ROB 2 De eefl&tis vou <muh ItiiUe** EEN VACANTIEDAG EXPOSITIE «Bi (WJOtdwcUfi m Spiritualisiische Kring „Geestelijk Leven" Café HIEUWENDIJK JfluoUek Duin vermaak DANSEN ZEETAX Dc gezamenlijke Lees-bibliotheekhouders FEUILLETON Muziek en Dans Sohnny Eys Men door Electr* wasmachines MEIJER Kinderverhaal BERGEN TEL. 242 9 Grote openbare psychometrische avondj 13 cent per week, per deel, besteed aan een bezoek aan AMSTERDAM IS ALTIJD BOEIEND EN BOVENDIEN SPANNEND C3Ö ft-l/oorti )e Sj garage Gedurende het seizoen iedere avond P. BOOD JAN DE LEEUW LUXE AUTOVERHUUR Garage Breed, Breelaan 50, Bergen Telef. 2496 PLOMPER - BERGEN ERKEND VERHUIZER met electr. wringers TECHN.BUREAU door een PERMANENT von B.G.DOBBEN Adverteert in dit blad Deze lieten inderdaad niet lang óp zich wachten. Langzaam en statig naderden in de verte enige dinausauriërs, die zonder te haasten, zich naar de offerplaats begaven gewend als ze waren hier een weerloze prooi aan de palen te vinden. Wanhopig wrongen de blanken aan hun boeien, die echter onverbreekbaar waren. Ondertussen was er hulp in aantocht. Reeds een uur lang had de vliegmachine de omtrek afgezocht. Men had de overval vanuit de lucht gezien, onmachtig om hulp te bieden, de gevangenen waren weggeleid onder het dichte bladerdak van het woud en thans geheel toevallig, zag men ze weer terug op de open plek, met hun ongure vijanden vlak bij. Er was geen tijd meer om te dalen. Twee leden van de be manning stonden reeds klaar met de parachute op de rug vastge snoerd. Onversaagd sprongen ze over boord, het geladen geweer in de hand, een scherp mes in de gordel. Iedere Zondagmiddag en -avond Zondagmiddag vrij entree. ORKEST „SORROW EXPELLERS" onder leiding van A. SIRRE 7ÏÏ ntJ JAAP VOLKERi BERGEN Overtoom 80 1 Telefoon K 290086557 Amsterdam 3e OCCULTE AVOND op 7 Juli a.s. vervalt. In de plaats daarvan te geven door Mevr. MULDER-SCHALEKAMP uit Amsterdam, in het Hotel „Kreb", Breelaan 16 te Bergen op Dinsdag 12 Juli'49 's avonds 8 uur. N.B. Op veelvuldig verzoek van de aanwezigen op de le en 2e occulte avond wordt deze avond gegeven. Entrée leden „Geestelijk Leven f0.50 Niet-leden f0.75 van Bergen, t.w. Schoelink, Thomas en De Haan's Boekhandel delen U mede, dat met ingang van Zater dag 9 Juli a.s. de prijs per leesboek is vastgesteld op iedere dag langer 2 cent per deel volgens besluit Algem. Ned. Bond van Lees-bibliotheek houders. ARTIS GIRAFFEN - ZEELEEUWEN - ROOFDIEREN - NEUSHOORNS ANTILOPEN - KINDERBOERDERIJ Oorspronkelijk Nederlandse roman door Frank van Falckenoort. 12.) „Om de gezellige avondjes met oom, dat weten we nu al. Man houd nu toch eindelijk eens op met dat gezeur, zo schieten we niet op. Er zijn twee mogelijkheden: of U betaalt ons een be-" hoorlijke prijs voor die kaarten, of wij verbranden ze en de kous is af. Wij niets, jw ook niets. PePr slot van rekening hebben wij het voordeel, dat wij in het bezit zijn vanenfin, we be hoeven dat niet nader aan te duiden. U weet drommels goed, wat U hebben wilt en wij weten het eveneens. Laat U dat genoeg zijn. Of dacht U soms. dat wij zo gek waren om een spel kaarten, waarvoor enkele malen een inbraak wordt gedaan, waarbij een halve villa ondersteboven wordt gehaald, zo maar zonder meer aan U te overhandigen? Dan gaan wij eerst eens heel nauwkeurig kijken, waarom een zeker iemand toch zo verschrikkelijk graag dat spel kaarten wil hebben. Enfin, langer redeneren is nutteloos." Piet stond op en Klaas, die gedurende al die tijd geen woord had gezegd, deed als een automaat hetzelfde. „Denkt U er maar