^fdoutkakbossati mpo weekblad nuts om we portW rctpififi' Niet een bril, maar de JUISTE bril Mr. Opticien D. W. PASTOOR, Bergen HET ADRES SCHOORL ViHflfM reme wggy PAARDRIJDEN door Maartje Zeldenrijk Duintreffers-nieuws Schaakclub 'Bergen' Schoorlse Schaakclub FWEEDE ELAD DONDERDAG 16 JANUARI 1969 Vele tientallen jaren geleden had de gemeente Schoorl binnen haar grenzen een groot aantal hakhout- bossen, alles te samen het particu liere bezit van vele inwoners uit Schoorl en omliggende gemeenten. De diverse eigenaars waren voor een groot deel boeren uit Schoorl, Warmenhuizen, Koedijk, Bergen, Zijpe en zelfs nog wel uit enige verder gelegen gemeenten. Hoe groot de lokale opervlakte van het gehele bosgebied eens was is niet meer bij benadering te zeggen, doch het zal zeker een groot getal hec taren geweest zijn. De oppervlakte van de bossen afzonderlijk was erg verschillend en het geheel bestond uit een mengeling van grote en kleine bossen of liever van bossen en bosjes. Een bos, dat een hectare groot was kon gevoegelijk voor 'n groot bos doorgaan, maar toch wa ren de meeste veel minder groot en ook waren er nog heel wat van klein tot zeer klein. Met dat zeer klein denk ik aan een paar beken de bosjes, te weten het nog niet zo lang geleden verdwenen Laander- bosje en het eveneens geruimde naamloze bosje ten oosten van het nog bestaande Brinklaantje. Dit waren waarschijnlijk wel de al lerkleinste bosjes, want ze waren ieder voor zich niet veel groter dan een paar honderd vierkante meter. Het genoemde naamloze bokje was, meen ik, in vroeger tijden het bezit van iemand uit Warmenhuizen. Het leeuwendeel van de opervlakte bos strekte zich uit om de buurt schap Aagtdorp. Dit verspreide dorpje, gelegen op een hoge zand- rug, die een heel eind in oostelijke richting het polderlandschap in dringt, was als 't ware geheel door een veelvoud van in grootte varië rende hakhoutbossen omringd. Tot het gebied van Aagtdorp be hoorde ook nog de gehele lage zuid westhoek van de Aagtdorperpolder met een aaneenschakeling van bos sen en bosjes tot een heel stuk de Teuglaan op in de richting van het kanaal. Het sortiment bomen, dat in de bossen voorkwam, was niet bijzonder talrijk; het waren eik, es doorn, berk, els, wilg en es. Onre gelmatig door elkaar groeiend, doch Bij verkoudheden HIERTOE GERECHTIGD VOOR VADER. MOEDER EN KIND allen boomsoorten, die in hun jeugd vlug opgroeiden. In de bossen op de lage gronden groeiden veel es sen, een hoog gewaardeerde boom soort met talloze goede eigenschap pen zoals vlug groeiend en tevens rechtgroeiend, taai, gemakkelijk te splijten, kortom voor onnoemelijk veel doeleinden te gebruiken. Ten slotte was het nog een buitenge woon brandhout. De es is het meest thuis op vochtige grond, op de droge schrale grond doet ze het lang zo goed niet en komt ze dientengevolge maar wei nig voor. Van de Aagtdorperbossen op de lage gronden is geen enkele boom overgebleven en wat wij er vlak voor 1900 nog van gezien heb ben was toen al slechts een scha mele rest van het overweldigende bosgebied, dat het eens geweest is. Als ik alles zo overdenk, dan kom ik tot de conclusie, dat het verwij deren van de houtopstanden hon derd jaar geleden al een drukke be zigheid was en dat het zo zachtjes aan is doorgegaan tot de laatste stomp uit de grond gesleurd is. De oorzaak van het opruimen der bos sen zal wel geweest zijn, het ver anderen der tijden en gewoonten en mede daardoor is de waarde van de bossen geleidelijk verminderd. Andere mogelijkheden tot verwar ming kwamen zich aanmelden en omdat ze gemakkelijker en voorde liger waren werden ze met graagte aanvaard. Gebrek