GELD en IDEALEN Nieuws van overal De slachtvee-sector in de Sowjet-unie door HENK VAN HEESWIJK „Kees!". Hermie was bij deze woorden gloeiendrood gewor- de en met een ruk kwam ze overeind. Voor Kees er erg in had, voelde hij eensklaps een brandende plek op zijn wang en meteen kwam hij tot zichzelf. Stom verbaasd bracht hij zijn hand naar zijn wang en keek naar de hand, die hem in een moment van uiterste woede had geslagen. Zo stonden ze tegenover elkaar, hoog opgericht. Kees, nog steeds geschrokken van haar onver wachte reactie op zijn woorden. Hennie, zelf eveneens ontzet van haar daad. Toen pakte ze resoluut zijn arm en nam hem mee naar de hoek van het vertrek. Ze dwong hem te gaan zitten en nam zelf naast hem plaats. „Ik zal jou eens een verhaaltje vertellen, jongeman", zei ze met een vastberaden trek om haar mond. „Een heel mooi ver haaltje. En dan hoop ik, dat je je zult schamen over de woorden, die je zoëven gesproken hebt HOOFDSTUK 20 Hennie vertelt Zie leunde achterover en keek voor zich uit, terwijl ze haar handen vouwde. „Eens werd er in een gezin in de Anjeliers straat in Amsterdam een meisje geboren. Het was het vierde kind in dat gezin, er waren nog drie oudere broers. Het was in de jaren voor de oorlog en de crisis begon zo n beetje voelbaar te worden. De lonen gingen omlaag, het legertje werklozen groeide en de armoede greep om zich heen. Naarmate het kind groter werd, werd ook de ellende in het land groter en in het gezin wel in het bizonder. De vader raakte werkloos, moest naar het stem pellokaal en kwam zaterdags thuis met een aalmoes, teveel om te sterven en te weinig om te leven, zei de moeder. Het was dus geen vetpot in dat gezin, omdat geen van de kinderen al oud genoeg was om geld te verdienen. De vader ging de straat op, want de moeder mopperde de hele dag, dat ze van die paar centen niet kon leven en dan pro beerde vader er stiekum wat bij te scharrelen, wat soms lukte. Maar je verrader slaapt nooit en toen vader eens 'n karweitje op knapte, waarmee hij een gulden extra verdiende, werd hij door een controleur betrapt en kreeg voor straf een week geen uit kering. Dat was een week lang honger en gemopper. Het resul taat begrijp je: op een goede of kwade dag vergreep de vader zich aan een andermans eigendom. Er was voor enkele weken wat meer geld, maar toen de man voor de tweede keer een diefstal probeerde te plegen, werd hij in zijn kraag gepakt en op gesloten. Toen was er helemaal geen inkomen voor dat gezin. Kerk en Armenzorg spijkerden wat bij, zodat er in ieder geval net genoeg was om niet van honger om te komen. Het meisje laten we haar Drika noemen had dus niet bepaald een zonnige jeugd. En toen haar vader uit de nor kwam en weer moest gaan stempelen, want werk was er ternauwernood voor een fatsoenlijk mens, laat staan voor een ontslagen gevangene, begon het lieve leven van voren af aan. De oorlog kwam en daarmede andere narigheden. 'Weliswaar was er weer werk en vader bracht tenminste zaterdags weer een bescheiden weekloon mee naar huis. De jongens gingen ook ver dienen, maar één was al te oud, dat hij gevorderd werd voor Duitsland en die dook prompt onder. Drika ging naar school voorzover dat mogelijk was en leerde, wat er te leren viel op een volksschool in de Jordaan. Jij komt zelf uit de Jordaan, dus wat dat betreft, hoef ik je niets te vertellen. In de oorlog verdiende Drika's vader vaak een extratje met louche zaakjes, maar dat was toen niet erg en de extratjes wa ren welkom. De vader had altijd als slagzin gehad: „Met