„FIETSENDIEVEN Coöp. Boerenleenbank ie Schoorl ALLE BANKZAKEN BIOSCOOP „DE RUSTENDE JAGER", BERGEN Sinterklaasweek Kantooruren te Bergen, Breelaan 35 iedere DINSDAG van 10—12 uur. (Op de eerste 3 Dinsdagen van December 1949 wordt te Bergen GEEN zitting gehouden. Slijkerman, als even zovele aan winsten ook voor het vreemde lingenverkeer. De vergadering ging onder luid applaus gaarne accoord met het bestuursvoorstel om de heer S. Gutker, die dezer dagen vijftien jaren op voorbeeldige wijze het penningmeesterschap had beheerd, als blijk van waardering een vulpen aan te bieden. Het aan de beurt van aftre den zijnde bestuurslid, de heer G. Druyven, werd met algemene stemmen herkozen. De bureauhouder rapporteerde o.m. dat er in 1949 in totaal 1578 aanvragen waren binnengekomen, dat is ruim 25 °/0 meer dan in het vorige jaar. De meeste aan vragen kwamen uit Amsterdam, Rotterdam, Leeuwarden, Gronin gen, Utrecht, Deventer, Zutfen en Assen, 8 uit het buitenland. Uit verschillende verslagen bleek verder, dat de verloting een saldo van f 530,92 had op geleverd, dat het kinderstrand feest, waaraan door 302 kinderen was deelgenomen en waarvoor 127 prijzen beschikbaar waren gesteld, nog een batig saldo had gegeven van f 47,83, dat de duin wandelingen weer schitterend waren geslaagd en dat bij de tuinwedstrijd, eerste prijzen waren toegekend aan C. Duin (boerderij) en W. Snip (burgerhuis). Bij de duinwandelingen moest dit jaar helaas worden afgeweken van een traditie: het zetten van thee werd verboden met het oog op brandgevaar. De begroting werd na enige discussie vastgesteld op f 1935, met een post onvoorzien van f 129,-. Naar aanleiding van een op merking van de heer C. Hoogvorst, dat de vereniging de post voor een zanguitvoering in de duinen kon laten vervallen, indien men er toe overging programma's te verkopen, antwoordde de- voor zitter, dat het bestuur meende aan de gasten gratis een concert te moeten aanbieden en de ver koop van programma's overliet aan de zangvereniging. Verlichtingsavond? Goed, maar dan niet als in 1949, niet weer een mislukkingNa ampele be spreking werd aan een commissie opgedragen om met een goed omlijnd voorstel te komen op de voorjaarsvergadering. Wat het 25-jarig bestaan van de V.V.V. betreft in Januari '51 meent de vergadering, dat dit niet onopgemerkt voorbij mag gaan. Er werd een commissie benoemd, die het bestuur ter zijde zal staan bij het organiseren van het zilveren feest. De overgebleven prijzen van de verloting besloot de vergade ring beschikbaar te stellen voor de a.s. 11 Nov. Sinte Maarten. Bij de hierop volgende rond vraag kwamen nog diverse wen ken en klachten naar voren, o.a. de vuilnisdienst voldeed niet aan de eisen, wanneer er veel wind was, waaide het papier weer van de auto af, over de weg. Gevraagd werd of er in 't seizoen een ge meentewerkman ook in Groet niet eens de wegen langs kon gaan om deze van papier en andere rommel te zuiveren. Voorts werd de aandacht van het ge meentebestuur gevraagd voor de vele in zeer slechte staat zijnde wegen. De heer H. Meedendorp deed het voorstel om de contributie te verhogen, daar de vereniging bij de huidige staat der financiën niet meer in de mogelijkheid was om de nodige reclame te maken. Hierna werd de zeer geanimeerde vergadering door de Voorzitter gesloten. Winkelsluiting St Nicolaas en Kerstmis B. en W. van Schoorl hebben besloten het sluitingsuur voor winkels op 1, 2 en 3 December en op 22 en 23 December te be palen op uiterijk 21 uur. Bond van Plattelandsvrouwen afd. Schoorl en Groet Op 28 Nov. j.l. hield de heer Boers uit Assendelft