Keetmeisje in Europoort
H. JURJENS
i ii i, ii i; li li t: i;
H!
SIDONIUS
DE JONG
H. H.de Jong
1 lll|)BHllllllllfl'
Beddenzaal
SCHOONMAAKTIJD
Voorjaars
aanbieding
door H.A.N.S.
k
heesters en planten
(Wordt vervolgd)
Divanledikant
22,90
Divanledikant
39,85
Dubbel divanbéd
59,85
Etageledikant
59,85
Kantelbed
37,85
Kantelbed
49,85
Slaapkamerstoel
15,75
Nachtkastje
22,-
Slaapkamertafel
13,50
Matras
19,85
Matrasstel
35,90
Plastic-matras
35,90
Java-kapokmatras
55.—
Java-kapokmatrasstel
89,50
Verende matras
45,90
Verend matrasstel
79,85
Wollen dekens
13,90
Wollen dekens
15,90
Zuiver wollen dekens
27,85
Zuiver wollen dekens
32,90
Zijden dekens
10,90
Zijden dekens
15,90
Molton dekens
1,95
Flanellen lakens
4,75
Vitragespreien
6,90
Slaapkamer
79,50
Speciaal Beddenzaak
„Toch heb ik zo'n vermoeden", zei hij daarna hardop den
kend, „dat deze arbeiders te eenvoudig zijn voor dit geraffi
neerde werk Ze kunnen evenwel onder leiding staan.' Hij
richtte zich weer tot Christa. „Wie heeft u daar nog meer ont
moet?"
„Al de andere mensen, die daar werkten. Zij kwamen ons te
hulp en hebben Roel, ik bedoel meneer Valk, weggedragen en
gebracht naar de oude boerderij. Daar heeft Helsingen de dok
ter opgebeld."
„HelsingenWie is Helsingen ook weer?"
„Hij heeft de boerderij gekocht en wil deze verplaatsen."
„Dat kan een bom duiten kosten, zit zeker goed bij kas?"
„Hij is architect", zei Christa. „Toevallig vertelde hij dat.
De politieman keek naar haar warm, blozend gezichtje en
schraapte zijn keel. Hij had zo zijn eigen gedachten over de
toevalligheid.
„Hoe kwam Helsingen op het idee de boerderij te kopen?
Als architect wist hij toch wel, dat er een kapitaal mee gemoeid
is, de boel behoorlijk van het eiland te krijgen. Er zijn nog wel
andere gebouwen in Nederland, die gemakkelijker te bereiken
zijn."
„Hijhijwas bekend op Rozenburg", zei Christa een
weinig haperend, omdat ze het gevoel had, dat ze een pas ver
worven vriend verraadde.
„Hmeen architect, bekend met de ligging van het eiland,
geeft veel geld uit. We kunnen niets verwaarlozen."
Tijdens het gesprek had Lintvorde vele malen van de tele
foon gebruik gemaakt en van alle kanten manschappen opge
roepen, niet alleen van de eigen gemeente, maar ook uit de om
geving. Ze waren allemaal even gretig, nadat ze de aard van de
werkzaamheden hadden vernomen. In de loop van de tijd was
het voor hen een erezaak geworden, eindelijk eens de misdadi
gers te vatten, die hen het leven zo zuur maakten. Deze keer
zou men zo omzichtig optreden, dat zelfs een meesterspion geen
achtervolgers gewaar zou worden, namen zij zich voor.
Licht geamuseerd en toch een beetje angstig beluisterde Chris
ta alle voorbereidingen. Dan kwam de vraag, of ze als gids wil
de meegaan. Een verzoek, dat ze half gevreesd en tegelijk ge
hoopt had. Gevreesd, omdat steeds duidelijker werd, dat Lint
vorde ook Helsingen onder de verdachten rekende. Ze zou
door de grond zinken van schaamte, als hij in haar tegenwoor
digheid gearresteerd zou worden. In het belang van haar eigen
dom hoopte ze mee te mogen gaan, daar het anders voor de
manschappen moeilijk zou zijn, om precies de plaats te bepalen,
waar ze het kistje had gezien. Men dacht de plaats zo goed en
zo snel mogelijk te omsingelen, daar de dieven ieder ogenblik
hun schat in veiligheid zouden willen brengen. De agenten kre
gen de opdracht zich zo ongemerkt mogelijk naar de boerderij te
begeven. Men moest zich voorlopig rondom het gebouw schuil
houden en zorgen dat Helsingen het huis niet verliet. Men nam
aan, dat hij de boerderij als een soort kampeergelegenheid ge
bruikte. Hoewel Christa de verdenking die op Helsingen was
gevallen absurd vond, brachten al de genomen voorzorgen haar
in staat van opwinding. Wat zouden Mark en Truus wel den
ken, als ze wisten in welk gevaar ze zich bevond. Ze zaten nu
waarschijnlijk knus aan de huiskamertafel onder de lamp. En
zou Roel zich nog enigszins bezorgd voelen, als hij vermoedde,
in welke situatie zij verkeerde. Lintvorde wond er geen doekjes
om. Ze zouden met geen onschuldige bloedjes te maken krijgen.