geld doe je wonderen en als je het niet hebt, is het donderen Aan gezien dit gezin het doorgaans niet had, was het dan ook meestal donderen. Maar in de oorlog leerde je veel dingen die nu on behoorlijk genoemd worden en Drika leerde ook de eerste waar heden van vader s slagzin. Want ze verdiende op haar manier ook kleinigheden op de zwarte markt en constateerde zelf, dat je met geld inderdaad wonderen kon doen. Die kleine Drika ging al vroeg aan het peinzen. Ze zag de chronische armoede in hun gezin en de slagzin van haar vader hamerde maar door haar hoofd. Toen de oorlog afgelopen was en de toestand geleidelijk aan normaler werd, had ze voldoende geleerd, volgens haar vader en die vond dat het tijd werd om ook maar wat te gaan verdienen. Daar had het meisje niets op tegen en zo begon ze op vijftienjarige leeftijd als inpakster op een fabriek. De na-oorlogse hoogconjuctuur begon merkbaar te worden en de lonen stegen. Maar de vijftienjarige Drika be greep zeer wel, dat deze hausseperiode niet eeuwig zou duren. Ze was vast besloten ervan te profiteren, zo goed en zo gauw mogelijk. Want vaders slagzin was voor haar dé waarheid: al leen met geld kon je wat bereiken in het leven en de kleine Drika wilde geld hebben, want ze wilde wat bereiken. Daarom isoleerde ze zich geheel op de fabriek en ook op straat. Andere meisjes van 15, 16 jaar gingen al met jongens uit, maar Drika spaarde iedere cent, die ze weg kon leggen en negeerde de jon gens. Af en toe kocht ze betere kleren en al heel gauw zag ze er degelijk en netjes gekleed uit, in tegenstelling tot haar collega's. Het resultaat van dit alles was, mede ook doordat zij haar werk nauwgezet en plichtsvol verrichtte, dat men haar in de gaten kreeg. Men haalde haar uit de afdeling en gaf haar beter, ver- antwoordelijker werk, dat ook beter betaalde. Na een jaar kwam ze op weer een andere afdeling en met haar achttiende jaar volgde ze de cheffin op. Ze werd lid van de opgerichte per soneelsvereniging, ze kon aardig acteren en speelde in toneel stukjes op de feestavondjes. Ze kreeg een leuke toet en een aardig figuurtje. Ze kleedde zich steeds mooier en droeg altijd de laatste mode, want ze had smaak. Het kon niet anders, of de achttienjarige Drika viel op. Een der directeuren danste op een feestavondje met haar en gaf haar complimentjes. Op een tweede feestavond hield hij zich bijna uitsluitend met de aardige Drika bezig en bracht haar 's avonds naar haar kamer, want ze woonde natuurlijk al lang niet meer in de Anjeliersstraat. Wat ze verwachtte gebeurde: de deftige, rijke directeur nam zijn kleine cheffin in de armen en kuste haar. Maar toen hij mee wilde naar haar kamer, weigerde Drika gedecideerd. De rest van de historie kan kort zijn, Kees. De directeur werd tot over zijn oren verliefd op zijn cheffin van de expeditie en omdat zij niets voelde voor goedkope avontuurtjes bleef hem maar één weg over om haar geheel in zijn bezit te krijgen: trou wen. En toen had de arme Drika uit de Anjeliersstraat haai doel bereikt. Tenminste, dat dacht ze. Want wat wilde ze nog meer? De rijke directeur van de grote fabriek ging met haar trouwen en zij zou gaan wonen in een mooie villa. En ondanks de tegenzin van de familieleden van de directeur trouwde hij met de cheffin en op de trouwdag zei de directeur tegen zijn jonge vrouwtje: Vanaf vandaag heet je niet meer Drika. Ik zal je Hennie noemen Dé vrouw zweeg en keek voor zich uit, de handen gevou wen in haar schoot. Bij de laastste woorden, die ze gesproken had, was Kees langzaam