een lezing met lichtbeelden en muziek over: „Land en volk van IJsland In de emigratieperiode 874 tot 925 trokken 50000 Noren naar IJsland, daartoe aangespoord door hun koning Harald I, bijge naamd koning Schoonhaar (van wege zijn mooie lokken!) De eerste kolonist was Ingölfur Arnarsson en stichtte een neder zetting op de plaats van het tegenwoordige Reykjavik. IJslands parlement, het Althing Parlement, is het oudste ter wereld. Men vergaderde tot 1798 in de open lucht n.l. in de Vlakte van Thi— navellir, een vlakte omringd door bergen en bazaltmassa's en alleen toegankelijk door de kloof van Alle Mensen. IJsland werd pas onafhankelijk op l*Dec. 1918, bleef nog met Denemaken ver bonden door de Personele Unie en in Dec. 1943, toen dat verdrag afliep, werd het een zelfstandige republiek. Dit feit wordt telken jare op 17 Juni, de geboortedatum van John Sigurdsson, IJslands grootste vrijheidsheld, gevierd. De heersende godsdienst is Luthers, in het jaar 1000 door een Noorse koning opgelegd. De bevolking is gastvrij, zeer ontwikkeld en intelligent. Er bestaat geen rang of stand; ieder is daar gelijk. Doordat het in de winter maar vier uren per dag licht is, wordt er in de zomer hard gewerkt en 's winters veel gestudeerd. De vis is IJslands levensbron. Ook wordt er wol uitgevoerd, terwijl verder alle levensbehoeften ingevoerd moeten worden. De lichtbeelden lieten ons zien hoe mooi en groots de natuur daar is. Sneeuw op de bergen, hooi op de vlakte Wegen zijn nog primitief, hoewel er op iedere inwoner ongeveer een auto is. Van de warmwater bronnen weet men een nuttig gebruik te maken, Hoewel de meeste inwoners Europees gekleed gaan, zagen we voorbeelden van prachtige klederdrachten. Voor ons om van te watertanden Enige echt IJslandse liederen werden ten gehore gebracht, die onder doodse stilte werden aangehoord. De heer Boers heeft zijn ge hoor weten te boeien van begin tot eind. Hij toonde zich een enthousiast bewonderaar van IJs land en eindigde zijn voordracht met een ode aan de rose luchten, paarse bergen en zingende zwanen op de stille meren van het land met de zonlichtgletschers. Het was een bijzonder mooie en leer zame avond. „Hyena's van de Grens" „Ons Genoegen' opende Za terdagavond het seizoen met hye na's van de Grens", in de toneel zaal van de heer P. Mantel te Schoorldam, gespeeld voor de donateurs van „Nut en Genoegen". De zaal, die tot aan de nok toe gevuld was, heeft meegeleefd met dit pracht toneelstuk, dat op bui tengewoon goede wijze door „Ons Genoegen" voor het voetlicht gebracht werd. „Hyena's van de Grens" is een greep uit het smokkelaarsleven. Het is 'n hard brok realiteit. Geen salonjonkertjes met fijne manieren. Mensen van de zelfkant, met dito moraal. Dat is het grordthema van dit actuele stuk. Nol Brons, de smokkelaars leider, voor het oog van de we reld de brave Hendrik, heeft alle scrupules over boord geworpen en mest zich vet, ten koste van zijn medemensen. Brons ziet er zelfs geen been in, om de plichts getrouwe opperwachtmeester Bon- sema te laten „liquiderenals hij bemerkt, dat deze lastig kan worden. Maar al kan men met geld veel doen, straffeloos de meest perfide schurkerijen uithalen gedoogt onze samenleving niet. En zo zien we Nol Brons zich langzaam maar zeker verwarren in het web dat de zoon van de vermoorde Bonsema in samen werking met een uitgekookte in specteur van de centrale recherche, voor hem spinnen. De tweede opvoering heeft plaats tweede Kerstdag in de toneelzaal van de heer Nic. Schuijt. Laat niemand verzuimen dit pracht toneelwerk te gaan zien, SCHOORLSE BRIDGE CLUB Uitslag