Kectmeisjc in Europoort
Nieuws van overal
door H.A.N.S.
Nu zag Christa ook, dat er iets ongewoons aan het huis was.
Op een teken van Mark zei ze echter niets, omdat ze onmid
dellijk begreep wat hij bedoelde. Binnen was de toestand voor
Lucie niet meer te verbergen. In alle kamers heerste de grootste
wanorde. Kasten waren leeggehaald en laden over de grond uit
geschud. Het waren echte vandalen geweest.. De prachtige,
antieke kasten waren beschadigd door het ruwe openbreken.
Niets was ontzien. Mark liep snel naar de telefoon, maar het
was zoals hij al. vermoedde, ook de telefoondraden waren door
gesneden.
Terwijl Christa in bedwongen rust Lucie iets te eten gaf en
dan naar haar kamertje bracht, verzon ze een verhaaltje over
de ravage beneden in de kamers. Aan de ontploffingen bij het
bunkerwerk was ze gewend. Volgens Christa hadden de man
nen zo n verschrikkelijke klap in de verkeerde richting laten
gaan en daarom had alles in huis staan sidderen en was van
zijn plaats gevallen. Morgen zouden de mannen er niet zijn,
maar als de nieuwe week weer begon, gingen ze het samen
tegen hen zeggen, opdat ze niet meer zo dom zouden doen.
„Tuurlijk," zei Lucie. ,,Dat komt omdat mijn papa er niet
bij was, daarom doen ze zo suf." Christa knuffelde het kind
eens lekker en even later sliep Lucie als een roos.
Mark was in flinke vaart weggereden om de plaatselijke
politie te waarschuwen. Nog geen uur later waren enige
politiemannen aanwezig. Alles werd onderzocht en genoteerd.
Er was ook enig geld buitgemaakt, maar het ergste vond
Christa, dat ze de sieraden van haar moeder, die haar zeer
dierbaar waren, vermiste.
De tranen schoten in haar ogen. Ze dacht niet aan de
geldswaarde, maar de ornamenten haalden de betekenis van
haar moeder, zoals ze zich haar herinnerde, in haar mooie
klederdracht, zo heel dichtbij. Bij alle narigheid noemde Mark
het nog een geluk, dat de inbrekers dat moment hadden ge
kozen voor hun heilloos werk. Hij moest er niet aan denken,
dat dit ook had kunnen gebeuren, terwijl Christa alleen thuis
was. Wie weet, of haar leven niet in gevaar zou zijn geweest.
Christa haalde de schouders op. Ze was nu eenmaal niet
bang uitgevallen, maar wel moest ze toegeven, dat het verblijf
in het oude huis door al die dingen minder aangenaam werd.
Op verzoek van de politiemensen beschreef ze precies de siera
den, die werden vermist. De mannen vertelden openlijk, dat ze
weinig vertrouwen hadden de dieven te vinden. In het dicht-
bijzijnde dorp waren de laatste tijd ook reeds verschillende
diefstallen gepleegd, maar van de daders geen spoor. Men
kreeg de indruk, dat men met heel zware jongens had te
maken, die nergens voor terugschrokken en zo getraind bleken
bij dit werk, dat zelfs de speurhonden het spoor bijster raakten.
Zeer waarschijnlijk werden de inbraken terdege voorbereid en
de omgeving grondig verkend. Men moest er zelfs rekening
mee houden, dat de handlangers zich onder de eigen bevolking
ibevonden.
