Kectmeisjc in Europoort Nieuws van overal door H.A.N.S. Nu zag Christa ook, dat er iets ongewoons aan het huis was. Op een teken van Mark zei ze echter niets, omdat ze onmid dellijk begreep wat hij bedoelde. Binnen was de toestand voor Lucie niet meer te verbergen. In alle kamers heerste de grootste wanorde. Kasten waren leeggehaald en laden over de grond uit geschud. Het waren echte vandalen geweest.. De prachtige, antieke kasten waren beschadigd door het ruwe openbreken. Niets was ontzien. Mark liep snel naar de telefoon, maar het was zoals hij al. vermoedde, ook de telefoondraden waren door gesneden. Terwijl Christa in bedwongen rust Lucie iets te eten gaf en dan naar haar kamertje bracht, verzon ze een verhaaltje over de ravage beneden in de kamers. Aan de ontploffingen bij het bunkerwerk was ze gewend. Volgens Christa hadden de man nen zo n verschrikkelijke klap in de verkeerde richting laten gaan en daarom had alles in huis staan sidderen en was van zijn plaats gevallen. Morgen zouden de mannen er niet zijn, maar als de nieuwe week weer begon, gingen ze het samen tegen hen zeggen, opdat ze niet meer zo dom zouden doen. „Tuurlijk," zei Lucie. ,,Dat komt omdat mijn papa er niet bij was, daarom doen ze zo suf." Christa knuffelde het kind eens lekker en even later sliep Lucie als een roos. Mark was in flinke vaart weggereden om de plaatselijke politie te waarschuwen. Nog geen uur later waren enige politiemannen aanwezig. Alles werd onderzocht en genoteerd. Er was ook enig geld buitgemaakt, maar het ergste vond Christa, dat ze de sieraden van haar moeder, die haar zeer dierbaar waren, vermiste. De tranen schoten in haar ogen. Ze dacht niet aan de geldswaarde, maar de ornamenten haalden de betekenis van haar moeder, zoals ze zich haar herinnerde, in haar mooie klederdracht, zo heel dichtbij. Bij alle narigheid noemde Mark het nog een geluk, dat de inbrekers dat moment hadden ge kozen voor hun heilloos werk. Hij moest er niet aan denken, dat dit ook had kunnen gebeuren, terwijl Christa alleen thuis was. Wie weet, of haar leven niet in gevaar zou zijn geweest. Christa haalde de schouders op. Ze was nu eenmaal niet bang uitgevallen, maar wel moest ze toegeven, dat het verblijf in het oude huis door al die dingen minder aangenaam werd. Op verzoek van de politiemensen beschreef ze precies de siera den, die werden vermist. De mannen vertelden openlijk, dat ze weinig vertrouwen hadden de dieven te vinden. In het dicht- bijzijnde dorp waren de laatste tijd ook reeds verschillende diefstallen gepleegd, maar van de daders geen spoor. Men kreeg de indruk, dat men met heel zware jongens had te maken, die nergens voor terugschrokken en zo getraind bleken bij dit werk, dat zelfs de speurhonden het spoor bijster raakten. Zeer waarschijnlijk werden de inbraken terdege voorbereid en de omgeving grondig verkend. Men moest er zelfs rekening mee houden, dat de handlangers zich onder de eigen bevolking ibevonden. Toen de consternatie een weinig geluwd was, ruimden ze gedrieën de rommel weg. Christa met een groot verdriet in haar hart. Niemand wist, dat ze in zwakke momenten de ver sierselen van haar gestorven moeder te voorschijn haalde, om troost en kracht uit te putten. Als bepaalde dingen in het leven haar onzeker maakten dan waren deze kleinoden haar hulp middel om zich niet geheel eenzaam te voelen. Als ze de degelijke, zwaar massieve sieraden in de handen hield, dan ging daar een zekere opwekking van uit en voelde ze zich geestelijk