„FIETSENDIEVEN
Coöp. Boerenleenbank ie Schoorl
ALLE BANKZAKEN
BIOSCOOP „DE RUSTENDE JAGER", BERGEN
Sinterklaasweek
Kantooruren te Bergen, Breelaan 35
iedere DINSDAG van 10—12 uur.
(Op de eerste 3 Dinsdagen van December 1949
wordt te Bergen GEEN zitting gehouden.
Slijkerman, als even zovele aan
winsten ook voor het vreemde
lingenverkeer.
De vergadering ging onder luid
applaus gaarne accoord met het
bestuursvoorstel om de heer S.
Gutker, die dezer dagen vijftien
jaren op voorbeeldige wijze het
penningmeesterschap had beheerd,
als blijk van waardering een vulpen
aan te bieden.
Het aan de beurt van aftre
den zijnde bestuurslid, de heer
G. Druyven, werd met algemene
stemmen herkozen.
De bureauhouder rapporteerde
o.m. dat er in 1949 in totaal 1578
aanvragen waren binnengekomen,
dat is ruim 25 °/0 meer dan in
het vorige jaar. De meeste aan
vragen kwamen uit Amsterdam,
Rotterdam, Leeuwarden, Gronin
gen, Utrecht, Deventer, Zutfen
en Assen, 8 uit het buitenland.
Uit verschillende verslagen
bleek verder, dat de verloting
een saldo van f 530,92 had op
geleverd, dat het kinderstrand
feest, waaraan door 302 kinderen
was deelgenomen en waarvoor
127 prijzen beschikbaar waren
gesteld, nog een batig saldo had
gegeven van f 47,83, dat de duin
wandelingen weer schitterend
waren geslaagd en dat bij de
tuinwedstrijd, eerste prijzen waren
toegekend aan C. Duin (boerderij)
en W. Snip (burgerhuis).
Bij de duinwandelingen moest
dit jaar helaas worden afgeweken
van een traditie: het zetten van
thee werd verboden met het oog
op brandgevaar.
De begroting werd na enige
discussie vastgesteld op f 1935,
met een post onvoorzien van
f 129,-.
Naar aanleiding van een op
merking van de heer C. Hoogvorst,
dat de vereniging de post voor
een zanguitvoering in de duinen
kon laten vervallen, indien men
er toe overging programma's te
verkopen, antwoordde de- voor
zitter, dat het bestuur meende
aan de gasten gratis een concert
te moeten aanbieden en de ver
koop van programma's overliet
aan de zangvereniging.
Verlichtingsavond? Goed, maar
dan niet als in 1949, niet weer
een mislukkingNa ampele be
spreking werd aan een commissie
opgedragen om met een goed
omlijnd voorstel te komen op de
voorjaarsvergadering.
Wat het 25-jarig bestaan van
de V.V.V. betreft in Januari '51
meent de vergadering, dat dit
niet onopgemerkt voorbij mag
gaan. Er werd een commissie
benoemd, die het bestuur ter zijde
zal staan bij het organiseren van
het zilveren feest.
De overgebleven prijzen van
de verloting besloot de vergade
ring beschikbaar te stellen voor
de a.s. 11 Nov. Sinte Maarten.
Bij de hierop volgende rond
vraag kwamen nog diverse wen
ken en klachten naar voren, o.a.
de vuilnisdienst voldeed niet aan
de eisen, wanneer er veel wind
was, waaide het papier weer van
de auto af, over de weg. Gevraagd
werd of er in 't seizoen een ge
meentewerkman ook in Groet
niet eens de wegen langs kon
gaan om deze van papier en
andere rommel te zuiveren. Voorts
werd de aandacht van het ge
meentebestuur gevraagd voor de
vele in zeer slechte staat zijnde
wegen.
De heer H. Meedendorp deed
het voorstel om de contributie te
verhogen, daar de vereniging bij
de huidige staat der financiën
niet meer in de mogelijkheid was
om de nodige reclame te maken.
Hierna werd de zeer geanimeerde
vergadering door de Voorzitter
gesloten.
Winkelsluiting
St Nicolaas en Kerstmis
B. en W. van Schoorl hebben
besloten het sluitingsuur voor
winkels op 1, 2 en 3 December
en op 22 en 23 December te be
palen op uiterijk 21 uur.
