(lel v. d. Garde k in Davos
uiterst lage prijzen
DPen
LOUTER
Ronnie
UeeH Hief
Sehoorl's Gemengd
koor bestaat 40 jaar
Uitvoering
St. Genesius
2 blikjes ananas
2 pk* kwal. pudding
1 pak Bakgember
2 pullen pils
Havermout, 500 gram
Theezakjes, 20 stuks
Perziken, literblik
Bessensap per fles
Rijst, 500 gram
119
Mandarijnen en perziken
per blik nu 85
Ananas, literblik nu 129
Gazeuse, 3
Appelsap 3
flesjes
flesjes
49
89
Neslé-choco dessert
98 nu 79
Groene erwten, 500 gr. 33
Natuurazijn 43 nu
Fam. blik Sardines
le soort
nu
31
105
ZELFBEDIENING
s oan
TWEEDE BLAD
DONDERDAG 4 MAART 1965
Wij lazen
1 pak Soda
250 gram pruimen
500 gram Bamie
(met rijkskeurmerk)
750 gram
850 gram
1100 gram
J.LOÜTER
DE DUINSTREEK Profiteert
Goede prestaties van onze
plaatselijke schaatscrack
Zoals u wellicht bekend zal zijn
is Chiel v. d. Garde jr. enige tijd
geleden teruggekeerd van een ver
blijf in het Zwitserse wintersport
centrum Davos, waarbij hij tijdens
wedstrijden beslag wist te leggen op
de derde plaats. Wii hebben Chiel
eens gevraagd hoe hij tot op deze
trede van de ladder der internati
onale schaatssport is gekomen.
„Ik ben zoals iedereen gewoon
begonnen", zei Chiel (22). „en wel
op de Schoorlse ijsbaan. In 1963 heb
ik mee gedaan aan de Elfstedentocht
maar door het slechte weer konden
we toen niet verder dan Franeker
komen. Ook heb ik die winter mee
gedaan aan de tocht Medemblik -
Staveren en ik eindigde bij één
van de eersten. Nou ja, je krijgt dan
de smaak te pakken. Ik reed mee in
wedstrijden in Graft, St.-Pancras en
in Wieringerwaard en op andere ba
nen in onze provincie. In de zomer
van 1963 ben ik gaan trainen bij de
heer Nap in Heiloo en vorig jaar
ben ik meegeweest naar Davos met
de ploeg die de heren Nap en Lan-
gedijk hadden samengesteld.
We waren toen met 11 jongens uit
de kop van Noordholland. In Davos
hebben we onderlinge wedstrijden
gereden en hebben ook tegen Olym
pische schaatssterren op het ijs ge
staan. In die tijd van 3 weken die
we er hebben doorgebracht hebben
we erg veel routine opgedaan en
dat was uiteindelijk de bedoeling
er van.
Vorige zomer heb ik van de KNSB
toestemming gekregen te trainen op
het CIOS terrein in Overveen en
werd toegelaten tot de B-ploeg. Er
wordt daar op CIOS erg hard ge
werkt. Natuurlijk wordt er veel ge
lopen, rondjes, veldlopen maar ook
hindemisbaan en wat dies meer zij.
Iedere zaterdagmorgen zijn we
da.ar bij elkaar en treffen daar ook
dikwiils jongens van de A-ploeg zo
als Ard Schenk en Rudie Liebrechts.
Heel gewone jongens zonder staan-
uit.
In de zomer train ik elke dag 2
uur, fietsen of lopen in het duin, je
hebt hier een prachtig trainings
terrein direct bij de hand.
Toen dit schaatsseizoen begon heb
ik een paar wedstrijden slecht ge
reden. Ik weet niet hoe het kwam
maar het ging niet. Aan Egbert van
't Oever heb ik toen om advies ge
vraagd en hij raadde me aan om
ook dit jaar weer mee te gaan naar
Davos. Nou dat deed ik en ik heb
er geen spijt van gehad. We heb
ben er veel gereden en toen de an
deren weer naar huis toe moesten
zijn wij met z'n drieën gebleven
Wim Zwaan, Cor Venekamp en ik.