opgebeurd. Het weten, dat ze de familie-eer moest ophouden en hun goede naam handhaven, had haar telkens weer de juiste richting in het leven doen kiezen. Nu ze zo onzeker was omtrent haar gevoelens voor Roel en sterk wilde staan in haar houding tegenover hem, nu waren haar geliefde gedachtenissen ontnomen. Met boosheid in haar hart ging ze naar bed. Die nacht droomde ze, dat Roel in hevig gevecht was gewikkeld met de inbrekers. Toen ze hem te hulp snelde, hield Alex haar stevig in de armen gekneld. Ze slaakte een zucht van verlichting toen het ochtendgloren haar wakker maakte. Ze moest opstaan. Ook al zou ze twee dagen geen keetmeisje hoeven te zijn, er bleef nu nog genoeg werk te doen. Bovendien moest ze het Lucie gezellig maken. Roel begrijpt er niets van. Als een lopend vuurtje ging het bericht van de diefstal over het eiland. Vooral omdat er gedurende de laatste maanden in de omgeving nogal veel werd vermist, geloofde nu iedereen dat er een georganiseerd bende optrad. Het werkte op ieders fantasie. De zware jongens zouden zich schuil he iden in het natuurreservaat en werden door iemand, die goed op de hoogte was met het doen en laten van de inwoners, gewaarschuwd wanneer er een goede slag was te slaan. Natuurlijk werden de verhalen steeds geheimzinniger en zoals in de avontuurlijke films gebeurde, was er ook een vrouw in het spel. De geruchten spraken steeds sterker tot de verbeelding en werden zelfs als positieve waarheden verkondigd. Enkele dagen gingen voorbij, zonder dat de inbraak werd opgelost. Terwijl Roel zijn werk weer aanving, hoorde hij van een inbraak op het westelijk ge deelte van Rozenburg. Dat was in de buurt waar Christa werkte. Een vreemde onrust maakte zich van hem meester. Hij was nauwelijks van zijn verbazing bekomen, toen hij Christa in zo'n mooie wagen zag rondtoeren, of hij zag haar weer bij de feestelijke tewaterlating van het schip in een toiletje, dat weliswaar niet glinsterde van het goud, maar dat toch duidelijk toonde, dat de draagster nu niet bepaald in armoede leefde. Hoe dat te combineren met het eenvoudige, zo niet armoedige keetmeisje in de blauwe overall? Als je goed nadacht ontdekte je aan haar optreden wel iets van een vroegere welvaart. Door welke oorzaak zou ze dan bij dit eenvoudige werk terecht zijn gekomen? Dat ze uit zuivere menslievendheid dit keetwerk deed, kon hij zich moeilijk indenken. Nu waren daar de raadsel achtige inbraken, precies in de omgeving waar Christa werkte. Hij kon zichzelf wel in het gezicht slaan om zijn kwade ver moedens, maar wat was een natuurlijker gevolgtrekking, dan dat Christa door bepaalde personen gedwongen werd dit keet- werk te doen. Tegelijk moest ze de omgeving verkennen en de inbrekers een tip geven als de weg vrij was. Wat wist hij eigenlijk van haar? Ze had hem al dadelijk te handig geleken voor dit eenvoudige werk als keetmeisje. Hij was zomaar hals over kop verliefd geworden en had haar in zijn hart gesloten en aanvaard zoals ze was. Ze kon niet slecht zijn, dat stond bij hem vast. Op de een of andere manier had men macht over haar. Zij was het waard uit de klauwen van de misdadigers verlost te worden. Hij zou haar meenemen naar zijn moeder en daar moest ze dan maar vlug haar oude leventje vergeten. Nog was hij niet in staat haar een auto en kostbare kleding te geven, maar de toekomst zag er heus niet zo gek uit. Voor lopig zouden de objecten zich uitbreiden en jarenlang werk geven, met alle kansen op behoorlijke promotie. Dit zou