Bond van Plattelandsvrouwen
afd. Schoorl en Groet
Op 28 Nov. j.l. hield de heer
Boers uit Assendelft een lezing
met lichtbeelden en muziek over:
„Land en volk van IJsland
In de emigratieperiode 874 tot
925 trokken 50000 Noren
naar IJsland, daartoe aangespoord
door hun koning Harald I, bijge
naamd koning Schoonhaar (van
wege zijn mooie lokken!)
De eerste kolonist was Ingölfur
Arnarsson en stichtte een neder
zetting op de plaats van het
tegenwoordige Reykjavik. IJslands
parlement, het Althing Parlement,
is het oudste ter wereld. Men
vergaderde tot 1798 in de open
lucht n.l. in de Vlakte van Thi—
navellir, een vlakte omringd door
bergen en bazaltmassa's en alleen
toegankelijk door de kloof van
Alle Mensen. IJsland werd pas
onafhankelijk op l*Dec. 1918,
bleef nog met Denemaken ver
bonden door de Personele Unie
en in Dec. 1943, toen dat verdrag
afliep, werd het een zelfstandige
republiek. Dit feit wordt telken
jare op 17 Juni, de geboortedatum
van John Sigurdsson, IJslands
grootste vrijheidsheld, gevierd.
De heersende godsdienst is Luthers,
in het jaar 1000 door een Noorse
koning opgelegd. De bevolking
is gastvrij, zeer ontwikkeld en
intelligent. Er bestaat geen rang
of stand; ieder is daar gelijk.
Doordat het in de winter maar
vier uren per dag licht is, wordt
er in de zomer hard gewerkt en
's winters veel gestudeerd. De vis
is IJslands levensbron. Ook wordt
er wol uitgevoerd, terwijl verder
alle levensbehoeften ingevoerd
moeten worden. De lichtbeelden
lieten ons zien hoe mooi en
groots de natuur daar is. Sneeuw
op de bergen, hooi op de vlakte
Wegen zijn nog primitief, hoewel
er op iedere inwoner ongeveer
een auto is. Van de warmwater
bronnen weet men een nuttig
gebruik te maken, Hoewel de
meeste inwoners Europees gekleed
gaan, zagen we voorbeelden van
prachtige klederdrachten. Voor
ons om van te watertanden Enige
echt IJslandse liederen werden
ten gehore gebracht, die onder
doodse stilte werden aangehoord.
De heer Boers heeft zijn ge
hoor weten te boeien van begin
tot eind. Hij toonde zich een
enthousiast bewonderaar van IJs
land en eindigde zijn voordracht
met een ode aan de rose luchten,
paarse bergen en zingende zwanen
op de stille meren van het land
met de zonlichtgletschers. Het
was een bijzonder mooie en leer
zame avond.
„Hyena's van de Grens"
„Ons Genoegen' opende Za
terdagavond het seizoen met hye
na's van de Grens", in de toneel
zaal van de heer P. Mantel te
Schoorldam, gespeeld voor de
donateurs van „Nut en Genoegen".
De zaal, die tot aan de nok toe
gevuld was, heeft meegeleefd met
dit pracht toneelstuk, dat op bui
tengewoon goede wijze door „Ons
Genoegen" voor het voetlicht
gebracht werd. „Hyena's van de
Grens" is een greep uit het
smokkelaarsleven. Het is 'n hard
brok realiteit. Geen salonjonkertjes
met fijne manieren. Mensen van
de zelfkant, met dito moraal. Dat
is het grordthema van dit actuele
stuk. Nol Brons, de smokkelaars
leider, voor het oog van de we
reld de brave Hendrik, heeft alle
scrupules over boord geworpen
en mest zich vet, ten koste van
zijn medemensen. Brons ziet er
zelfs geen been in, om de plichts
getrouwe opperwachtmeester Bon-
sema te laten „liquiderenals hij
bemerkt, dat deze lastig kan
worden. Maar al kan men met
geld veel doen, straffeloos de
meest perfide schurkerijen uithalen
gedoogt onze samenleving niet.
En zo zien we Nol Brons zich
langzaam maar zeker verwarren
in het web dat de zoon van de
vermoorde Bonsema in samen
werking met een uitgekookte in
specteur van de centrale recherche,
voor hem spinnen. De tweede
opvoering heeft plaats tweede
Kerstdag in de toneelzaal van de
heer Nic. Schuijt. Laat niemand
verzuimen dit pracht toneelwerk
te gaan zien,
SCHOORLSE BRIDGE CLUB
Uitslag van de Dinsdag j.l.
gehouden wedstrijd.