van de Dinsdag j.l. gehouden wedstrijd. Pinxter—Diederich 68,5 JonkerHalf 79 VisserNieuwland 79 Fam. Repko 80,5 Fam. Jochems 81 Mw de Wildev. Wijk 82,5 Haasbroek—Aalders 85 Mw Pinxterv.d. Linde 87,5 Mw TimmermanJes 88,5 BekkerBeeldman 89,5 Mw v. Wijk Mw Bouman 93,5 Mw Hoff—v.d. Lelie 93,5 IK SPRAK HET PAARD VAN SINTERKLAAS. Dakje-klimmen, schoorsteentje-rond. Antonio maakt een harde training door. (Van onze spec, verslaggever.) We zijn dat paard eens gaan opzoeken. Het stond in een heel grote stal, ergens in de provincie Estremadura want daar heeft Sinterklaas een landgoed. Dat paard, zeiden we. Want we dachten eerlijk gezegd, dat de oude Sint elk jaar op dezelfde schimmel naar Nederland kwam. Dat blijkt helemaal niet zo te zijn. Hij heeft heel veel paarden in zijn stal staan, wel dertig. Met één ervan, Antonio, die dit jaar de hoogbejaarde bisschop naar Nederland zal vergezellen, mochten we een kort praatje ma ken. Eerst hadden we een brief moeten schrijven naar de stal meester van Sinterklaas. Er kwam een heel vriendelijk briefje terug, waarin ons werd meege deeld, dat wij eind November wel een interview konden hebben met Antonio. Maar er werd ons in deze brief een belangrijke raad gegeven: wij moesten een bepaald soort haver meenemen en daar van het paard zoveel geven als er in een hoge jongensschoen gaat. Pas dan zouden wij de schimmel aan het praten kunnen krijgen. Goed we hebben deze spe ciale soort haver gevonden en hebben er precies zoveel van meegenomen, als je kunt stoppen in een hoge jongensschoen. En daarmee kwamen we in Estre madura aan. Aan het oefenen. Toen we de grote oprijlaan door waren en door een hek wer den toegelaten op het terrein van de stallen, wees de stalmeester naar boven. Op het dak van een der gebouwen zagen we een mooi wit paard op zijn voorbenen staan. Het zwaaide zijn achter benen want bij een paard spreekt men niet van poten! hoog in de mcht. „Antonio", zei ons de stalmees ter, en zijn stem klonk vol eer bied. „Hij is aan het oefenen", legde de man uit. „Juist", begrepen wij. Wij hadden ons al heel lang afgevraagd, hoe zo.'n paard, nog wel met Sinterklaas op zijn rug, steeds maar zonder ongelukken over al die schuine en spitse da ken bij ons in Nederland kan lo pen. Toch hebben we nooit ge hoord of gelezen, dat de schim mel een ongeluk had gekregen. Hier werd ons het geheim ont sluierd. Plotseling klapte de stalmeester in de handen, en riep luid naar boven: „Antoniooooh!" De schimmel, die juist een paar „achtjes" draaide tussen de vier pijpen van een speciaal voor deze oefeningen gebouwde schoor steen, hield stil en keek neer. Op dat ogenblik zwaaiden wij met het bosje haver, dat wij al die tijd achter ons hadden gehou den. Toen Antonio dat zag, hief hij een luid gehinnik aan, dat van de bergen in de verte terugecho de en gleed ijlings op twee linker hoeven langs de dakgoot naar beneden. We hielden ons hart vast. De stalmeester, die ons on geruste gezicht zag, zei glimla chend: „Weest u niet bang, dat Antonio iets overkomt. Hij kent deze oefening al enige maanden." Een ogenblik later stond An tonio vlak voor ons. Hij maakte even een kleine buiging door zijn voorbenen en bracht toen zijn rechtervoorhoef naar zijn hoofd, net als een soldaat die groet. Want Antonio is heel lenig. Wij hielden hem het bosje ha ver voor, dat hij van onze vlakke hand smakelijk opat. En toen hij het laatste hapje had doorgeslikt, gebeurde het wonder: Antonio begon te spreken! Eén uur. Eerst schraapte hij zijn keel, toen hoestte hij even en hij hield daarbij netjes zijn rechter voorhoef voor zijn hoofd! en