ROB de avAyJtwcwc 7 Hel UfeuisUuwe&iik demGMUotU SCHOORL'S BELANG Drog. Fa. Fr. Posthuma - Bergen A. (f. van det Hitst Over Jan Hagel gesproken „C0NC0RDIA" KOPJE MARGARINE T. VAN DIEPEN VOOR DE SCHOONMAAK: RIJBEWIJS-ETUIS - Boekh. Oldenburg, Schoorl Nu voor 95 cent. Heelt U flanel nodig i akken eter rood Mevr. S. Keijzer JOEL BROERE H.H. Landbouwers! slootkantensnijder Voor Verhuizingen Kinderverhaal TANDTECHNICUS „DE PION" „Spoorzicht" 1 doos 300 gram Jan Hagel 1 Stereo Ontbijtkoek <75 ct. 40 ct. 115 ct. JAC. DAPPER J. KAANDORP BERGENW. KRAAKMAN TH. HOUTENBOS J. LOUTER N. KLEVERBAAN SCHOORL ZE ZIJN ER WEER de ECHTE Zeeuwse blauwe aardappelen Friese klei-aardappelen GROENTEN Goedkope Groenienhal ADVOCAAT door een PERMANENT van B.G.DOBBEN Vanaf heden weer verkrijgbaar het van ouds bekende Smaakt heerlijk - Braadt prachtig Soepel smeerbaar P. KELDER, DUINWEG D 26. SCHOORL BERGEN FEUILLETON Bakkerij Van der Schinkel WIJ Gedipl. Pedicure AAN HUIS TE ONTBIEDEN LUXE AUTO'S TE HUUR ■W> Het was niet mogelijk om haar weer terug te vinden en zonder de kleine vreemdelinge, die wel licht waardevolle inlichtingen had kunnen verstrekken, werd de vlucht voortgezet. Plotseling uitte de professor, die met een scherpe kijker het terrein verkende, een kreet. Daar beneden werden tekens gegeven. Direct daalde het toe stel en verstomd van verbazing tuurden de vliegers omlaag. Want in dit vreemde land, waar blijk baar nog voorhistorische monsters voorkwamen, stond midden in het oerwoud, aan de oever van vanuit dit voertuig werd [ijverig met een helm gewuifd. Reeds daalde de machine op het water en haastte men zich naar de plek, waar de auto zich hun redders met een luid hoera en spoedig vertelden ze wie ze waren en wat ze in hun vreemde voertuig in dit onherbergzame oord uitvoerden. een rivier, een moderne tank. En bevond. Drie mannen begroetten Wrijfwas gemaakt met echte terpentijn, in bussen van 82 - 155 - 290 cent. Ammonia Zoutzuur Lysol Naftalineschubben Naftalinekogels Motzakken Reukblokken voor de W.C. Chloor Brandspiritus Tip-Top waterverf Boenders, kwastjes, dweilen enz. Binnenkort wordt een ledenvergadering gehouden. Zij die als lid wensen toe te treden, kunnen zich opgeven bij S. GUTKER, Camperduin, JOH. KRILLER, Aagtdorp en K. P. ZUURBIER, Schoorl. Breelaan 5, Bergen, tegenover 't station KUNSTGEBITTEN Overzettingen Reparaties in Staal - Rubber en Plastic Alles eigen handwerk uit eigen labora torium, dus particulierwerk voor zieken- fondsprijs. Overzettingen in 1 dag gereed, reparaties nS afspraak in 4 uur gereed. Inlichtingen gratis de gehele dag. schaakt iedere Donderdag om 8 uur in en ook hebben wij puike die wij verkopen voor 6'/2 cent per kg., bij afname van 25 kg. Voorts hebben wij alle soorten en goedkope Spinazie, Andijvie, Veldsla enz. Als reclame 4 pond appelen voor f 1.- Alléén in de Dorpsstr. 86, Tel. 2069, Bergen. Waar ze van die heerlijke verkopen voor f 2,50 per fles, grote flessen f 3,50 Gedipl. Dome s - en Herenkopper D0RP5TR.2I BERGEN TEL 2266 Wij hebben bleu wolflanel, zeer geschikt voor nachthemden. Zojuist ontvangenpracht kwaliteit dames- en herenondergoed van Jansen 6 Tilanus. Verder prachtsortering in onderjurken, kousen, sokken, sportkousen, machinezij, borduurwol en -zij, knopen enz. Stationsstraat 5 Roman van een menselijke vergissing 9. door HENK VAN HEESWIJK Die morgen na zijn terugkeer uit Frankrijk was er door het echt paar met geen woord meer gesproken over de scène van de vorige avond. Alsof er niets gebeurd was, waren ze beiden aan het ontbijt gaan zitten en daarna was elk weer zijn eigen weg gegaan. Kees had een overall aangetrokken en was aan het werk gegaan aan zijn wagentje. Jo was gaan tennissen; het weer was nog tamelijk gunstig en daarvan wilde ze profiteren. Des avonds, toen de wagen weer gereed was, had zij gevraagd of het hem ernst was om weer enige tijd op reis te gaan en op het bevestigend antwoord was ze naar boven gegaan en was ze een