Dagelijks worden wij
geconfronteerd met
HOUT
ALGEMEEN BELANG
meld U aan als lid
BIJ ONS IN BERGEN
20 februari a.s.
Wim Hornman
gaat
vertellen
verschijnt te Bergen, Bergen aan Zee, Schoorl, Schoorldam, Groet, Camperduin, Petten en Egmond
Of bij de u bekende leden
FEEST
CARILLON
ENQUETE
CORRECTIE
VERGETEN
MONUMENTEN
DIRK
CORRESPONDENTIE
jfe JAARGANG no. 6 DONDERDAG 12 FEBRUARI - 6 PAGINA'S
weekblad
DB DUINSTREEK
REDAKTIE EN ADMINISTRATIE
DRY. VOLKERS EN LEEQWATER
(v.h. C. Oldenburg)
Laanweg 35 - Schoorl
Telefoon (02209) 1268 en 1223
Giro 55 28 67
Bankrelatie
Alg. Bank Nederland n.v., Bergen
Coöp. Ralffelsenbank, Schoorl
en Bergen
Ned. Mlddenstandsbank, Alkmaar
Contracten speciale tarieven
Advertentieprijs 17 ct. p. mm.
Abonnementsprijs
8,50 per jaar; 2,25 per kwartaal
Post: per jaar 13,50
per kwartaal 3,50
Er is welhaast geen materiaal denk
baar, dat wij zo vaak in ons leven
zullen tegenkomen als hout. Ster
ker nog, wij zitten er dagelijks mid
denin. De huizen waarin wij wonen,
zijn voor een groot gedeelte opge
trokken uit dit prachtige natuurpro
duct, en wij vinden steeds meer de
houten schrootjeswanden in de di
verse huiskamers, die toch vele ma
len mooier zijn dan behang of an
der kunstproduct ook.
Waarom is hout nu zo aantrekke
lijk? Is het de warmte? Het isole
rende vermogen? Of is het de vaak
fraaie tekening die ons zo aantrekt.
Het is erg moeilijk dergelijke vragen
te beantwoorden, hoewel, hout leeft,
het heeft karakter! Wanneer wij tien
planken, van een willekeurige hout
soort naast elkaar leggen, dan is
geen één plank hetzelfde, ze zijn alle
10 verschillend van structuur en te
kening. Ik heb eens een oude meu
belmaker een prachtige eikeplank
zien strelen, het was de bedoeling
dat ik deze plank zou kopen maar
ik heb er van af gezien, de man kon
er nauwelijks afstand van doen. Dit
mag voor sommige mensen vreemd
en overdreven klinken, maar ik kan
het me voorstellen en het geeft toch
aardig weer wat hout deze mensen
kan doen.
Hoe wordt dit hout nu gevormd?
Alle hout komt van onze bomen, en
ik ben er mij van bewust dat ik
geen nieuwtje vertel als ik deze stel
ling verkondig. Laten wij nu eens
een schijf van een boom afzagen, b.v.
een eik, en een en ander wat nader
bezien. Wij zien dan van buiten naar
binnen. De schors, die geheel uit
dode cellen bestaat en dienst doet
als bescherming. Deze schorslaag
kan zéér dik worden, denkt u maar
eens aan de kurkeik. Vervolgens
vinden wij onder de schors de bast,
die voor een groot gedeelte uit nog
levende cellen bestaat, en onder de
bast het cabium, dit wordt, aange
zien het erg teer is, tegen doodvrie-
zen beschermd door de bast en
schorslaag. Na het cabium komt het
spinthout, dat dienst doet bij het
watertransport, waarover straks
meer. En tenslotte na het spint vin
den wij het kernhout. Dit doet geen
dienst meer bij de voeding van de
boom, doordat de houtvaten ver
stopt zijn door allerlei stoffen, ik
noem u slechts looistoffen, gom
men en kleurstoffen. Het is te be
grijpen dat juist dit kernhout, voor
het maken van meubelen e.d. zeer
geschikt is, omdat het vaster en ster
ker is dan het hierboven genoemde
spinthout. Het is ook mooier van
kleur en tekening, denkt u in dit
verband maar eens aan Palissander,
Teak en Mahonie, uitermate mooie
houtsoorten die helaas vrij kostbaar
zijn geworden.
Nu is het woord 'cel' al gebruikt en
u weet dat óók bomen uit deze kie-'
men des levens bestaan, deze cellen
bestaan uit cellulose, terwijl de in
houd uit protoplasma bestaat.
