'T VERFHUIS J. DEN BROEDER ,lle drnivenpers' loor verf en behang Drogisterij liroeneveld DOBBEN r Liefde op de Hoge Veluwe doulange Bloeiende Kamerplanten k a p we r k Is „Doe het zelf" uw dan zult U bij ons zeker SLAGEN Kantoormachinehandel J. W. MOL zomerhoedjes Tuin-, bloem- en gazongraszaden Speciaal adres voor gazongraszaad l BLOM, Onderweg 21, Schoorl Rein Valkhof f naar Bossaert - kleurencentrum Tevens flexa- en kruksartikelen en dat betekent kwaliteit Voor prima toch Kapsalon BREELAAN 25 TELEFOON 2410 BERGEN WINKELKASSA - KANTOORMEUBELEN Voor Bergen K. MOL - Lijtweg 26 chemisch reinigen legen o n g e k e n d lage prijzen '°PPsr erd'c ht LEUKE KOLLEKTIE Deux pieces - Trois pièces Breng ons,uw kleding. na 3 dagen hangt het p i e k I ij n voor u klaar Zo zacht voor baby Zo practisch voor mamma LUIERS prijs f 1.55 en f 1.35 Page - Befa - Ortex DOULANGE LUIERS uitsluitend bij de drogist Bloemkwekerij H. H. de Jong Adverteer! in De Duinstreek HOUT Board Triplex Vezelplaat Tegelboard enz. VOOR: VERF Glansverf Grondverf Plamuur Muurverf enz. BEHANG Grote sortering ook o a. Suwide Houtwand enz. liiiiiiiiiiiiiiniiiiMiiiiiiiu (iiiiiiiiiiiiiiiiniiiiiiiiiiiii hui Mini ui' iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiMi'ii iiiiiiiiiiiii ui ii min him iiiiiiiiiiiiiiii! mui min mi Wij leveren alle soorten Glas, Carbolieum, Lijmen, Kippen- en Hor* rengaas Asphalt en Ruberroid - Ijzerwaren Plafondtegels enz. iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii'iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii Voor KUNSTSCHILDER en TEKENAAR: Rembrandt Olie en Waterverf Bespannen Spieramen Linel Gouache Boetseerklei Reeves Linoverf Whatman Blocks enz. SCHILDERSKISTENt Paletten Scraperboard Glazuurverf Spantangen Vernissen Kleurpotloden Gekleurd tekenpapier Schilders Ezels enz iiiiiiiiiiiiiitiiiMiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiniiniMiiiiniiiiiiiiiiiiitiiiiiiiiiliMiiMiiiiiiiiiniiiKiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiMHiin.iiiniiiiiiiiiiiiiiii Wist U dat wij ook een afdeling CAMPING hebben met o a. Tenten Veld- en Zonnebedden, Luchtbedden, Slaapzakken, Ligstoelen, Parasols Tuinstoelen, Haringen. M^indschermen, Stormlantaarns, T entstokken enz. Dus zoekt u iets, komt u dan eens naar IIIIIIIIIIIIIIIMIIIIIHIIIIIIIHIIlllllllllllüllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllMIlllllllllllllllllllllllHIIIHIllllllUHIIIIIIIIllllllllillll! 'n SCHRIJFMACHINE of 'n TELMACHINE EGMOND AAN ZEE - TELEFOON 02206-606 Reparatie - Onderhoud 1U 2. 3. ziimebj™™ Komt U ook eens kijken naar onze vlotte STATIONSSTRAAT 7-9 - BERGEN - TEL. 2414 De goederen dienen gebracht en gehaald te worden. BERGEN, Dorpsstraat 51 ALKMAAR, Schoutenstraat 30 ontvangen. Weer uit voorraad leverbaar. Koopt Uw zaden bij een vertrouwd adres. Deskundige voorlichting. Wij verkopen reeds meer dan 30 jaar De Zeeuw s zaden Aanbevelend, Vraag uw Boekhandelaar: Meulenhoff-Pocket f 1,75 Oud - Italiaanse verhalen, verzameld, vertaald en ingeleid door BEHANG PER ROL VANAFf 0,78 GRONDVERF PER KGf 2,80 GLANSVERF PER KGf 3.70 MUURVERF, AFWASBAAR, PER KG f 3,25 FEUILLETON door Henk van Heeswijk Om twee uur kibbelden ze, wie het eerst naar de zaal zou gaan. „Ik wacht wel," besliste Stien. „Per slot van rekening bent u zijn ouders en ik niks." Maar om kwart over twee kwam vader Welsenaar grinnikend de trap af. „Hij heeft me weg gestuurd," zei hij. „Hij wil u