mm stuk?
9
NIEUWLAND
Ik llaan's Boekhandel
Raadsel in Nijmegen
KOSTUUM of
COMBINATIE
De ladder op
met LODALINE!
P alt if aten
AUTO's ZONDER CHAUFFEUR
Fa. A. Nieuwiand
weekend-brood
Luxe bakkerij Zweep
Televisie reparaties 11 E IJ E II
De ballpoint
Kantoorboekhandel en Vulpenliuis
<2 at& /pmann ~^>ifaten
COLBERTKOSTUUMS
de hele schoonmaak
Met LODALINE doet U
DE VULPENSPECIALIST
Wij halen en bezorgen Uw
bedden franco thuis
Sig. Mag. Drieënhuizen
ZILFA 11
TH. VELDMAN,
Garage
Maak ook gebruik
Rijkshogereburgerschool te Alkmaar
Aangifte voor de nieuwe cursus uiterlijk 31 mei
Moederdag 11 mei
Sig. Mag. Drieënhuizen
nsmukiak
in Paviljoen Minkema
|VOOR DE
PINKSTER
daar doet u
alles mee!
De practische huisvrouw kiest
VU REPAREREN. VUL
LEN Bil EN OVER
TREKKEN «ET SOLI -
DE.VROLIIK GEKLEUR
DE TIJKEN
OOK HAKEN UU VERENBED-
VEN 3-PELIG. VRAAGT PRIJS
Schoorldam
Telefoon 384
hard
juwelierspleet
Jan Oldenburglaan 3,
Bergen, tel. 2778
Nieuws voor de Bergenaren
Kent U de voordelen van
Mals, gesneden,
hygiënisch, gemakkelijk
Beleefd aanbevolen door
Molenstraat 3
Bergen Nh.
BREELAAN 52
BERGEN
TEL. 2200
van onze speciale servicedienst voor
elektr. apparaten, o. a. naaitnach., was-
mach., centrifuges, strijkijzers, enz., ook
handnaaimach., breimach. enz.
Mach.handel Noord-Holland, Hoogstr. 14,
Alkmaar.
met SPOED en GOED
met de nieuwste meetinstrumenten
Telefoon 2514 - Bergen
De inschrijving kan schriftelijk of mondeling plaats hebben. In het eerste geval
kan worden volstaan met opgave van de naam en voornamen van de candi-
daat en van naam en adres van vader, moeder of verzorger. Het schriftelijk
toelatingsexamen wordt gehouden op 16 en 17 juni. De school is na de derde
klas gesplitst in een litterair- economische afdeling (A) en een wis- en natuur
kundige afdeling (B). De Directeur is dagelijks te spreken van 10-11 uur of
na afspraak.
De Directenr, Dr. S. Keyser
is een artikel van uitersten. Of hij wordt vervloekt, of men
zweert erbij. In de praktijk komt het hierop neer, dat dit
stukje schrijfgereedschap ideaal is voor het maken van aan
tekeningen en doorschrijfwerk en uitstekend voldoet voor het
schrijven van een brief.
Wij hebben de ontwikkeling van de ballpoint op de voet
gevolgd en uit de merken (die als paddestoelen uit de grond
gerezen, of liever gevlogen zijn) een selectie toegepast. In
feite vertegenwoordigen wij maar 4 merken, t.w.
PARKER ballpoint no 1BALLOGRAF in prijzen 1,95, 2,75,
3,50, 3,90, 4,90, 5,90, 6,90, 7,90, 12,50 en 25,-
Vanaf de goedkoopste tot de duurste met volledige garantie
op stift en houder.
GEHA met zekerheidssluiting tegen lekken en leeglopen in
de zak.
BIC ofschoon overal verkrijgbaar hoort hij thuis in de
boek- en kantoorboekhandel.
Een sierlijke damesballpoint
D.O.T. met ketting f 2,90
OSMIA in etui f 3,90
BALLOGRAF (zeer apart) f 3,50
Koopt Uw ballpoint bij voorkeur bij
Uw vertrouwen ten volle waard en ook met
ballpoints in veilige handen
Telefoon 2452 - Bergen
door G. Plantema
Nadruk Verboden
Hij wou een gesprek voeren, maar het was niet gemakkelijk
zinnen op te stellen, vooral nu hij zich in een vreemde taal zou
moeten uitdrukken. Maar eindelijk kwam er iets.
„Wat scheelt mij?" vroeg hij wat aarzelend en hij was het nog
niet met zichzelf eens, of hij wel goed Frans sprak.
„U bent ziek", was het antwoord, niet onvriendelijk, maar
toch op een toon, die niet aanmoedigend klonk.
„Ja", zei hij, „dat weet ik. Maar welke ziekte?