Een opeenhoping van gelijksoortige
cellen noemt men een weefsel, zodat
wij kunnen spreken van b.v. bast,
blad en houtweefsels. Tijdens hun
leven hebben deze cellen voedsel no
dig. Dit voedsel komt door de ope
ning in de celwand heen, en ge
schiedt in een in water oplosbare
vorm. Het water, met de opgeloste
zouten, gaat van de grond uit door
de buitenste lagen van het spinthout
heen, naar de bladeren. De groei
sappen, met de opgeloste suikers,
worden vanuit de bladeren via de
binnenste bastcellen naar het cab-
bium getransporteerd. Dit cambium
of teeltweefsel, maakt telkens twee
cellen, n.l. één bastcel (naar buiten)
en één houtcel (naar binnen). U ziet
dat dit wel het voornaamste deel
van de boom is, en beschadiging
van dit weefsel ernstige gevolgen
voor de boom kan hebben.
Als nu de zon schijnt, komt kool
zuurgas uit de lucht door de ope
ningen in de naalden of bladeren
naar binnen, en vormt aldaar met
het water uit de grond koolhydra
ten. Dit gebeurd onder invloed van
de bladgroenkorrels of chorofiel. Bij
dit proces komt zuurstof vrij. Met de
bovengenoemde koolhydraten zijn de
bomen in staat hun gehele organi
sche substantie op te bouwen. Ik
geef toe dat dit wel wat eenvoudig
is weergegeven, maar in grote lijnen
komt het toch wel met de werke
lijkheid overeen.
De tekening van het hout wordt
mede bepaald door de wijze van za-
Fr. Nieuwenhuizen
gen en heeft te maken met het door
snijden van o.a. de houtvaten, deze
laatsten kunnen wij nog net met het
blote oog waarnemen, als kleine
openingetjes in de groeiringen. In de
voorzomer vormt zich het meeste
hout, in de nazomer wat minder. Zo
ontstaan dan ook deze groeiringen,
elk jaar een brede ring lichtgekleurd
voorjaarshout, en een smalle ring
donkergekleurd najaarshout. Hoe
smaller deze dingen zijn des te beter
is de kwaliteit van het hout. U kunt
dit zelf op een kops gezaagd stukje
gemakkelijk waarnemen. Deze groei
ringen zijn niet overal even dik,
omdat de temperatuur en de voch
tigheid van het jaargetijde een zéér
belangrijke rol bij het groeiproces
spelen. Als wij nu planken van zo'n
boom zagen, treffen wij deze lagen
weer opnieuw aan. Alleen is de te
kening weer anders, aangezien wij
de houtvaten anders doorkruisen.
Bovendien heeft vooral eiken, nog
houtstralen, vroeger mergstralen ge
noemd, die van de bast naar het
hart van de boom 'lopen'. Ook deze
zijn op het kopse hout gemakkelijk
te zien. Deze houtvaten en stralen
bepalen nu de tekening of struc
tuur van het hout. Eiken, beuken en
esdoorn worden vaak kwartiers ge
zaagd, d.w.z. uit de vier kwarten
dus loodrecht op de groeiringen. Het
hout op deze manier gezaagd ver
toont dan de prachtige spiegels die
het eikehout beroemd hebben ge
maakt.
Deze manier van zagen wordt ook
op andere houtsoorten veel toege
past, omdat het dan minder trekt
en werkt. Als men nu de boom over
de gehele breedte, overlangs door
zaagt, krijgt men een geheel andere
tekening, het hout heet dan vlam-
hout of 'dosse'-hout. Dan worden de
groeiringen (houtvaten) overlangs
doorgezaagd, en omdat, zoals wij
hebben gezien, lichte en donkere ge
deelten voorkomen, krijgt de plank
lichte en donkere 'vlammen'. Hout
soorten die het goed doen als vlam-
hout zijn o.a. Teak, Palissander, Pa-
doek, Noten, Mansonia, Iepen, Coro-
mandel en Afzelia. Houtsoorten die
nauwelijks of geen kleur en teke
ning vertonen zijn o.a. Peren, Lin
den, Berken, Haagbeuken en Balsa.
