ROB
<U
<wxHdudu
Toontje 15
tef l
HEEFTEEN
rüGETEEKEND!
,,De yelemde- tczUs"
jtaaiste opentuckt
de eefekis vou est* Ü/iMem
GEEN
BLUF
-J.
B. G. DOBBEN,
-Radio MEIJER'
J. P. KLANKER
beneden elke
concurrentie
Goedkop
e Groenienhal
bioscoop »DE RUSTENDE JAGER« bergen
»DE KOMEDIANTEN» ÏTiKÏÏJKÏU*
De fyeestelij-Ue naad onzec mililaicen in Indonesië.
ten „Cceavn •'Hecmanent
2266 Telefoon 2266
GEBR- SCHOEN
Het adces [/an uecteouwen
DE PERMANENT
Kinderverhaal
Aardappelen
Groenten
en Fruit
Alléén in
de
LEERT NU AUTORIJDEN
Garage Breed, Breelaan 50, Bergen
WOENSDAG 24 AUGUSTUS, 7.30 uur precies
Speciale medewerking van Ds. Koningsberger uit A'dam
FEUILLETON
2266 2266
maar PRACHTIG
PLOMPER - BERGEN
ERKEND VERHUIZER
Voor
Tclcf. 2104
VOOR UW HAAR
KAPSALON URSEM
tuLuiiiui'üa
UumiïJirjf
twiuu
[{iiiarmudüimi
En werkelijk nauwelijks was
men omhoog gestegen of men
ontdekte de gezochten, die in een
grote cano, geboeid, de rivier op
geroeid werden. De vliegmachine
bleef de cano in het oog houden,
terwijl de inboorlingen vanuit De cano was ondertussen bij vangenen voorbereid te zijn. De door de bruine krijgers. Hoog
hun bootje angstig naarde wonder- een trap aangekomen, die in de priester scheen ook hier'n persoon boven in de lucht gonsde het
vogel keken, die hun misschien rotsen was uitgehouwen. Ge- van gewicht te zijn. vliegtuig.
wel zou vernietigen, nu ze twee wapende schildwachten stonden Langzaam en waardig schreed
blanken als gevangenen mee- op de treden en men scheen hij de trap op, terwijl de blanken
voerden. reeds op de komst van de ge- geboeid volgden, stevig bewaakt
Dorpsstr. 86, Tel. 2069, Bergen
LUXE AUTOVERHUUR
zonder chauffeur
Nog enkele lesuren vrij
Telef. 2496
DONDERDAG 25 AUGUSTUS 8 UUR
TILLY PERIN-BOUWMEESTER JOH. VALK HENNY ALMA
BEN AERDENANDRE v. ZANDBERGEN e.v.a.
Entree f3.- -Plaatsbespreken vanaf Maandag 22 Aug. vein 1112 uur.
OPENLUCHTTHEATER BERGEN Nh.
Wegens groot succes
nog één voorstelling van
van W. Shakespeare
Regie Jan van der Linden
door het „Zuid Ned. Toneel", Dir. P. Balledux.
OP DINSDAG 23 AUGUSTUS, 8 UUR
Prijzen: Voorverkoop f 1.50 en fl.- aan het V.V.V. Bureau
Aan de Kassa: f2.- en f 1.50 Na afloop bussen naar
Alkmaar en Schoorl, vanaf het theater.
Muziektuin (hoek Komlaan)
Bij ongunstig weer in het witte Kerkje aan de Dr. v. Peltlaan
Onderwerp
Gelegenheid tot het vragen stellen.
Toegang vrij.
Oorspronkelijk Nederlandse roman
door Frank van Falckenoort.
18.)
,,Zo," vervolgde hij, ,,en nu gaan we eclipseren, want ik vind
het niet nodig dat anderen ons hier zien. We gaan met een flink
vaartje naar Overveen terug, slapen een gat in de dag en trekken
er vanavond weer op uit. De bui van vannacht heeft me meteen
op een idee gebracht: we moeten laarzen hebben. Onze lage
schoenen zijn niet bestand tegen graafwerk. Wie weet, hoe diep
we moeten spitten."
„Kopen we in Haarlem op de terugreis," besliste Klaas. „Ga
je mee?"
Een poosje later zaten ze weer in de wagen. In Amersfoort
nuttigden ze een stevig ontbijt en daarna reden ze naar huis,
waar ze precies elf uur aankwamen.