De daders hadden heel wat op hun kerfstok en zouden dus hun
huid duur verkopen. Als Christa dan ook haar taak had vol
bracht, moest ze onmiddellijk terug naar de boerderij, waar een
behoorlijke bewaking zou zijn. De politieman liet duidelijk uit
komen, dat hij liever van haar diensten geen gebruik had willen
maken, als er niet zoveel op het spel stond. Maar na al de ver
geefse pogingen, om de dieven te pakken te krijgen, mocht er
geen kans onbenut blijven. Zonder de aanwijzingen van Christa
zou er veel tijd verloren gaan, waardoor de boeven zich weer
van een voorsprong konden verzekeren. Nu Christa zelf geen
bezwaren naar voren bracht en blijkbaar geen angst voelde,
moest men maar door de zure appel heenbijten, al kon een
vrouw in hun gezelschap een handicap betekenen bij hun optre
den. Beleefd, maar dringend verzocht de commandant haar, zich
stipt aan zijn aanwijzingen te houden, ook al leken deze haar
onlogisch of niet wenselijk.
Christa zei, dat ze alles heel goed begrepen had en dat ze zich
onder de hoede van de politie volkomen veilig voelde. Natuur
lijk wilde ze daarbij een zekere risico aanvaarden.
De auto, waarin ze vertrokken reed niet regelrecht op de
boerderij aan. Men sloeg eerst de richting uit van de nieuwe in
dustrie in het Botlekgebied, daarna zwenkte men af en vervol
gens reed men nog enige tijd, met gedoofde lichten verder. Het
was intussen zeer donker geworden en men had veel moeite
zich te oriënteren, vooral omdat men de rode gloed van de
vlammende pijpen der fabrieken achter zich had gelaten. Na
enkele bange ogenblikken werd voorzichtig gestopt en kreeg de
chauffeur de opdracht, de auto uit de omgeving weg te rijden.
In geval van nood zou hij met lichttekens van een flinke zak
lantaarn worden terug geroepen.
„Jammer, dat de mobilifoon nog niet is gearriveerd", bromde
de commandant. „Hier in dit uitgestrekte gebied kun je zo n
apparaat niet missen."
Sluipend in de wegkant ging men verder. De commandant
voorop, dan Christa en vervolgens een politieman als dekking.
De boerderij lag in volslagen duisternis en Christa fluisterde, dat
zij nu beter de leiding kon nemen, omdat ze een smal zijpaadje
kende, waardoor men ongemerkt de boerderij kon naderen. Lint
vorde stond even peinzend stil. Hij vreesde dat Christa dan
teveel gevaar liep, maar daarna gaf hij zich gewonnen, al gaf
hij nauwlettend acht, dat zij op de voet door hem en zijn col
lega gevolgd werd. Onverwacht stond men voor de schuurdeur
die dadelijk meegaf toen Christa daartegen duwde. Nog steeds
gaf Lintvorde haar, hoewel met enige aarzeling, de leiding.
Christa begreep, dat Helsingen niet het gedeelte zou bewonen
waar het kantoor was gevestigd. Ze sloeg daarom de richting
in van het kleine woonkamertje, waar zij zich vroeger ook zo
graag terugtrok. De deur van de kamer stond open en kat
achtig slopen zij naar binnen. Lintvorde het het licht van een
zaklantaarn voorzichtig over de vloer schijnen. In een hoek
stond een opvouwbaar bed, waarop een dikke slaapzak lag uit
gerold. Naast het bed stond een opklapbare tafel, beladen met
kranten en tijdschriften en een behoorlijk gevulde asbak. Ver
schillende sporen toonden aan, dat de kamer veelvuldig gebruikt
werd en men kreeg het gevoel, dat de bewoner kort tevoren
was vertrokken.