Toen de consternatie een weinig geluwd was, ruimden ze
gedrieën de rommel weg. Christa met een groot verdriet in
haar hart. Niemand wist, dat ze in zwakke momenten de ver
sierselen van haar gestorven moeder te voorschijn haalde, om
troost en kracht uit te putten. Als bepaalde dingen in het leven
haar onzeker maakten dan waren deze kleinoden haar hulp
middel om zich niet geheel eenzaam te voelen. Als ze de
degelijke, zwaar massieve sieraden in de handen hield, dan
ging daar een zekere opwekking van uit en voelde ze zich
geestelijk opgebeurd. Het weten, dat ze de familie-eer moest
ophouden en hun goede naam handhaven, had haar telkens
weer de juiste richting in het leven doen kiezen. Nu ze zo
onzeker was omtrent haar gevoelens voor Roel en sterk wilde
staan in haar houding tegenover hem, nu waren haar geliefde
gedachtenissen ontnomen. Met boosheid in haar hart ging ze
naar bed. Die nacht droomde ze, dat Roel in hevig gevecht
was gewikkeld met de inbrekers. Toen ze hem te hulp snelde,
hield Alex haar stevig in de armen gekneld. Ze slaakte een
zucht van verlichting toen het ochtendgloren haar wakker
maakte. Ze moest opstaan. Ook al zou ze twee dagen geen
keetmeisje hoeven te zijn, er bleef nu nog genoeg werk te doen.
Bovendien moest ze het Lucie gezellig maken.
Roel begrijpt er niets van.
Als een lopend vuurtje ging het bericht van de diefstal over
het eiland. Vooral omdat er gedurende de laatste maanden in
de omgeving nogal veel werd vermist, geloofde nu iedereen
dat er een georganiseerd bende optrad. Het werkte op ieders
fantasie. De zware jongens zouden zich schuil he iden in het
natuurreservaat en werden door iemand, die goed op de hoogte
was met het doen en laten van de inwoners, gewaarschuwd
wanneer er een goede slag was te slaan. Natuurlijk werden de
verhalen steeds geheimzinniger en zoals in de avontuurlijke
films gebeurde, was er ook een vrouw in het spel. De geruchten
spraken steeds sterker tot de verbeelding en werden zelfs als
positieve waarheden verkondigd. Enkele dagen gingen voorbij,
zonder dat de inbraak werd opgelost. Terwijl Roel zijn werk
weer aanving, hoorde hij van een inbraak op het westelijk ge
deelte van Rozenburg. Dat was in de buurt waar Christa
werkte. Een vreemde onrust maakte zich van hem meester. Hij
was nauwelijks van zijn verbazing bekomen, toen hij Christa
in zo'n mooie wagen zag rondtoeren, of hij zag haar weer bij
de feestelijke tewaterlating van het schip in een toiletje, dat
weliswaar niet glinsterde van het goud, maar dat toch duidelijk
toonde, dat de draagster nu niet bepaald in armoede leefde.
Hoe dat te combineren met het eenvoudige, zo niet armoedige
keetmeisje in de blauwe overall? Als je goed nadacht ontdekte
je aan haar optreden wel iets van een vroegere welvaart. Door
welke oorzaak zou ze dan bij dit eenvoudige werk terecht zijn
gekomen? Dat ze uit zuivere menslievendheid dit keetwerk deed,
kon hij zich moeilijk indenken. Nu waren daar de raadsel
achtige inbraken, precies in de omgeving waar Christa werkte.
Hij kon zichzelf wel in het gezicht slaan om zijn kwade ver
moedens, maar wat was een natuurlijker gevolgtrekking, dan
dat Christa door bepaalde personen gedwongen werd dit keet-
werk te doen. Tegelijk moest ze de omgeving verkennen en de
inbrekers een tip geven als de weg vrij was. Wat wist hij
eigenlijk van haar? Ze had hem al dadelijk te handig geleken
voor dit eenvoudige werk als keetmeisje. Hij was zomaar hals
over kop verliefd geworden en had haar in zijn hart gesloten en
aanvaard zoals ze was. Ze kon niet slecht zijn, dat stond bij
hem vast. Op de een of andere manier had men macht over
haar. Zij was het waard uit de klauwen van de misdadigers
verlost te worden. Hij zou haar meenemen naar zijn moeder
en daar moest ze dan maar vlug haar oude leventje vergeten.
Nog was hij niet in staat haar een auto en kostbare kleding te
geven, maar de toekomst zag er heus niet zo gek uit. Voor
lopig zouden de objecten zich uitbreiden en jarenlang werk
geven, met alle kansen op behoorlijke promotie. Dit zou hij
haar allemaal vertellen en ze zou zeker een eenvoudig leven
met hem verkiezen boven dit avontuurlijk bestaan.