Het duurde even, voordat hij antwoord kreeg. Het leek hem
toe, dat de verpleegster even moest nadenken. Zij staarde hem
een ogenblik aan, als wat zij verrast door die vraag of door zijn
volharding en daarna wendde zij haar ogen af en keek strak
voor zich uit. Alleen die ogen kon hij zien. Ze waren donker
en glanzend achter het masker.
„U bent vergiftigd."
André schrok. Dat was niet mis! Zoveel problemen ineens
stormden op hem aan, dat hij een paar minuten geen woord
kon uitbrengen. Had hij nu Nederlandse woorden kunnen
spreken, dan zou het niet zo moeilijk zijn geweest! Ja, dan had
hij zijn verbazing kunnen uiten door een kernachtig woord.
Maar in het Frans kende hij er geen ekwivalent voor en dat
was buitengewoon lastig.
„Ik ben vergiftigd", zei hij toen. „Dat zal wel zo zijn. Maar
hoe is dat gekomen?"
De verpleegster haalde de schouders op. „Je ne le sais pas",
antwoordde zij. „De dokter heeft u onderzocht en ik ben hier
om toezicht op u te houden. Verder kan ik u niets vertellen.'
„Maar u bent geen Nederlandse. Hoe komt een vreemde ver
pleegster hier? Bent u een Frangaise? In welk ziekenhuis
werkt u?"
Deze vragen waren de verpleegster blijkbaar even te machtig.
Zij maakte een beweging als om op te staan. Maar zij bedacht
zich en bleef zitten. Toen sprak zij: ,,U vraagt te veel, U bent
ziek en ik ben hier om U te verplegen. Meer kan ik niet zeggen.
Ik ben geen Nederlandse. Dat kan ik niet verborgen houden,
verder zult u niets te weten komen, tot de dokter mij toe
stemming geeft. U moet rustig blijven. Niet te veel denken,
dat is niet bevorderlijk voor uw beterschap."
Het gesprek vermoeide hem erg en langzamerhand verzonk
André Boorneman in een diepe slaap. Hij had echter het idee,
dat hij straks wel meer te horen zou krijgen.
Met een gevoel van honger werd André wakker. Er was
niemand in de kamer. Hij voelde zich volkomen helder van
geest en verlangde te eten, had trek in een sigaret en niet min
der in een boek of een krant.
De deur ging" open. Op de drempel verscheen niet zuster
Maria, maar de geheimzinnige man in het zwarte pak. Hij bleef
even staan kijken en toen de zieke hem aanstaarde, deed hij
een paar stappen naar het bed.
„Wel, meneer Boorneman, al wat opgeknapt?" De man pro
beerde een vriendelijke klank in zijn stem te leggen, wat hem
een beetje gelukte.
„Ja", gaf André toe. „Tenminste, ik ben volkomen wakker en
niet suf meer. Maar ik heb het gevoel, dat ik lichamelijk toch
nog niet bijzonder veel waard ben."
„Tja, een beetje geduld, waarde heer. We moeten niet alles
tegelijk verlangen. Laat ons blij zijn, dat het beter gaat. De
zuster komt dadelijk bij u. Hebt u soms wensen?"
„Noubegon André. „O ja, u kunt zich niet aan mij
voorstellen. Dat is waar ook. Maar mag ik ook niet weten,
hoe de verpleegster heet? Het is zo raar om te praten, als je
niet weet tegen wie je het hebt."
„Daar is geen enkel bezwaar tegen. En u zult meer te maken
hebben met zuster Miquèle dan met mij."
„Zuster Miquèle? Is ze een Franse?"
„Dat doet er niet toe. Verlangt u anders nog iets?"
„Ja zeker! Ik weet niet hoe laat het is, maar ik heb alweer
een razende honger. Is er niet iets anders dan soep En hebt u
soms wat te roken? En een boek? U ziet, ik ben goed genoeg
bij m'n verstand en als ik stil moet liggen, begin ik me te ver
velen."
„Goed dat u het zegt." De gemaskerde man knikte. „Ik zal
zorgen, dat er voor u gezorgd wordt. Ja, ik heb u al beloofd,
dat het u aan niets zal ontbreken. Het doet me genoegen, dat
u al zover opgeknapt bent. Tot ziens, meneer Boorneman.
Na een poosje kwam de verpleegster binnen. André was dit
maal zo goed bij zijn verstand, dat hij waardering kon voelen
voor haar slank, welgevormd figuur. Hij vroeg zich af, of haar
gezicht even aantrekkelijk zou zijn. Maar dat zij een groot dien
blad voor zich uit droeg, waarop heel wat scheen te staan, was
zó belangrijk, dat zijn gedachten daarop werden gekoncen-
treerd. De verpleegster zei niets. Zij kwam naar het bed en
zette het blad op een laag tafeltje. Daar was wat te eten en
het rook goed. Een doos sigaretten en een asbakje zag hij ook.