Lintvorde knikte veelbetekenend. Hier zou wel meer achter
steken. Hij kon zich niet voorstellen, dat men zonder grondige
reden met dit primitieve leven genoegen zou nemen. Even ver
dween zijn hand onderzoekend in de slaapzak en toen siste hij
„Het bed moet sinds kort verlaten zijn, hij is er beslist vandoor,
het is te hopen, dat hij niet ver komt. Onze mannen zullen zoet
jesaan hun posten wel betrokken hebben. Laten we in ieder ge
val op onze hoede zijn."
De houding van de mannen verstrakte. Ze waren op alles
voorbereid en trokken hun revolver. Christa klopte het hart in
de keel. Tot nu toe had ze niet veel angst ondervonden. Het
gesprek met Helsingen lag haar nog zo vers in het geheugen en
hij leek haar toen zo betrouwbaar. Het was onzin om van deze
man bang te zijn. Nu ze echter hier in de donkere kamer stonden
en constateerden, dat hij zojuist hier had geslapen en nu spoor
loos verdwenen was, zag ze de toestand toch wel ernstiger in
Wat kon de oorzaak zijn, dat hij tegen middernacht was opge
staan en het huis had verlaten? Gezamenlijk doorzochten ze de
andere kamers en de grote keuken, maar overal heerste een
doodse stilte. De deuren, die toegang gaven tot het kantoor
waren gesloten. Christa voelde een schreiend verdriet in haar
binnenste knagen, terwijl ze mee het huis doorzocht. Ze wist
niet, of het de teleurstelling om Helsingen was, of de akelige
leegheid der kamers, die in deze omstandigheden zo spookachtig
aandeden.
„Hij zal de duinen zijn ingegaan," zei Lintvorde. Hij heeft
natuurlijk gewacht tot de duisternis zijn handelingen zou ver
bergen."
Een diepe zucht ontsnapte Christa. Wat kon je je toch in de
mensen vergissen. Had ze nu eigenlijk niet een klein beetje op
Helsingen gerekend bij haar toekomstplannen? Bij al deze erva
ringen verloor ze haar zelfvertrouwen. Had ze wel mensenken
nis genoeg, zelf beslissingen te nemen? Hier werd ze weer wreed
herinnerd aan de wijze waarop ze Roel had behandeld. Terwijl
ze de liefde van hem op een achterdochtige manier had ontvan
gen en zichzelf niet eerder bloot gaf, alvorens ze zekerheid had
van zijn oprechte gevoelens voor haar, had ze zich zonder nader
onderzoek aan Helsingen willen verbinden. Als ze Roel op deze
wijze had aanvaard, dan zou de onaangename scène, waarbij Roel
zich zo diep beledigd achtte, achterwege zijn gebleven. Een grote
beklemdheid viel over haar. Ze pakte alles verkeerd aan. Als
ze Roel eerlijk had gezegd, dat haar eigen grote liefde voor hem,
haar beangstigde, omdat haar trots tegen het idee van een onbe
antwoorde liefde in opstand kwam, zou alles heel anders zijn
gegaan. Veel beter had ze destijds haar hoofd moeten buigen en
hem haar liefde bekennen. Al die maanden had ze naar een
teken van hem verlangd. Hiermee eiste ze voor zichzelf wel het
recht om trots te zijn, terwijl ze Roel alle reden ontzegde. Hij
dacht, dat ze zich, ten koste van hem had vermaakt, omdat ze
hem langer dan nodig was in de waan had gelaten, dat ze keet
meisje was. Waarom had ze hem niet onmiddellijk verlost van
zijn angstige vermoedens omtrent haar medeplichtigheid aan de
diefstal? Hoe gul en loyaal was daarentegen zijn houding. Heel
zijn hart en zijn goede naam had hij haar op dat moment aange
boden. Een kostbare belevenis, die misschien nooit meer terug
kwam.
Gedrieën stonden ze nu weer in de kamer, doodstil. Behalve
wat geritsel achter het behang, drong geen enkel geluid tot hen
door. Het was of de wereld rondom hen was uitgestorven. Men
kon zich bijna op het meest verlaten plekje van de aarde wanen.
Maar de vurigrode vlammen van de altijd brandende schoor
stenen der raffinaderijen voerden hun macabere schaduwendans
uit over het eiland en herinnerden aan de strijd om het bestaan,
zoals de vuurflitsen aan het oorlogsfront de strijd op leven en
dood aangeven.