Alle afstanden zouden achter elkaar
over enige dagen verreden worden.
Maar nadat de 500 meter achter de
rug was kwam er een föhn opzet
ten die verder rijden onmogelijk
maakte. De wedstrijden werden af
gelast en zouden op 13 februari
worden voortgezet.
Op de 500 meter werd ik 8ste
op de 3000 meter viel ik maar kon
mij op de 5000 herstellen want daar
werd ik eerste. In het algemeen
klassement eindigde ik als derde
achter Wim Zwaan en een Zwitser.
Die 5000 meter reed ik in 8 min.
en 8.02 sec., de 3000 in 4.58.7 met
val en de 1500 2.16.7.
Zo'n verblijf in Davos is wel mooi,
zegt Chiel verder maar je moet al
les zelf betalen zolang je niet bij de
A-ploeg zit. En of ik daar ooit bij
kom kan ik niet zeggen, de tijd zal
het wel leren. Ik doe m'n best, train
veel want ik ga nu 5 keer in de
week naar de Jaap Edenbaan in
Amsterdam.
Ik rook niet, drink niet en zoals
ik al zei elke dag twee uur de dui
nen in of op de fiets weg.
Want zonder training bereik je
niets.
Feestconcert in R.K. Kerk te
Catrijp
Dit jaar bestaat een van Schoorls
oudste verenigingen 40 jaar, n.l.
Schoorls Gemengd Koor. Ter gele
genheid hiervan geeft zij met mede
werking van een aantal solisten 'n
concert in de R.K. kerk in Catrijp.
Aanvankelijk was het de bedoeling
het concert in de nieuw te bouwen
toeristenkerk te houden, maar deze
kon niet on tijd klaar zijn.
Burgemeester Bergh heeft in het
programmablad een voorwoord ge
schreven. „Door o.m. de gebroeders
Dalenberg werd 40 jaar geleden het
koor opgericht", zo schrijft de heer
Bergh„Nu wij na deze tijd
op de rijke geschiedenis van het
koor kunnen terugzien verdient het
initiatief van de gebr. Dalenberg
veel lof. En deze lof komt ook toe
aan hen die het koor door de stor
men van de tijd hebben heen ge
dragen zoals de heren Jonker,
Hoogvorst, Haasbroek en Goettsch.
De heer Jonker is bijna 40 jaar
dirigent geweest en zijn bekwaam
heid, alsmede de toewijding van het
bestuur en de leden hebben het koor
op deze grote hoogte weten te hand
haven. Daarbij is aan de leden veel
voldoening en vreugde geschonken
en door hen is uitmuntend werk
verricht. Voor het opluisteren van
nationale feestdagen of voor lief
dadigheidsconcerten werd nimmer
tevergeefs een beroep op het koor
gedaan."
Op het jubileumprogramma staan
de volgende werken
1. 'Stabat Mater' voor koor en so
listen een werk van d'Astorga;
2. De cantate nr. 82 van J. S. Bach
voor bassolo;
3. 'Miroir de peine' voor sopraan
van Hendrik Andriessen en
4. de prachtige 'Missa Breris' van
Mozart voor koor en solisten
waarmee de avond wordt beslo
ten.
Ongetwijfeld zullen vele liefheb
bers van zang en muziek op 6 maart
hun schreden naar Catrijp richten,
Na afloop van het concert is er
gelegenheid tot feliciteren in 'De
Rustende Jager' te Schoorl.
De toneelvereniging St. Genesius
gaf vorige week vrijdagavond een
uitvoering van het blijspel „O, oom
Albert toch" van Gerard van Dijk,
Aanvankelijk had men deze uit
voering op zaterdag gesteld maar
omdat Toon Hermans toen voor de
t.v. optrad was men bang dat deze
grootmeester der humor de mensen
aan hun toestel gekluisterd zou hou
den en dat daardoor niemand in het
verenigingsgebouw zou verschijnen.