Hetgeen weer niet wil zeggen dat zij
niet belangrijk zouden zijn. Zo is
Lindehout voor tekenborden uiter
mate geschikt, Haagbeuken worden
veel gebruikt voor hamerkoppen en
slagersblokken, omdat het geweldig
hard en sterk is. Balsa heeft een
zéér laag volumegewicht en wordt
mede daarom veel gebruikt in de
vliegtuigindustrie, en verder voor
reddingsboeien, vlotten en voor iso
latie doeleinden. Zo ziet u maar
weer, hout kan overal voor worden
gebruikt, alleen u moet de juiste
soort weten te kiezen.
Ik ben mij er van bewust dat ik
onvolledig ben geweest. Ik heb n.l.
niets gezegd over de steenharde
houtsoorten als: Ebben, Locus, Let
ter en Pokhout, die zó zwaar zijn
dat zij in water onmiddellijk zin
ken. Wij hebben het ook niet over
de kleuren van hout gehad, nage
noeg alle kleuren kunnen n.l. voor
komen. Ik heb u alleen proberen
duidelijk te maken dat hout niet is
weg te denken in onze wereld.
Secretaresse: Mevrouw M. Kroon-van der Oord
Heereweg 334
De gemeente Bergen heeft zesduizend gulden uitgetrokken om het feest van
de bevrijding nog eens dunnetjes over te vieren. Het bevrijdingscomité hoopt zelf
vier mille bij elkaar te collecteren.
Als je dat leest, vraag je je wel af: hoe gaan we dat doen? Er zijn heel wat
mogelijkheden. Voor tienduizend gulden kun je natuurlijk aardig wat feest
neuzen kopen. Als we die dan uitreiken aan onze inwoners, wekt dat ongetwijfeld
een schijn van vreugde. De bakker, de slager, de melkman, kortom: wij allen
met de feestneus op, zelfs de doodgraver. Maar jammer genoeg zullen er wel
weer zwartkijkers zijn, die het gewoon vertikken die neus op te zetten. En dan
blijf je niet alleen met een aantal feestneuzen in je maag zitten, maar ook nog
tegen die anderen aankijken. Geen feestneuzen dus. Hoewel ik best een raads
vergadering zou willen bijwonen, waarbij zowel B. en W. als alle leden van de
raad zo'n ding op hadden. Het zou de betrekklijkheid van de ernst aardig
onderstrepen.
Een andere mogelijkheid: we breken
de hele Breelaan op en maken er
één kolossale zandbak van, waarin
we met z'n allen broederlijk gaan
zitten spelen. We hebben het tegen
woordig toch altijd over de ludieke
mens dat schijnt namelijk heel
modern te zijn zodat het spel in
die zandbak niet alleen aangenaam,
maar ook nog erg progressief is.
Maar als je dan bedenkt, dat het
die dag waarschijnlijk toch wel
weer zal regenen, vergeet je het me
teen maar.
Trouwens: als je met het weer re
kening moet houden, kun je beter
meteen alles binnen organiseren;
dan kan er tenminste nooit iets mis
gaan. Maar waar? We hebben nog
geen sporthal. En zelfs al zouden
we alle kerken volstoppen, dan hiel
den we nog Bergenaren over, die
dan natuurlijk bedremmeld buiten
de deur zouden gaan staan kniezen.
Conclusie, niet in één of meer ruim
ten, maar gewoon thuis. Jawel. Als
iedereen gewoon thuisblijft, is het
ruimteprobleem opgelost. Voor die
tienduizend gulden huren we dan
bij die fabriek in Eindhoven (pas
als hij mij geld stuurt, zal ik die
naam noemen) een televisiezender
tje, waarvan het stralingsvermogen
alleen Bergen bestrijkt want we
zijn natuurlijk niet zo gek, dat wij
buurgemeenten van onze centen la
ten meegenieten. In de Ruinekerk
richten we vervolgens een klein,
maar gezellig televisie-studiootje in
en daar gaan we dan. Een hele dag
tot diep in de nacht, een eigen Ber
gens feestprogramma, waarvan elke
Bergenaar gezellig thuis kan genie
ten zonder zich daarvoor rot te hoe
ven lopen van de ene naar de an
dere hoek van het dorp. En wie geen
televisie heeft, kijkt maar bij de
buren.
Dat programma moet natuurlijk een
echt feestprogramma zijn, zoals we
die van de televisie kennen: een
openingswoord van onze eerste bur
ger, vervolgens het Wilhelmus;
daarna het Mannenkoor dat een of
ander onverwoestbaar oratorium
zingt, een goochelaar, een dame die
komt vertellen hoe ontroert zij is,
nu wij de bevrijding herdenken, een
kwiz, waarvoor ik al een spelleider
op het oog heb, maar hij weet het
zelf nog niet en dan natuurlijk het
grote forum, een open forum, waar
bij alle Bergenaren iets mogen doen
of zeggen. We kennen dat: aan het
slot weet niemand meer waar het
nou eigenlijk over ging.