Het was of ze allen enige ogenblikken bevangen werden door
de geheimzinnige sfeer, die de eeuwige vlammen over het eiland
verspreidden.
De commandant had even nagedacht. Het speet hem helemaal
niet, dat Helsingen op dat ogenblik niet aanwezig was. Een sla
pende Helsingen zou zeer onschuldig lijken en maakte de kans,
hem iets te verwijten alleen maar kleiner. Nu hij in actie was,
werd de mogelijkheid geschapen, hem op heterdaad te betrap
pen. De enige zorg, die Lintvorde nog bezig hield, was het tijdig
betrekken van hun posten door zijn collega's. Hij hoopte echter,
dat de voorlopige aanwijzingen van Christa voldoende waren
geweest, hen in de onmiddellijke nabijheid van het mahoniehou
ten kistje te brengen. Nadat de -andere politieman rapporteerde,
dat het huis verder totaal verlaten was, ging men voorzichtig,
via de achterkant van de woning, de duinen in. Christa kon hier
ieder plekje wel dromen en met vaste hand geleidde ze de poli
tiemannen een heel stuk langs een smal duinpaadje. Wel schuur
den de doorntakken langs haar benen en hoorde ze soms een
nauwelijks onderdrukt gegrom, als sterke stekels en takken de
mannen in het gezicht sloegen, maar ze vorderden snel en de
commandant prees zijn ingeving, Christa mee te vragen. Zonder
haar zou het een hopeloos zoeken zijn geweest. Het verontrustte
hem, dat nog nergens een van zijn corpsleden hen had opge
wacht. Hij kon het hen in deze duisternis niet kwalijk nemen,
dat ze nog niet voldoende verspreid waren, maar aan de andere
kant gaf het Helsingen de kans om onraad te speuren en zich
bijtijds uit de voeten te maken. En deze keer wilde hij koste wat
het koste, succes hebben. Men moest van hogerhand niet de in
druk krijgen, dat, nu de misdadigheid op het eiland toenam, zi;
niet tegen hun taak waren opgewassen.
Opeens hoorden zij gedempt spreken. Het waren verschillen
de mannenstemmen, die op heftige en toch ingehouden toon een
gesprek voerden. Lintvorde besefte onmiddellijk, dat dit niet zijn
eigen mannen waren. Zij hadden de strengste consignes mee
gekregen, alleen in uiterste noodzaak enig geluid te geven. Stok
stijf en met ingehouden adem stonden Christa en de mannen bij
elkaar. De revolvers vlogen te voorschijn en Christa trachtte
aan de hand van het geluid de plaats te bepalen, waar de nach
telijke conversatie werd gevoerd.
„We moeten hier omhoog," fluisterde ze. „Het was mijn be
doeling, rond deze duintop te lopen. Aan de andere kant is de
bewuste plek, waar ik het kistje heb gezien. Als we zeer voor
zichtig te werk gaan, kunnen we ze beter van bovenaf ver
rassen."
„En hoe," grimmigde de commandant, met een klank in zijn
stem, die voor de sprekers aan de andere kant van het duin
weinig goeds beloofde.
Christa, met haar jarenlange ervaring in de duinen en haar
kennis van de duinbegroeiing, bereikte het eerst de top. De
mannen, die het echter hun eer te na voelden noemen, zich door
een vrouw de loef te laten afsteken en bovendien bezorgd
waren voor haar welzijn, volgden haar binnen enkele seconden
Het kraken van takken en het terugspringen van de struiken
waar ze doorheen slopen, bezorgde hen telkens hartkloppingen,
maar een licht windje en een ritselende populier overstemde
ieder geluid. Met een zucht van verlichting doken hun hoofden
naast Christa op. Ze bleven languit in het zand liggen, de onge
makkelijke struiken voor hef nemend, alleen oog en oor voor
de mannen, die nu op gehoorafstand van hun schuilplaats
stonden.
„Ik heb zin om jullie met je koppen tegen elkaar te timmeren
hoorden ze een woedende stem zeggen. Christa probeerde zich
tevergeefs te herinneren waar ze die stem meer had gehoord
De klank was vrij beschaafd en toch gebruikte de spreker op
bepaalde ogenblikken de uitdrukkingen waaraan men het jargon
van de onderwereld herkende.