Die waren van later zorg. De verpleegster ging bij het blad op
een stoel zitten en even later was de maaltijd begonnen, die
ditmaal gelukkig uit meer dan een bord soep bestond.
André trok met welbehagen aan zijn sigaret, toen het eten
achter de rug was. De verpleegster bracht het blad weer weg.
Kort daarop verscheen zij weer met een stapeltje boeken, die
op het tafeltje werden geplaatst. Zij had nog altijd geen woord
gezegd.
„U zorgt wel goed voor mij", begon hij het gesprek.
„Dat is mijn plicht", was het wat korte antwoord.
..Maar u doet zo kortaf. Heb ik u iets misdaan?"
„U bent slimmer dan ik dacht", zei ze.
„Wat bedoelt u?"
„Nee, u moet zich niet dom houden, monsieur Boorneman!
Wat hebt u die heer gevraagd?"
„Ja, ja, wie bent u, geheimzinnige verpleegster? Bent u zuster
Maria of bent u zuster Miquèle. Kom, ik wou niet onaardig
zijn. Ik ben toch helemaal van u afhankelijk! Denkt u maar,
dat ik heus uw naam vergeten was. Ik wist, dat het niet zuster
Anna was, maar wat dan wel?"
André verbeeldde zich, dat hij een lachtje hoorde.
„Ja, monsieur Boorneman. Wie ben ik? Maria, Miquèle,
Anna? Is de vrouw geen raadsel? Maar goed, ik ben zuster
Miquèle. Ik heb u een andere naam genoemd, omdat u een
naam wou weten en ik wist niet, of ik de mijne mocht noemen.
Maar nu weet u hem toch en nu kunt u me beter zuster
Miquèle noemen dan Maria, want dan mocht ik eens niet
luisteren."
„Ik ben blij, dat u niet boos bent", zei André.
„U bent een gevaarlijke jongeman", antwoordde zij onmiddel
lijk. „Maar iedere patiënt wil flirten met zijn verpleegster. Ik
merk, dat het zelfs zo is, als mijn gezicht verborgen is. Ik
geloof, dat u zo goed als zeker binnen een paar dagen kunt
opstaan en dan hoef ik u niet meer te verzorgen."
„Maar het zal heel erg zijn om hier dan heel de dag opge
sloten te zitten", verzekerde André met een ernstig gezicht.
„En dan geen zuster Miquèle meer om een beetje mee te
praten. Nee. ik ril als ik daaraan denk. Dat is bijna gelijk aan
celstraf."
„U overdrijft. Een cel is heus niet zo komfortabel. En het
zal u dan niet ontbreken aan goed eten, sigaretten, boeken, ja
misschien stelt u belang in legpuzzels of kruiswoordraadsels!
Enmisschien kan zuster Miquèle dan elke dag even tijd
vinden om naar de herstellende te komen kijken."
„Dat is tenminste iets", zei André. „Maar zuster Miquèle,
wilt u misschien nu eens goed naar de zieke kijken? Ontdekt u
soms iets eigenaardigs aan hem?"
De verpleegster keek hem even aan. Achter het masker
fonkelden de donkere ogen bijna ondeugend. Toen lachte zij
smakelijk. „Och 'ja, arme zieke! Het is maar goed, dat uw
verloofde u niet met zon baard ziet."
„Gelukkig, dat u het ontdekt", zuchtte André. „Maar hoe
weet u, dat ik verloofd ben? Ik ben het niet eens!"
„Niet? Maar is er niet een blond meisje?"
„Wat!" André was zo verrast, dat hij bijna rechtop ging
zitten. Een heftige beweging kon hij niet onderdrukken. „Kent
u haar?"
„Dat niet. Maar ik weet veel meer van u dan u denkt,
monsieur Boorneman. Bent u blij, als ik vertel, dat zij het
goed maakt?"
„Ja, dank u, zuster Miquèle.'
„Maar helemaal in orde is ze toch niet.'
„Wat scheelt haar? Ze is toch niet ziek?"
„Neen, ze is zo gezond als een vis. Maar, monsieur Boorne
man, zij is bezorgd en bedroefd en dat spijt mij. Ik zou haar
graag vertellen, dat u in veiligheid bent, maar dat kan niet.
André ademde zwaar. Madeleine was bedroefd en bezorgd.
Wat moest zij er van denken? Maar dit was toch beter dan
dat zij zich van zijn verdwijning niets aantrok!