aan goede cul tuurgrond door toename van de be volking zal er zeker toe hebben bij gedragen om de ontbossing te be spoedigen. In de tijd toen turf nog als bijna de enige vaste brandstof in zwang was, zal een hakhoutbos voor de eigenaar ervan buitenge woon grote waarde gehad hebben als bron waaruit de zo hoognodige stookvoorraad kon worden aange vuld. Wat zou er van het broodbak ken terecht gekomen zijn als de bakker geen takkebossen in voor raad had? Hoeveel jaren het hout moest groei en om behoorlijk kaprijp te zijn is mij niet bekend; ik geloof niet, dat daar vastgestelde tijden voor gol den, maar met twintig jaar zal het wel al flink zwaar geweest zijn. Er was hout dat licht en hout dat zwaar genoemd werd. Het verschil zal wel geweest zijn, dat licht hout enige jaren jonger was als zwaar hout, bovendien deed de gesteld heid van de grond er ook het hare aangemeten door CONTACTLENSSPECIALIST HOFLAAN 2 - TELEFOON 2202 Leverancier van alle ziekenfondsen Uitsluitend specialistische behandeling Brillen op recept van uw oogarts, worden snel geleverd toe. Ik veronderstel, dat noodge dwongen wel eens iets te vroeg tot hakken werd besloten als b.v. de oude voorraad uitgeput was. Er zijn heel lang geleden tijden ge weest, dat er eikebossen werden aangelegd met als hoofddoel 't win nen van de schors, die gemalen werd om te worden gebruikt als looistof waarnaar toen veel vraag was als onmisbare grondstof voor de vele looiersbedrijven. Dat eike hout werd als het twaalf jaar oud was - veelal nog jonger - in het voorjaar gehakt omdat de schors in deze tijd als de groeikracht begon te ontwaken en de levenssappen tussen de schors en het hout in be weging kwam gemakkelijk losliet. De schors werd door kloppen van het hout afgewerkt. Het geschilde hout werd als zg. hakhout verkocht en het andere hout werd tot takke bossen gemaakt en vond met veel graagte een koper aan de broodbak ker tot verwarming van zijn oven. Ik heb er nooit iets van horen ver tellen, zelfs geen gerucht heeft mij bereikt, maar ik heb 'n sterk ver moeden, dat ook hier in Schoorl op de hoge gronden eens eikenbossen zijn aangelegd voor dat doel, dat zeker wel winstgevend zal zijn ge weest vanwege de grote vraag. Als ik denk aan het eikebos, dat nu nog altijd een sieraad is aan de steile |M oostelijke helling van de binnenste duinrand, vroeger algemeen bekend als de „wildernis", en ik kan mij net nog herinneren hoe wild het er in oude tijden moet zijn geweest, dan vind ik het helemaal niet on mogelijk, dat ook dit langgerekte bos eens voor dit doel is aangelegd. In Schoorl zijn heden nog enige kleine bossen aanwezig die bijna geheel uit eiken bestaan. Toen de bekende plantkundige, de heer Van Eeden, uit Haarlem, hon derd jaar geleden tijdens een van zijn botanische wandelingen ook Schoorl bezocht, heeft hij vol be wondering naar het eikenbos op de steile duinhelling opgezien. Wat hem vooral trof was de weelderige groei, die hij nog nergens zo in 'n duin had aangetroffen. Hij verge lijkt dit bos met een akkermaals- bos uit de omstreken van Ooster beek en hij vindt de overeenkomst treffend. Van mensen, die hij op zijn tocht ontmoet en waarmee hij over verschillende zaken, het bos betreffende, gesproken heeft, ver neemt hij bovendien, dat ook de opbrengst van het hout zeer bevre digend is. Superinténdant Kops heeft op een dienstreis tot onderzoek van de hol- landse duinen in een van de laatste jaren van de achttiende eeuw, ook Schoorl bezocht en maakt ook mel ding van het bos aan de duinrand, dat volgens hem een prachtige in- DE DUINSTREEK druk maakt door de weelderige bo- mengroei. Houthakken, zoals dat vroeger al