hij haar allemaal vertellen en ze zou zeker een eenvoudig leven met hem verkiezen boven dit avontuurlijk bestaan. Na thuis een rusteloos weekend te hebben doorgebracht, zwierf hij weer aarzelend om de keet heen. De aarzeling ont stond niet alleen uit gebrek aan durf, maar hij wist nog steeds niet hoe hij zijn voorstel moest inkleden zonder haar te be ledigen. Reeds nu wist hij, dat een blik uit haar ondoorgronde lijke groene ogen hem van de wijs zou brengen. Het voor nemen haar zo vlug mogelijk uit dit milieu te halen, deed hem zijn angst vergeten en hij stapte de keet binnen. Hier zag hij hetzelfde tafereeltje, dat hem dag en nacht voor ogen zweefde. Christa maakte handig toebereidselen voor de koffie en Lucie zat zoet spelend op een bank te wachten tot ze met de koffie naar haar vader en de andere mannen zouden gaan. Bij de binnenkomst van Roel voelde Christa ogenblikkelijk de warme kleur in haar gezicht omhoog stijgen en ze wendde zich schielijk af. Roel voelde daardoor zijn onzekerheid toe nemen. Dit kon hij moeilijk een hartelijke ontvangst noemen. „Graag koffie, Christa," zei hij bescheiden. Ze schonk, zon der iets te zeggen, koffie voor hem in. De spanning die hem beheerste sloeg op haar over. De koffie in het kopje schom melde vervaarlijk naar de rand, toen ze het voor hem neer zette. In een opwelling greep hij haar hand. ,,Ik moet je spre ken," zei hij hees. Christa hoorde het felle bonzen van zijn hart. Ze zag zijn verdrietige mond en zijn oprechte oogopslag en het liefst zou ze zich zonder woorden in zijn armen hebben geworpen. Maar het kon niet waar zijn, dat er bij beiden in zo weinige dagen al echte liefde was ontvlamd. Nu ze hem zo onverwacht terug zag, meende ze zeker te zijn van haar eigen gevoelens, maar bij hem zou het van voorbijgaande aard zijn. Dat zou haar ge moed niet kunnen verdragen. Liever hem nu helemaal uit haar hart gerukt, dan na verschillende vernederingen. Roel bleef haar hand vasthouden en op antwoord wachten. Ze wrong zich niet los, maar keek hem recht aan. „Je moet niet proberen, om je ten koste van mij te vermaken," trachtte ze met strakke stem te zeggen, maar de woorden kwamen trillend uit haar mond. Roel werd haar zwakheid gewaar. Het ver tederde hem en deed hem tegelijk zijn meerderheid gevoelen. Nu had hij recht om haar te beschermen. „Christa," zei hij, met grote zachtheid in zijn stem. „Ik heb een vermoeden dat je een dubbel leven leidt, is dat zo?" Aan zijn diepangstig, vragende blik zag Christa dat hij iets anders bedoelde, dan het werk dat zij op het ogenblik deed. Ze knikte echter toestemmend. Ze leidde immers een dubbel leven. Boerendochter en keetmeisje. Nieuwsgierig wachtte ze af. Roel zuchtte. Ze maakte het hem niet gemakkelijk en ze besefte blijkbaar ook niet, welk gevaarlijk werk ze verricht had. Ook anderen zouden nu de verdenking op haar kunnen laten vallen en dan was het te laat. „Christa," begon hij weer. „Ik heb je gezien in die mooie auto, dat weet je en ik heb je vorige week gezien bij de tewater lating van het grote schip." Hij zag haar een beweging van verrassing maken. „Ja," ging hij voorzichtig verder. „Je was wel heel anders gekleed dan hier. Kun je dat allemaal van je salaris doen, dat je hier verdient?" Ze hoorde het leed in zijn stem, maar ze wilde er geen einde aan maken, omdat ze genoot van de grote zorg en liefde, die uit zijn ogen straalden. Haar hart jubelde bij deze onverwachte ervaring, maar nog durfde ze hem haar liefde niet te bekennen. Uit