rood geworden. Hij draaide zich naar haar toe en bevochtigde zijn lippen, die droog geworden waren van ontzetting. Hij prevelde wat, maar er kwam geen geluid uit zijn mond. Hij schudde zijn hoofd en zuchtte, tot hij er ein delijk uit kon brengen: „Henniejij Ze knikte zonder hem aan te zien. En alsof ze in een droom sprak, ging ee verder: „Jaik was dat arme fabrieksmeisje En waar droomt een arm fabrieksmeisje van, dat al die ellende in huis gezien heeft en voor wie iedere vorm van luxe een onbe reikbaar begrip was? Dat meisje droomt van mooie kleren en lekker eten en drinken, van een goede positie, die geld opbrengt, kortom: dat kind wil wat bereiken in de wereld. Vader's slag zin hamerde iedere dag door dat kleine hoofdje van haar: „Met geld doe je wonderen". En hoe ouder ik werd, hoe meer ik de waarheid van die woorden constateerde. Daarom heb ik mezelf jarenlang de meeste jeugdgenoegens ontzegd. Daarom wilde ik niet uit met mijn mannelijke medearbeiders. Niet dat ik op hen neerzag, o nee, want ik voelde mij één met hen. Maar toch wilde ik trachten er bovenuit te komen. Ik wist, dat ik in een cirkeltje van armoede, zorgen, gebrek, hard werken en een donker huis in de Jordaan zou blijven ronddraaien, als ik zou trouwen met een jongen van de fabriek. Daarom bemoeide ik me niet met hen en beet van me af, als dat nodig was. Ze noemden me de ongenaakbare en ik heette trots te zijn. Goed, ik was trots op mijn wilskracht, op mijn energie. Ik zette de tanden op elkaar om vooruit te komen met de middelen, die mij ten dienste ston den. Ik was rotsvast in de overtuiging, dat ik éénmaal iets zou bereiken in het leven. Ik moest en ik zou er bovenuit komen. En ik kwam er. Geld wilde ik hebben en is dat erg? Als je nooit anders dan armoede en zorgen gekend hebt? Ik weet nu. wat geld betekent. Ik heb geen zorgen meer, ik heb het goed gehad met Ed, die een zeldzame schat voor me was en die iedere wens van me vervulde. Goed, je mag het nu weten: Toen ik met Ed trouwde, deed ik dat om zijn geld. Werkelijk, zo mate rialistisch was ik geworden. Wel, ik mocht hemhij was altijd zo attent en lief. Maar ik trouwde niet uit liefde, alleen om het gemakkelijk te hebben en om te kunnen kopen, wat ik graag wilde hebben. En toen ervoer ik, dat je inderdaad met geld wonderen kunt doen. En Ed wist het, dat geld voor mij hoofdzaak was. Ik heb het hem eerlijk verteld. Hij lachte erom en zei, dat hij me zou leren liefhebben. En dat is hem inderdaad gelukt. Al in de eerste weken van ons huwelijk kreeg ik hem lief. steeds meer hield ik van hem, omdat hij zo ontroerend veel van mij hield. Je moest wel van hem houden. En we zijn ontzettend gelukkig met elkaar geweest Later, toen ik alleen overgebleven wasEd's familie heeft mij nooit geaccepteerd. Ze hebben hemel en aarde bewogen om Ed te weerhouden met mij te trouwen. Maar Ed was de oudste directeur en had het meest te vertellen. Hij deed wat hij wilde, dus negeerde hij zijn moeder, zijn broers en zusters. Maar toen Ed verongelukt waskort na de begrafenis al lieten ze mij het huis uitzetten door een deurwaarder, zonder één cent. Lif tend ben ik naar Amsterdam gegaan en daar ben ik het kantoor van de eerste de beste advokaat binnengelopen en heb hem de hele historie verteld' „En die advokaat was Halbersma?". Ze knikte. „Ja, Wim was het. En Wim was terstond bereid mijn raadsman te zijn in deze kwestie. En niet alleen dat ook mijn vriend. Hij hielp me aan geld, zorgde die avond nog voor een hotel en heeft voor mij het proces tegen de Kaandor