eens over na, mijnheer PIPuijmers. Ik geef toé, dat wij niets aan dat spel kaarten hebben, maar U kunt niets beginnen, als U het niet hebt. Dus laat ons maar eens horen, wat U er voor over hebt Naar ik me meen te herinneren, weet de heer Pluijmers het adres, nietwaar? Niet onverwacht en onaangediend komen, want daarop zijn we voorbereid. Het beste is, dat U maar belt. Tegenwoordig hebben we telefoon. Tot ziens, mijnheer!" „Ho, wacht eens even", weerhield Pluijmers de anderen. Hij had zijn weinigje zelfvertrouwen nu geheel verloren. Ik geef U hondrd gulden, als U dat spel kaarten hier laat." Piet schoot in een lach en draaide zich om. „Kom, kom, mijn heer Pluijmers, U ziet ons toch niet voor zo naief aan, dat wij met zon gevaarlijk spel kaarten in onze zakken gaan lopen? Nee, nu wilde ik U toch wijzer hebben En wat die honderd gulden betreft, werkelijk een goeie mop. Dat moet ik erkennen. Maar als U serieus zaken wil doen, dan moet U ons niet met een fooitje proberen af te schepen. Dag mijnheer. Denk er eerst maar eens rustig over na". Weer ging Piet een paar stappen verder. „Maar mens, wat wil je dan?" vroeg de ander in wanhoop. "Wij willen niets. Maar U wilt immers een spel kaarten heb ben, dat wij thans bezitten. Welnu, dan moet U er ook wat voor over hebben. Dat is niet meer dan billijk. Voor wat hort wat. „Dat is chantage!" brulde Pluijmers, ten einde raad. Piet richtte zich in zijn volle lengte op en draaide zich lang zaam om. Met een dreigende beweging deed hij een paar stap pen in de richting van de man, die zich nu angstig terugtrok in de richtng van het raam. Maar Pt volgde hem, tot de man niet verder meer terug kon. Als om zich te beschermen, hield hij de handen rond zijn keel, terwijl doodsangst op z n gluiperige ge zicht stond te lezen. „Mensen, die boter op hun hoofd hebben, doen verstandig als ze' zulke dikke woorden niet gebruiken, mijnheer Pluijmers". Langzaam had Piet tot hem gesproken, zn gezicht nog geen tien centimeter van dat van de ander. Even later stonden beiden weer op straat. Pluijmers had geen vin meer verroerd, toen ze de trap afgelopen waren en de deur achter zich hadden gesloten. „Ba, wat een misselijk stukje mens," bromde Piet, toen ze naar de auto wandelden. Toen Pluijmers eindelijk wat van z'n verbouwereerdheid was bekomen en langzaam in zijn stoel zakte, reed het kleine wa gentje van oom Willem alweer in de richting Overveen. HOOFDSTUK VII. EENMAAL SCHOPPENAAS. „Tevreden over het resultaat van ons bezoek aan vriend Pluijmers?" vroeg Piet, terwijl hij handig het wagentje door de drukte van de binnenstad manoeuvreerde. „Ja," antwoordde zijn vriend, „zeer tevreden zelfs, want hij heeft zich even in zijn kaart laten kijken, om maar eens in de terminologie te blijven." „Je bedoelt met zijn „schoppen"? „Juist, we moeten alle schoppenkaarten eens heel nauwkeurig gaan begijken, want daar ^al ongetwijfeld wel iets bijzonders aan te zien zijn, hoewel we alle kaarten zeker al wel tien keer in handen hebben gehad, „In ieder geval hebben we nu een aanwijzing, een aankno pingspunt. En dat is al heel wat. Bovendien schijnt het geheim dat aan die schoppenkaart verbonden is, ook heel wat waard te zijn, want hij begon al grif met honderd gulden aan te bieden voor dat spel kaarten." „Ik heb zo'n idee," zei Klaas dromerig aan zijn sigaret trek kende, „dat er wel heel wat meer voor de dag zal komen, als we het geheim ontdekt hebben. Ik bedoel, wat meer dan honderd gulden waard zal zijn." „Allicht, want hij zal niet meer bieden, dan wat het hem waard is. Maar