ATTENTIE Spaar, Ówz& Hb/tt^nudenadie. Dt uuktude \/couw! Tel. 2104 A. B. M. KOLLMER Laat U niets aanleunen 1 Hatih. de Sain - Bergen Situate. Itust- hUuwïaat&adLe, de Hatt - Hereweg 23 - Tel. 368 „DE VALK" Wasserij „De Valk" Slagerij Hoogvorsi Spotkoopjes Emigratie P. C. KAAN dot is eef* &uitenkausie KERSTCONCERT „EN JACOB DIENDE BAL NA Diepvries: JanKokkes Leest GOEDKOPE GR0ENTENHAL PRIJSVERLAGING Losse Berini-motor werelddelen D* KONING LL v* d. Elsken Jongens- en Meisjesboeken Huismoeders van Schoorl, doet nu uw voordeel- ÉÉN GRATIS VOOR UW WAS KERSTPAKKETTEN FEUILLETON: 14. m;aartje zeldenrijk {/ecltoapiöltaai DE BOOM Garage P. BOOD DEN HELDER SCHOUDERCARBONADE f 1,70 RIB- en HAASCARBONADE f 1,80 Dames- en Herenkleermaker Boekhandel C. OLDENBURG Dames! Bespreeh voorde a.s. feestdagen Kapsalon ursem jllliiniiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiHiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiimiiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiii^ in de RUïNEKERK te BERGEN op MAANDAG 15 DECEMBER 1952 f i des avonds 8 uur, te geven door GEMENGD KOOR „NIEUW LEVEN", i Lid van de Federatie van Culturele Verenigingen te Bergen, Dir. JAC. KORT met medewerking van TRUDE WESTEROUEN VAN MEETEREN Alt JO KRAMER, Tenor JAC. KORT, Orgel. 1 Werken van Bach, di Lasso, Scarlatti e.a. Programma (tevens bewijs van toegang) f 0.75 aan de kerk. Door alle aanwezigen met koor wordt aan het slot gezongen: „Eere zij God" van Schulz. p ^llllllll I llllllllll IIIIIIIIIIMIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIII III IIMIIIIIIIIIIMHIIIIIIIIIIMIilHIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIllHIIIIIIIIIIIIIHIIIIMIIIIIMIIIIIIIIII III III llllllllllllllll^ ZATERDAG 13 DECEMBER brengen „De Komedianten in zaal Klop te Groet, het mooie blijspel in drie bedrijven tt Entree f 1,alles inbegrepen - Aanvang 8 uur Zilverpunten SLUIT 3J DECEMBER Bergens Manufacturenhandel en Woninginrichting Zaterdag a.s. begint de Kerstbomenmarkt. Alléén mooie bomen tegen billijke prijs. Los sparrengroen. Laat uw oude Kerstfantasie weer in orde brengen. Telef. 2269 Oude Prinsweg 9 BIJ AANKOOP VAN 4 PAKJES WEESPERKLUIT Tevens in deze periode van de 12e tot en met de 31e December de 25 grootste afnemers een aardig prijsje. Noorderkade 7274, Alkmaar, Telefoon 3776 Kerkstraat 4 - Telef. 2028 BERGEN Wij brengen U voor de a.s. feestdagen verpakt in cellofaan met Kerst versiering. PAKKET No. I 1 kg. 250 gr. ROLLADE 150 gram GEHAKT 150 gram POULET MERGPIJP 250 gram gesmolten VET Samen f 8,25 PAKKET No. II 750 gram ROLLADE 100 gram GEHAKT 100 gram POULET MERGPIJP 250 gram gesmolten VET Samen f 5.25 PAKKET No. III 1 kg. VARKENSROLLADE of FRICANDEAU 150 gram GEHAKT 150 gram POULET MERGPIJP 250 gram gesmolten VET Samen f 6.75 Ook als GESCHENK niet te over treffen. Oorspronkelijke roman door De ogen waren vol belangstelling op Jan gericht. Een eerste jaars betekende een groen en een groen betekende immers ple zier. Men taxeerde hem alvast naar z'n uiterlijk. Doch eerst wilde men met hem kennis maken en even daarna was Jan omringd door een aantal oudere studenten, wie hij de hand drukte. Zodoende zag hij niet, dat Eduard naar een lange, bleke jongeman was gegaan en met hem enige tijd een fluisterend gesprek