gemeen _werd uitgevoerd, was een werk dat heel zeker wel vrij veel routine vereiste. Het was merk waardig om te zien hoe behendig ze waren in het hanteren van de zware houthakkersbijl waarmee ze de bomen de een na de ander neer haalden en bovendien hoe kunstig afgepunt het ondereinde van de stam op de stomp achterbleef. Dat afpunten was denkelijk nodig om het regenwater geen kans te geven tot vergaren om zo rotting te voor komen. De bomen lieten ze zoveel mogelijk op de juiste plaats neer vallen, zo op twee rijen met de kruinen in het midden tegen el kaar en met de stammen, dus het zware hout, aan de buitenkant. Zo werd een zg. houtpark gevormd, waarvan men zo ongeveer een boe- rewagen kon afladen. Een groot bos, dat in zijn geheel gehakt werd tot het houden van een publieke houtveiling werd zoveel mogelijk op parken van gelijke grootte op dezelfde wijze neergelegd en ook steeds met de dikke ondereinden van de stammen naar buiten opdat de eventuele gegadigden zich zou- kunt u krijgen op een jeugdspaarrekening (zilvervloot) échte gezinsbank a|le inlichtingen bij de alkmaar: centrum - overdie - hoefplan bergen - castricum - egmond - heiloo VOOR GOED ONDERRICHT IN HET jaarlijks een strookje hakken en de takken tot bossen maken, en ook pen. De hele dag op knieën te lig gen voor het hakblok met een sta peltje takkebossen achter zich voor beschutting tegen de koude wind en dan de beloning: een cent voor elke takkebos en van die cent gin gen nog af de kosten van de wil genteen. Eigenaars van kleine bossen, die in verder gelegen gemeenten woon den, belastten gewoonlijk iemand uit Schoorl of Aagtdorp met de zorg over hun bossen die bestond uit den laten verlokken tot hoog bie den. Van de takken moesten takke bossen gemaakt worden en er wa ren altijd wel mannen aanwezig die zich hiervoor beschikbaar stelden. Voor takkebossen waren vaste ma ten in omloop voor dikte en lengte, bovendien behoorde in elke takke bos een vast aantal knuppels aan wezig te zijn, naar ik meen vijf of zeven stuks, de rest werd aange vuld met takken en twijgen en als de hoeveelheid voldoende werd ge acht bond men het geheel tesamen met een taaie wilgenteen. Wat de maten waren kan ik niet zeggen, maar ik heb een vermoe den, dat de oude nederlandse el er wel aan te pas kwam. Meten werd echter nooit gedaan, de takkebos- senmakers waren zo goed in dit werk thuis, dat alles altijd zonder haperen verliep. Takkebossen ma ken in de winter was geen aanlok kelijk werk, maar het kwam in een tijd met weinig verdiensten. Het werd dus meer uit nood aangegre- de schouw over sloten en beken op tijd voor elkaar te maken en dan nog alles wat tot 't onderhoud van het bos nodig was. Voor deze men sen was dat werk een welkome bij verdienste. Een merkwaardigheid was in de Aagtdorperbossen 't veel vuldig voorkomen van de wilde aardbei of bosaardbei, die in de tijd van rijping werd geplukt als een welkome lekkernij ofschoon ze erg klein waren. Het was interessant om in een pas- geruimd bos een poosje tussen de soms wonderlijk gevormde stompen te dwalen waarvan de essenstom- pen soms heel groot van omvang en heel vreemde vorm konden heb ben. Toch wekte 't ook een vreem- U MIJNHARDT 'Jij begrijpt niets. Het was al weken uit tussen ons. Ik had me er al mee verzoend. Waarom zou ik niet? De wereld is vol lieve meisjes, zal ik daar gaan kniezen om één? Ik dacht: graag of niet. Op de een of andere manier heb ik ook m'n trots. Ja, ik ga daar bedelen om de gunst van een eventuele aan staande schoonmoederik heb net zo lief. Ik zat vanmiddag net te overwegen, of ik Dientje zou vragen mee uit te gaan.' Ze keek hem geringschattend aan, maar begon toch te kleu ren. 