel eens ach en wee als de gapende leegte van de linnenkast ons toeschreeuwt, dat er hoognodig wat nieuws aangeschaft moet worden, terwijl er toch al lang geen punten meer zijn. We zitten 's avonds onder het lamplicht nog met moede ogen de kleren te verstellen, die feitelijk één brok verstelwerk zijn. Maar er is méér In een normaal huishouden van tegenwoordig heb je door al die dagelijkse beslommeringen niet eens gelegenheid een blik naar de grond te werpen. Anders zou je daar ook weer de schrik van beet krijgen! Want ons voor oorlogse karpet is natuurlijk al tot de draad versleten, het beetje Door de modder van Macedonië DONDERDAGAVOND 10 Maart a.s. te 8 uur Toegang elke leeftijd. Entrée f 0,75 Vanaf VRIJDAG 4 Maart, a.s. de grootste muziekfilm van HECTOR BERLIOZ door het grote succes van elders, wordt deze film geduren de een gehele week vertoond. Toegang elke leeftijd. N.V.Gofilex-film. (Gehele zaal). Filiaal W. v. t Hof, Breolaan 51, B«rgen (N H.). Tol. 2058

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

De Duinstreek | 1949 | | pagina 2