ROB
de
CMOniuriee
Brillen!
Peins- Hendrik Bifyad!
G. KLOP,
de eefetasvou oo*n WiMem
Raantêeestftêaai
I/Kt* ÓpiUUït Vastooc
Administratiekantoor Joh» Broere
foud-, Mm eu liutwetkeu
Vakkundige reparatie-inrichting
ML VELDMAN K1 Do£r2r7
P* DUINMEIJER,
HEREN BILJARTERS!
F. BAAIMAN,
CH£ëa!BeAcL>
DE BOER
faStoaSfen.
dahkvfumi
Vereniging voor Facultatieve Lijkverbranding
veemarkt te PURMEREND^)
Warenhuis en Ijzerhandel H. K. Finkensieper
OuivoH^en: Grote keuze Kamgaren
Drog. „Het Zuiden"
Kinderverhaal
Ziekenfondsleverancier J
Oogcontrole
EIG.t JOH. BROERE
Verzorgt Uw Boekhouding, Vermogensbeheer
Belastingzaken
Ondergetekende maakt bekend, dat hij vanaf heden
iedere DINSDAG rijdt naar de
Hopende door correcte en vlugge bediening uw aller gunst
waardig te mogen worden, verblijft met beleefde aanbeveling,
SCHOORL. Telef. 431.
Oldenburg laan 1719 Bergen Nh, Telefoon 2152
o
<u
o»
o
e
e
Café nt Harger Hoekje'\ Groet,
PRIMA
Medicinale Levertraan
FEUILLETON
23.)
CORSETTENHUIS
LUXE AUTOVERHUUR
LEERT NU AUTORIJDEN
Garage Breed, Breelaan 50, Bergen
koolmees-SOECKER
PLOMPER - BERGEN
ERKEND VERHUIZER
£en Kapsel van
B.G.DOBBEN
Adverteert in dit blad
Een onregelmatige, verwaar
loosde weg, die Sheeba hun had
gewezen, leidde naar het doel.
Na een poos rijden werd de lucht
benauwder, de plantengroei hield
op, alleen verweerde boomstron
ken herinnerden er aan, dat hier
ook eens levende wezens gewoond
hadden. Het werd tijd de maskers
voor te doen.
De weg leidde thans door een
dorre, sombere streek. Geen leven,
geen plant kon in deze vergiftige
sfeer leven. De lucht leek dik en
op sommige plekken in de grond
waren scheuren en spleten, waar
doorheen dampen omhoog stegen,
die een sterke, onaangename lucht
verspreidden.
Eindelijk doemde in de verte
de stad op, het doel van de
expeditie. Somber rezen de hoge
muren als een beschermende
gordel om deze uitgestorven plaats.
Vier poorten gaven toegang. Alle
waren geopend en de auto kon
binnen rijden.
Kleine Dorpsstraat 25, Bergen
dagelijks en Vrijdagsavonds 7-9 u.
SCHOORL „De Rustende Jager",
Dinsdagsavonds van 7.30-8.50 u.
EGMOND „Vergulde Valk"
Maandagsavonds van 7-8 uur.
H. Pluimveehouders levert Uw eieren
aan J. VERMEULEN, Eierhandel, Uit
geest. Wij betalen de hoogste prijs, ze
worden gewogen op uw bedrijf. Cont. geld.
Stuurt U een kaartje en wij komen ze
wekelijks bij u halen. Tel. 370 K 2513
Lid Ned. College voor Belastingconsulenten
KERKELAAN 17, BERGEN Nh.
Belastingconsulent
Afd. Bergen. Secretariaat t J. C.Vermeulen Sr. Loudelsweg 53
De contributie voor deze vereniging bedraagt f 2.- per gezin per kalenderjaar.
Onder gezin wordt verstaan Man, vrouw en minderjarige kinderen.
Het lidmaatschap geeft recht op ongeveer 50 0/o korting op de kosten der crematie.
Zij, die zich vóór 1 Januari als lid opgeven, betalen geen contributie voor
het laatste kwartaal van 1949. Het bij toetreding te betalen bedrag ad f 2.-
geldt dan voor het gehele jaar 1950.
Geeft U schriftelijk of mondeling op bij het secretariaat der afdeling.