'Hoor hem. 'Ja. En daar toeterde Lena. Maar enfin, die episode is nu voorgoed voorbij. Die komt nooit meer terug. Dus....' Hij spreidde lachend z'n handen. 'Dus Dientje kan alsnog als eerste invalster gaan fungeren. Merci, Jaap. Mag ik bedanken voor de eer?' 'Dat mag je niet. Enfin, blijven we lekker samen gezellig thuis. Hier kunnen we ook plezier hebben, of niet?' Ze keek hem enige tijd aan, waarna ze overeind kwam. 'We gaan naar de kamer', besloot ze gedecideerd. 'Daar kunnen ze van de weg af zien, wat we doen.' 'O, waren we dan wat van plan?' vroeg hij verbaasd. Ze bleef voor hem staan, omdat hij zijn armen uitspreidde. Jaapbegon ze dreigend. 'Zal ik een wagen huren?' Dientje schudde haar hoofd. 'Veel te duur en zonde van het geld. Trouwens, ik ga toch niet mee.' Z'n handen vielen neer. Mistroostig keek hij voor zich uit. 'Lena zei het onderlaatst al: eigenlijk heb jij maar weinig aantrekkelijks voor een vrouw, Jaap. Je bent helemaal niet knap, eerder lelijk....' 'Die meid is gek.' 'Je hebt je figuur ook niet mee. 'Dat loopt wel los', hapte Dientje voor de tweede maal. 'Je hebt flaporen. Alle.Waar die griet al niet op lette!' 'En altijd rouwrandjes om je nagels....' 'Dat is waar. Dat hebben moeder en ik al honderd keer ge zegd. 'Ze greep zijn handen en bekeek zijn nagels. 'Zie je wel? Je bent gewoon te lui om ze goed schoon te maken. 'Bedrijvig liep ze om de tafel heen naar haar tasje en nam er een nagel garnituur uit. Terwijl ze op de rand van de tafel ging zitten, greep ze een hand en begon aan zijn nagels. 'Mannen die op jouw leeftijd komen', oordeelde ze, 'hebben eigenlijk een vrouw nodig. Wees blij, dat je dit kosthuis hebt. Moeder let er altijd terdege op, dat je er goed uitziet en je kleren heel zijn.' 'Daarbij geholpen door twee schattige dochters.' Ze keek hem met gefronste wenkbrauwen aan. 'Begin je weer?' 'Het is de waarheid. Ik trek toch niemand van jullie tweeën voor? Ans is ook een schat, net als jij.' Bedankt. Wat ben ik nog meer?' 'Een harde. Ik wil je een prettige zondagmiddag en -avond bezorgen en jij zegt nee. Zullen we naar Amsterdam? O nee, je gaat niet met me, dat is waar ook.' 'Je andere hand. Kijk nu het verschil eens? Moet je voortaan zelf doen, smeerpoetsje. 'Ja, zuster.' 'Plaag maar. Mannen kunnen blijkbaar niet anders.' 'Wees voorzichtig jongedame. Je weet op geen stukken na, wat ik allemaal nog kan.' 'Moet ik nu bank worden?' 'Natuurlijk niet.' Doch opeens trok hij haar met een ruk op zijn schoot en drukte zijn lippen op de hare. Geheel overdonderd lag ze enkele ogenblikken in zijn armen. 'Dientje, heerlijke meid, wat heb ik eigenlijk in Lena gezien, terwijl ik jou elke dag om me heen heb?' Toen ze wat tot zichzelf kwam, worstelde ze om los te komen, maar de jongen hield haar stevig vast. 'Dientje, wat een fijne mond heb je.Zullen we samen uit gaan, vandaag?' Ze probeerde haar gezicht af te wenden. 'Laat me los, Jaap ik zal je toch een watjekouw geven voor je brutaliteit. 'Dientje, je bent lief, je bent verschrikkelijk lief.... m'n ogen zijn opeens wijd open. We gaan fijn uit, samen, jij en ik- Ja?' 'Een op tater kun je krijgenhijgde ze verontwaardigd. Iets in haar stem waarschuwde de jongen. Hij liet haar los. Vrijwel onmiddellijk werkte ze zich bij hem vandaan en nadat ze met haar voeten op de grond houvast had, sloeg ze hem twee keer hard in het gezicht. 'Lammeling!' schold ze, vol woede en vernedering. 'Wie denk je, dat je voor je hebt?' De strafoefening had een onverwacht gevolg. Het bloed spoot opeens uit Jaap's neus. Geschrokken keek hij haar aan en zocht zenuwachtig naar zijn zakdoek. Het meisje zag het eveneens. Gelijk was haar boosheid weg. 