„Zeg, zei Klaas, toen ze in de verte het poortje van de
woning zagen. „Staat daar niet een politie-agent?"
„Ja, zou er wat aan de hand zijn?"
Ze stopten en Klaas sprong uit de wagen om het poortje open
„Bent u mijnheer Sweers?"
te doen. Meteen kwam de agent op hem toe.
„Jawel, is er iets gebeurd?"
De agent glimlachte. „Vraagt u dat maar eens aan uw buren.
Ik moet zeggen, uw alarminstallatie is prima in orde. We zijn
van nacht ongeveer een uur bezig geweest om het ding stil te
krijgen. Goeie genade, wat een lawaai maakte dat ding!"
Piet en Klaas keken elkaar veelbetekenend aan. Pluijmers,
dachten ze beiden.
„Inbrekers aan het werk geweest?" vroeg Klaas verder.
„Ja," antwoordde de agent. „De kelderruit is uitgesneden,
maar ik denk niet, dat de inbreker binnen is gekomen, want als
ik het goed heb, is uw alarminstallatie dusdanig ingesteld, dat
het in werking gaat, als er een ruit breekt of uitgesneden wordt?"
„Inderdaad," antwoordde Piet lachend. „Een eigen vinding
van me. Niet slecht, hè?"
De agent moest het lachend toegeven. „Nou, horen en zien
verging ons en we konden geen middel vinden om het lawaai
stop te zetten. We schakelden eerst de electrische stroom uit,
maar dat gaf ook al niets."
„Logisch," antwoordde Piet, hartelijk lachend wat een
succes! Hij had die zenuwachtige agent wel eens willen zien
zoeken! „want het apparaat werkt op een accu."
„Juist," vervolgde de agent meesmuilend, „die vonden wij ten
lange leste en zo doende konden we een einde maken aan dat
helse gerinkel. Uw buren links en rechts mopperden tenminste
niet zuinig. Zp dachten dat er brand was."
„Beter dat mijn buren mopperen over mijn alarminstallatie,
dan dat inbrekers mijn halve huis leeghalen," meende Klaas
rustig. „Dus U hebt de wacht gehouden, tot we terug gekomen
zijn?"
„Ja, dat was opdracht van de baas. „Er is al eerder bij u
ingebroken, niet?"
„Nou en of," antwoordde de bewoner droog. „Men schijnt
een voorliefde voor mijn huis te hebben. In ieder geval, agent,
bedankt voor de moeite."
Klaas gaf hem een paar sigaren, waarna de man vertrok. Zelf
ontsloten ze de deur en keken in haastig tempo de vertrekken
door, maar niets wees er op, dat de inbreker verder was ge
weest dan het kelderraam. Ook het gevaarlijke pakje speelkaar
ten lag onaangeroerd op de plaats, waar ze het hadden gede
poneerd, namelijk in de keuken, onder in de koffiebus! Je moet
maar op het idee komen!
Klaas belde een schilder op en verzocht hem zo spoedig
mogelijk een ruit in te zetten en de man in kwestie antwoordde,
dat zijn knecht binnen een kwartier de maat kwam nemen.
Daarna maakten ze warm eten klaar en toen ze met hun maal
tijd klaar waren, was er inmiddels een ruit in de kelder gezet.
Piet repareerde de alarminstallatie en zette deze weer aan.
Daarna gingen de vrienden enkele uren slapen.
Toen de wekker afliep, was het kwart voor zes. Ze maakten
weer een pak boterhammen klaar en vulden een paar thermos
flessen met koffie. Om goed zes uur reden ze weg, voor de twee
de maal naar Garderen.
Het was nagenoeg donker, toen ze op de plaats van bestem
ming aankwamen. De reis was zonder pech verlopen. Ditmaal
vonden ze de verschillende paadjes spoediger en in het donker
vonden ze de laatste woning. De wagen werd weer een eindje
verder geparkeerd en afgesloten. Gewapend met twee schoppen
togen ze, als dieven, door het donkere bos. Piet telde weer de
honderdtwintig meter, die de afstand uitmaakte tussen de wo
ning en de holle boom en deze was weldra bereikt. Bij het
licht van hun zaklantaarns vonden ze gemakkelijk de plek,
waar ze het ijzeren paaltje uit de grond hadden gerukt. Ze
trokken hun jassen uit, luisterden even naar mogelijke verdachte
geluiden, maar alles bleef stil in het donkere, dichte bos. Toen
begonnen ze te graven, en nadat de varenplanten gesneuveld
waren, werd schep voor schep het zand terzijde gegooid. Het
gat, waarin het paaltje gestaan had, namen ze als middelpunt.