„Ik houd jullie steeds voor, voorlopig zo weinig mogelijk
spatsies te maken; we moeten het hier nog langer zien uit te
houden en ziedaar, als je even denkt dat er onraad is, stompen
jullie er maar direct op los. Als die vent gevonden wordt zijn
we het bokkie, dat kun je toch wel begrijpen, ezelsveulens. Er is
grote kans, dat de duinen worden uitgekamd. Straks moeten we
de kuiten nemen, terwijl het grote werk nog moet beginnen
Over enige tijd worden hier duizenden aan salarissen betaald
dan kun je ineens een goede slag slaan. Jullie zijn nog maar half
in de opleiding en dan verbeeld je je al, dat je zelfstandig kunt
optreden. Broekemannetjes zijn jullie, meer niet
„Ja maar," klonk een andere stem protesterend. „Hij zwierf
hier rond en het was duidelijk dat hij iets zocht. Ik dacht, dat
hij het op het kistje gemunt had, daarom gaf ik hem een op
doffer."
Het drietal, dat gespannen het gesprek beluisterde, trachtte
met hun ogen de duisternis te doorboren. De opkomende maan
gaf af en toe een lichtschijnsel, vanachter een voorbijdrijvende
wolk. In die korte momenten zagen zij drie mannen bij elkaar
staan, terwijl een vormloze hoop op de grond deed vermoeden,
dat daar het slachtoffer lag van de aanval, waarover een der
drie mannen zich zo opwond.
Lintvorde knarste met zijn tanden. „Ze hebben blijkbaar een
van mijn mannen neergeslagen, siste hij. „Ze mogen onder geen
voorwaarde ontsnappen, pas goed op. We zullen ze nog even
hun gang laten gaan, misschien komen we zo iets te weten en
intussen hebben de andere mannen meer gelegenheid hun posten
te betrekken."
Het protest van een der geheimzinnige figuren scheen de
ander nog woedender te maken. „Ga weg, stom kuiken," hoor
de men hem zeggen. „Dit is allemaal immers nog maar kruimel
werk, daarvoor hoef je je hachje niet in gevaar te brengen. Nu
lokken jullie de politie hier naar toe, terwijl ik juist jullie als
verse krachten had uitgezocht, om de politie om de tuin te lei
den, wat me tot nu toe ook prachtig is gelukt. Ik kan je ver
zekeren, dat die vent dat kistje niet zocht. Die meid heeft er
met niemand een woord over gewisseld. Ik ben haar nagegaan
tot ze haar tijd zat te verdromen aan de dam. Ze zat veel te
veel over haar lieve Roelie in de war, om aan andere dingen
te denken, maar hij gaf weinig sjoegel op haar verliefde blikken.
De spreker grinnikte laatdunkend en de trotse Christa moest al
haar zelfbeheersing te hulp roepen, om niet op te springen en
de spreker voor zijn hatelijkheid een klap in het gezicht te geven.
Ze kneep haar lippen op elkaar en een golf van schaamte be
ving haar bij de gedachte, dat ook de politiemannen van haar
versmade liefde hoorden. Ze begreep echter, dat deze teveel in
spanning leefden, om zich in haar hartsgeheimen te verdiepen.
„Heeft ze helemaal niet over het kistje gesproken? klonk het
op ongelovige toon.
„Ach weineen en daarom moet je begrijpen, dat dit ding hele
maal geen waarde heeft. Als jullie nu maar inzien, dat je je de
eerste tijd zeer voorzichtig moet gedragen, dan kunnen we bin
nenkort aan belangrijker werk beginnen. Geef acht op alle din
gen, die in deze omgeving gebeuren en laat de plannen maar
aan mij over. Zorg dat we hier in de duinen nog over een
tweede schuilplaats kunnen beschikken, met genoeg levensmid
delen, om het eventueel een tijdje uit te zingen. We gaan morgen
weer gewoon aan het werk, dat wekt de minste verdenking.
Die bewusteloze kerel zullen we even buiten het duingebied
brengen, dat voorkomt misschien hier onnodige drukte.'
„Toch voel ik er veel voor, nu de inhoud van het kistje te
onderzoeken en te verdelen, ik zie niet in waarom dat voort
durend moet worden uitgesteld!"
„Gewoon, om jullie voor stommiteiten te behoeden,' was het
antwoord. „Je kunt het toch niet laten om de boel te gelde te
maken en dat geeft de politie weer een spoor in de handen.