'Neeprevelde ze. Meteen liep ze naar de kraan en pakte een washandje. 'Achterover je hoofd', beval ze, het natte doekje op zijn neus drukkend. 'Nog meer achterover.... zak wat on deruit. Gedurende enige tijd hield ze het washandje op zijn neus, nog steeds ontzet door de gevolgen van haar klappen. 'Hoe gaat het?' 'Betekent niks', antwoordde hij. 't Is zo wel over.' Na een poosje nam ze het washandje weg en keek. Voor zichtig veegde ze zijn gezicht schoon. Het bloeden had opgehou den. 'Nog even zo blijven zitten', adviseerde ze. 'Ohet zit ook op je jasen op je overhemd 'Wat kun jij slaan, zeg 'Doe dan ook niet zo gek. Je maakt me woest. Ik houd niet van een dergelijke overrompeling. Dat doe je dan maar met die Lena, maar ik ben er niet van gediend.' 'Sorry. Dientje.... je ziet er ook zo verleidelijk uit van daag.' Hij ging weer gewoon zitten, zijn kleren bekijkend. 'Ik ver kleed me straks wel', zei hij gelaten, naar de bevlekte jas kijkend. 'Een kop thee?' Hij knikte, een sigaret opstekend. Zwijgend aanvaardde ze er ook een. Terwijl ze een kop thee voor hem neerzette, bleef ze bij hem staan. 'Datvpak zal ik morgen wel proberen schoon te maken. In je overhemd zullen het wel roestvlekken blijven. Je krijgt een ander van me.' 'Hoeft niet. Het was toch zeker m'n eigen schuld?' 'k Ben blij blij, dat je het inziet. Maar toch krijg je een overhemd. Ik had niet zo hard moeten slaan.' 'En dat kun je', bevestigde de jongen, zijn pijnlijke wang wrijvend. 'Enfin, zullen we maar constateren, dat we weer quitte zijn?' Ze begon te glimlachen. 'In orde. Laten we het maar verge ten.' Jaap dronk zijn thee op en kwam overeind. Terwijl hij voor het meisje stond, zei hij. 'Ik trek een ander- pak aan en een schoon overhemd. Dan huur ik een wagentje in de stad en gaan we samen uit. Je mag toch wel iets aan me goed maken, Dien.' 'Ik dacht, dat we quitte waren?' Hij schudde zijn hoofd. 'Niet helemaal. Ik heb je gezoend, maar ik kreeg niets van je terug.' 'Jawel, optaters.' 'Ik voel ze nog. Ik heb liever wat anders.' 'Dacht je, dat ik je hier ging zoenen?' 't Mag best, maar je doet het toch niet. Nou? Ga je mee? Lena bestaat niet meer voor me. Jij wel. Of wil je de hele zondagmiddag en -avond thuis blijven? Voor het raam zitten koekeloeren? Wees es vlot. Tenslotte knikte ze. 'Oké, jij wint. Maar haal me niet hier op. Ze kletsen toch al zo graag. Ik loop wel naar de brug.' Hij pakte haar beet en draaide een paar keer met het meisje rond. 'Meid, Dien, je zult eens zien, wat een leuke uurtjes we samen beleven.' HOOFDSTUK 16 In huize Langeveld had men na enige tijd door, dat de beide dochters waarschijnlijk elk een jongen hadden. Maar wie? Ans deed geheimzinnig en Dien eveneens. En waren twee, drie aovnden in de week weg. Dat er enig verband was tussen het vertrek van kostganger Jaap en de oudste dochter, had nog niemand door. Zelfs Ans niet, die teveel bezig was met haar eigen verliefdheid. En op een zonnige voorjaarsmiddag wilde Langeveld wel wat meer weten over de avonturen van zijn dochters. Het was zaterdagmiddag en Ans had met haar zus snel afgewassen waarna ze naar haar kamer liep om zich te verkleden. Ook Dientje scheen een dergelijk plan te hebben. Ans kwam vrolijk zingend beneden om in de kamer haar schoenen aan te trekken. Langeveld keek zijn eenentwintigja rige dochter aan en vroeg zonder omwegen: 'Wie is het?' Het meisje schrok. Uit haar gebogen houding kwam ze over eind. 'Wat bedoelt u?' 'Heel eenvoudig', vervolgde Langeveld rustig: 'hoe heet-ie? Wat doet-ie? Waar woont-ie? En hoe lang ken je hem al.' Het meisje begon te kleuren. 