zien, juffrouw van Essen." Stien knikte. „Ik blijf maar even, hoor. Wacht u maar. Met een kwartiertje ben ik er weer." „Welnee, ik ga rustig naar huis. Ik heb het al lang bekeken, die knapt wel weer op. Misschien hebben we m maandag of dinsdag al weer thuis. Het beste, juffrouw, en u komt maar eens aan, als hij weer thuis is." „Dank u. meneer Welsenaar. Als ik mag... heel graag. Een blozende jonge vrouw betrad de ziekenzaal en toen ze bij z'n bed stond, schrok ze toch wel van zijn gezicht. Het linker oog zat nagenoeg dicht en hij had een brede pleister op zijn voorhoofd. „Hallo, Stien," begroette hij, zo goed en zo kwaad mogelijk lachend. „Sorry, dat ik vandaag geen uitsmijtertje bij je kan eten. Verhinderd wegens onvoorziene omstandigheden, zo je ziet. Ze negeerde zijn grappen en ging op een stoel bij zijn bed zitten. Ze streek hem zacht over zijn haar. „Hoe gaat het nou?" „Fantastisch, met twee van de liefste vrouwen ter wereld aan m'n bed. Waarom heb je me naar het ziekenhuis gebracht? „Je viel flauw... in de wagen. Ik was doodsbang, dat het erg was." „Onzin. Onkruid vergaat niet. Zeg, bedankt voor die fruit winkel hij wees op zijn nachtkastje, waarop een enorme fruitmand stond dat had je niet moeten doen, zus." „Het was al het minste, wat ik kon doen." Karei wendde zich naar zijn moeder. „Is ze geen schat, moeder?" Mevrouw Welsenaar glimlachte. „Als jij het zegt... „Kon je vrij krijgen?" Ze haalde haar schouders op. „De Koperen Pot draait ook wel zonder mij. O, Karei, ik ben zo blij, dat het niet erg is." Hij zag tranen uit haar ogen komen en greep haar hand. „Malle meid, dat betekent toch niet zoveel? Ik voel me puik, hoor. Alleen m'n kaak is een beetje ontzet. En de zuster zegt, dat m'n ribben gekneusd zijn, maar ik voel er niets van. Ik wil naar huis." „Kalm aan, jongen." Mevrouw Welsenaar deed haar armen over elkaar. „Een dagje meer of minder komt er niet op aan. En dan daarbij je bent toch in het fonds." „Ik zit liever op de Hoge Veluwe. Waar heb je mijn wagen. Stien?" Het meisje wenkte met haar hoofd naar het raam. „Staat buiten Ik breng hem straks thuis. „En jij dan?" „Ga ik met de bus naar huis." „Houd 'm maar zo lang. Kun je sneller heen en weer rijden. Kom je morgen weer?" Ze aarzelde. „Als je het graag wilt..." „Moet ik dat nog zeggen?" Het meisje kleurde. „Ik hoop voor je, dat je gauw naar huis mag." „Kom je me thuis ook opzoeken?" Stien keek verward van de patiënt naar zijn moeder, maar mevrouw Welsenaar knikte haar vriendelijk toe. „Je bent altijd welkom, hoor." Karei grinnikte. „Daar kom je niet meer van af, zus. Kom je gezellig eens een avondje buurten, he?" Maar Stien trapte er niet in. „We zullen wel zien, als het zover is." Vijf minuten vóór de bezoektijd om was, stond mevrouw Welsenaar op. „Ik denk, dat jullie nog wel een paar minuten samen wilt zijn." Stien protesteerde, maar de oudere vrouw bleef bij haar besluit en na een voorzichtige kus op Karel's voorhoofd en een handdruk van Stien nam ze afscheid. „Verstandige moeder heb ik, he?" zei hij, toen ze met zn tweeën waren. Ze haalde haar schouders op. „Of dat nu wel zo heel ver standig was..." begon ze. „Stien, moppie van me, wil je je broers bedanken?" Ze keek hem verwonderd aan. „Bedanken? Waarvoor?" „Voor hun pak slaag. Daardoor ben jij vriendelijker en aardiger voor mij. Moet je eens zien, wat een etalage met fruit. Is er nog overgebleven in Otterlo?" Ze lachte. „Maak je daarover