Na thuis een rusteloos weekend te hebben doorgebracht,
zwierf hij weer aarzelend om de keet heen. De aarzeling ont
stond niet alleen uit gebrek aan durf, maar hij wist nog steeds
niet hoe hij zijn voorstel moest inkleden zonder haar te be
ledigen. Reeds nu wist hij, dat een blik uit haar ondoorgronde
lijke groene ogen hem van de wijs zou brengen. Het voor
nemen haar zo vlug mogelijk uit dit milieu te halen, deed hem
zijn angst vergeten en hij stapte de keet binnen.
Hier zag hij hetzelfde tafereeltje, dat hem dag en nacht voor
ogen zweefde. Christa maakte handig toebereidselen voor de
koffie en Lucie zat zoet spelend op een bank te wachten tot
ze met de koffie naar haar vader en de andere mannen zouden
gaan.
Bij de binnenkomst van Roel voelde Christa ogenblikkelijk
de warme kleur in haar gezicht omhoog stijgen en ze wendde
zich schielijk af. Roel voelde daardoor zijn onzekerheid toe
nemen. Dit kon hij moeilijk een hartelijke ontvangst noemen.
„Graag koffie, Christa," zei hij bescheiden. Ze schonk, zon
der iets te zeggen, koffie voor hem in. De spanning die hem
beheerste sloeg op haar over. De koffie in het kopje schom
melde vervaarlijk naar de rand, toen ze het voor hem neer
zette. In een opwelling greep hij haar hand. ,,Ik moet je spre
ken," zei hij hees.
Christa hoorde het felle bonzen van zijn hart. Ze zag zijn
verdrietige mond en zijn oprechte oogopslag en het liefst zou
ze zich zonder woorden in zijn armen hebben geworpen. Maar
het kon niet waar zijn, dat er bij beiden in zo weinige dagen
al echte liefde was ontvlamd. Nu ze hem zo onverwacht terug
zag, meende ze zeker te zijn van haar eigen gevoelens, maar
bij hem zou het van voorbijgaande aard zijn. Dat zou haar ge
moed niet kunnen verdragen. Liever hem nu helemaal uit haar
hart gerukt, dan na verschillende vernederingen.
Roel bleef haar hand vasthouden en op antwoord wachten.
Ze wrong zich niet los, maar keek hem recht aan. „Je moet niet
proberen, om je ten koste van mij te vermaken," trachtte ze
met strakke stem te zeggen, maar de woorden kwamen trillend
uit haar mond. Roel werd haar zwakheid gewaar. Het ver
tederde hem en deed hem tegelijk zijn meerderheid gevoelen.
Nu had hij recht om haar te beschermen.
„Christa," zei hij, met grote zachtheid in zijn stem. „Ik heb
een vermoeden dat je een dubbel leven leidt, is dat zo?"
Aan zijn diepangstig, vragende blik zag Christa dat hij iets
anders bedoelde, dan het werk dat zij op het ogenblik deed.
Ze knikte echter toestemmend. Ze leidde immers een dubbel
leven. Boerendochter en keetmeisje. Nieuwsgierig wachtte ze
af. Roel zuchtte. Ze maakte het hem niet gemakkelijk en ze
besefte blijkbaar ook niet, welk gevaarlijk werk ze verricht
had. Ook anderen zouden nu de verdenking op haar kunnen
laten vallen en dan was het te laat.
„Christa," begon hij weer. „Ik heb je gezien in die mooie
auto, dat weet je en ik heb je vorige week gezien bij de tewater
lating van het grote schip." Hij zag haar een beweging van
verrassing maken. „Ja," ging hij voorzichtig verder. „Je was
wel heel anders gekleed dan hier. Kun je dat allemaal van je
salaris doen, dat je hier verdient?"
Ze hoorde het leed in zijn stem, maar ze wilde er geen einde
aan maken, omdat ze genoot van de grote zorg en liefde, die
uit zijn ogen straalden. Haar hart jubelde bij deze onverwachte
ervaring, maar nog durfde ze hem haar liefde niet te bekennen.