9
2778
Bergen
O)
IS
Kolenkitten, zwart gelakt f 2,35
Kolenkitten, zwart emaille f 4,00
Kolenschoppen f 0,74—f 0,85
Kachel-onderplaten f 5,75
Huishoudkachel, emaille f 49,75
Salamanderkachel, klein f 26,00
Salamanderkachel, groot f 55,00
Bedkruiken, vertind f2,35f 2,60
Keukenbijlen
Aszeeften
f 3,00—f 3,25
f 1,45
<D
O
ta
Heden geplaatst een nieuw, modern
met electrische verwarming.
Tevens leden gevraagd voor een op te richten biljartclub.
voor maatcostuums. De allerbeste kwaliteiten
Tevens Overjassen- en Mantelstoffen,
Gedipl. Coupeur,
Kerkedijk 11, Bergen.
Aanbevelend
Kachclcement, kachelstenen, kachelkit, kachelrooster, kachelhaakjes, kachel-
poken, kacheltangen, kachelmica
Alle maten ellebogen en pijpen, zwart en gegalvaniseerd
Levertraanpreparaten
Vitaminen enz.
Beemsterlaan 15 - Bergen
Oorspronkelijk Nederlandse roman
door Frank van Falckenoort.
„Kijkt U eens, toen ik, enige tijd geleden van de notaris het
bericht ontving, dat oom Willem was overleden, ben ik naar
zijn kantoor gegaan en daar werd mij meegedeeld, dat ik erf
genaam was van een hypotheekvrije villa en een bedrag van
ongeveer honderdzeventigduizend gulden. Ik wist toen wel, dat
oom Willem een leven had geleid, dat nu niet bepaald in orde
was, maar ik heb er verder niet bij stilgestaan en ik heb mij ook
niet afgevraagd, hoe oom Willem ineens aan deze villa en dat
bedrag aan geld is gekomen. Dat zult U mij niet kwalijk nemen,
want als je als gewoon wagenbestuurdertje bij de tram plotseling
zo'n erfenis in je schoot geworpen krijgt, hen je in de eerste
plaats blij en verrast en geen ogenblik ga je dan denken: Is het
wel zuivere koffie? Maar nu weet ik, wat oom Willem in 2ijn
leven voor schelmenstreken heeft uitgehaald, ligt het natuurlijk
voor de hand, dat zowel de villa als het geld op oneerlijke wijze
verkregen zijn. Dat staat tenminste voor mij nu onomstotelijk
vast. En gestolen goed, daarop rust geen zegen, zei mijn vader
altijd. Ik wil eerlijk door 't leven en desnoods met hard werken
mijn brood verdienen. Mijnheer de directeur, U hebt maar een
deel van de gestolen buit terug, zij het dan ook het belangrijkste
deel.
Maar de villa en het geld, dat op het ogenblik op mijn naam
op de Bank staat, zijn een deel van de buit. Althans, zo beschouw
ik het. Ik zal er vandaag nog voor zorg dragen, dat een en ander
op naam van uwe maatschappij gezet wordt, want ik wil er
geen dag langer meer van profiteren.
„Mijnheer Sweers, het pleit slechts voor Uwe mentaliteit, dat
U dit aanbod doet.
Zou ik zulks wel doen, dan ben ik even schuldig als mijn
oom het geweest is".
Maar de maatschappij kan dit niet aanvaarden. Er is voor ons
namelijk geen enkel bewijs, dat de villa, die thans Uw eigendom
is, gekocht is van de opbrengst van de inbraak".
„Pardon mijnheer, dat bewijs is er wel. Pluijmers heeft een
verklaring afgelegd, waarin is medegedeeld, dat mijn oom na
de inbraak van een deel van de opbrengst de villa in Overveen
gekocht heeft.
Derhalve is dit onrechtmatig verkregen eigendom. En aange
zien ik niet van plan ben, om de schurkenstreken van mijn oom
te continueren, wil ik deze villa niet houden, noch het geld, dat
op mijn rekening op de bank staat. Het is alles ter uwer be
schikking".
De directeur keek de jongeman, die een kleur van opwinding
had goedkeurend aan.