Er was een vrij goede opkomst,
hoewel er achter in de zaal nog en
kele tientallen stoelen onbezet ble
ven ook na het verstrijken van het
beruchte Schoorlse kwartiertje. En
dat was jammer want het was een
aardig stuk waarvan de inhoud, in
het kort, de volgende was
Alle bedrijven speelden zich af in
de zitkamer van pension 'Landlust'.
De eigenaren hiervan zijn de twee
broers, n.l. Albert en Jos van Zon.
Albert is een echte mopperaar, een
granser zouden we in het Westfries
zeggen, hij heeft overal wat op aan
te merken terwijl broer Jos het le
ven van de zonnige kant beziet. De
heren hebben een lieftallig dienst
meisje Wiesje Esseling die eigenlijk
Heeremans heet.
Het meisje is verloofd met Ab
van de Tuyn, een neef van de van
Sons. Zij heeft zich als dienstmeisje
aangemeld omdat zij en haar ver
loofde oom Albert eens willen tes
ten. Als Ab ten tonele verschijnt
en het meisje op meer dan alleen
maar vriendelijke wijze begroet
krijgt oom Albert argwaan en hij
verbiedt zijn neef de omgang met
de pseudo dienstbode, 't Jonge paar
trekt zich hiervan echter weinig
aan. De vaste pensiongaste in huize
Landlust is Andrea van Duiven
voorde, een aantrekkelijke weduwe.
Oom Albert is verliefd op haar
maar durft zijn gevoelens niet te
vertolken. Maar gelukkig verleent
Toon Veldhuys. de postbode zijn be
middeling en na enkele adviezen
van Wiesje waagt hij de grote stap
en krijgt het jawoord van Andrea.
Inmiddels zijn de ouders van
Wiesje komen opdagen en dit geeft
natuurlijk aanleiding tot allerlei
misverstanden die echter aan het
einde van het stuk tot ieders tevre
denheid worden opgelost.
Ab krijgt officieel toestemming
zich met Wiesje in het huwelijk te
storten terwijl postbode Toon zich
verlooft met Dora de haaiige werk
ster. Zo heeft iedereen zijn geluk
gevonden, alleen voor Jos van Zon
heeft de auteur van het stuk zeker
geen vrouw kunnen vinden.
De spelers van St. Genesius heb
ben het blijspelletje goed gebracht.
De hoofdrol, de mopperende oom
Albert werd gespeeld door de heer
F. Kaandorp Jz. die wel een com
pliment verdient voor zijn rake ty
pering. Zijn broer Jos was de heer
G. Louter, Wiesje was mevrouw
Wittebrood-Kaptein terwijl Andrea
door mej. Leek werd uitgebeeld. De
rollen van de postman en de stu
dent in de rechten werden door de
heren Limmen en Mosch gebracht,
werkster Dora door mevrouw Borst-
Entes terwijl het echtpaar Heere
mans gespeeld werd door mevrouw
Opdam-Witteveen en de heer Joh.
Louter.
in de Duinstreek van
2 maart 1934
dat de winkel annex woonhuis van
de heer Bekker te Schoorl werd
aanbesteed;
dat de bedragen waarmee de aan
nemers inschreven rond de f 5500
schommelden;
dat de gebr. Kroon hieraan hun me
dewerking verleenden in hun cre
atie van de gebr. Stet uit Aarts
woud;
dat de Schoorldamse Steenfabriek
puin en stenen aan particulieren
leverde voor een gulden per auto;
dat er een flink woonhuis te huur
was voor acht gulden per week.