Uit angst dat haar ogen haar zouden verraden, stond ze met
afgewend gezicht in deemoedige houding voor hem. Op zijn
vraag schudde ze ontkennend met haar hoofd. „Nee, dat alles
gaat niet van mijn salaris," zei ze zacht.
Roel zag daarin zijn angstige vermoedens bevestigd.
„Oh Christa, ik vrees, dat men je dingen laat doen, waar
mee je liever niet te maken hebt. Als ik het verkeerd heb, mag
je me om mijn oren slaan."
De gedachten joegen razend snel door Christa's hoofd, maar
ze kon zijn toespelingen niet volgen. Er hing even een geladen
stilte tussen hen.
„Zeg één woord," hernam Roel weer zijn pogingen om
Christa toegankelijk te krijgen voor zijn goede bedoelingen. „Ik
haal je hier vandaan en zal zorgen, dat niemand je één haar
op je hoofd zal krenken. Geef me het recht om voor je op te
komen en voor je te zorgen."
Op het gezicht van Christa spiegelde zich grote verbazing
af. Roel deed net of ze in levensgevaar verkeerde. Zou hij
weten dat ze op de grote boerderij thuis hoorde en dat daar
was ingebroken? Maar nee, dan zou hij wel duidelijker taal
spreken. Nu deed hij alsof ze dakloos rondzwierf. Zijn bezorgd
heid was echt, daar viel niet aan te twijfelen, maar wat be
zielde hem toch? Welk voorval had hem plotseling tot een
openlijke liefdesverklaring gebracht?
„Ikik begrijp je niet goed," zei ze met omfloerste stem.
Het was ook moeilijk te verwachten, dacht Roel, dat ze zomaar
ineens met een bekentenis zou komen. Toch moest hij haar zo
ver brengen, dat het tussen hen tot een openhartig gesprek
kwam.
„Heb je iets te maken met de inbraak op de boerderij hier
in de buurt?" vroeg hij dringend.
„Ja," fluisterde ze. Met haar tanden op de onderlip bleef ze
hem aankijken. Waar wilde hij toch heen?
Roel sloot even de ogen. „Ik dacht het wel," zei hij met
schorre stem. „Zeg dit leven vaarwel Christa, ik smeek het je.
Laat mij voorgoed voor je zorgen. Verbreek iedere relatie
met dat geboefte."
Er begon iets bij Christa te dagen. Groote help, Roel dacht,
dat ze zoiets als een spionne was voor de inbrekers. Als er
niet zoveel verdriet en pijn in zijn ogen was, zou ze het uit
schateren... Maarmaardan hield hij van haar. Dan
hield hij echt van haar. Uit zijn woorden kon ze toch afleiden,
dat hij haar bescherming bood, terwijl hij dacht, dat ze op een
oneerlijke manier geld verdiende. Het was niet te geloven. Een
warm geluksgevoel doorstroomde haar. Hier was de onge
vraagde garantie voor zijn grote liefde. Zonder haar nader te
leren kennen, vroeg hij haar ten huwelijkDeed hij dat
wel
Nog kon ze niet geheel de vrees van zich afzetten, dat alles
een vergissing zou blijken te zijn. Zonder zich te verroeren
bleef ze staan; dit geluk was te groot om te bevatten. Lucie
bleef verdiept in haar poppenspelletje en had geen aandacht
voor de grote mensen.
Roel legde zijn handen op de schouders van Christa en keek
haar diep in de ogen. „Je moet mijn vrouw worden, Christa,
dan kun je deze verkeerde levenswijze afzweren en hoef je
niets te doen, dat tegen je natuur ingaat."
Een snik welde bij Christa omhoog. Het geluk kwam wel via
een misverstand tot haar, maar Roel was haar daarom des te
dierbaarder. Met stralende ogen keek ze hem aan. Alles ver
gaten ze bij het ontdekken van eikaars liefde. Roel voelde, dat
hij de hele wereld aandurfde om dit meisje te beschermen.
Langzaam naderden hun lippen elkaar in een zachte en toch
innige kus, waar in al hun liefde besloten lag. Stil lag Christa
in de armen van Roel. Nooit had ze geweten, dat er zoveel
geluk voor haar was weggelegd. Licht en zwevend werden
haar gedachten. Het eiland raakte opeens op de achtergrond.