uurtje later terug gekomen met twee koffers met kleren. „Stuur ze terug als ze vuil zijn en geef dan je adres, dan kan ik voor schoon wasgoed zorgen.'' Dat was alles, wat ze gezegd had. Kees had z'n wagen weer in elkaar gezet en was vertrokken. De volgende morgen vroeg was hij vertrokken. In zijn eentje had hij zitten ontbijten en op de tafel had hij een kort briefje achtergelaten, waarin hij haar groette en zeide, dat hij nog wel zou schrijven. Nu zwierf hij met zijn wagentje weer door Frankrijk en kruiste het van Noord tot Zuid door, onbewust van hetgeen er thuis gebeurde. Want in die weken gebeurde het, dat zijn vrouw be zoek kreeg van een oude kennis, iemand, die ze reeds helemaal vergeten scheen. In Amstelveen woonde een jongeman, die eens verloofd ge weest was met Jo Bergsma. Aanvankelijk had hij zich niet al te veel van de verbreking dezer verloving aangetrokken. Wat had je aan een meisje, als je toch geen geld had! En het was wel eens aardig om weer een poosje vrijgezel te zijn. Maar zonder werk zijn, dat wil zeggen: zonder geld en geen meisje te hebben, die je op haar eigen kosten van tijd tot djd eens meeneemt naar een mooie film, is niet zo plezierig. Wim begon in te z ien, dat hij eigenlijk onredelijk was geweest en dat hij in de eerste plaats er voor moest zorgen werk te vinden. Dat was er genoeg en toen hij dan ook actief begon te sollici teren, duurde het niet zo heel lang, of hij stond weer in een helderwitte jas achter de toonbank, woog ponden suiker en onsjes kaas en fietste vrolijk fluitend met een mand vol bood schappen door de Amsterdamse straten. Toen hij de eerste Zaterdag met een behoorlijk loon thuis kwam, schoof vader Van Laar twee rijksdaalders terug met de woorden: „Wie flink werkt en goed verdient, moet ook een paar centen in zijn portemonnaie hebben." Die avond wilde hij zijn vroegere verloofde opzoeken, maar hij wachtte nog een week. Dan zou hij een tientje hebben en dan konden ze samen gezellig een dag uitgaan. Ook deze week ging spoedig voorbij en Wim stapte, netjes opgeknapt, Zondags morgens naar het adres van Jo Bergsma. Daar hoorde hij tot zijn grote verwondering, dat zijn meisje al zes weken tevoren plotseling met haar bezittingen was vertrokken. Waarheen? Ja, dat wist men niet. Wim stond een beetje raar te kijken, toen hij dat hoorde, maar hij haalde zijn schouders op en vermaakte zich die dag in zijn eentje zo goed en zo kwaad als het ging. Aanvankelijk trok hij er zich niet veel van aan. Geen handvol, maar een land vol, was z'n devies en in Amstelveen waren er nog meisjes genoeg. Toch kon hij de kleine Jo niet vergeten. Telkens betrapte hij er zichzelf op, dat hij aan haar dacht. Wel probeerde hij elke gedachte aan haar te verdringen, maar steeds opnieuw zag hij haar beeld weer voor zich. Het werd een obcessie. Na een paar weken kon hij het niet langer uithouden, want hij was tot de slotsom gekomen, dat hij nog echt van de kleine Jo hield. Maar hoe kwam hij haar adres te weten? Hij informeerde op het gemeentehuis van Nieuwer Amstel. Het duurde een paar dagen, maar toen kreeg hij te horen, dat Jo Bergsma vertrokken was naar Aerdenhout. Dat gaf ten minste enig houvast. Op een van zijn vrije Woensdagmiddagen stapte hij, netjes aangekleed, op z'n fiets en peddelde de Meer dóór naar Haarlem en zo naar Aerdenhout. Het duurde wel even, voordat hij de laan gevonden had, waar Jo, volgens de gegevens van het Nieuwer-Amstelse gemeentehuis, moest wonen. Hij kwam ten slotte terecht voor een aardige kleine villa. Maar de luiken er voor waren gesloten en niets wees er op, dat hier levende menselijke wezens woonden. Hij zette zijn fiets tegen het hek en liep over het grintpad naar de voordeur. Daar zag hij voor het raampje een klein, door de zon vergeeld kaartje, waarop te lezen stond: „Voor onbepaalde tijd afwezig". Z'n reis was dus vergeefs geweest. Toen hij weer terug fietste naar Amstelveen, kwam hij tot de overtuiging, dat zijn meisje want zo