Nu is men lang niet meer zo op z'n qui-vive. Momenteel heb ik
een winstgevende zaak voor ons op het oog, zorg nu dat er
door die paar prullen in dat kistje, geen kink in de kabel komt.
Wil je de boel delen, met alle plezier, maar beloof me dan, dat
je het de eerste weken niet van de hand doet. Je had het trou
wens al veel eerder naar de schuilplaats moeten brengen
Nu alia, schiet een beetje op
Christa hoorde een bekend geluid en wist dat dit de koperen
handvatten waren, die tegen het kistje rammelden.
„We zullen het breekijzer erin moeten zetten," zei een der
mannen.
Bij deze woorden vergat Christa de gevaarlijke situatie waar
in ze verkeerde. Met een kreet sprong ze overeind en botste
tegen de mannen op, waarbij ze tegelijk naar het kistje griste,
dat door zijn glans even voor haar zichtbaar was.
Nog voor ze tijd had om adem te scheppen, voelde ze zich
ruw beetgepakt en onttrok men haar opnieuw het pasverwor-
ven bezit. Even stonden ze zonder een woord te spreken bij el
kaar. Het scherpe gehoor van Christa ving enige sissend uit
gesproken woorden op, alsof de boeven vlug overlegden welke
houding ze moesten aannemen.
„Dat noem ik boffen," zei de stem van de leider „de eigena
res van het kistje, naar alle waarschijnlijkheid. Deze mannen
waren daar op geen eerlijke manier aangekomen, maar hadden
juist beterschap beloofd, nietwaar mannen? Ik had hen net over
gehaald, de inhoud weer aan de oorspronkelijke eigenares terug
te geven en om ontdekking tegen te gaan, wilden zij dat doen,
zonder daarbij het kistje te gebruiken. Ik vind een nachtelijke
wandeling in de duinen bijzonder interessant, maar ik wist niet,
dat daarbij zoveel avonturen te beleven waren. Niettemin heeft
u blijkbaar ook de bekoring van het duinlandschap bij maan
licht ontdekt en geweten, dat de maan straks in volle glorie dit
gezelschap zal beschijnen." In de laatste woorden had een waar
schuwing voor de andere mannen doorgeklonken en deze namen
plotseling overhaast de vlucht. Christa had hen echter al her
kend, als dezelfde mannen, die ze al eerder op de dag in de
duinen had aangetroffen en toen de spreker zich zo zoetsappig
tot haar had gewend, wist ze ook opeens wie daar voor haar
stond.
„Alex Vonst," zei ze ademloos en ging onwillekeurig een
stap achteruit.
Bliksemsnel overdacht ze, welke houding ze moest aannemen.
Ze durfde geen woord meer te zeggen, uit angst dat ze nog meer
zou bederven voor haar metgezellen. De politiemannen waren
haar niet gevolgd. De tijd werd zeker nog niet rijp geacht, om
definitief op te treden. Misschien wilde men iets meer weten
over de schuilplaats van de dieven. Ze had wel eens gehoord,
hoe hardnekkig sommige misdadigers bleven ontkennen, men
wilde dus meer bewijzen en zij moest daaraan meewerken, maar
hoeZe kon de spanning bijna niet meer verdragen en iets
daarvan sloeg op de ander over.
Je bent helemaal alleen hier naar toegekomen?" vroeg hij
scherp. Op dat ogenblik ritselde het verdacht in de struiken en
Christa zag hem naar die kant toedraaien.
In haar wanhoop en om iets van haar fout goed te maken,
probeerde ze rustig te zeggen. „Nee, met Helsingen, hij
hijkomt daar zeker aan."
Een revolver van vlakbij op haar gericht, bewees, dat ze een
fatale vergissing had begaan. „Je liegt", zei Vonst met ijskoude
stem en dat betekent, dat je daarstraks meer hebt gehoord, dan
goed is voor je gezondheid." Hij verhief zijn stem. „Wie er ook
bij je is, laat men goed weten, dat ik een revolver op je richt en
dat dit instrument afgaat bij de minste verkeerde beweging."
De staalharde stem liet geen enkele onzekerheid bestaan over
de uitvoering van zijn bedreiging en Christa voelde een sidde
ring door zich heen gaan, toen ze besefte dat Vonst een door
en door gewetenloze schurk was. Waarom wist hij, dat Hel
singen niet bij haar was. Zou het slachtoffer van de aanval, die
niet ver van haar vandaan lag, misschien Helsingen zijn? Had
hij misschien onraad bespeurd en was toen de duinen ingegaan?