„Bravo, mijnheer Sweers, zo mag ik het horen. Hieruit blijkt
wel, dat U uit een ander, veel edeler houtsoort gesneden bent
dan wijlen Uw oom. Goed, namens onze maatschappij accepteer
ik dan beiden, maar ik draag U op het beheer over de villa en
het geld te nemen tot op het ogenblik, dat de overdracht officieel
heeft plaats gevonden. Tenslotte mag ik niet toestaan, dat de
villa onbewoond blijft. Ik verzoek U dus, mijnheer Sweers, om
voorlopig in Overveen te blijven wonen.
„Welnu", antwoordde Klaas na enige aarzeling, „als U zulks
wenst, zal ik mij er naar schikken. Ik hoop echter, dat het niet
te lang zal zijn".
„Maar wat bent U van plan te gaan doen, als wij de villa
in ons bezit hebben genomen? Als ik het wel heb, was U inder
tijd wagenbestuurder bij de Haarlemse tram en hebt U, nadat
U de erfenis in ontvangst hebt genomen uw ontslag genomen".
„Inderdaad", antwoordde Klaas droefgeestig, dat is misschien
de grootste stommiteit geweest, die ik uitgehaald heb. Die erfe
nis heeft me vanaf de eerste de beste dag niets anders dan narig
heid gebracht. Enfin, ik zal naar een andere baan moeten uit
zien. Bij de tram kan ik natuurlijk niet meer terug komen".
„Ik vermoed, dat U er spoedig in zult slagen werk te krijgen",
antwoordde de directeur, geheimzinnig lachend.
En hiermede was het onderhoud afgelopen. De vrienden gin
gen naar buiten en stapten weer in de wagen. Onderweg ver
klaarde Piet dat hij geducht honger had gekregen, waarom ze
dan ook naar het Leidseplein reden en daar in een restaurant
gingen eten.
Terwijl ze met hun maaltijd bezig waren, zei Klaas eens
klaps, terwijl hij mes en vork naast zich neerlegde: „Lieve help,
dat is waar ook: Die auto is natuurlijk ook van de gestolen
centen gekocht. Die behoort ook aan de maatschappij".
Piet knikte. „Ja, dat is waar ook. Op die manier ben je gauw
van je erfenis afgekomen", zei hij droog. „Nou ja, je ziet maar.
Als je geen werk kunt krijgen, hoor ik het wel van je. Mis
schien kan ik wel iets in Groningen voor je vinden".
Na hun diner reden ze naar de villa in Overveen. Ze zetten
de wagen in de garage en gingen naar binnen, waar Klaas som
ber gestemd in een fauteuil neerviel.
„Eerlijk gezegd spijt het me wel, dat je dit mooie huis nu
weer kwijt raakt, meende Piet. „Jonge, ik vind het zo mooi".
„Ik ook", antwoordde Klaas, maar toch zou ik er niet in willen
wonen, alleen al niet omdat de gedachte, dat het van gestolen
geld is gekocht, mij steeds bij zal blijven. Liever op een zolder
kamertje, met een droog stuk brood, dat eerlijk verdiend en
betaald is, dan hier te blijven".
„Nou ja", meesmuilde zijn vriend, „op het ogenblik kun je zon
der enige gewetenswroeging blijven zitten, want je bent immers
als beheerder aangesteld!"
„Jawel, maar toch heeft het een bittere bijsmaak".
's Avonds moest Piet vertrekken naar Groningen, omdat hij
de volgende dag weer op zijn werk moest zijn. Ze namen de bus
naar de stad, want Klaas weigerde nog één keer met de auto te
gaan rijden. Op het station namen ze hartelijk afscheid van
elkaar en Klaas beloofde spoedig te schrijven.
Terug in zijn woning nam Klaas papier en inkt en schreef een
brief aan de directie van de verzekeringsmaatschappij, waarin
hij meedeelde, dat behalve het huis met schuur en garage, ook
nog een auto en een fiets aanwezig waren. Daarna stapte hij op
de fiets en postte de brief in het dorp.
Het begon reeds te schemeren, toen hij terugkwam. Nadenkend
liep hij om het huis heen en keek eens naar de fuin. Een ideaal
plekje om te wonen was het toch in ieder geval.
Onwillekeurig richtte hij zijn blikken naar zijn buurman, met
wie hij nog nooit kennis had gemaakt. Lieve hemel, hij was Loes
helemaal vergeten. Zou ze hem gemist hebben? Eenzaam, als
hij zich op dit ogenblik gevoelde, welde er bij hem een verlangen
op om haar te spreken. Maar hoe kreeg hij contact met haar?