Pinxter—Diederich 68,5
JonkerHalf 79
VisserNieuwland 79
Fam. Repko 80,5
Fam. Jochems 81
Mw de Wildev. Wijk 82,5
Haasbroek—Aalders 85
Mw Pinxterv.d. Linde 87,5
Mw TimmermanJes 88,5
BekkerBeeldman 89,5
Mw v. Wijk Mw Bouman 93,5
Mw Hoff—v.d. Lelie 93,5
IK SPRAK HET PAARD
VAN SINTERKLAAS.
Dakje-klimmen,
schoorsteentje-rond.
Antonio maakt een harde training
door.
(Van onze spec, verslaggever.)
We zijn dat paard eens gaan
opzoeken. Het stond in een heel
grote stal, ergens in de provincie
Estremadura want daar heeft
Sinterklaas een landgoed.
Dat paard, zeiden we. Want
we dachten eerlijk gezegd, dat
de oude Sint elk jaar op dezelfde
schimmel naar Nederland kwam.
Dat blijkt helemaal niet zo te zijn.
Hij heeft heel veel paarden in zijn
stal staan, wel dertig.
Met één ervan, Antonio, die
dit jaar de hoogbejaarde bisschop
naar Nederland zal vergezellen,
mochten we een kort praatje ma
ken.
Eerst hadden we een brief
moeten schrijven naar de stal
meester van Sinterklaas. Er
kwam een heel vriendelijk briefje
terug, waarin ons werd meege
deeld, dat wij eind November wel
een interview konden hebben met
Antonio. Maar er werd ons in
deze brief een belangrijke raad
gegeven: wij moesten een bepaald
soort haver meenemen en daar
van het paard zoveel geven als
er in een hoge jongensschoen
gaat. Pas dan zouden wij de
schimmel aan het praten kunnen
krijgen.
Goed we hebben deze spe
ciale soort haver gevonden en
hebben er precies zoveel van
meegenomen, als je kunt stoppen
in een hoge jongensschoen. En
daarmee kwamen we in Estre
madura aan.
Aan het oefenen.
Toen we de grote oprijlaan
door waren en door een hek wer
den toegelaten op het terrein van
de stallen, wees de stalmeester
naar boven. Op het dak van een
der gebouwen zagen we een mooi
wit paard op zijn voorbenen
staan. Het zwaaide zijn achter
benen want bij een paard
spreekt men niet van poten!
hoog in de mcht.
„Antonio", zei ons de stalmees
ter, en zijn stem klonk vol eer
bied.
„Hij is aan het oefenen", legde
de man uit. „Juist", begrepen wij.
Wij hadden ons al heel lang
afgevraagd, hoe zo.'n paard, nog
wel met Sinterklaas op zijn rug,
steeds maar zonder ongelukken
over al die schuine en spitse da
ken bij ons in Nederland kan lo
pen. Toch hebben we nooit ge
hoord of gelezen, dat de schim
mel een ongeluk had gekregen.
Hier werd ons het geheim ont
sluierd.
Plotseling klapte de stalmeester
in de handen, en riep luid naar
boven: „Antoniooooh!" De
schimmel, die juist een paar
„achtjes" draaide tussen de vier
pijpen van een speciaal voor deze
oefeningen gebouwde schoor
steen, hield stil en keek neer.
Op dat ogenblik zwaaiden wij
met het bosje haver, dat wij al
die tijd achter ons hadden gehou
den. Toen Antonio dat zag, hief
hij een luid gehinnik aan, dat van
de bergen in de verte terugecho
de en gleed ijlings op twee linker
hoeven langs de dakgoot naar
beneden. We hielden ons hart
vast. De stalmeester, die ons on
geruste gezicht zag, zei glimla
chend: „Weest u niet bang, dat
Antonio iets overkomt. Hij kent
deze oefening al enige maanden."
Een ogenblik later stond An
tonio vlak voor ons. Hij maakte
even een kleine buiging door zijn
voorbenen en bracht toen zijn
rechtervoorhoef naar zijn hoofd,
net als een soldaat die groet.
Want Antonio is heel lenig.
Wij hielden hem het bosje ha
ver voor, dat hij van onze vlakke
hand smakelijk opat. En toen hij
het laatste hapje had doorgeslikt,
gebeurde het wonder: Antonio
begon te spreken!
Eén uur.