Al zeg ik het zelf: dit is een gewel
dig idee. Een geniaal idee. Maar het
zal helaas niet kunnen doorgaan.
Want omdat het m ij n idee is, mag
niemand daar gebruik van maken.
Als de feestcommissie dit toch wenst
te doen, zal zij mij tienduizend
gulden moeten betalen voor de rech
ten. En waar moeten ze dan die zen
der van huren? Nee, het zal wel
weer een concert bij de Ruinekerk
worden. En een openluchtbal op de
skibaan.
Het schijnt er dan toch van te ko
men. Ons wordt in het vooruitzicht
gesteld, dat op 4 mei het carillon
in het torentje van de Ruinekerk
zal spelen. Intussen zit initiatiefne
mer Luyting in spannende verwach
ting of de benodigde gelden wel op
tijd binnen zullen zijn. Hij werd
verblijd door een anoniem gebleven
dame uit Bergen, die er 2 mille voor
over had. Zal zij haar anonimiteit
prijs geven door een klok haar naam
te geven? Van de gemeente wordt
ook een bijdrage verwacht; hoeveel?
Dat is nog een groot geheim; en dat
zal wel afhangen van het resultaat
van de 600 brieven-actie, waarvan
men enkele tienduizenden guldens
verwachtte. Ik vind het anders maar
kort dag.
Als Petit en Fritsen kans zien om
in drie maanden het carillon te ma
ken en te plaatsen en als Dick Luy
ting dan kans ziet om het spul te
betalen, dan breng ik hem en zijn
leverancier een eresaluut.
Maarhet is zover nog niet.
De Egmondse VVV heeft een zeer
verhelderende enquete gehouden
onder de Duitse toeristen met de
bedoeling nou eens precies te weten
te komen, hoe de Duitser over de
Hollandse kust denkt.
De Duitsers hoe dan ook maak
ten enkele zinnige opmerkingen, on
der andere over de vervuiling van
onze stranden en de bromfietsers,
die 's avonds door het dorp razen.
Er zijn genoeg Nederlanders, die al
lang hetzelfde hebben bedacht. Be
hulpzaam als ze zijn, geven diezelfde
Duitsers ook enkele tips over even
tueel aan te brengen verbeteringen.
Méér Duitse gerechten in de restau
rants bijvoorbeeld. Ze zijn dus wei
nig anders dan onze dierbare va
derlanders, die zelfs tussen de Pa
poea's nog biefstuk met gebakken
aardappeltjes willen eten. Toch
luidt een al vele jaren oud reis-ad-
vies: eet de pot van het land, waar
in je vertoeft. Je zou dus kunnen
zeggen: laten die Duitsers dan maar
radijsjes eten. Een andere duitse tip:
betere films in de dorps-bioscopen.
Daar valt over te praten, maar als
een Duitser dat wenst, vraag je je
wel even af: wat zijn voor hem be
tere films? Zoiets weet je nooit. Het
is de moeite waard dat uit te probe
ren. In de archieven liggen nog wel
een aantal produkten uit de oorlogs
jaren. Kora Terry, bijvoorbeeld, toen
een brok sex-revolutie, waar je met
een rood hoofd naar zat te kijken.
Dan Christiana Söderbaum in De
Gouden Stad, een prachtig stuk vals
duits sentiment, waarbij de (wat
dacht u?) ongehuwde moeder ten
slotte kreunend wegzakt in een mis
tig moeras. Maar de oorlogsjaren
hebben ons óók nog een aantal ver
helderende journaals opgeleverd; de
redevoeringen van Hitier, bijvoor
beeld; de dappere strijd in de Rus
sische sneeuw en vooral het stelsel-:
matig en volgens plan terugtrekken
van de Duitse legers. Ze zeggen dan:
je moet vergeten en vergeven. Wel
ja, als we juist tienduizend gulden
gaan besteden aan een uitbundige
viering van de bevrijding, mag je
daar toch wel even aan terugden
ken? Ik kan me soms toch al niet
onttrekken aan het gevoel, dat ik
die dikke Heinz in zijn Mercedes al
eens eerder heb gezien, vooral als
hij me dan óók nog in gaaf Neder
lands vertelt, dat hij hier in de oor
log zo lang heeft gewoond. Dan denk
ik: mijn hemel, voor hem zijn zelfs
radijsjes nog te goed.