Een dik half uur waren ze bezig, zonder dat ze enig resultaat
boekten. Ze pauzeerden even en wisten zich het zweet van het
voorhoofd.
„Lieve help," zei Klaas zacht tot zijn vriend, „ik gevoel me
net een misdadiger, die iets doet, wat niet mag."
„Gek," antwoordde Piet grinnikend, „maar dat gevoel heb ik
ook. Vooruit maar weer, net zolang tot we wat vinden."
Na tien minuten stootte Piet met zijn spa op iets hards. „Ik
heb beet!" zei hij met ingehouden tiromf. „We naderen ons
doel!"
Koortsachtig groeven ze verder en weldra werd er een ge
bogen stuk hout zichtbaar. Nadat ze er rondomheen groeven,
bleek het een deksel te zijn van een kist, die dieper lag. Ge
stadig werkten ze verder en door de spanning, waarin ze ver
keerden, bemerkten ze niets van hun moeheid. Het zweet gutste
van hun gezichten, maar dat weerhield hen niet om door te
werken.
Nadat ze opnieuw een half uur gegraven hadden, lag de kist
bloot. Hij was ongeveer zo groot als een normale koffer, maar
dan twee keer zo dik. Bij het licht van Klaas zaklantaarn maakte
Piet de kist, die zeker al geruime tijd in de grond had gezeten,
schoon en het bleek, dat er een stevig slot op zat, dat evenwel
geheel verroest was. Met zijn spade sloeg hij het na enkele
slagen stuk. Ze legden hun gereedschap terzijde en getweeën
trokken ze het deksel omhoog
Een kreet van verbazing ontsnapte aan beider mond, want
hetgeen ze nu te zien kregen, was dan ook inderdaad de moeite
waard.
Bij het licht van de zaklampen zagen ze een grote hoeveelheid
edelstenen, gouden ringen, hangertjes, enkele parelsnoeren, een
groot aantal zilveren lepels, bekers en vazen en andere kost
baarheden. De diamanten, zowal als de smaragden, topazen en
robijnen weerkaatsten het licht van hun lampen. Hier lag voor
een kapitaal aan juwelen, goud en zilver.
„Ik begin nu te begrijpen," verklaarde Klaas, die nog steeds
niet van zijft verbazing bekomen was, „waarom Pluijmers zo
wild was op die tekening. Het is wel de moeite waard. Lieve
help, zeg, hier ligt wel voor de waarde van een millioen!"
„Daar zal weinig aan mankeren," meende Piet. „En ik begin
meer en meer te geloven, dat die oom van jou inderdaad een
gentleman-inbreker is geweest. A propos, wat ben je van plan
te gaan doen met al dez^-kostbaarheden?"
„Naar de politie brengen natuurlijk," antwoordde Klaas en
hij liet er verontwaardigd op volgen: „Of dacht jij soms, dat
ik van plan was om het zelf te houden? Het spreekt natuurlijk
van zelf, dat het afkomstig is van diefstal. En. van welke diefstal
moet de justitie maar verder uitzoeken. Vooruit, we nemen de
kist tussen ons beiden in en dragen hem naar de wagen. Dan
rijden we ermee naar de politie."
„Uitstekend," verklaarde Piet. „Drommels, ze zullen bij de
politie ook grote ogen opzetten, als wij met ons juwelenkistje
komen aandragen
Ze bukten zich beiden om de kist, die behoorlijk zwaar was,
omhoog te werken. Met zijn tweeën kregen ze het ding op de
rand.
En toen gebeurde het. Uit de duisternis maakte zich plotseling
een gedaante los en voor de beide vrienden goed en wel wisten
wat er gebeurde, kreeg Klaas, die al half op de rand van de
kuil zat, een geweldige slag op zijn hoofd, waardoor hij zijn
evenwicht verloor en met een snorkend geluid in de kuil viel.
Piet, die een ogenblik zijn positieven kwijt was, kwam daar
door juist een seconde te laat om zich tegen de aanvaller te
verweren. Wel hief hij, om zich te beschermen, zijn hand om
hoog, maar ook hij werd getroffen en bewusteloos viel hij ach
terover in de kuil, waar hij, half teqen de wand qezakt, als een
blok bleef liggen
HOOFDSTUK X.