Eerst schraapte hij zijn keel,
toen hoestte hij even en hij
hield daarbij netjes zijn rechter
voorhoef voor zijn hoofd! en
toen zei hij:
„Ik dank u wel. Dat is heel
vriendelijk van u, om wat van de
ze Nederlandse haver mee te
brengen. Nu kan ik weer eens
even spreken. Ik doe het zo
graag, ziet u?"
„Even spreken?" vroegen wij
verbaasd.
„Ja", zei Antonio, en zijn glim
lach liet een paar rijen prachtig-
witte tanden zien. „Door het
eten van een hoeveelheid haver,
welke precies in een hoge jon
gensschoen past, krijg ik een uur
lang het vermogen om te spreken.
Na een uur verdwijnt het weer.
Wat ik dan kan uitbrengen, is
alleen maar gehinnik, zoals elk
ander paard. Ik versta dan nog
wel alles, maar kan er geen ant
woord meer op geven."
„Wat we eigenlijk wilden vra
gen, Antonio: is dit de eerste
keer, dat je naar Nederland
gaat?"
„Ja", zei Antonio. „En ik ver
heug me er erg op. Carmen, die
in de stal naast mij staat, is er
het vorige jaar geweest en heeft
mij er heel veel van verteld. Dat
kon, doordat Carmen zij is een
merrie verleden jaar zoveel
haver had overgespaard, dat ze
nog een grote voorraad uit Ne
derland mee terugbracht. Ze eet
weinig, ziet u, omdat ze aan de
lijn doet, en daardoor hield ze
zoveel haver over, dat ze me nog
tot na Kerstmis over haar bezoek
aan Nederland verhalen heeft
staan vertellen!"
„Zo, zo", zeiden we. „En mo
gen we nu eens van je weten,
Antonio, hoe dat gaat met jullie
verkiezing. Wie bepaalt er elk
jaar, welk paard in December de
reis naar Nederland zal meema
ken?"
„Tja", zei Antonio, „dat begint
al in Mei. Dan zijn er wedstrij
den voor alle schimmels. Een
soort Olympische Spelen, want
je moet er veel voor kunnen. De
makkelijkste opgave is natuurlijk
het hardlopen. Dat is heeL een
voudig: je rent maar. Maar al
gauw komen er moeilijke wed
strijden, zoals aakje-klimmen,
bergje-hinken, slootje-springen en
zo meer.
Ook maken we vaak terrein-
ritten. Sinterklaas laat dan in de
bergen overal zaagsel strooien,
heel hoog, en daar moeten wij ons
dan een weg doorheen banen.
Dat valt niet altijd mee, want
soms trap je ineens in een beek,
die je niet kunt zien omdat hij
onder het zaagsel ligt. Dat ge
beurt om te wennen aan de
sneeuw, die vaak in Nederland
ligt als wij komen.
Maar je kunt er lelijk mee te
rechtkomen. Deze zomer ver
stuikte Carmen haar linker-ach-
ter-enkel, toen ze bij het zaagsel-
waden in een klein bergriviertje
stapte. Ze kreeg er strafpunten
voor, en daardoor werd ik kam
pioen, in September. De anderen
waren al eerder uitgevallen."
De finale.
„In September wordt dus al
bepaald, wie er naar Nederland
mag?" vroegen we.
„Ja", zei Antonio, „in Septem
ber wordt de finale gestreden en
wie die wint, is natuurlijk kam
pioen."
„Maar dan moet je toch tot
December flink blijven trainen,
zeker?"
„Nou en of!"
„Nog een vraag, Antonio. Hoe
lijkt je de bootreis? Heb je wel
eens eerder gevaren en denk je
dat je last van zeeziekte zult heb
ben?"
Maar op deze vraag hebben
we geen antwoord meer gekre
gen: Antonio begon luid te hinne-
ken en rende weg.
Want het uur was om.
Romain Vanoué.
HERINNERINGEN
VAN Dr P. H. RITTER Jr.
Op Sinterklaasavond waait
meestal buiten de wind, maar
binnenshuis is het ook bewege
lijk. Dit feest is niet een aandoe
ning, die stil in je opwelt, een
sprookjesachtige atmosfeer, die
ongemerkt om je heen komt, zo
als Kerstmis, neen, Sinterklaas
zit vol avontuur. Een regen van
pepernoten is de inzet, een ha-
gelregen, die bij vlagen komt aan
zetten om de kier van de deur.
DE GEHELE WEEK
van 2 tot en met 7 Dec.
En als je ze opgrabbelt, dan bonst
je hart. Je kunt nooit weten of
je niet in de zak terecht komt of
met de gard wordt getuchtigd.