pers gewonnen. Maanden later mocht ik weer terugkomen op „De Kaan". Kun je begrijpen, dat ik Wim dankbaar was en dat onze vriendschap door de jaren heen verstevigde? Je hebt nu een deel van mijn levensgeschiedenis gehoord en de rest zal ik je nu ook vertellen. Wim en ik zijn in 't geheim verloofd en bin nenkort gaan we trouwen. Zo, nu weet je 't. Kees, Daarom moest ik je aanzoek afwijzen, domme jongen. Niet omdat jij de zoon bent van een havenarbeider, want ik ben de dochter van een beroepsstempelaar, die bovendien nog in de bajes gezeten heeft Maar omdat ik van Wim houd en hij van mij". Ze draaide zich nu naar hem om en keek in zijn gezicht. Hij schudde zijn hoofd. „Sorry, Hennie, dat ik me als een schoft heb aangesteld. Wat moet je wel van me denken?" Ze legde haar hand op zijn arm. „Ik ben dat al vergeten, Kees. Maar misschien kun je nu ook begrijpen, waarom ik toen in dat warenhuis tussenbeide kwam Ik dacht aan mijn vader en ik dacht aan mijn zonloze jeugd. En ik zag de gevangenis al voor je open staan met al de gevolgen van dien. Ik wist, dat dit niet de methode was om aan het geld te komen en toen reeds besloot ik om je te helpen, als dat mogelijk zou zijn. Ik had geld en ik dacht aan vader's slagzin. Ik wist het: in dit geval zou ik met mijn geld wonderen kunnen doen. Ik wond de mensen op dat kantoor om mijn vinger, toen ik een flinke bestelling deed. Ik kon je meenemen naar buiten, als vrij man. Ik besloot je ver der te helpen, toen ik je levensgeschiedenis had gehoord, die zoveel op de mijne leek. Er waren mogelijkheden en die zijn uitgebuit. Je bent er nu, je hebt je er ook bovenuit gewerkt, op een andere, wellicht eervolle manier dan ik het gedaan heb, maar het resultaat is, dat je er kwam. mede ook dank zij je doorzettingsvermogen. Je bent nu een advokaat, die naam be gint te maken. Je zult binnen een jaar een eigen kantoor hebben, dat voorspel ik je, en personeel en misschien wel een wagen en je zult kieskeurig kunnen zijn in de keuze van je zaken. Ik ben blij, dat ik in de gelegenheid was om je te helpen. Ik kreeg zo doende ook weer een doel in mijn leven en ik genoot iedere keer, als ik zag dat je vorderingen maakte, toen je slaagde op de avondschool, toen Heek, dat je gemakkelijk leerde en toen je als slotstuk van je studie het verheugende telegram stuurde. Kees, ik was trots op je en ik ging geleidelijk aan van je houden. Maar ik ben jaren ouder dan jij en ik beschouw je als mijn pleeg zoon. Ik houd van je als een moeder van haar grote zoon. Blijf het zo zien, lieve jongen. In elk ander opzicht zou ik een teleur stelling voor je zijn. Ik zou dat jeugdige enthousiasme van jou niet meer kunnen beantwoordenik pas beter bij een beza digder man als Wim. Dé wilde haren zijn er bij mij al lang uit. Ik zou je carrière in de weg staan. Stel je voorik heb er zelf aan helpen bouweneen huwelijk tussen jou en mij zou alles weer afbrekenMaar je mag het weteniedere vrouw is ijdel en graag gevleidje aanzoek heeft m'n ijdel- heid gestreeld Ze zuchtte. „Kom, ik maak nog een lekker kop koffie klaar en dan ga jij terug naar Amsterdam". Ze wilde naar de keuken gaan, maar ze bleef plotseling staan en keek hem lachend aan. Toen greep ze zijn handen en trok hem overeind. Ze trok hem dicht naar zich toe en drukte een kus op iedere wang. „Kijk, lieve jongenzei ze zacht, terwijl ze hem stevig vasthield, „zo houd ik nu van je, begrijp je? Niet als een wilde, verliefde bakvismaar als een bezadigde, ver standige, oudere vrouw. Je bent een schat en ik ben trots op mijn