LEVERWORST
150 gram 0,39
BERLINER
100 gram 0,44
KINNEBAKSPEK
100 gram 0,35
VAN DE
NED. KAAS UNIE
BEL. VOLVET
500 gram 1,95
JONG VOLVET
500 gram 1,69
KOEKJES
OVAALTJES
250 gram 0,61
CHOCOLADE RINGEN 0,69
TAFELKOEKEN
2 blik 0,81
HA VERSTRO PASTILLES
200 gram 0,41
PEPERMUNT OF
KANEELSTEKEN
200 gram 0,41
Iglo lei
2,25
2,83
3,67
Ruïnelaan 12
BERGEN
'V-t'.' ferfk V.S'».
FEUILLETON
door MAARTJE ZELDENRIJK
De man zette de plaat halverwege af. „Wat nu komt, is
het koor van de Academie Santa Cecilia, wat ik maar matig
kan appreciëren, maar dat is ntuurlijk een persoonlijke op
vatting. Per slot van rekening ging het nu om de solo van
Mantua." Hij keek naar zijn leerling. „Nou? En? Cioni is nog
niet eens een van de beste. Ik had heel wat kunnen zeggen,
maar dit zal je meer overtuigen, veronderstel ik."
Ronnie knikte. „Brandhout, he?" Hij slikte moeilijk.
De oude man schudde zo beslist zijn hoofd, dat de witte
lokken om zijn hoofd dwarrelden. „Welnee, hoe kom je
erbij? Weet jij, hoe lang de opleiding van Cioni geduurd
heeft, voor hij begon met bijrolletjes te zingen? Bijna zes
jaar, meneer. En veel verder als Italië is hij nooit geweest.
Dat hindert niet. Hij kan zingen, dat heb je zelf gehoord.
En hij verdient geld. Meer in één week als jij op het ogen
blik in een heel jaar. En dat is ook belangrijk. Zijn lessen zijn
niet voor niets geweest. Zijn leermeester smaakt in ieder
geval de voldoening, dat hij een zanger heeft opgeleid en
afgeleverd. En nu jij: je zingt drie weken bij me. Dat is een
honderdste tijdsdeel van Cioni. Begrijp je, wat ik daarmee
zeggen wil? Als jij wat wil bereiken en dan bedoel ik de cop,
voor iets anders wil ik aan jou niet werken, dan mag je
rekenen op vier, vijf jaar. Of zes. Dat weet ik nog niet. Als
je het aandurft hoe oud ben je ook weer? O ja, drie en
twintig. Dan kun je met je je dertigste geld verdienen. Mis
schien eerder, dan kan ik nu nog niet bepalen. De een leert
sneller dan de ander. Cioni moest van de grond af aan ge
schoold worden. Jij hebt een natuurlijke stem, waarmee je
menigeen een slag op voor bent. Het minste is drie jaar.
Negenhonderd dagen studeren. En niet alleen bij mij. Je
hebt Mulo-diploma, hè? Dat is je geluk, nu kan ik je naar
het Conservatorium laten gaan. Dacht je, dat ik het alleen
kon? Je hebt een hele muzikale basisscholing nodig. Om te
beginnen algemene muziekleer, solfège, muziekgeschiedenis,
contrapunt-harmonie je kunt gelukkig pianospelen, dus
daar krijg je verder ook nog opleiding in. Je krijgt algemene
en muziekpaedagogie, de methodiek moet je aanleren, de
historische ontwikkeling van de muziekvormen ik denkt
aan de libretto's, opera, operette, sonetten, het Middeleeuws
lied, het Gregoriaans de ontwikkelingspsychologie. Je
moet de verschillende vormen van kamermuziek kennen. Je
kunt behoorlijk pianospelen, dus ik neem aan, dat je enige
kennis zult hebben van de grote en kleine terts toonladders
en drieklanken op alle trappen van de toonladders, de kennis
van de intervallen, de maatsoorten, ritme's, tempo's je
moet volledig muziektechnisch geschoold worden. Je moet een
muzikale dictee kunnen noteren en nazingen met alle moge
lijke ritmische figuren. Je moet kunnen beoordelen, waarin
het verschil ligt van de compositievormen van bijvoorbeeld
een Bach en een Handel, een Verdi en een Von Weber. Ik
noem zo maar een paar uitersten. Als je de top wilt bereiken
dan weet je nu, wat je voor de boeg hebt. Dit betekent blok
ken, maar harder blokken dan de laatste jaars student van
de universiteit. Dit betekent, dat je nauwelijks vrije tijd zult
hebben, dat je met de muziek naar bed gaat en er mee op
staat. Dit betekent voorts, dat je veel zult moeten opofferen,
om te beginnen die stinkstokken, die jullie roken. Nog beter
is helemaal niet meer roken. Geen of weinig alcohol. Kortom
een speciale gedragsregel van nul tot vier en twintig uur.