voerde. De bleke knikte en liep op Jan toe. De kring opende zich, zo dat hij tegenover de nieuweling stond. Hij keek hem enkele seconden aan en stak toen zwijgend een geopende sigaretten koker toe. „Dank U wel," antwoordde Jan lachend, ,,ik rook niet." „Kijk eens, waarde heer," zei de bleke, „ik ben de oudste student en de traditie wil, dat ik door iedereen gehoorzaamd word en wel in de allereerste plaats door een groen. Dus: rook! Jan stak z'n handen in z'n zakken en zei op gemoedelijk- spottende toon: „Ik wil graag geloven, dat de gebruikelijke ge woonte is, dat U door allen gehoorzaamd wordt. Ik leg me er geheel bij neer. Doch mijn schoolperiode moet nog aanvangen. Ik meen, dat ik vanavond niet anders ben dan bezoeker en ik matig me daarom de vrijheid aan uw vriendelijk aanbod af te slaan. Nogmaals: ik rook niet." Jan draaide zich om en wilde zich verwijderen, maar de bleke pakte hem bij de jas en hield hem tegen. „Je argumenten zijn heel mooi, groen," zei de bleke spottend, „maar ze gaan niet op. Je staat ingeschreven voor de Techni sche Hogeschool, ik heb je naam zelf gelezen. En als zodanig ben je student, eerstejaars, en een groen. Daarom, en nu voor het laatst: „rook!" Zonder antwoord te geven verwijderde Jan zich nu. Dit was de bleke jongeman blijkbaar te bar. Hij werd, als het kon, nog bleker en schreeuwde: „Heren, pakt hem vast! We zullen hem gehoorzaamheid moeten leren." Jan wilde wat zeggen, doch voelde zich eensklaps van ach teren beet gepakt. Snel als de bliksem draaide hij zich om en duwde de beide aanranders met z'n handen op hun gezichten zo fors van zich af, dat beiden languit over een tafeltje rolden, waaraan vier studenten aan het kaarten waren. Deze sprongen verwoed op en smeten hun kaarten op tafel. „Begint die gekheid weer, Frits," zei een der spelers, terwijl hij zijn geld uit het bier, dat rijkelijk over de tafel stroomde, trachtte te vissen. „Dan mag ik hopen, dat je vandaag of mor gen eens goed op je kop krijgt." De met Frits aangesproken, bleke jongeman liet zich niet zo gemakkelijk afschepen. „Het is altijd de gewoonte geweest. begon hij. „Jawel," schreeuwde een andere speler, „dat weten we, maar dan breek je die gewoonte nu eens een keer. Laat die groen met rust, je ziet, dat hij niet van je aardigheden gediend is.' Frits nam van de laatste woorden geen notitie en stapte nog maals op Jan toe, die met een dreigend gezicht aanstalten maakte om te vertrekken. Hij pakte de jongen nogmaals beet. Jan rukte zich los en siste: „Als je me nog éénmaal aanraakt, zal het je berouwen!" „Goed zo!" zei de bleke spottend, „zo mag ik het horen! Jij bent tenminste een mannetje, dat niet bang is, maar dat impo neert mij niet, ventje Nauwelijks had hij deze woorden gezegd, of hij lag al in een hoek van de zaal. Hoe het precies gegaan was, wist niemand te verklaren, het uitschieten van Jan's vuist was echter de kwestie geweest van een onderdeel van een seconde. Niemand, ook het slachtoffer niet, was er op verdacht geweest. De ge vloerde stond nu vloekend en zijn kin betastend op. Jan wilde nu werkelijk vertrekken, maar de bleke was alweer bij hem. „Hé, dat gaat zo niet! Dit is een belediging, die ik niet neem. Nu zul je vechten, of je wilt of niet!" Dit vond bijval bij de meeste soosleden. Dadelijk