'Hoe weet u het?' De man begon te lachen. 'Verliefde vrouwen verraden zichzelf op verschillende manieren. Jij bent verliefd, dat zie je al weken. En moeder eveneens. We laten jullie vrij, dat weet je wel. Deze tijd is nu eenmaal anders dan in mijn jonge jaren. Maar als het serieus is, willen moeder en ik toch graag wat meer weten. Vertel op, zus.' 't Is een jongen van Sonnevelt, de smid. Uit de Purmer. Cor heet hij. Hij komt dinsdags nogal vaak op kantoor. Zo is het begonnen.' de gewaarwording op te bedenken, dat wat korte tijd geleden nog een aaneengesloten bos was, zich nu voordeed als een kaal stompenveld. Als tenslotte van de grote en kleine stukken afgehakt bos het hout en de takken door diverse kopers en eigenaars waren weggehaald dan stompen omgespit door houthakkers werden de open plekken tussen de of andere gegadigden waarvan de toeloop soms groot kon zijn. De ge spitte bosgrond tussen de stompen werd meestal beteeld met aardap pelen, die in de humusrijke grond goed gedijden en waarschijnlijk door de beschutte ligging en de versheid van de grond verschoond bleven van de gevreesde aardappel ziekte, waarvan men toendertijd nog volkomen machteloos tegen over stond. De Aagtdorpergrond le verde buitengewoon lekkere aard appelen op en de bekendheid daar van was wel een goede aansporing tot het betelen van de bosgrond tus sen de stompen, wat trouwens maar voor één zomer mogelijk was. JAN POOL. I Zes leden van de tafeltennisvereni- ginig „Duintreffers" hebben weer voor opmerkelijke prestaties ge zorgd. Twee meisjes t.w. Joke v. d. Ploeg en Greetje Borst en twee jon gens t.w. Frans Munk en Jan van Langen hadden zich geplaatst, resp. voor de tienkamp meisjes A en jongens B. En bij de heren plaatsten zich voor de Tienkamp 3e klas T. Steenman en J. Delis. Deze tienkampen werden samenge steld door de K. T. C. van de afde ling N.H.N.K. Hierin worden geko zen diegene die over de eerste helft van de competitie het hoogste winst percentage hebben behaald. Tienkamp meisjes A: 1. IJ. Rijper, Spirit, kampioen. 2. N. Schaap, Spirit. 3. H. Bakker, W. F. Treffers 4. I. Botman, W. F. Treffers 5. G. Borst, Duintreffers 6. I. Rijper, Spirit 7. J. v. d. Ploeg, Duintreffers 8. C. Baas, W. F. Treffers. 9 N Way, Spirit 10. L. de Nijs, Spoetnik Tienkamp jongens B: 1. J. Smit, Dito, kampioen. 2. J. Kramer, Spirit 3. F. Mink, Duintreffers 4. Th. Kraakman, Spirit 5. M. v. Dalen, Spirit 6. J. de Jong, D.S.S. 7. J. van Langen, Duintreffers. 8. J. Vriesman, Petten 9. J. van Kleef, Spirit 10. C. van Kleef, Spirit Tienkamp heren 3e klas: 1. J. Cnossen, Tetak, kampioen 2. J. Delis, Duintreffers 3. J. Bouwes, Servita 4. A. Schipper, Spoetnik 5. P. Dekker, W. F. Treffers 6. C. Brasser, Reactie. 7. W. van 't Hek, Disnie. 8. T. Steenman, Duintreffers 9. W. Kouwenhoven, W. F. Treffers 10. J. de Boer, Tetak. Na een gelijk spel en een nederlaag heeft de s.c. „Bergen" in haar derde wedstrijd de punten gedeeld met Wee- nink IV uit Beverwijk. Bergen Weenink IV 1. S. Pielaet - R. van Buren 01 2. J. Veis - H. Nijssen 1O 3. I. W. Kingma - G. Som- meling 01 4. G. F. van Brenk - Oldenziet 01 5. Mevr. Veis - J. Lassche 10 6. E. Braaksma - v. d. Meeberg 10 7. C. Houtman - H. Sommeling 01 8. J. v. d Ham - Gerritsen 10 9. A. Overbeek - J. Bloemendaal 10* 10. K. de Vries - J. Muyen jr. 01 Gespeelde partijen 10 januari j.l. J. van Loo - W. Ruis 1 0 P. Vlam - J. S. Potma 1 0 H. Olderich - J. L. van Zoolingen 1 0 F. Schoen - Nagy 1 0 M. Slot - F. de Jong 1 0 G. Kooy - R. Peters G. Minkema - J. L. van Zoolingen 0 1

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

De Duinstreek | 1969 | | pagina 5