Op tijd naar bed en op tijd op. Sport beoefenen en opnieuw
studeren, leren, toonladdders zingen. Tien uur per dag kun je
op rekenen, zes dagen in de week. Geen vrije zaterdag, en
zondags uitrusten, je gemak houden en zeker niet boemelen.
Dat staat je te wachten, als je de moed kunt opbrengen om
door te zetten. Zo, nu weet je het. Ik ben nieuwsgierig, wat
je antwoord zal zijn."
Ronnie had aandachtig geluisterd en schudde langzaam zijn
hoofd. Hij keek even naar Yolanda die al die tijd zwijgend
had geluisterd. Ze zat in een hoek van het vertrek en rook
te. Maar aan de manier, waarop ze haar sigaret vasthield,
bemerkte hij, dat haar aandacht gespannen was.
„Daar is geen beginnen aan," antwoordde hij rustig. „Niet
wat al die studies betreft, dat zou ik wel aandurven. Maar
u zegt zelf, dat het wel zes jaar kan duren. Zes jaar
gaat u eens na, dat een kapitaal mijn opleiding dan gaat
kosten. Wat is tegenwoordig tienduizend gulden per jaar?
En dat zes keer
De oude man haalde zijn schouders op. „Tja, ik kan niet
in je portefeuille kijken. Mijn opleiding zal je niet failliet
maken. Rolanda kent me en weet, dat ik met weinig tevreden
ben. Ik ben een idealist. Maar het Conservatorium kost geld
en je boeken kosten geld en je muziek En je moet ook
leven, eten en drinken Slechts weinigen zijn in staat om
dit te bekostigen."
„Met het risico", vervolgde Ronnie sarcastisch, „dat u na
twee of drie jaar zegt; het spijt me, maar u komt niet ver
der. Houd er maar mee op. Dus weggegooid de jaren. Om
van het geld nog maar te zwijgen."
„Studie is nooit nutteloos, dat weet u zelf. En wat dat
slagen of niet slagen betreft, meneer Beelen, dat hangt voor
negen en negentig procent van uzelf af. Ik zei; u bent een
natuurtalent. Zoals u zijn er maar weinigen. Ik zie mogelijk
heden voor u, de maximum mogelijkheden. Mits u zich de
opofferingen kunt getroosten, die ik opsomde. U zult een
sterke wil moeten kunnen opbrengen. En doorzettingsvermo
gen moeten bezitten. Ik zou zeggen: probeer het een half jaar.
Dan weten u en ik, of u het kunt volhouden. Van 't najaar
kimt u dan naar het Conservatorium, dat maak ik wel in orde.
Ik zorg voor uw vooropleiding, zodat u na uw toelatingsexa
men een redelijke kans hebt, dat u verder de voorbereidende
klas kunt overslaan. Daarvoor hebben we nog drie maanden.
De school begint ongeveer half september. Het Conservatori
um is in Den Haag op de Korte Beestenmarkt, dus niet eens
ver hier vandaan. Neemt u maar gerust van mij aan, dat ik de
waarheid zou zeggen, als ik ook maar enigszins aan u twij
felde. Maar ik geloof, dat u het kunt halen. Als u precies
doet, wat ik zeg. U bent Yolanda's vriend? Dan helpt Yolanda
mee, dat weet ik. Dacht u niet, dat wij met z'n drieën kunnen
bereiken, dat u een uitstekende tenor wordt?"