toen zei hij: „Ik dank u wel. Dat is heel vriendelijk van u, om wat van de ze Nederlandse haver mee te brengen. Nu kan ik weer eens even spreken. Ik doe het zo graag, ziet u?" „Even spreken?" vroegen wij verbaasd. „Ja", zei Antonio, en zijn glim lach liet een paar rijen prachtig- witte tanden zien. „Door het eten van een hoeveelheid haver, welke precies in een hoge jon gensschoen past, krijg ik een uur lang het vermogen om te spreken. Na een uur verdwijnt het weer. Wat ik dan kan uitbrengen, is alleen maar gehinnik, zoals elk ander paard. Ik versta dan nog wel alles, maar kan er geen ant woord meer op geven." „Wat we eigenlijk wilden vra gen, Antonio: is dit de eerste keer, dat je naar Nederland gaat?" „Ja", zei Antonio. „En ik ver heug me er erg op. Carmen, die in de stal naast mij staat, is er het vorige jaar geweest en heeft mij er heel veel van verteld. Dat kon, doordat Carmen zij is een merrie verleden jaar zoveel haver had overgespaard, dat ze nog een grote voorraad uit Ne derland mee terugbracht. Ze eet weinig, ziet u, omdat ze aan de lijn doet, en daardoor hield ze zoveel haver over, dat ze me nog tot na Kerstmis over haar bezoek aan Nederland verhalen heeft staan vertellen!" „Zo, zo", zeiden we. „En mo gen we nu eens van je weten, Antonio, hoe dat gaat met jullie verkiezing. Wie bepaalt er elk jaar, welk paard in December de reis naar Nederland zal meema ken?" „Tja", zei Antonio, „dat begint al in Mei. Dan zijn er wedstrij den voor alle schimmels. Een soort Olympische Spelen, want je moet er veel voor kunnen. De makkelijkste opgave is natuurlijk het hardlopen. Dat is heeL een voudig: je rent maar. Maar al gauw komen er moeilijke wed strijden, zoals aakje-klimmen, bergje-hinken, slootje-springen en zo meer. Ook maken we vaak terrein- ritten. Sinterklaas laat dan in de bergen overal zaagsel strooien, heel hoog, en daar moeten wij ons dan een weg doorheen banen. Dat valt niet altijd mee, want soms trap je ineens in een beek, die je niet kunt zien omdat hij onder het zaagsel ligt. Dat ge beurt om te wennen aan de sneeuw, die vaak in Nederland ligt als wij komen. Maar je kunt er lelijk mee te rechtkomen. Deze zomer ver stuikte Carmen haar linker-ach- ter-enkel, toen ze bij het zaagsel- waden in een klein bergriviertje stapte. Ze kreeg er strafpunten voor, en daardoor werd ik kam pioen, in September. De anderen waren al eerder uitgevallen." De finale. „In September wordt dus al bepaald, wie er naar Nederland mag?" vroegen we. „Ja", zei Antonio, „in Septem ber wordt de finale gestreden en wie die wint, is natuurlijk kam pioen." „Maar dan moet je toch tot December flink blijven trainen, zeker?" „Nou en of!" „Nog een vraag, Antonio. Hoe lijkt je de bootreis? Heb je wel eens eerder gevaren en denk je dat je last van zeeziekte zult heb ben?" Maar op deze vraag hebben we geen antwoord meer gekre gen: Antonio begon luid te hinne- ken en rende weg. Want het uur was om. Romain Vanoué. HERINNERINGEN VAN Dr P. H. RITTER Jr. Op Sinterklaasavond waait meestal buiten de wind, maar binnenshuis is het ook bewege lijk. Dit feest is niet een aandoe ning, die stil in je opwelt, een sprookjesachtige atmosfeer, die ongemerkt om je heen komt, zo als Kerstmis, neen, Sinterklaas zit vol avontuur. Een regen van pepernoten is de inzet, een ha- gelregen, die bij vlagen komt aan zetten om de kier van de deur. DE GEHELE WEEK van 2 tot en met 7 Dec. En als je ze opgrabbelt, dan bonst je hart. Je kunt nooit weten of je niet in de zak terecht komt of met de gard wordt getuchtigd. Vooral die „gard", dat is een onheilspellend oud woord, een woord