PLUIJMERS OP HET OORLOGSPAD.
Tien minuten nadat de Grote Kerk tien uur had geslagen,
kwam de bewoner op z n fiets terug in de Lange Wijngaard
straat. Hij was in een opgewonden stemming. Nijdig duwde hij
de sleutel in het slot en zette zijn fiets in het portaal. Hij ging
de trap op en nadat hij licht had gemaakt en de gordijnen had
dichtgetrokken, nam hij een sigaar uit het kistje, beet met een
venijnige knauw de punt er af en stak hem op. Werktuigelijk
keek hij onder in het kistje: het pakje kaarten lag, als steeds,
op bodem. Toen beende hij met grote passen door het kleine
vertrek. Zijn geduld was uitgeput. Hij moest en zou de andere
helft van de tekening hebben, al zou hij er een moord voor
moeten begaan. Hij had er recht op en al was die jonge Sweers
honderdmaal erfgenaam, hij zou niet rusten, voordat hij de an
dere helft van de tekening in handen had gekregen.
Vier en twintig uur uitstel had hij hem gegeven. En dan? Hij
verwachtte geen heil van zijn ultimatum. Die jongeman had ge
toond geen vrees te hebben.
Maar wacht eens. Als hij nog eens een inbraakje ging plegen?
Nu zou Sweers hem zeker niet verwachten. Hij had immers
24 uur respijt gegeven? Natuurlijk, dat moest hij doen.
Sweers zou nu wel rustig naar bed gaan en daarvan zou hij
profiteren. Een doekje met chloroform en de man was voor
enkele uren onschadelijk. Op zijn gemak kon dan het huis on
derzocht worden. Desnoods zou hij hem binden nadat hij hem
verdoofd had en hem daarna dwingen te zeggen waar de teke
ning was. Alleen moest hij voorzichtig zijn.
Die andere snuiter was veel gevaarlijker en misschien was
die er ook wel. Enfin, hij had wel voor hetere vuren gestaan.
Dat varkentje zou hij ook wel wassen.
Vlug zocht hij zijn inbrekerswerktuigen bij elkaar. Hij had
ze voor alle zekerheid in het kolenhok, onder een stapel turven
gestopt. Snel vertrok hij op zijn fiets in de richting Overveen.
Toen hij aan de achterkant bij de villa arriveerde, zag hij, dat
er in één van de vertrekken licht brandde. Zo, mijnheer was
dus nog niet naar bed. Dan maar wachten. Hij zette zijn fiets
op enige afstand van het huis neer en ging rustig tegen een boom
zitten. Vanuit zijn schuilplaats zag hij, dat de beide jongelieden
naar buiten kwamen en met hun autootje vertrokken.
Zoveel te beter, dacht hij, dan is de kust geheel vrij.
Nadat hij een paar maal om het huis heen had gelopen, be
sloot hij ditmaal een kans te wagen via hel kelderraam. Hij
haalde een pak groene zeep te voorschijn en besmeerde daar
mede het glas. Met een glassnijder sneed hij netjes een vierkant
rond de sponningen. Voorzichtig drukte hij en gehoorzaam brak
de ruit langs de kerven in verschillende stukken, die aan de
dweil die hij er tegen hield, bleven hangen. Tot zijn stomme
schrik begon echter meteen in de woning een sirene te loeien,
terwijl gelijktijdig een aantal bellen gingen rinkelen. Wat een
ezel om daar niet aan te denken!
Ze hadden een alarminstallatie! Nijdig keek Pluijmers om zich
-heen, pakte toen in allerijl zijn spullen bij elkaar en verdweèn
in de duisternis. Hij zat reeds een tijdje op zijn fiets, toen hij
nog de cacophonie van geluiden uit de woning van Sweers
hoorde. Hij teed wat hij rijden kon en was binnen een kwartier
weer thuis, net voor het onweer losbarstte.
Hij verfriste zich in de keuken en ging toen zitten uitblazen
ijl zijn stoel.
Wat drommel zo kwam hij er nooit. Had hij nu maar reke
ning gehouden met die vermaledijde alarm-installatie, dan zou
hij op een andere wijze de woniing zijn binnengedrongen. Hij
wist daar immers een mooi middel op! Via het dak, enkele pan
nen er uit en dan met een schrobzaagje een gat maken om binnen
te- komen. Zo hadden ze het toch al eens eerder gedaan.