waren een aantal tafels en stoelen aan de kant gezet, zodat een flinke ruimte tot stand kwam en Jan voelde, dat hij niet kon terug krabbelen en hoewel hij helemaal niet vechtlustig was, trok hij zijn jas uit en stroopte zijn mouwen op. Z'n tegenstanden, die nu een van woede vertrokken gelaat vertoonde, kwam dreigend op hem af. Eén van de studenten zou als scheidsrechter fungeren en men kwam overeen, dat men driemaal twee minuten zou vechten Daarna zou het publiek oordelen, wie de sterkste was. Doch de toeschouwers behoefden helemaal geen oordeel te vellen. De eerste ronde was nog niet verlopen, of de bleke lag al met een ontwrichte kaak knocked out op de grond. De vuist slagen van de stevige tuindersjongen, wiens kracht niet zoals bij de ander, ondermijnd was door een ongeregeld leven, drank en allerlei uitspattingen, troffen gelijk mokerslagen. En toen de bleke na de tiende tel niet was opgestaan, ging er een luid gejuich op. Jan Reising kwam handen te kort. De andere studenten troonden hem mee naar een tafeltje en drongen net zo lang aan, totdat hij een glas spuitwater nam. Jan had in één avond een populariteit verworven. „Je moet bij ons op de boksclub komen, Jan", zei er een „Als je goed getraind wordt, zul je de sterkste lichtgewicht van heel Zuidholland zijn". Hij was de held van de avond, de kaarters lieten hun spel in de steek, de biljarters eveneens en op een enkeling na vorm den ze een kring om het „boertje", dat over een paar stevige vuisten scheen te beschikken. Dat was even een aanwinst voor de soos! De avond vloog om. Tegen elven vertrokken Gerard en Jan. Eduard bleef nog, zodat de twee jongelui samen naar huis reden. Gerard was tamelijk spraakzaam en opgewekt, wellicht tengevolge van de vele biertjes, die hij gebruikt had. „Jonge, Jan," zei hij, terwijl de wagen door de verlaten straten reed, „daar heb je die bleke eens mooi op z'n nummer gezet Wij hebben allemaal een hekel aan hem, dus het was wel eens goed, dat hij een pak slaag kreeg. Enfin, je mag tevreden zijp over je debuut in de club. Je zult van ontgroenen geen last meet hebben, want we hebben allemaal een tikje respect voor je vuisten gekregen." Jan knikte slaperig. Hij was het laat op zijn niet gewend. „En,' vervolgde Gerard, „het is goed, dat je niets als water drinkt. Ik zal je morgen rijden leren en dan kan jij voortaan de wagen besturen, als ik soms wat te veel op heb. Ik moet me nu beperken, anders maak ik ongelukken." Jan echter dacht, dat hij nu eigenlijk al onbekwaam was om te rijden, want het scheen hem toe, dat Gerard al niet meer brandschoon was. Gelukkig kwamen ze veilig en wel in de Korenstraat en voordat Gerard, die z'n wagen eerst nog moest wegbrengen, weer terug was, sliep Jan al. Jan was de volgende morgen al vroeg wakker; nog onwennig in zijn nieuwe omgeving had hij niet bijster best geslapen. Hij keek eens op zijn wekker: pas zeven uur. In huis scheen verdei alles nog te slapen. De jongen rekte zich uit en besloot nog even te blijven liggen. Zijn gedachten verwijlden weer bij de avond in de soos. Jonge, wat een raar volk was dat, die studenten. Zouden ze wel ooit studeren? Als ze iedere avond in die zogenaamde soos zaten, zou er van leren wel niet veel terecht komen. En dan dat gezuip.ba! Die Gerard scheen