angst dat haar ogen haar zouden verraden, stond ze met afgewend gezicht in deemoedige houding voor hem. Op zijn vraag schudde ze ontkennend met haar hoofd. „Nee, dat alles gaat niet van mijn salaris," zei ze zacht. Roel zag daarin zijn angstige vermoedens bevestigd. „Oh Christa, ik vrees, dat men je dingen laat doen, waar mee je liever niet te maken hebt. Als ik het verkeerd heb, mag je me om mijn oren slaan." De gedachten joegen razend snel door Christa's hoofd, maar ze kon zijn toespelingen niet volgen. Er hing even een geladen stilte tussen hen. „Zeg één woord," hernam Roel weer zijn pogingen om Christa toegankelijk te krijgen voor zijn goede bedoelingen. „Ik haal je hier vandaan en zal zorgen, dat niemand je één haar op je hoofd zal krenken. Geef me het recht om voor je op te komen en voor je te zorgen." Op het gezicht van Christa spiegelde zich grote verbazing af. Roel deed net of ze in levensgevaar verkeerde. Zou hij weten dat ze op de grote boerderij thuis hoorde en dat daar was ingebroken? Maar nee, dan zou hij wel duidelijker taal spreken. Nu deed hij alsof ze dakloos rondzwierf. Zijn bezorgd heid was echt, daar viel niet aan te twijfelen, maar wat be zielde hem toch? Welk voorval had hem plotseling tot een openlijke liefdesverklaring gebracht? „Ikik begrijp je niet goed," zei ze met omfloerste stem. Het was ook moeilijk te verwachten, dacht Roel, dat ze zomaar ineens met een bekentenis zou komen. Toch moest hij haar zo ver brengen, dat het tussen hen tot een openhartig gesprek kwam. „Heb je iets te maken met de inbraak op de boerderij hier in de buurt?" vroeg hij dringend. „Ja," fluisterde ze. Met haar tanden op de onderlip bleef ze hem aankijken. Waar wilde hij toch heen? Roel sloot even de ogen. „Ik dacht het wel," zei hij met schorre stem. „Zeg dit leven vaarwel Christa, ik smeek het je. Laat mij voorgoed voor je zorgen. Verbreek iedere relatie met dat geboefte." Er begon iets bij Christa te dagen. Groote help, Roel dacht, dat ze zoiets als een spionne was voor de inbrekers. Als er niet zoveel verdriet en pijn in zijn ogen was, zou ze het uit schateren... Maarmaardan hield hij van haar. Dan hield hij echt van haar. Uit zijn woorden kon ze toch afleiden, dat hij haar bescherming bood, terwijl hij dacht, dat ze op een oneerlijke manier geld verdiende. Het was niet te geloven. Een warm geluksgevoel doorstroomde haar. Hier was de onge vraagde garantie voor zijn grote liefde. Zonder haar nader te leren kennen, vroeg hij haar ten huwelijkDeed hij dat wel Nog kon ze niet geheel de vrees van zich afzetten, dat alles een vergissing zou blijken te zijn. Zonder zich te verroeren bleef ze staan; dit geluk was te groot om te bevatten. Lucie bleef verdiept in haar poppenspelletje en had geen aandacht voor de grote mensen. Roel legde zijn handen op de schouders van Christa en keek haar diep in de ogen. „Je moet mijn vrouw worden, Christa, dan kun je deze verkeerde levenswijze afzweren en hoef je niets te doen, dat tegen je natuur ingaat." Een snik welde bij Christa omhoog. Het geluk kwam wel via een misverstand tot haar, maar Roel was haar daarom des te dierbaarder. Met stralende ogen keek ze hem aan. Alles ver gaten ze bij het ontdekken van eikaars liefde. Roel voelde, dat hij de hele wereld aandurfde om dit meisje te beschermen. Langzaam naderden hun lippen elkaar in een zachte en toch innige kus, waar in al hun liefde besloten lag. Stil lag Christa in de armen van Roel. Nooit had ze geweten, dat er zoveel geluk voor haar