Met Roel was ze in staat tot het einde van de wereld te reizen.
Ruw werden ze opgeschrikt door het opengooien van de
keetdeur. Alex kwam verstoord naar binnen. Zijn gramschap
bewees al, dat hij Christa en Roel in hun tedere omhelzing had
waargenomen. Woede vlamde er in zijn ogen. „Zo," sneerde
hij. „Is mijnheer Valk ook op jacht naar edel wild? Niet gek,
wel, om in zo'n negorij zo'n rijke bruidschat te ontdekken."
Roel wilde juist nijdig uitvallen, toen een waarschuwende
blik van Christa, waarbij ze voorzichtig op Lucie wees, hem
daarvan terug hield. Inwendig kookte hij. Wat bedoelde die
vent met zijn opmerking over een rijke bruidsschat? Zou hij ook
begrepen hebben, dat Christa op een andere manier dan als
keetmeisje meer geld verdiende? Zou die kerel zich verbeel
den, dat hij daarvan wilde profiteren? Dat miserabele mannetje
wist zeker niet, dat men ook hogere idealen kon koesteren, dan
geld verdienen. Vonst leek hem wel iemand, die tot alles in
staat was, als het maar betaald werd. Maar Christa had ge
lijk, hij moest hier een ruzie vermijden. Niet alleen om Lucie,
maar die kerel kon rapport uitbrengen en hem het werk hier
onmogelijk maken. Dit kon hij niet wagen zolang hij niet zeker
was van Christa. Tenslotte was Alex Vonst niet waard, dat
hij zich over hem druk maakte. Maar zou Christa hem volgen,
of zou ze later spijt krijgen, dat ze haar liefde getoond had.
Hoewel Roel geen woord sprak verhinderde dat hem niet,
Alex met grote minachting op te nemen. Deze voelde zich de
verliezer en het maakte hem nog woedender, zodat hij grof
uitviel.
„Wanneer jullie denken, dat deze keten er staan voor
aparte vrijerijtjes, dan heb je het toch mis," raasde hij. Nog
kreeg hij geen antwoord, waarop hij zich speciaal tot Roel
richtte. „Had je het gehengel naar de kostbare goudvis niet
kunnen uitstellen tot de avonduren, of was je bang, dat op
de boerderij haar broer een spaak in het wiel zou steken?"
Roel knipperde even met de ogen. BoerderijWaar
had die kerel het over? Hij zag een angstige blik in de ogen
van Christa komen.
Op dat moment besefte Christa, dat haar geheim voor Roel
net tien minuten te lang had geduurd. Als hij op deze manier
te horen kreeg, wie ze eigenlijk was, dan zou hij zich zeer
zeker bezeerd voelen. Het ging er nu meer op lijken, dat ze
hem moedwillig een rad voor de ogen had gedraaid en zich om
hem had vermaakt.
„Kunnen we de woordenwisseling niet uitstellen tot een
ander tijdstip?" vroeg ze uiterlijk kalm, maar inwendig onder
hoogspanning. Ohals men haar nu nog maar even de tijd
liet om het Roel op haar eigen manier te verklaren. Ze zag
hoe zijn gedachten koortsachtig werkten. Bijna zou ze er naar
verlangen, het eenvoudige keetmeisje te zijn, dat de bescher
ming van Roel met beide handen zou aanvaarden. Maar ze zag
geen kans om Alex' woorden te ontzenuwen. Roel voelde
dat en hoewel hij graag de onrust uit Christa's ogen wilde
nemen, was toch de allereerste voorwaarde van hun liefde, dat
ze zuiver tegenover elkaar zouden staan. Door zijn opmer
kingen had Alex laten blijken, dat hij meer wist van Christa
dan hijzelf. Langzaam begon er iets van de ware situatie tot
hem door te dringen. Christa bedreef hier de rol van Asse
poester, maar dan vrijwillig en stelde zich, waarschijnlijk uit
verveling, in dienst van deze mannen. Daarom vond Alex, dat
hij een beetje recht op haar had en zij was niet helemaal af
kerig van hem, anders zou ze de vorige week niet in zijn gezel
schap zijn geweest. Bij al de jaloer:e gevoelens die hem be
stormden, kwam er ook een golf va vernedering over hem.