ook aardig wat gedronken te hebben, hij reed tenminste zo gek. Daar kwamen nog eens on gelukken van. Nee, hij voelde er niet veel voor om zich met die lui in te laten, vooral niet met die Eduard. Dat scheen hem een stiekemerd toe. Jan was er vast van overtuigd, dat Eduard die bleke opgestookt had om hem te laten roken. Enfin, die zou hij wel in de gaten houden. Gerard leek hem een rondborstige vent, al was het ook een, die blijkbaar meer van een glas port dan van studieboeken hield. Maar z'n papa was fabrikant, woonde in Wassenaar en zelf had de jongen een auto. Dat waren factoren van betekenis. Deze vriendschap moest hij op prijs stellen; wie weet, welk nut hij er nog van kon hebben. Jan ging overeind zitten en zich half uit het bed buigend, keek hij door het raam naar dat van Gerard's kamer. Nee, niets te zien natuurlijk; die zou nog wel een paar uur blijven maffen. Moet-ie overigens zelf weten. Hij sprong uit bed en begon zich te wassen, ondertussen met zichzelf overleggend, wat hij vandaag zou doen. 't Was nog lekker vroeg en misschien niet zo druk op straat. Hij moest maar eens een flinke fietstocht maken. Zodoende kon hij de stad eens bekijken. Toen hij zich gekleed had, liep hij de trap af en kwam in de gang de hospita tegen, die nog in nachttoilet liep. De vrouw gaf een gil en trok zich haastig in een kamer terug. Jan mom pelde zoiets als „pardon" en ging vervolgens naar buiten, waar hij met volle teugen de ochtendlucht inademde. Inwendig moest hij lachen om de kostjuffrouw. Die was zeker niet gewend, dat haar commensaals 's morgens al zo vroeg de trap afkwamen. Luilakken! 't Was nota bene al half acht. Maar ja, in de stad sliepen de mensen altijd meer overdag dan 's nachts, zei buur man Meijer altijd. In de dwarsstraat was de rijwielstalling, waar hij zijn blinkend ros haalde en weldra reed hij, lustig fluitend, door de straten van Delft. Om negen uur was hij terug en daar de ochtendrit hem honge rig had gemaakt, besloot hij te bellen. Na enige tijd hoorde hij de sloffende tred al van z'n hospita. Na even getikt te hebben, trad ze binnen met het ontbijt. Nu was ze behoorlijk gekleed. „Goeden morgen, mijnheer," zei ze, terwijl ze het blad op tafel zette. En toen, verlegen lachende: „Bent U altijd zo vroeg op?" „Nu, vroeg, vroeg," antwoordde Jan, ,,'t is maar wat U vroeg noemt. Ik kom van buiten, ziet U en daar staan we meestal met de zon op." „Goeie genade,-mijnheer, nu de mensen hier niet, hoor. Mijn heer Gerard slaapt tenminste nog. Enfin, hij kan het er nu nog van nemen Doch en weer dat verlegen lachje ik zal er voortaan 's morgens om denken. Ik schrok een beetje, begrijpt U. Ik was niet gedisponeerd hè, zal ik maar zeggen. Nu, eet smakelijk, mijnheer." Toen de vrouw vertrokken was, bekeek hij z'n ontbijt. Dat zag er smakelijker uit, dan hij gewoon was. Die Gerard had wel gelijk. De kost was hier voortreffelijk. Dat diner gisteravond... en nu, dit ontbijt... Hij had net een flinke hap genomen, toen juffrouw Bloemers voor de tweede maal klopte en binnenkwam. „O ja," zei ze, „wat ik zeggen wou, mijnheer, ehhebt U goed geslapen?" „Puik." verzekerde Jan met volle mond. „Dat doet me genoegen," glunderde het vriendelijke mens „Nogmaals: smakelijk eten, mijnheer." Jan lachte eens en at verder, 't Was