maar geen zorg." „Weet je," vervolgde hij vertrouwelijk, „door dat pak slaag ben jij veranderd, zie je?" „Ik? Hoezo?" „Nou, eerst was het altijd „meneer" en „u" en nu zeg je ten- Karei. Dat klinkt veel intiemer. En nou gaan we eens een avondje samen uit, he? Als ik weer beter ben." Ze keek hem raadselachtig aan. „Misschien. En Gerrit dan?" „Kom nou... het is al lang uit tussen jullie." Ze kreeg plotseling een kleur als vuur. „Daar raad je maar naar." „Zeg eens, dat ik het lieg?" „Ik zeg niets." Hij keek haar een poosje aan, waardoor haar kleur nog donk- kerder werd. „O, Stien je gelooft me niet, maar ik ben dol gelukkig." „Nou, jij liever dan ik. Heb je zo verlangd naar een bed in het ziekenhuis?" „Klets maar, zus, je begrijpt me best. Je bent lief voor me en dat verwarmt m'n hart. Nou wil ik gauw beter worden, zie je? Om jou. Kom eens wat dichter bij, Stien, ik moet je wat vertellen, wat een ander niet hoeft te horen." Ze kwam aarzelend overeind, keek naar de andere patiënten met hun bezoekers en boog zich toen wat dichter naar hem toe. „Wat is dat voor belangrijk nieuws? Heb je een afspraakje gemaakt met een der zusters?" „Ga nou... Luister nu eens een keer heel goed, Stien. Ik ben dol op je, hoor je het? Ik ben stapeldol op je. Ik houd van je en jij wordt mijn vrouw." Met een hoogrode kleur kwam ze half overeind. „Je hebt nog behoorlijk koorts, jongeman, want je ijlt. Zal ik even de dokter roepen?" „O, Stien, steek er de gek niet mee. Eerlijk, ik houd ont zettend veel van je. Wil je het niet geloven?" „Misschien," antwoordde ze raadselachtig. „Loop niet zo hard van stapel. Zie eerst maar, dat je opknapt, he?" „Stien?" „Ja?" „Krijg ik een afscheidszoen?" „Nee. Ik ben niet zoenerig." „Bij wijze van uitzondering dan, Stien? Eén heel kleintje dan." „Moe 'k nou lachen?" „Nee, zoenen, heb je dan niet een heel klein beetje medelijden met een arme, in elkaar getimmerde vertegenwoordiger?" Ze stond nu vlak bij zijn bed en hij had haar hand gepakt. „Wel een tikkeltje je eigen schuld, vind je ook niet „Laten we niet vechten met woorden, zus. Kijk eens naar de klok? Drie uur. De bezoektijd is verstreken voor je er erg in hebt. Alsjeblieft, Stien." Ze keek op hem neer en begon te lachen. „Jij maakt misbruik van de omstandigheden, jongeman." Een verpleegster stak haar hoofd om de deuropening en riep: Wil het bezoek afscheid nemen?" „Nou, zie je? Daar heb je het al. Mag ik dan voor een keer eens misbruik maken van het feit, dat ik hier weerloos lig?" „Bij wijze van uitzondering dan. Als je maar weet, dat ik er geen gewoonte van maak en dat je hieruit niet de gevolg trekking moet maken, dat je zekere rechten op me kunt gelden." „O, Stien, je doet net of het iets verschrikkelijks is: één afscheidskus." Ze boog zich over hem heen en drukte een lange kus op zijn kapotte lippen. „Sterkte, pechvogel." Met zijn vrije arm hield hij haar een ogenblik vast. „Zeg maar: geluksvogel. Jeetje, wat heb jij een leuke jurk aan..." Met een ruk kwam ze overeind en opnieuw kwam er een rode gloed op haar gezicht. „Zodra je beter bent, krijg je hier voor een draai om je oren." Hij keek haar kwasi-verontwaardigd aan. „Waarom? Omdat je zo'n mooie jurk aan hebt?" „Je begrijpt me wel, jongeman. Je bent al net als de rest.' Hij schudde zijn hoofd. „Wacht maar, tot ik beter ben. Dan zal ik je bewijzen, dat ik anders ben. Dag mop" Ze drukte nog even zijn hand. „Dag, Karei." Een goed half uur