was weggelegd. Licht en zwevend werden haar gedachten. Het eiland raakte opeens op de achtergrond. Met Roel was ze in staat tot het einde van de wereld te reizen. Ruw werden ze opgeschrikt door het opengooien van de keetdeur. Alex kwam verstoord naar binnen. Zijn gramschap bewees al, dat hij Christa en Roel in hun tedere omhelzing had waargenomen. Woede vlamde er in zijn ogen. „Zo," sneerde hij. „Is mijnheer Valk ook op jacht naar edel wild? Niet gek, wel, om in zo'n negorij zo'n rijke bruidschat te ontdekken." Roel wilde juist nijdig uitvallen, toen een waarschuwende blik van Christa, waarbij ze voorzichtig op Lucie wees, hem daarvan terug hield. Inwendig kookte hij. Wat bedoelde die vent met zijn opmerking over een rijke bruidsschat? Zou hij ook begrepen hebben, dat Christa op een andere manier dan als keetmeisje meer geld verdiende? Zou die kerel zich verbeel den, dat hij daarvan wilde profiteren? Dat miserabele mannetje wist zeker niet, dat men ook hogere idealen kon koesteren, dan geld verdienen. Vonst leek hem wel iemand, die tot alles in staat was, als het maar betaald werd. Maar Christa had ge lijk, hij moest hier een ruzie vermijden. Niet alleen om Lucie, maar die kerel kon rapport uitbrengen en hem het werk hier onmogelijk maken. Dit kon hij niet wagen zolang hij niet zeker was van Christa. Tenslotte was Alex Vonst niet waard, dat hij zich over hem druk maakte. Maar zou Christa hem volgen, of zou ze later spijt krijgen, dat ze haar liefde getoond had. Hoewel Roel geen woord sprak verhinderde dat hem niet, Alex met grote minachting op te nemen. Deze voelde zich de verliezer en het maakte hem nog woedender, zodat hij grof uitviel. „Wanneer jullie denken, dat deze keten er staan voor aparte vrijerijtjes, dan heb je het toch mis," raasde hij. Nog kreeg hij geen antwoord, waarop hij zich speciaal tot Roel richtte. „Had je het gehengel naar de kostbare goudvis niet kunnen uitstellen tot de avonduren, of was je bang, dat op de boerderij haar broer een spaak in het wiel zou steken?" Roel knipperde even met de ogen. BoerderijWaar had die kerel het over? Hij zag een angstige blik in de ogen van Christa komen. Op dat moment besefte Christa, dat haar geheim voor Roel net tien minuten te lang had geduurd. Als hij op deze manier te horen kreeg, wie ze eigenlijk was, dan zou hij zich zeer zeker bezeerd voelen. Het ging er nu meer op lijken, dat ze hem moedwillig een rad voor de ogen had gedraaid en zich om hem had vermaakt. „Kunnen we de woordenwisseling niet uitstellen tot een ander tijdstip?" vroeg ze uiterlijk kalm, maar inwendig onder hoogspanning. Ohals men haar nu nog maar even de tijd liet om het Roel op haar eigen manier te verklaren. Ze zag hoe zijn gedachten koortsachtig werkten. Bijna zou ze er naar verlangen, het eenvoudige keetmeisje te zijn, dat de bescher ming van Roel met beide handen zou aanvaarden. Maar ze zag geen kans om Alex' woorden te ontzenuwen. Roel voelde dat en hoewel hij graag de onrust uit Christa's ogen wilde nemen, was toch de allereerste voorwaarde van hun liefde, dat ze zuiver tegenover elkaar zouden staan. Door zijn opmer kingen had Alex laten blijken, dat hij meer wist van Christa dan hijzelf. Langzaam begon er iets van de ware situatie tot hem door te dringen. Christa bedreef hier de rol van Asse poester, maar dan vrijwillig en stelde zich, waarschijnlijk uit verveling, in dienst van deze mannen. Daarom vond Alex, dat hij een beetje recht op haar had en zij was niet helemaal af kerig van