Eigenaardig, dat ze juist nu nog weg gegaan waren met hun
wagen. Zo laat en met zulk slecht weer.
Plotseling ging hij recht overeind zitten. Sweers was die
avond alleen geweest in de Lido. Op de vraag, waar zijn vriend
was, had hij een ontwijkend antwoord gegeven. Die ander zou
toch nietNee, dat zou grenzeloos brutaal zijn
Hij staarde nadenkend voor zich uit en keek toen naar het
kistje met zijn belangrijke inhoud. Opnieuw griste hij het pakje
kaarten onder de sigaren vandaan en bekeek het. Schoppenaas
haalde hij er tussen uit en bekeek de kaart, bevoelde haar
Toen nam hij een resoluut besluit. Uit de tafellade nam hij
een veiligheidsscheermesje, waarmede hij voorzichtig een ope
ning maakte in de zijkant van de kaart. Gelukkig, het kaartje
zat er in. Hij loosde een zucht van verlichting. Werktuigelijk
haalde hij het te voorschijn en opende het even. Zijn ogen rolden
haast uit de kassen van verbazingMaar dat was niet moge-
JijkDat was nu de andere helft van de tekening, waarvoor
hij nu al wekenlang zoveel moeite had gedaan!Dat was een
mystificatiedat kon toch niet?
Zenuwachtig haalde hij zijn portefeuille te voorschijn en tussen
enkele brieven vandaan haalde hij een verkreukeld stukje papier.
Geen twijfel was mogelijkHier was het afschrift van de
helft van de tekening, di? hij altijd in zijn bezit had gehad. Hij
had dit afschrift toch zelf indertijd gemaaktEn daarna had
hij het origineel weer in Schoppenaas geborgen, waar hij het
veiliger achtte. Hij zou er een eed op hebben durven doen, dat
het hetzelfde Aas was en toch zat er nu de andere helft van de
tekening in, zodat hij de tekening compleet had en aan het werk
kon gaan
MaarNatuurlijk, toen hij vanavond in de Lido zat,*had
de ander zijn huis doorgesnuffeld en het Aas gevonden en ver
wisseld. Niet alleen had*hij nu de tekening compleet, ook de
anderen. En zij waren nu natuurlijk op weg gegaan om de aap
op te graven. v
Tandenknarsend van woede schopte hij zijn stoel onderste
boven. Verloren had hij het spel! Kwijt was hij alles, alleen door
zo n idiote gril van
j verl°ren was het nog niet. Hij moest op weg, onmid-
delijk, Sweers en zijn vriend achterna
Maar hoe? Zij hadden een auto, zouden nu zeker wel een
kilometer of vijftig verder zijn en hij kon slechts over zijn fiets
beschikken. Dan maar een auto kapen. Van de nood een deugd
maken. Hij had beslist een auto nodig.
Vastberaden knoopte hij zijn jas dicht en liep naar het raam,
waardoor hij naar buiten keek. Het weer werkte ook al niet
mee. Het onweer was nu in al zijn hevigheid losgebarsten en
het leek wel, of het water met bakken tegelijk werd neerge
gooid. Niet bepaald ideaal om er op uit trekken. Maar er was
immers geen tijd te verliezen! Hij had wel erger dingen mee
gemaakt!
(Wordt vervolgd.)
Eenmaal geprobeerd
dan weet U
wat het zeggen wil...
is niet mooi
Bespreekt t ij d i g om
teleurstelling te voorkomen
Gedipl. Dames- en Herenkapper
Dorpsstraat 21 BERGEN
Ruïnelaan 3 Telef. 2514. Bergen
Steeds grote voorraad.
Betaling kan desgewenst
geregeld worden.
Erkende
reparatie-inrichting
Verkoop
Reparatie
Inruil
Verhuur
ERKENDE PHILIPS
RADIO SERVICE
Stoomwasserij
Visscherslaan 11 Telef. 3712
ALKMAAR
Philips en Erres radio
Electr. wasmachines
Stofzuigers
Gero-artikelen
Gasfornuizen, comforen
Haarden, kachels enz.
Verzuimt niet U de nieuwste
Erres radio te laten demonstreren,
alvorens U een radio koopt
Tevens reparatie en inruil
Betaling kan geregeld worden
Stationsstr. 17, Bergen, Tel. 2189
Cold Wave
Electrisch
Chemisch
Verven - Watergolven - Ondulatie
Parfumeriën
Breelaan, hoek Oldenburglaan - Tel. 2104