„Het is een beroerd idee, dat zij bezorgd is", zei hij, „maar
toch ben ik blij."
„Ik begrijp het wel", antwoordde de verpleegster rustig. ,,Dat
komt allemaal in orde. 11 zult eens zien hoe ze is, als u terug
bent!"
Het moest een dag later zijn geworden, toen André opnieuw
bezoek kreeg van de man, die al twee keer bij hem was ge
weest. Ditmaal kwam hij blijkbaar een langer bezoek maken,
want hij ging zitten op de stoel naast het bed, waarin de jonge
man lag. Met belangstelling bekeek de gemaskerde man hem
een poosje, voordat hij het woord nam.
„Waarde heer", zei hij toen op een toon, die zo gemoedelijk
was als André nog niet van hem had gehoord, „U bent lang
zamerhand zo ver opgeknapt, dat wij een woordje met elkaar
kunnen wisselen, zonder dat het u te veel vermoeit.
„Ja, en ik ben benieuwd naar wat u te vertellen hebt", zei
André. „Ik sta nog altijd voor raadsels. Kunt u daar een op
heldering over geven?"
„In zekere zin wel. Ik begrijp, dat het niet prettig is, hier
min of meer als een gevangene te blijven, vooral omdat u niet
weet, wat ervan de reden kan zijn. Ik heb u verteld, dat u in
gevaarlijk gezelschap bent geweest en dat u voor uw eigen
bestwil in veiligheid bent gebracht. Dat moet wel zonderling
klinken. Maar zuster Miquèle heeft u al verteld, dat u ziek
geworden bent door vergiftiging en alleen dat moet u toch
duidelijk maken, dat er werkelijk iets is, dat u bedreigt.
„Dat begrijp ik ook wel", gaf Boorneman toe. „Het is prettig,
dat u mij tegen het gevaar beschermt, maar ik begrijp niet,
waarom u zo menslievend bent tegenover een onbekende.'
„Ja, een onbekende was u voor ons. Dat is een feit. Maar
de mensen die uw leven bedreigden, waren dat niet. Ik kan u
nog niet alles vertellen, want het is een gecompliceerde ge
schiedenis. Maar u bent op de avond, die het begin vormde
van uw zonderlinge avonturen, in gezelschap geweest van een
aantal personen met misdadige neigingen. Dat hebt u natuur
lijk niet bemerkt, toen u met hen aan tafel zat. Het betreft hier
een internationale bende, meneer Boorneman. Deze bende maakt
er zijn werk van, juwelen te stelen en daarbij wordt niet voor
moord teruggedeinsd.
Nu moet bij een moord ook een moordenaar aanwezig zijn,
nietwaar? Wel, voordat zo n misdaad wordt gepleegd, probe
ren zij in aanraking te komen met iemand, die zij de schuld in
de schoenen kunnen schuiven, zodat zij zich ongemerkt met de
buit uit de voeten kunnen maken."
„U vertelt een sprookje!" riep André. „Die mensen zouden
dus de bedoeling hebben gehad, een moord te plegen en mij
er voor te laten opdraaien! Daar geloof ik geen woord van.
„Uw verbazing is helemaal niet buitengewoon gaf de man
toe. „Inderdaad, dit 'is een fantastisch verhaal. Maar ik ver
zeker u, dat het de waarheid is en niets anders."
„Maar wie zou er dan vermoord moeten worden?"
„De moord is al gepleegd", zei de gemaskerde man ernstig.
André schrok. „Is de moord gepleegd? Wie is er dan ver
moord?"
„Van der Zuyden."
„Van der Zuyden? Maar dat was die dikke, dronken kerel!
(Wordt vervolgd)
Iedere zaterdag- en zondag
avond van 8-1 uur
Ensemble Jan Gorissen en
Iep van Bruggen
Camperduin aan Zee - telef. 432
een
van
midden in de Langestraat
van 89,tot 185,
.ALKftLIVRIJ
LODALINE
N 110
't Is weer schoonmaaktijd. Miljoenen
huisvrouwen popelen om aan de slag
te gaan. Alles moet schoon, alles
moet weer glimmen en blinken.
Zij klimmen de ladder op, gewapend
met een emmer schuimend, krachtig
reinigend LODALINE-sop, om stof
en vuil energiek te lijf te gaanl
Want niets reinigt zo grondig en snel,
en niets werkt zo gemakkelijk als
LODALINE. Vloeibaar, dus ge
bruiksklaar.
Voor vaat cn glaswerk.
Voor houtwerk en
vloeren
Voor het reinigen van
uw stoffering.
Tip van Lodalientje:
Haalt U maar vast een
extra fles LODALINE
in huis, dan kunt U
aan de slag wanneer U
maar wilt.