beschermeling, meester Kees Galis! En mijn liefde voor jou is, zoals die in de Bijbel geschreven staat. Sla er 1 Corinthe 13 maar eens over na, daar kun je het lezen. En dan kun je ook begrijpen, dat mijn hart zo groot is, dat er ruim plaats is voor Wim en voor jou. Wim straks als mijn echtgenoot, jij als mijn pleegzoon. Ik weet zeker, dat pa en moe Galis mij dat niet kwa lijk zullen nemen. En wie er toch kwaad van wil denken, moet zijn gang dan maar gaan Ze liet hem los en keek hem met schitterende ogen aan. Hij boog zich over haar heen en drukte een kus op haar voorhoofd. „Dank je, Hennie, dat je alles zo sportief wilt opvatten. En ik bied je mijn excuses aan voor die lelijke beschuldigingen Ze legde een vinger op zijn lippen. „Stil, dat ben ik al ver geten. Daar heb ik je overigens een tik voor gegeven, waar ik nu al spijt van heb. We zijn dus quitte. En nu de koffie wat drommel, ik zou helemaal mijn plichten als gastvrouw ver geten". Even later zaten ze weer rustig tegenover elkaar aan de tafel „Hoe gaat het nu met „De Kaan", Hennie?", vroeg hij, „als je met Halbersma trouwt?". Ze zuchtte. „In het 'testament staat, dat ik hier mag blijven wonen, zolang ik weduwe ben. Ik zal moeten vertrekken en dat is nog het zwaarste voor me. Ik houd van „De Kaan", maar ik houd ook van Wim. Ik heb lang gestreden en steeds won „De Kaan" het. Maar nu weet ik, dat mijn liefde voor Wim groter is. Ik zal dit offer nu gemakkelijker kunnen brengen. Ik zal ge lukkig met hem zijn, anders dan met Ed, maar toch weet ik, dat ik met Wim gelukkig zal zijn. Hij is zo'n zeldzame schat en hij heeft al die jaren geduldig op me gewacht Kees knikte. „Nu begrijp ik, wat hij bedoelde op die dag toen Hasting me schreef dat hij me niet wilde als schoonzoon. Ik vertelde het Halbersma en hij troostte me. Hij zei toen: Ga aan het werk. Werk is in zulke gevallen de beste remedie. Mis schien spreek ik wel uit ondervinding. Ja, dat zei hij en ik be greep het toen niet helemaal. Ik dacht aan een versmade liefde in zijn jeugdjaren, maar dat hij en jijnee, dat is nooit bij me opgekomen Ze lachte. „Of we het ook goed geheim gehouden hebben he?". Op dat moment ging de bel. HOOFDSTUK 21 Als je voor elkaar bestemd bent Beiden keken elkaar verbaasd aan. Kees blikte werktuigelijk op zijn horloge en constateerde, dat het bijna tien uur was. En Hennie zei: „Wie kan dat nu zijn, zo laat?". Ze stond op en ging naar de hal. Kees hoorde, hoe ze de deur opende en een vrouwenstem sprak enkele woorden. Met een ruk kwam hij overeind. Alle kleur trok uit zijn gezicht weg. Die stemdat kon toch niet Hij draaide zich naar de deur en meteen zag hij Irene staan. Het volgende ogenblik stormden ze op elkaar toe en lagen in eikaars armen. Hennie sloot zacht de voordeur en draaide het licht uit in de hal. Even bleef ze in het halfduister staan en keek naar de beide jongemensen, die elkaar kusten. Ze zag ook, dat de tranen over de wangen van het meisje liepen en ze knikte. Zacht sloot ze de deur van de salon en ging door een andere deur naar de keuken. Daar nam ze een pannetje, deed er wat melk in en zette het op het gas. Toen diepte ze een sigaret op uit een pakje, dat op de keukentafel lag en stak die op. Ze ging op haar gemak op de tafelrand zitten en bengelde met haar be nen op en neer, terwijl ze de rook van haar sigaret voor zich uit blies. Vanuit de salon klonken zachte stemmen, dan van het meisje en dan weer van de jongeman. Klagende woorden van Irene en sussende woorden van Kees, haar Kees. En ze zat nog op de