noemde hij de kleine Jo nog steeds in gedachten daar werk had gevonden als typiste, particulier secretaresse of iets dergelijks. Ongetwijfeld had ze het daar goed. Ze was immers niet tevreden over haar baan in dat advertentiebureau? Natuurlijk, die had ze opgezegd en wellicht was ze nu met de familie mee naar een of ander vacantieverblijf. Hij besloot er over een poosje nog eens heen te gaan. Een paar weken later fietste hij opnieuw naar het villa'tje in Aerdenhout, maar nog steeds waren de luiken gesloten en was het kaartje voor het raam nog zichtbaar. Opnieuw probeerde Wim zijn vroegere verloofde uit zijn leven te bannen, doch het ging hem slecht af. Zij was hem vast ver geten, anders had ze hem wel eens geschreven, al was het maar een kaartje. Misschien wilde ze wel niets meer met hem te doen hebben. Hij was het toch immers, die z'n verloving had ver broken. Nu kreeg hij spijt van z'n ondoordachte stap. De zomer verdween en de herfst kwam met mooie dagen. Wim deed automatisch zijn werk, doch moest steeds weer aan zijn meisje denken. Toch ging hij niet voor een derde maal naar Aerdenhout. Wanneer het verlangen daartoe opkwam, dwong hij zichzelf niet meer aan haar te denken, doch innerlijk leed hij. Zijn drukke werkkring was een welkome afleiding; alleen de Zondagen en de vrije Woensdagmiddagen waren leeg en vreugdeloos. Hij ging niet meer uit, maar spaarde al zijn geld, dat hij overhield op, tot grote verwondering van vader en moeder Van Laar, die zoiets van hun zoon niet gewend waren. Tochhet verlangen werd hem te machtig en de maand October was bijna verstreken, toen Wim voor de derde maal op de fiets stapte en naar Aerdenhout reed. Ditmaal waren er geen luiken voor de ramen en hij zag een tuinman aan het werk, dus de familie was teruggekeerd. Allicht zou hij thans meer over Jo te weten komen. Zijn hart bonsde in zijn keel! Hier woonde ze dus! Hij zette zijn fiets tegen het hek en liep het pad op naar de voordeur. Hij kon niet nalaten een blik door de geopende glas gordijnen in de vertrekken te werpen. Drommels, wat een mooi huis en daarin woonde zij nu. Geen wonder, dat ze niets meer van zich het horen. Ze had het hier natuurlijk best. Plotseling bleef hij stilstaan; zijn mond opende zich, hij wilde roepen, doch hij wist zich te bedwingen. Hij wilde z'n meisje niet in moeilijkheden brengen. Maar daar zat ze immers, achter in die grote voorkamer, een boek te lezen! Dat was ze en wat zag ze er prachtig uit in die lange japon! Even bekroop hem de lust naar het raam te gaan en daar aan te tikken, doch dat hoorde natuurlijk niet. Wat zouden de bewoners van de villa er wel van zeggen! Evenwel, hij kon zich niet langer bedwingen en resoluut stapte hij naar de voordeur en belde aan. Het wachten leek hem een eeuwigheid te duren, maar eindelijk kwam er een aardig meisje naar voren, die het raampje opende en vroeg, wat mijnheer wenste. „Ik ehstotterde hij verlegen, „wilde graag Jo, ik bedoel: juffrouw Bergsma even spreken, als dat kan." Het meisje keek hem verwonderd aan. „Juffrouw Bergsma?" vroeg ze. „Die woont hier niet. Bent U niet verkeerd?" „O nee," verzekerde hij haastig; „ik weet zeker, dat ik hier moet zijn." „Maar hier woont toch geen juffrouw Bergsma," antwoordde het dienstertje koeltjes. Wim stond even bedremmeld te kijken. Zou ze soms een andere naam opgegeven hebben? overlegde hij bij zichzelf. Maar hij was hier nu eenmaal en hij moest haar spreken. „Ik bedoel die dame," verduidelijkte hij, „die daareh in de voorkamer zit te lezen. Wilt U zeggen, dat Wim van Laar uit Amstelveen er is? Ze kent me wel." Het meisje was besluiteloos, haalde ten slotte de schouders op en zei: „Wacht LI dan maar even binnen.' Ze opende de voordeur en liet Wim in de heldere gang. Toen liep ze naar achteren."Wim hoorde de stem van het meisje. Even later werd de haldeur weer geopend en stond hij recht tegen over zijn vroegere verloofde. Een ogenblik was er diepe stilte. Beiden stonden sprakeloos. De