Hij had Christa bescherming aangeboden en in •,-erkelijkheid
was hij het arme ingenieurtje, die achter een rijke landbouwers
dochter aanliep. De kapitale boerderij en al dat land vertegen
woordigde een fortuin, ook al was de hele zaak nu onteigend.
Zoveel geld, als de gemeente Rotterdam voor dit bedrijf be
taald moest hebben, zou hij nooit bezitten, al zou alles in de
wereld hem meelopen. Zijn liefde had hier geen zin. Christa
zou, als eigenares van een klein kapitaaltje, binnen veertien
dagen berouw hebben van deze impuls. Het was beter de eer
aan zichzelf te houden en zich bijtijds terug te trekken. Mis
schien was er bij Christa wel een weinig oprechtheid geweest,
maar ze zou de dingen weer vlug genoeg koel en verstandig
bekijken. Hij had alleen maar meegeholpen haar lege tijd op
te vullen. Uit verveling was ze keetmeisje geworden, daarbij
had hij gezorgd vooor een aardig liefdesavontuurtje en nog wat
schermutselingen met een medeminnaar, toe maar
Naarmate Roel meende dat Christa voor hem verloren was,
werden zijn gedachten steeds meer verbitterd. Er heerste een
bijna tastbare stilte in de keet. Alex, die geen enkel weer
woord kreeg, verliet het gebouwtje, terwijl de deur met een
daverende klap achter hem dicht sloeg. Met een angstige blik
op het donker vertrokken gezicht van Roel, zocht Christa de
koffiekopjes bij elkaar. Haar handen beefden. De gevolgen van
zijn sombere gedachten waren duidelijk te zien. Met een ver
beten mond stond hij haar op te nemen. Kon ze nu maar de
juiste woorden over haar lippen krijgen. Moest ze hem nog
maals liefde aanbieden? Maar het was nog zo nieuw. Haar
trotse aard kwam er tegen in opstand, Roel te vertellen, dat
het er allemaal niet opaan kwam. Alleen hun liefde was alles,
dat waarde voor haar had. Natuurlijk waren zijn ridderlijke
gevoelens geweld aangedaan. Het was alleszins begrijpelijk
dat hij zich belachelijk voelde. Hoe moest ze hem weer zijn
zelfvertrouwen terug geven? Het liefst was ze hem om de hals
gevallen en had ze zijn zorgelijke trekken van zijn gezicht ge
kust. Maar als hij haar een huichelaarster vond, zou hij haar
van zich afstoten. Ze durfde dit niet te riskeren. Kon hij dan
wel Christa, het keetmeisje, zijn liefde aanbieden en niet aan
haar, als landbouwersdochter, alleen omdat ze toevallig vrij
en onafhankelijk kon leven en geen financiële zorgen kende?
Ze wist, dat ze de laatste veronderstellingen niet te veel naar
voren moest schuiven. Het maakte haar trots groter en haar
gezicht ontoegankelijker. Maar het was het enige verweer
tegenover de brandende tranen, die ze steeds hoger voelde
stijgen. Waarom zei hij nog steeds nietsWat woelde
daar achter dat hoge voorhoofd? Iets waarschuwde haar, dat
dit noodlottig voor haar moest aflopen en toch was ze niet
bij machte met een teder woord of gebaar zijn fatale con
clusies af te breken.
Met ijzeren zelfzucht, maar met een schrijnend verdriet in
zijn hart stond Roel op, om afscheid te nemen. Ieder gebaar
van Christa en iedere trek in haar gelaat, dat bij hem zoveel
liefdevolle en tedere gedachten had opgeroepen, nam hij voor
het laatst scherp in zich op. Dan gaf hij haar heel vormelijk
een hand en zei: „Vaarwel Christa, ik wens je het allerbeste,
maar in deze omstandigheden heb je mij niet nodig."