tafel, toen de melk begon over te koken. Toen kwam ze weer tot zichzelf. Na een kwartiertje klopte ze even aan de deur, opende die en kwam met de koffie binnen. „Zo, kinderen zei ze op har telijke toon, „voorlopig is het mooi genoeg geweest. Ik heb maar voor een kopje koffie gezorgd, dat smaakt altijd. En Irene zal ook wel wat lusten. Ik mag toch wel Irene zeggen?" Het meisje bloosde en lachte. Ze stond nog steeds arm in arm met Kees. Hennie zette de koffie op tafel en keek het jonge paar aan. „Zou je me eindelijk eens willen voorstellen? vroeg ze olijk aan Kees. Hij kwam tot zichzelf en keek van Hennie naar Irene. „Me vrouw Kaandorp", zei hij zacht, „op één na de schattigste vrouw van de wereld. En dit is Irene Hasting" De vrouwen drukten elkander de hand. Hennie ging zitten en nodigde de anderen met een handbeweging uit dit ook te doen. „Blij met je kennis te maken, Irene. En fijn, dat je „De Kaan" hebt kunnen vinden". „Ikik was bij meneer HalbersmaEn die zei, dat je op de Spiegelgracht woonde. Maar als je daar niet was, zou ik je misschien hier kunnen vinden". Hennie knikte. „Af en toe komt hij zijn troost zoeken bij zijn pleegmoeder, zie je? Dat ben ik zo'n beetje". Irene ging zitten en steunde haar hoofd onder haar handen. „Ik kon niet eerder komenik wilde eerst naar huis en pro beren vader tot andere gedachten te brengenmaar hij wil niethet is allemaal zo ellendig Hennie knikte begrijpend. „Maar lieve kind, maak je toch geen zorgen. Als jij en Kees voor elkaar bestemd zijn, dan krij gen jullie elkaar. Dat is een waarheid, die zo oud is als de we reld. En als je vader bezwaren heeftwel, Kees is advokaat, en een advokaat zal daar wel wat op weten te vinden. Laat dat maar aan Kees over. En weet je wel, dat hij op het ogenblik hard op weg is om beroemd te worden? Ze knikte. „Ik kreeg in Frankrijk hollandse kranten. Ik heb verschillende verslagen gelezen en ik was zo blij voor hem „Jullie zijn nog zo heerlijk jong", zei Hennie bedachtzaam. „Houd veel van elkaar, dan vallen de belemmeringen vanzelf weg. Jullie zijn beiden meerderjarig en Kees is in staat zijn boter ham te verdienen en nog heel wat er op ook. Maak je maar geen zorgen, meisje, niemand kan jullie huwelijk beletten". Irene lachte even en keek naar Kees. Toen zei ze: „Dank u wel, mevrouw, voor uw vriendelijke woorden Ze dronken hun koffie en Kees zei: „Ik zal je naar een hotel brengen in Amsterdam. Heb ik je dicht bij me. En morgen ga ik naar je vader. Een laatste poging wagen. Blijft hij weigeren, wel dan zullen wij wel wegen vinden, al zal het dan een paar maanden langer duren". Hennie wuifde met haar hand. „Kinderen, wat betekenen enkele maanden op een lang leven vol geluk en liefde?". Een half uur later deed Hennie het paar uitgeleide in de hal. Ze drukte de hand van Irene en zei: „Meisje, je krijgt een ju weel van een man. Je zult gelukkig met hem worden, daarvan ben ik overtuigd. Want zoals hij is, zijn er niet veel Kees lachte verlegen. „Henniebegon hij. maar ze greep zijn arm en duwde hem naar buiten. „Er uit, jij, Je hebt er een taak bij gekregen, meneer de advokaat: een lieve, jonge vrouw gelukkig maken. Ik ben er van overtuigd, dat je het kunt". Toen ze de deur achter hen gesloten had. bleef ze even staan met een glimlach op haar lippen. Toen liep ze langzaam naar de telefoon en draaide een nummer. Wim? Met Hennie". Kindhoe later op de avond, he? Is het jonge paar ver- ennigd? Was Kees bij jou?". „Ja, meneer de koppelaar, ze zijn als twee dolverliefden zo even vertrokken. Kees zal Irene