ik heb er nog steeds geen flauw idee van, welk verband er zit in deze historie. Maar, dat zullen we misschien spoedig genoeg te weten komen." In Overveen gekomen, gunden ze zich nauwelijks de tijd om de wagen in de garage te rijden. Ze renden naar huis, sloten zorgvuldig alle deuren en controleerden eerst nog even de alarminstallatie. Toen haalden ze het spel kaarten voor de dag. De schoppen waren er al gauw uit geselecteerd en de vrienden bezagen nu één voor één heel nauwkeurig de kaarten. Na een paar minuten liet Klaas een zacht gefluit horen. Hij had schoppenaas* in zijn linkerhand en hief hem triomfantelijk omhoog. „Gevonden," zei hij. „Voel maar eens deze kaart en de anderen." Piet nam de kaart in handen en wreef er over met duim en wijsvinger. „Dit aas is dikker dan de andere kaarten," con stateerde hij, nadat hij ook enkele andere had gecontroleerd. „Je zou zeggen, dat er een briefje inzit." „Het geheim is gevonden!" antwoordde Piet met een zucht van tevredenheid. „Nu zullen we spoedig weten, waarom Pluijmers zo gebrand is op dit spel kaarten, in casu schoppen aas. Kijk, als je goed oplet, kun je zien, dat de twee helften dezer kaart op elkaar geplakt zijn. We zullen die dus los moe ten weken. En hoe doen we dat?" „Wacht maar. We zetten een ketel water op en als het water kookt, houden we de kaart boven de stoom." In een wip was Klaas in de keuken en had een ketel gevuld, welke hij op het gasstel zette. Toen stak hij, zichtbaar verge noegd, een sigaret op. Piet stond in de keukendeur met het mysterieuze aas in de handen. „Zeg, die oom van jou schijn toch wel een zonderling heer schap geweest te zijn, want ik mag toch aannemen, dat hij er de hand in gehad heeft." „Allicht," antwoordde Klaas, terwijl hij op de rand van de tafel ging zitten. „Weet je niets van hem? Van zijn leven gedurende de laatste jaren bedoel ik?" Klaas schudde ontkennend het hoofd. Hij tipte de as van zijn sigaret op een schoteltje en antwoordde: „Neen, ik was oom Willem helemaal vergeten, tot die erfenis kwam. Wij hadden nooit wat met hem te doen, omdat hij, zoals ik je al eerder vertelde, van die gekke dingen deed, inbreken en zo. Precies weet ik het ook niet, maar mijn vader heeft er wel eens op gezinspeeld. Als je vroeger thuis over oom Willem begon, dan moest je dadelijk je mond houden. We mochten nooit over hem praten en dan vergeet je zo iemand heel spoedig." Het water begon langzaam aan te zingen. „Heb je hier ergens een vaatdoek of iets dergelijks?" vroeg Piet. „Leg hem dan vast op de ketel om warm te worden. Die kunnen we ook nodig hebben." Klaas deed het en daarna werd de kaart alvast op de doek gelegd, die nu ook warm begon te worden. Toen het water kookte, was het losweken van de kaart het werk van een ogenblik. Tussen de twee helften lag een dun stukje papier, dat in vieren gevouwen was. Zenuwachtig vouwde Piet het geheimzinnige vodje open en de beide vrienden zagen dat het een tekening was van een landstreek, een kaartje. Er stonden lijnen op, die wegen aan duiden, kruisjes en letters, alsmede de cijfers 6 tot 10. 