Met het hoofdje in de nek beantwoordde ze zijn handdruk
luchtig. Door een mist van tranen zag ze hem vertrekken.
Langzaam en voorzichtig, alsof hij iets zeer kostbaars afsloot,
trok hij de deur dicht en toch deed de zachte klik haar zoveel
pijn, dat ze achteruit deinsde.
De hele scène had haar een eeuwigheid toegeleken en de
wereld had voor haar een ander aanzien gekregen, maar bij
dat alles was slechts een zeer korte tijd verlopen. De koffie
stond te dampen en Lucie trappelde van ongeduld. Ze had nu
in zoveel dagen haar vader niet gezien. Met de grootste
krachtsinspanning wist Christa een glimlach op haar gezicht
te brengen, toen ze met de koffie naar de mannen ging. Liever
dood, dan dat iemand iets van haar ontreddering zou merken.
Verstrooid schonk ze koffie in de kopjes, die gretig werden
aangenomen. De dankbare woorden van de mannen, hoe
schertsend ook uitgesproken, deden haar op dat moment meer
goed dan ze voor mogelijk had gehouden. Deze keer werden
ze niet vermengd met de schampere opmerkingen van de twee
jonge kerels die altijd al wat apart van de groep hadden ge
staan. Twee koppen koffie bleven onaangeroerd. Toen miste
Christa de mannen pas. Maar er waren liefhebbers genoeg en
Christa vroeg niet naar de reden van het niet aanwezig zijn der
twee arbeiders. Alex Vonst bleek het niet de moeite waard
te vinden haar in te lichten en de andere mannen waren er
blijkbaar aan gewend, dat ze verstek lieten gaan.
Lucie zat verheerlijkt, met beide armpjes om haar vader ge
slagen, naar diens woorden te luisteren. Ze kon nog dezelfde
dag met hem mee. Voor Christa had hij mooie bloemen mee
gebracht. Ze moest maar eens onder zijn werkjasje kijken, dat
zorgvuldig over het mooie boeket was heengelegd. Bij het
aanvaarden van de bloemen lachte ze dankbaar en ontroerd.
Met een brok in de keel, dacht ze aan de resultaten van haar
werk als keetmeisje. Bloemen en een gebroken hart. Het leven
was vreemd. Met dwalende ogen keek ze naar de werkzaam
heden, zonder dat haar gedachten erbij waren. Met een effen
gezicht stapte Alex op haar af en zei kortaf: „Het werk wordt
hier enige weken stop gezet. De mensen zijn elders harder
nodig. Zij zullen dus voorlopig van uw diensten geen gebruik
meer maken." Met vaste blik antwoordde Christa: „Uitste
kend, dank u zeer voor de mededeling."
Ze nam afscheid van de mannen en van Lucie en aan
vaardde met een klein glimlachje de dankbetuigingen. Ze
hoopten allemaal, dat ze hen niet zou vergeten en nog eens
bij hun werk zou komen kijken. Christa voelde, dat ze vrienden
had gemaakt, zomaar door enkele dagen voor een lekker kopje
koffie te zorgen, maar haar hart schreide als ze aan Roel dacht.
HERKEN JE HET NOG?
„Zo Betty," zei Christa, terwijl ze het paard geruststellend
op de flanken klopte. „Zet nu even je beste beentje voor, dan
mag jij ook van deze grote hoogte ons eiland Rozenburg aan
schouwen. Herken je het nog, na zoveel maanden?"
Met tonggeluidjes moedigde ze het paard aan, dat gewillig
de berg puin beklom, die metershoog boven het landschap van
Rozenburg uitstak. Droog en stoffig rolde het gruis onder de
paardenhoeven weg. Dor en eentonig grijs lag daar de berg
bijeen gereden bunkerpuin temidden van een groene vlakte, als
een waarschuwing voor het lot dat zich over het eiland ging
voltrekken.
(Wordt vervolgd)
Goudvink doet grote schade
in Engeland
De ^Engelse" fruittelers onder
vinden grote schade van de goud
vinken, die zich te goed doen
aan de knoppen van de pruime-
bomen. Men vreest dat ze^straks
ook zullen beginnen'aan de knop
pen van appel- en perebomen.