voorlopig in een hotel in Am sterdam onderbrengen. Dat doet herinneringen bij me opleven. Heeft een zekere advokaat Halbersma dat ook niet eens gedaan voor een arme weduwvrouw?". Hij grinnikte. „Dat is wel mogelijk. Maar dan is het al zo lang geleden, dat ik het vergeten ben, zie je?". „Stakker, wordt je geheugen zo slecht? Moet je wat aan laten doen. Wat denk je van een maandje Rivièra? Hij zuchtte. „Hennie, al was het terstond. Maar ik heb ber gen werk en ik vrees, dat ik morgen niet al te veel op Kees zal kunnen rekenen. Een andere keer graag „Apropos, Wim, ik wil je nog wat vragen". „Laat horen, Hennie. Al was het de helft van m'n koninkrijk „Lieverdjaren geleden zond Sinterklaas me een bontjas, weet je dat nog?". „En of ik dat weet. Er was toen in Vreeland een erg eigen wijs vrouwtje, dat dit eenvoudig geschenk niet wilde aannemen van de goedheiligman „Dat vrouwtje was toen niet eigenwijs, maar verstandiger dan die domme bisschop, vat je? Maar als de goedheiligman de bont mantel nog heeft, dan wil het vrouwtje niet langer eigenwijs zijn en hem graag accepteren „Hennie!". Zijn stem klonk opgetogen. „Meen je dat?". „Dat meen ik, lieverd van me. En je moogt hem zelf brengen Wim, jongen, ik wil niet langer meer wachten. Ik heb me van avond gekoesterd aan de liefde van die twee jongemensen. Ik krijg ook behoéfte aan wat genegenheid „Hennieik hang meteen op en stap in mijn wagen. Bin nen een half uur zal ik je aan mijn borst drukken Ze fluisterde in de microfoon: „Man van me, ik zal je met open armen ontvangen. Ben je nu tevreden? „O, Hennie, wat heb ik naar deze dag verlangd „Doe je voorzichtighet is zo gevaarlijk op de weg.... Toen legde ze de hoorn op het toestel en bleef even in ge dachten verzonken. Na een paar minuten hief ze haar hoofd op en keek in de spiegel. Ze schudde haar hoofd en zei tegen haar spiegelbeeld, terwijl ze even haar tong uitstak: „Je lijkt nu toch wel een beetje op een wilde, verliefde bakvisHennie, kind, ga naar je kamer en knap je een beetje op voor je brui degom Een half uur later opende Hennie de buitendeur. Een man stapte binnen en sloot de deur achter zich. Daarna nam hij rustig en bedaard de vrouw in zijn armen. „Henniewat houd ik veel van je Hun lippen vonden elkaar in een lange kus en de vrouw slaakte een zucht en sloot haar ogen. Hij kuste haar nog eens, maar toen maakte ze zich los. Met de armen om elkaar heen liepen ze naar de salon. Hij ontdeed zich van zijn jas en legde die op een stoel. Hij voerde haar mee naar de grote divan in de hoek van het vertrek, ging zitten en trok haar op zijn knie- en. Blozend verborg ze haar gezicht tegen hem aan. Hij kuste haar nog eens en streek toen over haar wang. „Liefste", zei hij zacht, „ik heb een verrassing voor je. Maar het is nog niet helemaal klaar, omdat ik niet verwacht had, dat je vóór het voorjaar wilde trouwen Ze keek hem verbaasd aan. Hij ging iets rechter zitten en haalde zijn portefeuille te voorschijn. Daaruit nam hij een kaart vouwde die open en gaf hem aan Hennie. „Een nieuw villaatje in Amstelveen. Het is in aanbouw. Hoe vind je het? Dit is een natuurgetrouwe tekening, zoals het zal worden. Het is vorige week juist onder de kap gekomen". Zle keek verrast naar de tekening en uitte een kreet. „Maar Wim, het lijkt als twee druppels water op „De Kaan". „Het is zo getrouw mogelijk een nabootsing ervan. Het is mijn huwelijksgeschenk voor jou. Ik weet, dat je het verschrikke lijk vindt om je los te maken van „De Kaan". Daarom laat ik een nieuwe „de Kaan" bouwen, in