hem, anders zou ze de vorige week niet in zijn gezel schap zijn geweest. Bij al de jaloer:e gevoelens die hem be stormden, kwam er ook een golf va vernedering over hem. Hij had Christa bescherming aangeboden en in •,-erkelijkheid was hij het arme ingenieurtje, die achter een rijke landbouwers dochter aanliep. De kapitale boerderij en al dat land vertegen woordigde een fortuin, ook al was de hele zaak nu onteigend. Zoveel geld, als de gemeente Rotterdam voor dit bedrijf be taald moest hebben, zou hij nooit bezitten, al zou alles in de wereld hem meelopen. Zijn liefde had hier geen zin. Christa zou, als eigenares van een klein kapitaaltje, binnen veertien dagen berouw hebben van deze impuls. Het was beter de eer aan zichzelf te houden en zich bijtijds terug te trekken. Mis schien was er bij Christa wel een weinig oprechtheid geweest, maar ze zou de dingen weer vlug genoeg koel en verstandig bekijken. Hij had alleen maar meegeholpen haar lege tijd op te vullen. Uit verveling was ze keetmeisje geworden, daarbij had hij gezorgd vooor een aardig liefdesavontuurtje en nog wat schermutselingen met een medeminnaar, toe maar Naarmate Roel meende dat Christa voor hem verloren was, werden zijn gedachten steeds meer verbitterd. Er heerste een bijna tastbare stilte in de keet. Alex, die geen enkel weer woord kreeg, verliet het gebouwtje, terwijl de deur met een daverende klap achter hem dicht sloeg. Met een angstige blik op het donker vertrokken gezicht van Roel, zocht Christa de koffiekopjes bij elkaar. Haar handen beefden. De gevolgen van zijn sombere gedachten waren duidelijk te zien. Met een ver beten mond stond hij haar op te nemen. Kon ze nu maar de juiste woorden over haar lippen krijgen. Moest ze hem nog maals liefde aanbieden? Maar het was nog zo nieuw. Haar trotse aard kwam er tegen in opstand, Roel te vertellen, dat het er allemaal niet opaan kwam. Alleen hun liefde was alles, dat waarde voor haar had. Natuurlijk waren zijn ridderlijke gevoelens geweld aangedaan. Het was alleszins begrijpelijk dat hij zich belachelijk voelde. Hoe moest ze hem weer zijn zelfvertrouwen terug geven? Het liefst was ze hem om de hals gevallen en had ze zijn zorgelijke trekken van zijn gezicht ge kust. Maar als hij haar een huichelaarster vond, zou hij haar van zich afstoten. Ze durfde dit niet te riskeren. Kon hij dan wel Christa, het keetmeisje, zijn liefde aanbieden en niet aan haar, als landbouwersdochter, alleen omdat ze toevallig vrij en onafhankelijk kon leven en geen financiële zorgen kende? Ze wist, dat ze de laatste veronderstellingen niet te veel naar voren moest schuiven. Het maakte haar trots groter en haar gezicht ontoegankelijker. Maar het was het enige verweer tegenover de brandende tranen, die ze steeds hoger voelde stijgen. Waarom zei hij nog steeds nietsWat woelde daar achter dat hoge voorhoofd? Iets waarschuwde haar, dat dit noodlottig voor haar moest aflopen en toch was ze niet bij machte met een teder woord of gebaar zijn fatale con clusies af te breken. Met ijzeren zelfzucht, maar met een schrijnend verdriet in zijn hart stond Roel op, om afscheid te nemen. Ieder gebaar van Christa en iedere trek in haar gelaat, dat bij hem zoveel liefdevolle en tedere gedachten had opgeroepen, nam hij voor het laatst scherp in zich op. Dan gaf hij haar heel vormelijk een hand en zei: „Vaarwel Christa, ik wens je het allerbeste, maar in deze omstandigheden heb je mij niet nodig." Met het hoofdje in de nek beantwoordde ze zijn handdruk