1-l/oorL huizen* Oud. ft) 3-Cjar tie res* n rechtsaf Sosiuej in. „Het wordt hoe langer hoe geheimzinniger," vond Klaas. „Nu begin ik zo'n beetje te begrijpen, waarom of die Pluijmers zo graag dit spel kaarten wil hebben. Hij is natuurlijk bekend met het geheim van Schoppen Aas en dit papiertje moet wel een heel bijzondere betekenis hebben, anders deed hij er niet zoveel moeite voor om het in zijn bezit te krijgen." Piet dacht na. Ondertussen staarde hij op het papier, draaide het een paar malen om, hield het tegen het licht en legde het toen weer voor zich neer. Klaas nam het eveneens weer in handen, maar ook hij kon er tot nu toe niets wijzer uit worden. „We kunnen in ieder geval vaststellen, waarom mijnheer Pluijmers zoveel drukte heeft gemaakt voor dit spel kaarten, of, liever gezegd, voor de inhoud van Schoppen Aas. Kijk maar eens goed, Klaas. Dit is de helft van een tekening. Hierop staan immers de cijfers 6 tot en met 10, terwijl er een verklaring op te vinden is van de cijfers 1 tot en met 5. Men hoeft nu niet bepaald een Sherlock Holmes te zijn om te begrijpen, dat op de andere helft van de tekening de cijfers 1 tot en met 5 voor komen, met de verklaringen van 6 tot en met 10. En wat ligt nu voor de hand?" „Dat Pluijmers in het bezit is van de andere helft van de tekening," antwoorde Klaas. „Een tien voor je scherpzinnigheid," zei z'n vriend met een grijnslach. „Enfin, de strijd tussen de heer Pluijmers en onze firma is derhalve in een nieuw stadium getreden. Tot nu toe kunnen we zeggen, dat we de eerste ronde gewonnen hebben. Dat neemt echter niet weg, dat we nu even sterk of even zwak zijn als onze tegenstander. Hij bezit de helft van een tekening, waaraan hij natuurlijk niets heeft, omdat hij niet de andere helft heeft en met ons is het precies zo!" „Met dit verschil evenwel, dat Pluijmers waarschijnlijk wel op de hoogte is van de betekenis van de complete tekening en wij niet." „Zeer juist, beste jongen," en daarom is onze eerstvolgende taak om te weten te komen, wat de complete tekening behelst. Om dit te bereiken zullen wij thans op onze beurt tot het offen sief moeen overgaan en de vesting Pluijmers moeten bestormen om in het bezit te komen van de andere helft." Klaas schrok en kwam met een sprong overeind. „Zeg eens, ben jij gek geworden?" vroeg hij met gefronste wenkbrauwen aan zijn gast. Piet bleef onverstoorbaar zitten. Spotlachend keek hij zijn vriend aan en anwoordde: „Misschien wel, op de complete te kening dan. Dat is nog eens een avontuurtje, zeg nu zelf eens! Ik moet je eerlijk bekennen, dat ik nog nooit zo'n prettige va- cantie heb gehad. Dit is weer eens iets anders!" „Als je maar weet, dat ik niet meedoe aan eventuele pogingen tot inbraak bij Pluijmers. Jij wilt zeker graag in de gevangenis terechtkomen, hè? Merci, hoor. Ik wou, dat ik nooit van die ellendige erfenis had gehoord en nog maar rustig op m'n tram metje zat. Wat ben ik aigenlijk begonnen. .Zuchtend nam hij weer plaats en stak een sigaar op. „Welja," spotlachte Piet, „ik ging, als ik je was nu maar netjes naar mijnheer Pluijmers toe met de tekening en zei: alsje blieft, mijnheer Pluijmers, hier hebt U de andere helft van de tekening, die U zo erg graag wilde hebben. Kan ik U nog ergens mee van dienst zijn? Kom, Klaas, nu wilde ik je toch wijzer hebben. Je hebt mijn hulp ingeroepen om dit mysterie tot een goede oplossing te brengen. Welnu, ik zal het tot een goed einde brengen, al zou ik er nog drie weken vacantie moeten aanknopen. En maak jij je nu maar niet bezorgd over mijn gezondheid, want dieven be strijdt je met dievenmethodes. Dat heb ik je al eens eerder gezegd. We gaan vanavond nog eens op bezoek bij vriend Pluij mers en dan hoop ik, dat hij niet thuis is." Klaas nam zijn sigaar uit de mond en keek de ander met verbazing aan. „Niet thuis? Wél thuis zal je bedoelen." „Nee," antwoordde Piet op geheimzinnige toon: „ik hoop zeer vurig, dat Pluijmers niet thuis is." Zijn vriend haalde de schouders op. „Nu kan ik er helemaal geen touw meer aan