Vooral die „gard", dat is een
onheilspellend oud woord, een
woord dat je maar half begrijpt,
maar dat verschrikking uitstraalt.
De Sinterklaasavond verkrijgt
pas zijn opgetogenheid, wanneer
je door iets heel angstigs bent
heengegaan, wanneer j'e de drem
pel hebt overschreden van een
klein gericht.
Opeens, na al het „wild geraas
der makkers" valt er een stilte.
Sinterklaas nadert. Hij is nog
buiten. Hij wandelt in de mane
glans, die door de bomen schijnt.
Nieuwe tegenstelling tussen
Kerstmis en Sinterklaas. Kerst
mis, het feest van de sterren, die
tintelen in de stille nacht. Sinter
klaas, het feest van de maan, die
met haar stilte het wild rumoer
door bezinning vervangt. Kan
een Sint, die door maan omglansd
naar de kinderen schrijdt, een
streng bestraffer zijn?
Nu gaat de bel over en zij
weerklinkt door het huis. Hij
komt binnen, indrukwekkende
gestalte, in zijn prachtige rode
mantel en met zijn hoge mijter
op. Wees gerust, Jan en Piet en
Willemientje, alle zonden zijn al
terstond vergeven en de zak, die
de zwarte knecht, voor wie wij
even bang zijn, torst, is niet mee
genomen om jullie er in te stop
pen, maar om alle heerlijkheden
te ontvouwen, die voor jullie zijn
bestemd.
Sinterklaas, met zijn witte
baard, blijkt een uiterst vriende
lijk man en als je staart op zijn
handen, dan blijkt hij een zegel
ring te dragen, die met de zegel
ring van vader een bijzondere ge
lijkenis vertoont.
Verliezen wij ooit ons geloof
aan hem? Gaan wij niet opnieuw
aan hem geloven, wanneer wij
niet meer kinderen, maar ouders
zijn?
Sinterklaas te wezen is haast
nog opwindender dan hem te ver
wachten. In een oude hangkast
zijn allerlei mooie dingen bijeen.
Een rode tabberd, een mijter met
goud doorweven, een lange, sta
tige kromstaf. Zij wachten het
hele jaar in een diepe duisternis.
Een avond is hun gegeven, één
avond van glorie en licht. Als uw
stap hun nabij komt, dan waken
zij op uit hun slaap. Het is of de
rode mantel u tegenritselt. Alles
wat ge opneemt, draagt de ver
wachting in zich en wanneer gij
u met al die pracht omhult, dan
leeft er niet in u de gedachte, dat
ge voor Sinterklaas gaat spelen,
maar dan zijt gij zelf een bisschop
geworden, een zegen- en vreug
debrenger aan uw kinderen. Dit
spel is blijde ernst. Gij verschijnt
in de huiskamer met een arm vol
geschenken, maar gij zelf, ge ont
vangt het grootste geschenk: de
glans van opgetogenheid in het
oog van uw kind.
Edoch, de gedaante-verwisse
ling van huisvader in Sinterklaas
brengt haar eigenaardige geva
ren mee voor mensen met drukke
beroepen, inzonderheid voor me
dici en voor journalisten.
Is het mij niet overkomen, dat
ik juist bezig was met het uit
delen van geschenken aan een
blijde kinderschaar, toen de tele
foon onrustbarend ging rinkelen?
Ik liet haar rinkelen, maar ze
hield maar aan. Sinterklaas was
genoodzaakt tot een haastige af
tocht, die te kort deed aan zijn
waardigheid. Een onrustige stem
aan de andere kant van de lijn.
Ik moest terstond op de krant ko
men. Een spoedeisende zaak, die
onmiddellijk moest geregeld wor
den; er viel niet te wachten, want
het moest in het ochtendblad.
En laat Sinterklaas in de haast
vergeten zijn ambtscostuum af te
doen! Laat hem rennen in een
auto, met de mijter getooid en met
de tabbard om naar de redactie,
waar hij met wapperende mantel
verscheen tussen onthutste pers
mannen, die niet gerekend had
den op zo'n vreemdsoortige col
lega!
Wat hem intussen getroffen
had, bij zijn suizende rit door de
avondlijke stad, dat was het won
der der vermenigvuldiging, dat
de Goede Sint iedere vijfde De-
cember vermag te volbrengen. Er
hing een geheimzinnigheid over
alle huizen, die werd verhoogd
door de onwezenlijke stilte der
straten. Daar woei wat wind en
de maan, die het alles belichtte,
voer als een boot door de hemel.