later was ze weer op de Hoge Veluwe, en bediende de vele bezoekers. In een vrij ogenblikje nam Jopie haar terzijde en vroeg: „Hoe gaat het met 'm?" Stien keek haar verstoord aan. „Wat bedoel je?" „Die Welsenaar uit Ede. Ligt immers in het ziekenhuis? Gaat het een beetje?" Stien was stom verbaasd. „Hoe weet jij dat?" Jopie haalde smalend haar schouders op. „Zeg, ik ben ook niet achterlijk! Gisteren is hij niet geweest en vandaag ook niet. Bij jou thuis is alles oké en jij komt met zijn wagen hierheen. Vanmiddag moest je nodig op ziekenbezoek. Wat scheelt hem opeens? De mazelen?" „Moe 'k nou lachen?" Jopie schudde heftig haar hoofd. „Vast niet. Moet je niet mee spotten. M'n zus heeft het ook gehad en is er weken hard ziek van geweest. Bovendien is het besmettelijk." Stien snapte er niets van. „Waar heb je het over?" „Nou, over de mazelen natuurlijk. Heeft-ie al uitslag?" „Ach meid, leuter niet. Hij mankeert niets." „O nee? Ligt-ie er zeker ter op luistering. Of heb jij hem soms het ziekenhuis ingetimmerd?" „Pas maar op, dat ik jou er niet in timmer," dreigde Stien bloeddorstig. Jopie lachte verheerlijkt. „Hè ja. Vraag ik, of mijn bed naast het zijne mag staan. Kunnen we lekker roddelen over jou." Gelukkig werd er geroepen en de meisjes gingen weer be dienen. Zodat Stien niet in de gelegenheid was haar dreigement ten uitvoer te brengen. Zondagsmiddags reed Stien opnieuw naar Ede. Haar chef had er al in berust, dat ze voortaan iedere middag een paar uur tjes weg ging. „Is 't je moeder?" vroeg hij belangstellend. „Heb je soms een zusje of een broertje gekregen? Maar Stien had geen antwoord gegeven. „Toen Karei Welsenaar de bezoekster bemerkte bij de deur, verhelderde zijn gezicht. „Daar is mijn schat," begroette hij, En toen ze hem alleen een hand gaf, keek hij verontwaardigd en zei: „Nou, daar kom ik zuinig af, hoor." Waarop mevrouw Welsenaar rustig verklaarde: „Er komt nog wel een tijd, dat jullie de schade kunt inhalen." „Hoe gaat het?" informeerde ze plichtsgetrouw en consta teerde, dat zijn oog niet meer zo dik was. Alleen vertoonde het nu alle kleuren van de regenboog. „Best," antwoordde hij met een strak gezicht. „Ik heb met alle zusters al mot, want ik wil er uit en ik mag niet van de dokter. Allemaal flauwekul." „Heb je het hier dan niet goed?" vroeg Stien lachend. „Reuze. Ik ben net een baby, moet weer helemaal leren eten. Voorlopig pap en soep. M'n kaak is ontwricht. Als jij nu eens een paar zoenen geeft op deze kant, komt-ie misschien weer in het gelid." „Of niet," repliceerde het meisje. „Jij wilt ook niet helpen, om me zo gauw mogelijk beter te maken," klaagde hij. Stien keek lachend naar zijn moeder aan de andere kant van het bed. „Zou je nu geen medelijden met hem krijgen, me vrouw?" „Kunst, he?" mopperde Karei, „om me zo te plagen. Ik hoor niet in een ziekenhuis. Ik heb er nog nooit in gelegen." „Jawel," weerlegde zijn moeder. „Bij je geboorte." Hij keek haar lachend aan. „O ja? Herinner ik me niets meer van. Ik ben liever bij jou thuis, mam." 45 kant-en-klaar luiers van pure celstof absorberen 3 x zoveel als normale luiers twee vochtbestendige lagen aan beide zijden pluizen dus niet hygiënische en practische verpakking. Ook verkrijgbaar in rollen. Wij hebben ook voor U jan Oldenburglaan 15 Tel. 2716 LIJTWEG 44 - BERGEN Dorpsstraat 21 - Bergen Telefoon 2266

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

De Duinstreek | 1963 | | pagina 6