kleur uit Jo's gezicht verdween bij dit weerzien, maar ten slotte wist ze zich te bedwingen en kwam met uitgestrekte hand op de jonge man toe. „Dag Wim," zei ze, rustig en beheerst, „hoe gaat het?" Hij drukte zwijgend haar hand en vroeg: „Kan ik je even onder vier ogen spreken?" „Maar natuurlijk," antwoordde ze, gedwongen lachend, „ga maar even mee naar de voorkamer." Als ni een droom volgde Wim haar naar de kamer en daar nam hij plaats, tegenover haar in een klein stoeltje. Ze klapte het boek, waarin ze had zitten lezen, dicht en keek hem lachend aan. „Wil je thee hebben?" vroeg ze vriendelijk. „Nou," antwoordde hij, hoewel nog steeds niet geheel van zijn verbazing bekomen, „dat sla ik niet af." Jo drukte op een schel en even later kwam het meisje, dat hem had binnengelaten, naar binnen. „Heb je al thee, Antje?" vroeg ze aan het jonge ding, dat beleefd stond te wachten. „Jawel, mevrouw." „Breng ons dan een kopje, wil je?" „Zeker, mevrouw." En weg was ze weer. Opnieuw keek Wim verbaasd. Die griet noemde zijn Jo me vrouw en zo heette je immers als je getrouwd bent? Er kwam een vreemd gevoel over hem; zou hij z'n meisje voor goed verloren hebben? Hij wilde spreken, doch ze was hem voor. „Wacht even, tot de thee er is, dan kunnen we rustig samen praten." Even later werd de thee binnengebracht en toen het meisje de deur achter zich gesloten had, sprong de jongen op, liep naar Jo toe en zei hees: „Ze noemde je mevrouw; je wilt me toch niet wijsmaken, dat jehierwoont en dat je eh getrouwd bent?" „Ik wil je niets wijsmaken, Wim," antwoordde ze rustig, „maar het is inderdaad zo: ik ben getrouwd, al meer dan vijf maanden, en ik heet mevrouw Blokker," De jongen kromp in elkaar, toen ze dit zo kalm vertelde. Dat betekende immers voor hem, dat z'n kleine Jo voor goed voor hem verloren was. Ze was nu de vrouw van een ander en hem had ze vergeten. Daarom was ze natuurlijk zo plotseling ver dwenen. Daarom had ze hem nooit meer geschreven. En dat ver telde ze hem zo maar, alsof het de gewoonste zaak van de (wereld was! Jo kreeg medelijden met de jongen. „Dat moet je niet zo tragisch opvatten, Wim," vervolgde ze, nog even kalm. „Tragisch?" stoof hij op. „Dat is helemaal niet tragisch, dat is gemeen! Ben je dan vergeten, dat wij verloofd zijn geweest?" Nog steeds bleef ze rustig. „Neen," sprak ze, dat ben ik niet vergeten, want anders had ik je niet in mijn huis gehaald. Ik beschouw je als een goede, oude vriend, maar dat neemt niet weg, dat het feit er nu eenmaal is: ik ben getrouwd." „Het is wat moois!" brieste hij. „Jaren zijn we, als kinderen al, vrienden geweest. Later, toen we groter werden, bleven we met elkander omgaan en ten slotte hebben we ons verloofd. Een verloving is reeds een belofte tot een huwelijk. Of weet jij dat soms niet?" „Jawel. Maar je schijnt te vergeten, dat niet ik het was, die onze verloving verbrak. En toen had ik alle recht om mijn eigen weg te gaan." „En om mij te vergeten. Erg diep zal je liefde voor mij dan ook wel niet geweest zijn." „Wim, dat weet jij wel beter," zei ze zacht, onaangenaam getroffen door dit verwijt. „Je weet zelf wel, dat ik oprecht en veel van je gehouden heb „En of je nu al getrouwd bent met een ander, toch houd je nog van me! (Wordt vervolgd). B Speciaal ingericht voor de beschuit bakkerij. Deze mag bij U in huis niet ontbreken. Steeds vers gebakken Broekbeeklaan 23, Bergen LEO PLAS Spoorstraat 27 Alkmaar koopt nog steeds oude KOPERWERKEN tegen de hoogste prijs. KERKELAAN 17 BERGEN VERZORGT UW BOEKHOUDING VERMOGENSBEHEER BELASTINGZAKEN zonder chauffeur per uur, per dag of per week Adres: Zuidlaan 23, BERGEN Telef. 2526 In- en verkoop van gebruikte auto's Bezoekt de met de Hoge-Patent op 9 MAART a.s,, om 1.30 uur, op het terrein van de heer A. Rens, Kanaaldijk E 10 te Schoorl. Verdere inlichtingen bij Smederij K. WIEDIJK, Groet PLOMPER BERGEN

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

De Duinstreek | 1949 | | pagina 4