vast knopen." „Dat hoeft ook niet, beste jongen. Kijk eens, als ik zeg, dat ik hoop hem, niet thuis te treffen betekent dit, dat we een bezoek gaan brengen aan zijn woning, terwijl hij afwezig is. Ik wil er eens op mijn gemak gaan snuffelen naar de andere helft van de tekening. Want het spreekt natuurlijk vanzelf, dat hij die in zijn bezit heeft." „Geloof dan maar op mijn gezag, dat je in het hele huis geen tekening zult vinden, wanneer hij er niet is. De andere helft draagt hij natuurlijk steeds bij zich." Piet trommelde een poosje met zijn vingers op het tafelblad en sprong toen overeind. „Ja, je hebt gelijk. Maar wanneer wij hem eens uitnodigen om vanavond ergens te komen, in een café of zo, dan betwijfel ik, of mijnheer Pluijmers zo dom zal zijn om ook dan de teke ning bij zich te dragen." 0 Klaas knikte. „Inderdaad. Dan zal hij de tekening wel thuis laten. Maar wie moet er dan in zijn huis naar zoeken, als wij hem in een café ontmoeten?" „Niet wij ontmoeten hem in een café, maar jij alleen. We zullen hem telegrafisch oproepen naar een bekend café in de stad, een beetje uit de buurt van zijn huis, en terwijl jij met hem praat, onderzoek ik zijn home. En zo bestrijden we de bandiet met zijn eigen wapens." „Ja, jij kletst gemakkelijk, maar wat moet ik tegen Pluijmers zeggen? Welk motief heb ik, om hem naar dat café te lokken, om het zo maar eens uit te drukken? Je moet niet vergeten, dat we waarschijnlijk met een doorgewinterde schurk te doen hebben." „Dat weet ik drommels goed," antwoordde Piet bedachtzaam, terwijl hij iets op een papiertje schreef. Zo, lees dit maar eens, en dan wil ik wel eens zien, of hij er niet in trapt." Klaas las: „Kom hedenavond negen uur Lido Houtplein stop bereid te onderhandelen schoppenaas stop Sweers Overveen." „Dit telegram verzenden we straks naar Pluijmers. A propos, je hebt natuurlijk het nummer van zijn woning in de Lange Wijn gaardstraat opgenomen?" vorste zijn vriend. De ander schudde ontkennend het hoofd. „Neen," antwoordde hij, „stom, dat ik daaraaan niet gedacht heb." „Dat dacht ik wel. Geloof me, jij bent niet gesneden uit het hout, waarvan je detectives maakt." „Nee, daar ben ik ook niet voor in de wieg gelegd," repli ceerde Klaas nijdig. Ik heb nooit hogere aspiraties gehad dan wagenbestuurder van de tram en het was me een lief ding waard, als ik nooit wat van die verwenste erfenis gehoord had en rustig op mijn trammetje gebleven was." „Dus je zoudt de hele villa en alles, wat er aan deze erfenis verbonden, weer prijs willen geven?" „Soms wel," bekende Klaas eerlijk. „Wat heb ik op het ogen blik aan deze erfenis? Ik heb er eigenlijk nog geen enkele dag echt plezier van gehad. Vanaf het moment, dat ik hier mijn intree deed, heeft die Pluijmers me het leven zuur gemaakt met zijn gezanik over dat spel kaarten. Als jij het leuk vindt, ik niet, hoor. Ik had me deze erfenis anders voorgesteld." „Ja," antwoordde zijn vriend op komische toon, „een villa eigenaar heeft nu eenmaal andere zorgen dan een wagenbestuur der van de tram. Dat zie je nu, hè?" DANSEN Aanvang 8 uur met voldoening rijden op zon (raai licht lopend betrouwbaar rijwiel van Rijwiel- en Motorhandel Dorpsstraat 6 - BERGEN Telefoon 2453 WERKEN VAN Huize „De Klomp" Loudelsweg 44 DAGELIJKS GEOPEND zonder chauffeur Erkend voor het geven van autorijlessen In- en verkoop van nieuwe en gebr. auto's Telefoon 2514 Ruïnelaan 3 Bergen Ge dip!. Dome s - en Herenkapper DORPSTR.2! BERGEN TEL 2266

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

De Duinstreek | 1949 | | pagina 4