dat je maar half begrijpt, maar dat verschrikking uitstraalt. De Sinterklaasavond verkrijgt pas zijn opgetogenheid, wanneer je door iets heel angstigs bent heengegaan, wanneer j'e de drem pel hebt overschreden van een klein gericht. Opeens, na al het „wild geraas der makkers" valt er een stilte. Sinterklaas nadert. Hij is nog buiten. Hij wandelt in de mane glans, die door de bomen schijnt. Nieuwe tegenstelling tussen Kerstmis en Sinterklaas. Kerst mis, het feest van de sterren, die tintelen in de stille nacht. Sinter klaas, het feest van de maan, die met haar stilte het wild rumoer door bezinning vervangt. Kan een Sint, die door maan omglansd naar de kinderen schrijdt, een streng bestraffer zijn? Nu gaat de bel over en zij weerklinkt door het huis. Hij komt binnen, indrukwekkende gestalte, in zijn prachtige rode mantel en met zijn hoge mijter op. Wees gerust, Jan en Piet en Willemientje, alle zonden zijn al terstond vergeven en de zak, die de zwarte knecht, voor wie wij even bang zijn, torst, is niet mee genomen om jullie er in te stop pen, maar om alle heerlijkheden te ontvouwen, die voor jullie zijn bestemd. Sinterklaas, met zijn witte baard, blijkt een uiterst vriende lijk man en als je staart op zijn handen, dan blijkt hij een zegel ring te dragen, die met de zegel ring van vader een bijzondere ge lijkenis vertoont. Verliezen wij ooit ons geloof aan hem? Gaan wij niet opnieuw aan hem geloven, wanneer wij niet meer kinderen, maar ouders zijn? Sinterklaas te wezen is haast nog opwindender dan hem te ver wachten. In een oude hangkast zijn allerlei mooie dingen bijeen. Een rode tabberd, een mijter met goud doorweven, een lange, sta tige kromstaf. Zij wachten het hele jaar in een diepe duisternis. Een avond is hun gegeven, één avond van glorie en licht. Als uw stap hun nabij komt, dan waken zij op uit hun slaap. Het is of de rode mantel u tegenritselt. Alles wat ge opneemt, draagt de ver wachting in zich en wanneer gij u met al die pracht omhult, dan leeft er niet in u de gedachte, dat ge voor Sinterklaas gaat spelen, maar dan zijt gij zelf een bisschop geworden, een zegen- en vreug debrenger aan uw kinderen. Dit spel is blijde ernst. Gij verschijnt in de huiskamer met een arm vol geschenken, maar gij zelf, ge ont vangt het grootste geschenk: de glans van opgetogenheid in het oog van uw kind. Edoch, de gedaante-verwisse ling van huisvader in Sinterklaas brengt haar eigenaardige geva ren mee voor mensen met drukke beroepen, inzonderheid voor me dici en voor journalisten. Is het mij niet overkomen, dat ik juist bezig was met het uit delen van geschenken aan een blijde kinderschaar, toen de tele foon onrustbarend ging rinkelen? Ik liet haar rinkelen, maar ze hield maar aan. Sinterklaas was genoodzaakt tot een haastige af tocht, die te kort deed aan zijn waardigheid. Een onrustige stem aan de andere kant van de lijn. Ik moest terstond op de krant ko men. Een spoedeisende zaak, die onmiddellijk moest geregeld wor den; er viel niet te wachten, want het moest in het ochtendblad. En laat Sinterklaas in de haast vergeten zijn ambtscostuum af te doen! Laat hem rennen in een auto, met de mijter getooid en met de tabbard om naar de redactie, waar hij met wapperende mantel verscheen tussen onthutste pers mannen, die niet gerekend had den op zo'n vreemdsoortige col lega! Wat hem intussen getroffen had, bij zijn suizende rit door de avondlijke stad, dat was het won der der vermenigvuldiging, dat de Goede Sint iedere vijfde De- cember vermag te volbrengen. Er hing een geheimzinnigheid over alle huizen, die werd verhoogd door de