schijnbaar een goeie ziel. Nu, ze zou hem wel een jaar of vijf houden, als alles goed ging. Na z'n morgenmaal pakte hij de rest van z'n boeken uit en begon er eens in te bladeren. Daarmee was hij nog bezig, toen er om een uur of elf weer geklopt werd. Het was Gerard, die binnenkwam, en Jan kon een schaterlach niet weerhouden, zo komiek als de ander er uitzag. De jongeman was gehuld in een vuurrode kamerjas, waarvan de koorden los rondbengelden. Door de wijde opening gluurde een witte borstrok. Twee som ber afhangende sokken schenen innig vereend met een paar scheefgetrapte sloffen. Om z'n hoofd had hij een doek. Gerard negeerde de lach en vroeg met toonloze stem: „Mag ik binnenkomen?" „Je bent er al," antwoordde Jan vrolijk. „Neem een stoel en ga zitten." Gerard deed het al zuchtend en diepte een sigaret uit z'n koker, die hij, zonder aan te steken, tussen z'n lippen liet bengelen. „Ik ben zo beroerd alsals „Als een man, die de vorige avond meer gedronken heeft, dan hij kan verdragen," vulde Jan aan. „Ja, je hebt gelijk," zei Gerard treurig. „Ik heb iets te veel naar binnen geslagen. Maar ja, het weerzien, hè? Daar moet je bij spoelen." „Hoofdpijn?" informeerde Jan. „Beestachtig. Je reinste kater. Enfin, ik zal 'trect wel op knappen. Ik heb al een poeiertje op." En toen, de Doeken ziende: „Ben je al aan de studie? Brrrrr." „Nou, studie, ik blader maar een beetje." Gerard kreeg het portret van Ida in het oog. Het hing nog altijd in de lijst van de spiegel. „Aha, al verkering ook? Toch niet verloofd? Nu ja, het kon wezen." Hij nam, tot ergernis van Jan, het portret in zijn handen en bekeek het een poosje. „Nou," bromde Gerard tenslotte goedkeurend, „ziet er niet kwaad uit, zoiets als een landelijke schone. Goed figuurtje, ja. Maar mijn smaak toch niet. Maar daarover valt niet te twisten. Erg verliefd?" „NouJan kleurde. „Wel, geneer je niet, hoor. Ieder zijn zin." Hij deponeerde de foto weer op de oude plaats. „Ik pas voorlopig nog. Af en toe eens een flirtation met een klassegenoot of een ander, of een avondje uit, maar daarmee basta. Vrouwen? De vervelendste wezens, die er zijn, en waar zijn ze eigenlijk nuttig voor? Moet je bij me thuis komen. Vier zusters van achttien tot vier en twintig en geen van allen doen ooit iets nuttigs. Ze lezen een beetje en gaan een beetje uit en als ze zich eens heel verdienste lijk willen maken, brengen ze eens een pannetje soep, dat ze zelf nog niet kunnen koken, naar de een of andere zieke vrouw van paps personeel. Fijne meubels, hoor." „Ben jij vrouwenhater?" vroeg Jan verbaasd. „Nee, ik beschouw ze als een noodzakelijk kwaad. Je zult toch met me eens zijn, dat ze heel wat ongeluk in de wereld brengen. Lees de krant maar: moord, doodslag, mishandeling, diefstal, en wie is in de meeste gevallen de aanleidende oorzaak? De vrouw. Praat me niet van vrouwen. Kom eens mee naar huis en ik zal je voorstellen aan vier onnutte schepselen, mijn zusters." Jan lachte luidkeels. „Je spreekt, alsof je een man van zestig bent en ik weet niet hoeveel ondervinding hebt opgedaan op dit punt." „Heb jij zusters?" vroeg Gerard, zijn sigaret aanstekende. „Net zoveel als jij, ook vier „Zijn ze al getrouwd?" „Eén," antwoordde Jan, en één is er voor dag en nacht in betrekking." En toen, met een