De grote moeilijkheid is dat
de goudvink een beschermde vo
gel is en dus niet gedood mag
worden. Wanneer deze vogels
straks ook nog de knoppen van
de appel- en perebomen zullen
vernietigen ziet het er naar uit
dat de Engelse fruittelers de oor
log aan deze ongetwijfeld mooie,
doch niettemin schadelijke vogels
zullen verklaren.
Mond- en klauwzeer
in Frankrijk
Blijkens een bekendmaking van
het Franse Ministerie van Land
bouw betreffende de recente ont
wikkeling van het mond- en klauw
zeer, kwamen in Frankrijk in de
eerste helft van 1959 circa 2200
nieuwe gevallen voor tegen de
zelfde periode van 1957 en 1958
onderscheidenlijk 37000 en 7000
nieuwe gevallen.
De geografische spreiding van
de besmetting is ongelijkmatig.
Ongeveer de helft van het aantal
gevallen is geconcentreerd in tien
departementen in 't midden-zuiden
(Massif-Central) van Frankrijk.
W ateronderzoek
De droge zomer van 1959 heeft
ons er nog eens extra bij bepaald
hoe belangrijk het water is voor
de planten. Er zijn veel berege-
ningsinstallaties aangeschaft, die
ook volgend jaar weer zullen
worden gebruikt, tenzij het een
zeer nat jaar wordt.
Dit jaar is echter gebleken dat
alle water niet geschikt is voor
beregenen en wel in het bijzonder
in de fruitteelt. Wanneer het
water teveel ijzer bevat (Norton-
putten) krijgt u een belangrijk
mindere kwaliteit vruchten.
Wanneer u interesse heeft voor
het onderzoek van ijzer in het
beregenings-water wendt u dan
tot de monsternemer van het
Bedrijfslaboratorium voor Grond
en Gewasonderzoek met labora
toria te Oosterbeek, Groningen,
Geldrop en Goes.
Deze zal u gaarne geheel vrij
blijvend alle gewenste inlichtingen
verschaffen.
Gewassen voor de maan
Amerikaanse geleerden zijn op
zoek naar groentegewassen, die
geschikt zijn voor de teelt op de
maan. Men teelt nu verschillende
gewassen onder meer onder een
druk, die gelijk is aan die op
10000 m hoogte. Bovendien tracht
men met een speciale methode de
kieming te versnellen en gaat men
na welke gewassen gevoelig zijn
voor x-straling en kosmische stra
len. Ook de daglengte is belangrijk.
De eventueel op de maan te telen
gewassen moeten met een dag
lengte van ongeveer 14 uur kun
nen volstaan, aldus de Tuinderij.
Uitwisseling
Russische en Amerikaanse insti
tuten wisselen momenteel in grote
hoeveelheden plant- en zaadgoed
uit. Vooral oor veredelingsma-
teriaal voor fruit is veel belang
stelling van beide zijden. Deze
kort geledea begonnen uitwisse
ling besluit een periode van zeer
veel jaren, waarin contact op deze
wijze uitgesloten was, aldus de
Tuinderij.
Welke bemesting toepassen?
Dit is een ieder voorjaar steeds
weerkerende vraag. Vooral de
jongeren die land- of tuinbouw-
onderwijs hebben, staan dikwijls
critisch tegenover de bemestings-
gebruiken die hun ouders van hun
grootouders hebben overgenomen.
Want als het getij keert, moe
ten de bakens worden verzet.
Reeds in 1927 hebben de centrale
landbouworganisaties een vereni
ging opgericht, waaruit het Be
drijfslaboratorium voor Grond- en
Gewasonderzoek is voortgekomen.
Wanneer men van de diensten
van dit laboratorium gebruik wil
maken om het bemestingsbeleid
te toetsen kan men zich in ver
binding stellen met de assistent
van de Rijkslandbouw- of de
Rijkstuinbouw voorlichtingsdienst,
waar 't Bedrijfslaboratorium voor
Grond- en Gewasonderzoek nauw
mee samenwerkt. Ook de mon
sternemers zullen u gaarne de
gewenste inlichtingen geven.