onwezenlijke stilte der straten. Daar woei wat wind en de maan, die het alles belichtte, voer als een boot door de hemel. In vele deurposten stonden zijn evenbeelden en overal gingen de deuren schuchter open. Was hij dan niet de enige Sin terklaas? Dan moest er een vak vereniging van Sinterklazen wor den opgericht. Er waren gemeen schappelijke belangen en men moest zich tezamen beraden over gewichtige onderwerpen: of de gard nog toelaatbaar was bij de moderne inzichten aangaande de paedagogiek en of het wel pas gaf dat een Sinterklaas van zijn kinderen werd weggeroepen voor een persbericht? En toen de oproep tot de mede- Sinterklazen in de courant was verschenen, toen zijn wij; bijeen gekomen met zijn twintigen in een lange,, smalle zaal, achter in een café. Wij droegen allen het gewijde habijt en de voorstelling was uiterst moeilijk. Want Jan Sint zei tot Piet Sint: mag ik mij even voorstellen, ik ben Sinter klaas en dan zei Piet: ik ben óók Sinterklaas. De verwarring nam geen einde totdat wij bij Klaas kwamen. Ja, riepen wij allemaal uit, hij moet het zijn, want hij heet Klaas, en we hebben hem tot voorzitter gemaakt. „Heren", zo zei hij, nadat wij allen gezeten waren achter een dampen glas bisschop. „Heren", zo zei hij: „laten wij onze baar den niet branden aan dit koste lijke vocht. Na deze waarschu wing open ik de discussie. Ik wil nu wel voorzitter spelen, omdat ik toevallig zijn naamgenoot ben, maar wij zijn niet zeker, wij heb ben te onderzoeken, wie van ons allen bevoegd Sinterklaas is." Er was een Spaanse leraar bij en die maakte veel kansen, de rest was uitsluitend Nederlandse Sinterklazen, maar de Spanjaard kon helemaal niet paard rijden en dat was verdacht. Zodat wij er maar niet uitkwamen. Toen stond er een heertje op, wiens tabberd veel te wijd zat en hij zeide: „Vrienden, ik zal het wel niet kunnen zijn, want ik ben te nietig voor zo'n bisschop, maar als ik bedenk, hoe de kinderen mij hebben toegezongen en hoe ze vol schuchterheid hun kleine handen in de mijne legden, dan verklaar ik: ik ben het tóch, want ik heb zijn vreugde beleefd. Maar hoe is het met u gesteld. Gij kent ook die vreugde. Is niet het Sinterklaas-zijn: al deze heer lijkheid ondervinden en zijn wij het daarom niet allemaal? Maar dan is er ook maar één ware bis schop en dat is Hij, die onzicht baar oprijst te midden van ons en wiens beminnelijke waardigheid wij allen vertegenwoordigen. Wij hebben elkaar maar voor de gek zitten houden en dat is geoorloofd op Sinterklaasavond. Dr P. H. Ritter Jr. Zegels voor het Bedrijfspensioenfonds voor de Land bouw. t* Toegang 14 jaar. Fan. film _&x_ Dik beslagen winkelruiten, Drukke boodschapdoende ma's, Overwerkte winkeljuffers 't Is de week van Sinterklaas. Overvulde etalages, Lichten, lichtjes, talloos veel, Platgedrukte kinderneuzen, Arme-kinders-luchtkasteel. 'n Electrieke trein (u weet wel) Is de hartewens van Jan (Jan's moe vraagt voor Jan een broekje, Want hij heeft er haast geen an.) Borstplaat gaat weer hoogtij vieren. Speculaas flirt met banket, Duizend Jacob Catsse pennen Worden in bedrijf gezet, 't Ongerijmdste rijmwoord rijmt toch, 't Is de waanzin, die het wint, Wellicht komt er zelfs een dichter, Die op „Weesp" een rijmwoord vindt. Deze week wordt ieder anders, Zelfs een saaie Piet doet dwaas Alle kind'ren worden snoesjes, Want straks is het Sinterklaas. Week van ouderwetse vreugde, Week, waarin de mensheid leert, Dat het heerlijk is te geven Of is 't leukeromgekeerd CLINGE DOORENBOS. (Nadruk verboden.)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

De Duinstreek | 1949 | | pagina 2