In vele deurposten stonden zijn
evenbeelden en overal gingen de
deuren schuchter open.
Was hij dan niet de enige Sin
terklaas? Dan moest er een vak
vereniging van Sinterklazen wor
den opgericht. Er waren gemeen
schappelijke belangen en men
moest zich tezamen beraden over
gewichtige onderwerpen: of de
gard nog toelaatbaar was bij de
moderne inzichten aangaande de
paedagogiek en of het wel pas
gaf dat een Sinterklaas van zijn
kinderen werd weggeroepen voor
een persbericht?
En toen de oproep tot de mede-
Sinterklazen in de courant was
verschenen, toen zijn wij; bijeen
gekomen met zijn twintigen in
een lange,, smalle zaal, achter in
een café. Wij droegen allen het
gewijde habijt en de voorstelling
was uiterst moeilijk. Want Jan
Sint zei tot Piet Sint: mag ik mij
even voorstellen, ik ben Sinter
klaas en dan zei Piet: ik ben óók
Sinterklaas. De verwarring nam
geen einde totdat wij bij Klaas
kwamen. Ja, riepen wij allemaal
uit, hij moet het zijn, want hij
heet Klaas, en we hebben hem
tot voorzitter gemaakt.
„Heren", zo zei hij, nadat wij
allen gezeten waren achter een
dampen glas bisschop. „Heren",
zo zei hij: „laten wij onze baar
den niet branden aan dit koste
lijke vocht. Na deze waarschu
wing open ik de discussie. Ik wil
nu wel voorzitter spelen, omdat
ik toevallig zijn naamgenoot ben,
maar wij zijn niet zeker, wij heb
ben te onderzoeken, wie van ons
allen bevoegd Sinterklaas is."
Er was een Spaanse leraar bij
en die maakte veel kansen, de
rest was uitsluitend Nederlandse
Sinterklazen, maar de Spanjaard
kon helemaal niet paard rijden
en dat was verdacht. Zodat wij
er maar niet uitkwamen.
Toen stond er een heertje op,
wiens tabberd veel te wijd zat en
hij zeide: „Vrienden, ik zal het
wel niet kunnen zijn, want ik ben
te nietig voor zo'n bisschop, maar
als ik bedenk, hoe de kinderen
mij hebben toegezongen en hoe
ze vol schuchterheid hun kleine
handen in de mijne legden, dan
verklaar ik: ik ben het tóch, want
ik heb zijn vreugde beleefd.
Maar hoe is het met u gesteld.
Gij kent ook die vreugde. Is niet
het Sinterklaas-zijn: al deze heer
lijkheid ondervinden en zijn wij
het daarom niet allemaal? Maar
dan is er ook maar één ware bis
schop en dat is Hij, die onzicht
baar oprijst te midden van ons en
wiens beminnelijke waardigheid
wij allen vertegenwoordigen. Wij
hebben elkaar maar voor de gek
zitten houden en dat is geoorloofd
op Sinterklaasavond.
Dr P. H. Ritter Jr.
Zegels voor het Bedrijfspensioenfonds voor de Land
bouw.
t*
Toegang 14 jaar. Fan. film
_&x_
Dik beslagen winkelruiten,
Drukke boodschapdoende ma's,
Overwerkte winkeljuffers
't Is de week van Sinterklaas.
Overvulde etalages,
Lichten, lichtjes, talloos veel,
Platgedrukte kinderneuzen,
Arme-kinders-luchtkasteel.
'n Electrieke trein (u weet wel)
Is de hartewens van Jan
(Jan's moe vraagt voor Jan een broekje,
Want hij heeft er haast geen an.)
Borstplaat gaat weer hoogtij vieren.
Speculaas flirt met banket,
Duizend Jacob Catsse pennen
Worden in bedrijf gezet,
't Ongerijmdste rijmwoord rijmt toch,
't Is de waanzin, die het wint,
Wellicht komt er zelfs een dichter,
Die op „Weesp" een rijmwoord vindt.
Deze week wordt ieder anders,
Zelfs een saaie Piet doet dwaas
Alle kind'ren worden snoesjes,
Want straks is het Sinterklaas.
Week van ouderwetse vreugde,
Week, waarin de mensheid leert,
Dat het heerlijk is te geven
Of is 't leukeromgekeerd
CLINGE DOORENBOS.
(Nadruk verboden.)