Maar waarom zou ze bang zijn. De politiemacht moest intussen
wel compleet zijn. Waar wachtte men dan op?
„Jij weet natuurlijk goed de weg," hernam Vonst. „Mijn auto
staat op de plaats waar men de gereedschapwagens parkeert,
dat valt niet op, begrijp je," zei hij met een zekere zelfingeno
menheid, die Christa nu nog minder dan anders kon uitstaan.
Hij scheen er op te rekenen, dat hij door de vlucht van de beide
mannen en de bedreiging van Christa minder gevaar liep. Zelf
werd ze ook niet gewaar of ze nog onder bescherming stond,
of dat men de vluchtelingen was gevolgd.
„Breng mij zo vlug mogelijk naar mijn wagen en probeer geen
kunstjes uit te halen. Je zou niet de eerste zijn, die men meer
dood dan levend hier vandaan haalt," zei Vonst kortaf. Dan
vervolgde hij op ironische toon. „Zohier moet je een beet
je voorzichtig zijn en een grote stap nemen, want daar ligt nu je
zogenaamde wandelkameraad. Met zwaar bonzend hart stapte
Christa over een lichaam heen, dat nog steeds uitgestrekt en
bewegingloos op de grond lag' In een schim meende ze Helsin
gen te herkennen. In een allesvergetende opwelling bukte ze
zich, betastte zijn gezicht en hield haar hand tegen zijn hart.
Gelukkig, hij leefde nog en kreunde licht bij haar aanraking.
Ze kreeg echter een ruwe duw van Vonst en opgelucht en
tegelijk intens angstig, dat Vonst door wanhoop gedreven, toch
nog zijn wapen zou gebruiken, ging ze stap voor stap voor hem
uit en zonder zich te haasten, leidde ze hem naar zijn auto. Een
omweg durfde ze niet te riskeren, omdat hij ook enigszins met
de ligging van de duinen op de hoogte was en hij daardoor
onmiddellijk zou begrijpen, dat ze hem wilde bedriegen. Allerlei
ontvluchtingspogingen vlogen door haar hoofd. Als ze de kans
kreeg een weinig uit zijn nabijheid te komen, zou de politie
zeker op gaan treden. Ze kon niet anders dan dankbaat zijn,
dat men zo omzichtig te werk ging. Er bestond nu voor haar
geen twijfel meer, dat ze werden gevolgd. Een boompje of
struik maakte soms een tegennatuurlijke beweging, terwijl er een
vreemd geritsel rondom was. Vonst kreeg blijkbaar last van
zijn zenuwen, want hij uitte verschillende verwensingen en be
dreigingen. De vermeende kalmte van Christa maakte hem
steeds wantrouwender.
Met een diepe zucht van verlichting zag Christa de auto
staan, maar aan haar beproeving was nog geen einde gekomen.
Ze werd zijn gijzelaarster en moest mee de auto in. Haar tegen
woordigheid moest zijn aftocht dekken. Terwijl nu de maan het
rustige landschap met wit licht overgoot, raasde Vonst langs de
wegen. Verkrampt van spanning zat Christa naast hem en zag
hoe de kilometerteller een steeds hogere snelheid aangaf.
Bloemkwekerij
Lijtweg 44, Bergen
voor uw tuin alle soorten
Tuinver zot ging
zit U met de handen in het haar
Schilders- en behangersbedrijf
staat steeds voor U klaar
Zuiderkerkstraat 57
Koog aan de Zaan
Tel. 02980-63877
Besteladres in Bergen
Van Borselenlaan 6
Tel. 2891
Ook het adres voor uw buitenwerk.
Ons devies is prima werk. En de prijs,
U moet ze eens vragen, valt heus niet
over te klagen
Voor
prima
naar boekhandel
Laanweg 35 Tel. 268 Schoort
80x190
2-persoons
tweemaal 80x190
tweemaal 80x190
1-persoons
2-persoons
1-pers. prima gevuld
2-pers., 3-delig
1-persoons
1-persoons
2-persoons, 3-delig
1-persoons
2-pers., 2-delig
prima kwaliteit
1-persoons
2-persoons
1-persoons
2-persoons
heerlijk warm
best. uit 1-pers. ledikant
tafel, stoel en nachtkastje
Koorstraat, hoek Laat
Alkmaar - Tel. 2726