Wacht eens, wat was het vandaag? WoensdagHad ze dan
niet haar uitgaansavond? In ieder geval kon hij proberen, of hij
haar te pakken kon krijgen. Om de hele avond alleen in het
grote huis door te brengen, daarvoor gevoelde hij niet veel,
liever zou hij de stad ingaan.
Hij trok zijn regenjas aan want de lucht was dreigend en na
dat hij de deur weer gesloten had, liep hij de weg op. Hij keek
eens naar de villa van zijn buurman waar uit een enkel vertrek
licht straalde.
Klaas keek eens op zijn horloge: kwart over zeven. Hm
een beetje vroeg. Toch maar eens een poosje wachten.
Hij had geluk. Ruim half acht kwam de kittige Loes de oprij
laan aflopen en ging de weg op, in de richting van het dorp.
Het was nu bijna volslagen donker en aangezien hij zich op een
donker plekje van de weg bevond, net tussen twee lantaarn
palen in, kon zij hem niet zien.
Toen ze vlak bij hem was, trad hij naar voren, lichtte zijn
hoed en zei: „Zo, Loes, een tijd niet gezien. Hoe staat het
leven?" Even schrok ze, maar toen ze hem herkende, vloog er
even een glimlach over haar gezicht. Onmiddellijk daarna ver
dween die echter weer.
„Zo", zei ze. „Ben je niet een beetje in de war?" „In de war?"
vroeg hij verbaasd. „Wat bedoel je". „Nou, we hadden wel op
een Woensdagavond afgesproken maar misschien ben je ver
geten dat het drie weken geleden is."
Even moest Klaas in zijn herinnering terugtasten. Warempel,
het meisje had gelijk. Diezelfde avond, dat ze naar Garderen
gereden waren, had hij met haar voor de volgende avond af
gesproken. Maar toen lag hij in het ziekenhuis. Hij pakte bru
taalweg haar arm en legde die in de zijne, hoewel ze wel even
tegenstribbelde en zei: „Ga mee, Loes, dan gaan we ergens wat
drinken en dan zal ik je vertellen, waarom ik die avond niet
kon. Lees je geen kranten?" Ze schudde ontkennend het hoofd.
„Eerlijk gezegd: haast nooit. En dan alleen maar het feuilleton".
„Nou", lachte hij opgewekt, nu hij het aardige meisje bij zich
had, „dan zal ik je vanavond eens een feuilleton vertellen, zoals
je er nooit een gelezen hebt!"
Op het terras van een intiem cafétje aan de buitenkant van
Overveen vertelde Klaas aan het meisje, wat hem gedurende de
laatste vier weken was ervaren. Dat niet zijn tijdelijke huisgenoot
Piet, maar hij zelf de bewoner was van de villa, maar dat hij de
woning nu ook weer kwijt was en weer even berooid en arm
was als voorheen. Ja, erger, want vóór hij de erfenis aanvaardde,
had hij een vaste betrekking en nu was hij zonder.
„Je ziet", besloot hij, „dat ik tenslotte toch maar een armoed
zaaier ben en het lijkt me het beste, lieve kind, dat we er van
avond meteen maar een slot aan maken, vind je niet? Vandaag
of morgen ga ik toch weer uit Overveen vandaan en dan zien
we elkaar niet meer. Het was maar een intermezzo".
Even was het stil, maar toen antwoordde het meisje: „We
hadden het over een feuilleton en ik ben dol op feuilletons.
Vooral als de jongen aan het einde het meisje zijner dromen
krijgt. Jij hebt nu vanavond een mooie feuilleton verteld. Maar
het slot heb je vergeten. Het verhaal zou niet af zijn, als er geen
goed einde bij kwam. Laat ik dan voor het einde zorgen. Let
goed op Klaas en luister: Toen de jongen zijn verhaal aan het
meisje verteld had, nam het meisje zijn hoofd tussen haar han
den en ze drukte een zoen op zijn lippen, terwijl ze zei: „of je
villa-eigenaar bent of arm en berooid, dat maakt voor mij geen
verschil. Ik houd van je en daarom maken we er vanavond geen
eind aan. Integendeel. Dit is pas het begin". En voor de ver
bouwereerde Klaas goed en wel wist wat er gebeurde, had ze
zijn hoofd in haar handen genomen en voelde hij haar warme
lippen op de zijne gedrukt".