Amstelveen. Daar zullen we sa men wonen. Alleen de naam zal anders worden. Kijk, daar staat iet, het is erg klein zo op een caart; „Hennie" zal het heten, k hoop dat ik hiermee wat zal cunnen vergoeden voor het ver- ies. Ze keek met glinsterende ogen naar de kaart en langzaam drup pelden er tranen over haar wan gen. Toen leunde ze tegen hem aan en trok zijn hoofd naar zich toe. Ze kuste hem zacht en zei; ,Dat is een geweldig geschenk, ieverd van me dat je daar aan gedacht hebt wat moet ij veel van mij houden Wim lieve jongen EINDE Barneveld, voorjaar 1961. KOUDWATERBAD GEEFT BETER VARKENSVLEES. Een gecontroleerde omgevings temperatuur kan volgens de Uni versiteit van Wisconsin (U.S.A.) leiden tot betere kwaliteit var kensvlees. Deze mening berust op een onderzoek waarbij aan slachtvarkens vlak voor de slacht gedurende 30 minuten een koud- waterbad werd gegeven. Doordat wat glucose uit de spieren door dit bad blijkt te worden ver bruikt, wordt voorkomen da,t het vlees zacht, waterig en bleek van kleur is. Soortgelijke veranderin gen in de structuur van het spier weefsel kunnen worden veroor zaakt door de varkens voor het slachten flink wat beweging te geven. Verder onderzoek zal moeten aantonen in hoeverre beide methoden onder praktijk omstandigheden met succes kun nen worden toegepast, aldus „Veeteeltberichten". DE VERSCHILLENDE MELKSOORTEN. Het meeste water vindt men in de melk van eenhoevigen (paard, ezel, muildier); bij de marmot het minste en wel de helft. Konijnemelk bevat het meeste eiwit, 15 die van de mens het minst (1,56 Het meeste vet vindt men in de melk van de mar mot (bijna 46 en het minst bij het paard (0,88 Het hoogste suikergehalte vindt men in olifantsmelk (7.18 en het minst in de melk van het walviswijfje (0,38 terwijl de konijnemelk de meeste zouten bevat en die van de mens het minst, aldus de „Trogge". CRISIS IN ITALIAANSE VEEHOUDERIJ. De Italiaanse veehouderij ver keert in een crisisstemming daar de boeren als gevolg van een toe nemend gebrek aan ruwvoeder gedwongen worden steeds meer vee af te stoten op een markt die volgens de Italiaanse mening reeds overvoerd wordt met geïm porteerd jongvee. In de eerste zes maanden van 1961 werden 240.000 stuks rund vee geïmporteerd, tegen 180.000 in dezelfde periode van 1960. Van de zijde van de produ centen-organisaties werd bij de overheid dan ook sterk aange drongen op een algehele grens- sluiting voor slachtvee en vlees. De slachtveeprijzen daalden in middels tot een ongekend niveau. Volgens een bericht in „Vieh und Fleisch" ontleend aan een Russische publicatie, werden in de Sovjet-Unie in 1959 in totaal 67 miljoen stuks vee geslacht, waar van 6 miljoen stuks op staatsbe drijven, 13 miljoen op collectieve bedrijven en 48 miljoen op neven- bedrijven (waarschijnlijk particu liere stukjes grond van kolchos- boeren en sowchos-arbeiders) Zowel door de geringe totale capaciteit van de Russische rege ringsslachthuizen, als door het ontbreken van vakkundig perso neel, werden grote aantallen vee op de boerderijen geslacht. Hier door ontstonden aanzienlijke eco nomische verliezen, bijvoorbeeld door derving van grondstoffen voor de Russische industrie en het verloren gaan van grote hoeveel heden slachtafval. Ook in I960 was nog niets aan deze toestand veranderd. Wel wordt melding gemaakt van het voornemen om in de komende jaren in de belang rijkste veeteeltgebieden van de Sovjet-Unie met spoed slachthui zen te bouwen.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

De Duinstreek | 1961 | | pagina 8