luchtig. Door een mist van tranen zag ze hem vertrekken. Langzaam en voorzichtig, alsof hij iets zeer kostbaars afsloot, trok hij de deur dicht en toch deed de zachte klik haar zoveel pijn, dat ze achteruit deinsde. De hele scène had haar een eeuwigheid toegeleken en de wereld had voor haar een ander aanzien gekregen, maar bij dat alles was slechts een zeer korte tijd verlopen. De koffie stond te dampen en Lucie trappelde van ongeduld. Ze had nu in zoveel dagen haar vader niet gezien. Met de grootste krachtsinspanning wist Christa een glimlach op haar gezicht te brengen, toen ze met de koffie naar de mannen ging. Liever dood, dan dat iemand iets van haar ontreddering zou merken. Verstrooid schonk ze koffie in de kopjes, die gretig werden aangenomen. De dankbare woorden van de mannen, hoe schertsend ook uitgesproken, deden haar op dat moment meer goed dan ze voor mogelijk had gehouden. Deze keer werden ze niet vermengd met de schampere opmerkingen van de twee jonge kerels die altijd al wat apart van de groep hadden ge staan. Twee koppen koffie bleven onaangeroerd. Toen miste Christa de mannen pas. Maar er waren liefhebbers genoeg en Christa vroeg niet naar de reden van het niet aanwezig zijn der twee arbeiders. Alex Vonst bleek het niet de moeite waard te vinden haar in te lichten en de andere mannen waren er blijkbaar aan gewend, dat ze verstek lieten gaan. Lucie zat verheerlijkt, met beide armpjes om haar vader ge slagen, naar diens woorden te luisteren. Ze kon nog dezelfde dag met hem mee. Voor Christa had hij mooie bloemen mee gebracht. Ze moest maar eens onder zijn werkjasje kijken, dat zorgvuldig over het mooie boeket was heengelegd. Bij het aanvaarden van de bloemen lachte ze dankbaar en ontroerd. Met een brok in de keel, dacht ze aan de resultaten van haar werk als keetmeisje. Bloemen en een gebroken hart. Het leven was vreemd. Met dwalende ogen keek ze naar de werkzaam heden, zonder dat haar gedachten erbij waren. Met een effen gezicht stapte Alex op haar af en zei kortaf: „Het werk wordt hier enige weken stop gezet. De mensen zijn elders harder nodig. Zij zullen dus voorlopig van uw diensten geen gebruik meer maken." Met vaste blik antwoordde Christa: „Uitste kend, dank u zeer voor de mededeling." Ze nam afscheid van de mannen en van Lucie en aan vaardde met een klein glimlachje de dankbetuigingen. Ze hoopten allemaal, dat ze hen niet zou vergeten en nog eens bij hun werk zou komen kijken. Christa voelde, dat ze vrienden had gemaakt, zomaar door enkele dagen voor een lekker kopje koffie te zorgen, maar haar hart schreide als ze aan Roel dacht. HERKEN JE HET NOG? „Zo Betty," zei Christa, terwijl ze het paard geruststellend op de flanken klopte. „Zet nu even je beste beentje voor, dan mag jij ook van deze grote hoogte ons eiland Rozenburg aan schouwen. Herken je het nog, na zoveel maanden?" Met tonggeluidjes moedigde ze het paard aan, dat gewillig de berg puin beklom, die metershoog boven het landschap van Rozenburg uitstak. Droog en stoffig rolde het gruis onder de paardenhoeven weg. Dor en eentonig grijs lag daar de berg bijeen gereden bunkerpuin temidden van een groene vlakte, als een waarschuwing voor het lot dat zich over het eiland ging voltrekken. (Wordt vervolgd) Goudvink doet grote schade in Engeland De ^Engelse" fruittelers onder vinden grote schade van de goud vinken, die zich te goed doen aan de knoppen van de pruime- bomen. Men vreest dat ze^straks ook zullen beginnen'aan de knop pen van appel- en