Ronnie keek rond naar een stoel, vond er een, waarop een
stapel muziek lag, welke hij op de grond deponeerde, waarna
hij ging zitten. „Ik moet hier eens een poosje rustig over
nadenken, meneer Pottenberg. U snapt wel: dit grijpt teveel
in mijn leven tot nog toe." Opeens schudde hij zijn hoofd.
„Ach welnee, ik hoef er niet eens over na te denken. Waar
zou ik het geld vandaan moeten halen? Een halve ton?" Hij
schoot in een luide lach. „Waar maak ik me eigenlijk druk
over."
Yolanda kwam overeind en liep naar hem toe. „De finan
ciële afdeling neem ik voor mijn rekening, dat hadden we
toch afgesproken?"
Hij keek haar schaapachtig aan, maar schudde zijn hoofd.
„We hebben niets afgesproken. De gedachte alleen ge
heel afhankelijk te moeten zijn van
„Van een vrouw. Verschrikkelijk, hé? En als het nu om je
toekomst gaat? Heb je dan geen eergevoel? Wil je niet ver
der in het leven? Of blijf je liever tot je oud wordt pianist-
bandleider in een kroeg? Het is inderdaad de gemakkelijkste
weg." Ze plantte haar handen in de zijden. „Ik durf het aan
vijftigduizend gulden kapitaal in jou te steken. Ik ben er van
overtuigd, dat dit geld zijn rente dubbel en dwars zal op
brengen. Ga mee, we gaan er thuis eens rustige over babbe
len."
Eind augustus zwichtte Ronnie Beelen. Ze had zijn toe
komst zovele malen uitgestippeld en met zoveel overtuigings
kracht verzekerd, dat hij binnen enkele jaren een der be
roemdste tenors ter wereld zou zijn, dat hij er zelf in begon
te geloven. Tenslotte dacht hij: Voorlopig nemen we een
half jaar een proef. Daarna zien we wel weer. Dat half jaar
kan ik zelf betalen, dus heb ik Yolanda niet nodig. Op die
concessie werd men het eens. Bij Willem Volland kondigde hij
de volgende avond zijn vertrek aan Maar wat hij ging doen,
vertelde hij niet, zelfs niet aan zijn drie collega's.
HOOFDSTUK 7
Het winterhalfjaar is verstreken. In de lanen van Wassenaar
beginnen de takken uit te botten. De dagen lengen; des
morgens vroeg is er een vogelenheir, dat de dag met gejubel
begroet. Het groen verkleurt. De bloemen beginnen hunpracht
ten toon te spreiden. De dagelijkse ritten van Ronnie van
Wassenaar naar Den Haag of Rijswijk zijn voor hem adem
pauzes in zijn overbeladen lesprogramma. Gelukkig kan hij
zich altijd goed concentreren en achter het stuur is hij de
muziek en het Conservatorium vergeten, want op de weg
moet je terdege opletten. Het tweedehands eendje, dat Yolan
da voor hem gekocht heeft, doet dagelijks trouw zijn dienst.
Wel had het wat voeten in de aarde, voor hij de wagen
wilde accepteren, maar tenslotte begreep hij, dat hij er iedere
dag zeeën van tijd mee won. Met tram en bus in het spitsuur
was het geen doen meer. En op de fiets was mooi als het
weer meewerkte, maar met een pak sneeuw
In deze zes maanden heeft Ronnie Beelen hard gewerkt,
gestudeerd en zonder meer iedere opdracht van zijn leer
meester aanvaard, zowel op het Conservatorium als in de
Rijswijkse Emmastraat. 't Is vermoeiend en de eerste zes
weken was hij niet zeker van zichzelf, of hij dit zou kunnen
volhouden. Soms dacht hij: Ik heb me wat op de hals ge
haald. Hoe kom ik ooit hier doorheen? Er komt geen eind aan.
Als ik al die studieboeken moet doorworstelen, ben ik hon
derd, voor ik ze allemaal uit heb.