schalkse lach: „Twee zijn er nog thuis. Niks voor jou?" Hij zag in gedachten al de rijke Gerard met z'n zuster, de arme tuindersdochter. „En wat is jouw oordeel over je zusters?" „Dat ze nuttig en werkzaam zijn, want ze werken van s' mor gens vroeg tot 's avonds laat, en dat ze goede huisvrouwen zullen worden, omdat ze geleerd hebben de handen uit de mouwen te steken. Dat is mijn oordeel. Gerard haalde zijn schouders op. „Zoals jij het zegt, zal het wel zijn. Het interesseert me eigenlijk niet. Maar wat zijn je plannen voor vandaag? Heb je zin in een autoritje vanmiddag? Dan zou ik je de eerste beginselen van het rijden kunnen leren." „Zin?" Jan zou dadelijk wel willen. „Maar je hoofdpijn?" „O, dat is na het koffiedrinken wel over. Dan maken we eens een toertje naar Rotterdam. Goed?" Dat was afgesproken en precies twee uur stond het wagentje voor de woning van juffrouw Bloemers. Laatstgenoemde stond vergenoegd voor het raam te kijken en ze knikte de beide jonge lieden vriendelijk toe. Ze had toch maar deftige commensaals! (Wordt vervolgd) volgende week onze reclame ad vertentie voor de Kerstdagen, want dan zijn onze prijzen extra goed koop. Door de enorme belangstelling voor onze Sinaasappels-reclame, geven wij nog slechts èén week 1 kg. heerlijke Sinaasappels voor slechts f 1. 12 heerlijke zoete Mandarijnen voor f 1, Verder 4 pd. Goudreinetten 25 ct. 4 pd. zoete Appels 25 ct. 4 pd. Uien 25 ct. 3 pd. Gieser Wildemann 25 ct. 3 pd. gestifte Rapen 25 ct. 3 pd. gesneden gele kool 25 ct. 3 pd. Sterappels 25 ct. 2 pd. Hutspot 25 ct. 2 pd. gesneden groene kool 25 ct. 2 pd. gesneden rode kool 25 ct. 2 pd. Schellinkhouters 25 ct. 1 pd. Spruiten 25 ct. 1 kist, inhoudende 20 kg. bewaar Goud reinetten voor slechts f 2.50. En dan onze vers gebrande Pinda's is een succes, voor slechts 75 ct. per'/2 kg. Alleen in de Dorpsstraat 86 - Bergen - Tel. 2069 waar je 2 ons heerlijke, vers gesneden soep groenten kunt krijgen voor slechts 25 ct. Aangeboden Pracht blank-eiken SLAAPKAMERAMEUBLEMENT, bestaande uit2-pers. Ledikant m. spiraal, 2 nachtkastjes, tafeltje en 2 stoelen, grote kast, half hang en half leg f 275.- Pracht Divan f 25.- 1-pers. Kapok bedstel f 17.50 2-pers. Kapok bedstel f 27.50 Marinestraat 21 Egmond aan Zee Telefoon 459 Zaterdags en 's Maandags gesloten Geopend van v.m. 9,30 tot nam. 4 uur. Na 4 uur Telef. K 2900-47067 van f 239.- thans voor f 185 Dorpsstraat 6, Bergen. Tel. 2453 naar alle Vakkundig inpakken Verzorg, douaneformaliteiten Grote voorraad verpakkings materiaal Vraagt vrijblijvend inlichtingen bij Ruyghweg 101 Telef. 2629 Het KOEKJE van de week AMANDELSTENGELS 35 cent per ons Banketbakkerij KOOLMEES-SOECKER Oldenburglaan 5, Bergen Telef. 2385 EERSTE KWALITEIT RUNDVLEES Per >/2 K G. DOORREGEN LAPPEN f 1,50 GEHAKTf 1,40 LAPPEN MAGERf 1,80 VARKENSLAPPENf 1,90 ROOKWORSTf2,- 5 pond GEMALEN VET f 4,- Voor de boterham: 200 gram PEKELVLEES f 0,80 200 gram ROOKVLEESf 0,90 100 gram BOTERHAM WORST 100 gram LEVERWORST j rU,!,U 100 gram LUNCH WORST 1 f n -n 100 gram LEVERWORST j 1 U3U 1 K.G. VARKENSPOTEN f 1,— Dorpsstraat 52 - Bergen - Telefoon 2323 Jan Oldenburglaan 29 - Bergen Telefoon 2546 Veranderingen en reparatie

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

De Duinstreek | 1952 | | pagina 4