perebomen. De grote moeilijkheid is dat de goudvink een beschermde vo gel is en dus niet gedood mag worden. Wanneer deze vogels straks ook nog de knoppen van de appel- en perebomen zullen vernietigen ziet het er naar uit dat de Engelse fruittelers de oor log aan deze ongetwijfeld mooie, doch niettemin schadelijke vogels zullen verklaren. Mond- en klauwzeer in Frankrijk Blijkens een bekendmaking van het Franse Ministerie van Land bouw betreffende de recente ont wikkeling van het mond- en klauw zeer, kwamen in Frankrijk in de eerste helft van 1959 circa 2200 nieuwe gevallen voor tegen de zelfde periode van 1957 en 1958 onderscheidenlijk 37000 en 7000 nieuwe gevallen. De geografische spreiding van de besmetting is ongelijkmatig. Ongeveer de helft van het aantal gevallen is geconcentreerd in tien departementen in 't midden-zuiden (Massif-Central) van Frankrijk. W ateronderzoek De droge zomer van 1959 heeft ons er nog eens extra bij bepaald hoe belangrijk het water is voor de planten. Er zijn veel berege- ningsinstallaties aangeschaft, die ook volgend jaar weer zullen worden gebruikt, tenzij het een zeer nat jaar wordt. Dit jaar is echter gebleken dat alle water niet geschikt is voor beregenen en wel in het bijzonder in de fruitteelt. Wanneer het water teveel ijzer bevat (Norton- putten) krijgt u een belangrijk mindere kwaliteit vruchten. Wanneer u interesse heeft voor het onderzoek van ijzer in het beregenings-water wendt u dan tot de monsternemer van het Bedrijfslaboratorium voor Grond en Gewasonderzoek met labora toria te Oosterbeek, Groningen, Geldrop en Goes. Deze zal u gaarne geheel vrij blijvend alle gewenste inlichtingen verschaffen. Gewassen voor de maan Amerikaanse geleerden zijn op zoek naar groentegewassen, die geschikt zijn voor de teelt op de maan. Men teelt nu verschillende gewassen onder meer onder een druk, die gelijk is aan die op 10000 m hoogte. Bovendien tracht men met een speciale methode de kieming te versnellen en gaat men na welke gewassen gevoelig zijn voor x-straling en kosmische stra len. Ook de daglengte is belangrijk. De eventueel op de maan te telen gewassen moeten met een dag lengte van ongeveer 14 uur kun nen volstaan, aldus de Tuinderij. Uitwisseling Russische en Amerikaanse insti tuten wisselen momenteel in grote hoeveelheden plant- en zaadgoed uit. Vooral oor veredelingsma- teriaal voor fruit is veel belang stelling van beide zijden. Deze kort geledea begonnen uitwisse ling besluit een periode van zeer veel jaren, waarin contact op deze wijze uitgesloten was, aldus de Tuinderij. Welke bemesting toepassen? Dit is een ieder voorjaar steeds weerkerende vraag. Vooral de jongeren die land- of tuinbouw- onderwijs hebben, staan dikwijls critisch tegenover de bemestings- gebruiken die hun ouders van hun grootouders hebben overgenomen. Want als het getij keert, moe ten de bakens worden verzet. Reeds in 1927 hebben de centrale landbouworganisaties een vereni ging opgericht, waaruit het Be drijfslaboratorium voor Grond- en Gewasonderzoek is voortgekomen. Wanneer men van de diensten van dit laboratorium gebruik wil maken om het bemestingsbeleid te toetsen kan men zich in ver binding stellen met de assistent van de Rijkslandbouw- of de Rijkstuinbouw voorlichtingsdienst, waar 't Bedrijfslaboratorium voor Grond- en Gewasonderzoek nauw mee samenwerkt. Ook de mon sternemers zullen u gaarne de gewenste inlichtingen geven.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

De Duinstreek | 1960 | | pagina 6