Gedurende enkele momenten was hij te verrast om zich te
realiseren, wat er eigenlijk gebeurd was. Toen keek hij eens
rechts en links, maar de kellner stond in de verlichte zaal met
zijn rug naar hen toe en de straat lag verlaten, terwijl er buiten
hen tweeën niemand op het terras zat. Daarom nam hij haar
op zijn beurt in zijn armen en zei: „Dit is een slot, dat mij ook
aanstaat en laten we daarom het verhaal zo maar besluiten.
Vind je ook niet?" Ze keek hem lachend aan en verborg toen
haar blonde hoofd in zijn brede armen.
NASCHRIFT.
De lezeressen en lezers zouden er vanzelfsprekend geen ge
noegen mee nemen, als ze niet wisten, wat er met de villa in
Overveen gebeurde. Welaan, hen moet ik in de eerste plaats te
vreden stellen.
Welnu, enkele weken nadat Klaas en Loes elkaar voor het
leven vonden, ontving de jongeman een schrijven van de verze
keringsmaatschappij, waarin zij mededeelde, dat de villa met alle
bijbehorende roerende en onroerende goederen door haar werd
overgenomen en dat de heer Sweers dank gebracht werd voor
zijn beheer. De maatschappij voelde zich echter verplicht voor
al hetgeen de heer Sweers en zijn vriend, de heer Stalman ge
daan hadden om deze historie tot een goede oplossing te brengen,
door beiden te belonen. Derhalve werd de villa, met bijbehoren
de roerende en onroerende goederen, alsmede een bedrag van
tienduizend gulden aan de heren Sweers en Stalman geschonken.
De notarieële overdracht van een en ander zou binnenkort plaats
vinden. De beide vrienden zouden de maatschappij ten zeerste
aan zich verplichten, wanneer ze deze beloning, die overigens
gering was in verhouding tot het bedrag, dat de maatschappij
weer teruggekregen had, als opbrengst van het gestolene, zouden
willen accepteren.
Een gelijkluidend schrijven ontving ook Piet en op de avond,
dat deze brief in Overveen en Groningen arriveerde, had er een
lang telefoongesprek plaats tussen Piet en zijn vriend. Tenslotte
besloten ze deze beloning te aanvaarden. Gelijktijdig deelde Piet
Klaas mede, dat hij er in geslaagd was om werk voor hem te
vinden. Hij moest de volgende dag maar naar Groningen reizen:
hij kon als wagenbestuurder op de Groningse tram gaan rijden.
En zo gebeurde het. Hoewel beiden de villa overnamen, wilde
Klaas er niet in wonen. Ze stelden het huis belangeloos ter be
schikking van een paar filantropische verenigingen, die het vrij
konden gebruiken als rusthuis voor armlastige zwakke moeders
en kinderen. Zodat het eenmaal met gestolen geld gekochte
villaatje, uiteindelijk nog een zegenrijke bestemming kreeg. Eén
periode in het jaar was de villa vrij voor de eigenaars en wel
gedurende twee weken in Augustus. Want elk jaar kwamen
Piet en Klaas met hun vrouwen er hun vacantie doorbrengen.
Klaas had het in Groningen niet lang kunnen stellen zonder zijn
Loes, zodat ze al spoedig hadden besloten om te trouwen. En
Piet, die al geruime tijd kennis aan een meisje had, volgde hun
voorbeeld, zodat het eerstvolgend jaar vier gelukkige mensen
genoten van hun verlof in Overveen, terwijl het tweede jaar
een tweetal kinderen mede profiteerde van de gezonde zeelucht
in het mooie plaatsje.
EINDE.
en een mooi figuur, door
het dragen van een
Wala-Beha
Voor ieder figuur mi
junta pasvorm in alle maten
voorradig h
t
Langestraat 101
Alkmaar T tl. 3880
UW BI LANG
zonder chauffeur
Nog enkele lesuren vrij
Telef. 2496
30 centper ons.
Banketbakkerij
Jan Oldenburglaan 5 Bergen
Gedipl. Domes-en Herenkapper
OORPSTR.2I BERGEN TEL2266