Mijn vriend Charles, van wie ik
vertelde, dat hij verontwaardigd
aan mijn deur kwam, omdat Bergen
geen openbaar toilet zou bezitten,
heeft zich vergist. Evenals ik, trou
wens. Bij de bushalte op het Plein
wijst een verhelderend bordje de
angstige mens krachtig naar het
benzinestation van de heer Aker
boom. Daar bevindt zich inderdaad
een toilet, waarbij het woord open
baar evenwel ontbreekt.' Als ik goed
ben ingelicht, kan men daarvan ge-
Geheim agent Theunis weer pa
raat, zoals u ziet; zijn verschijning
wekt zelfs al onbehagenmeldt
mij, dat er binnenkort een nieuw
weekblad zal verschijnen.
In het eerste nummer van dit week
blad, zal een groot aantal pagina's
aan Bergen zijn gewijd. Daarvoor
hebben ongeveer een twintig be
kende Bergenaren in het KCB-cen-
trum geposeerd voor een hardwer
kende fotograaf, die op deze manier
de bloem van de Heerlijkheid voor
altijd vastlegde.
Nieuwsgierig geworden, informeerde
Theunis bij twee zéér bekende Ber
genaren hoe dit weekblad dan wel
heet, door wie het wordt uitgegeven
en wanneer het zal verschijnen?
Dat leken hem redelijke vragen toe.
Maar helaas: zij moesten het ant
woord op al die vragen schuldig
blijven. Weliswaar waren zij uit
voerig geinterviewd en hadden ge
duldig geposeerd, maar voor welk
blad, dat was hen ontgaan.
Misschien niet onbegrijpelijk bij al
die drukte. Maar laten we hopen,
dat de anderen het wel weten.
Want stel je voor, dat het straks
helemaal geen nieuw weekblad,
maar gewoon De Lach blijkt te zijn.
Dat was een goed idee van Nieuw
Bergen om bij de gemeente aan te
dringen op het vaststellen van een
monumentenverordening en het sa
menstellen van een lijst van monu
menten. Het is alleen maar jammer
dat Nieuw Bergen niet veel eerder
is opgericht, dan hadden wellicht
verschillende monumenten, welke
nu verdwenen zijn en dan heb
ik niet alleen gebouwen op het oog
er nu nog geweest, zoals bijvoor
beeld het dorpscafé van Piet van IJs
en het daarnaast gelegen kleine boe
renhuis; beide moesten plaatsmaken
voor dat afschuwelijke Palermo-
bouwsel, dat voor mij heus niet op
de monumentenlijst hoeft te komen.
In mijn vorige rubriek had ik het
over de eeuwenoude boerderij,
waarin Chez Albert gevestigd was.
De boerderij zou herbouwd worden,
maar geen rieten dak krijgen, naar
ik hoorde. Dat zou jammer zijn; dat
rieten dak hoorde nu eenmaal bij
dat eeuwenoude monument. Ik weet
wel, een rieten dak is brandgevaar
lijk en ongetwijfeld is er een of
andere bepaling in de bouwverorde
ning, die een rieten dak onmogelijk
maakt, maar toch zou ik de her
bouwde boerderij zijn rieten dak
weer willen geven. Dan is het voor
mij eerst een monument.
Een zekere heer Dirk Duin, woon
achtig in Bergen, vraagt mij even
te willen melden, dat hij niet Dirk
Duin is. Zoiets lijkt op een verloo
chening van jezelf, maar hij heeft
gelijk. Hij is namelijk Dirk Duin
niet. Volgens berichten, die mij via
geheim agent Theunis, bereiken
schijnen er meer mensen te zijn, die
zich afvragen wie Dirk Duin dan
wel is. Hij is die ouwel, die burge
meester De Ruiter bij God op tafel
ziet liggen.
Vele jaren lezen wij reeds het ons zo dierbare weekblad ,De Duinstreek'.
Wij leefden altijd mee met het wel en wee van deze schone streek en daarom
ben ik echt in mijn schik met de nieuwe rubriek 'Bij ons in Bergen'.
Het voorbeeld te mogen volgen van Bergens burgemeester en hier en daar
met een fluwelen handschoen wat oorvijgen uit te delen, wie wil dat niet
Want al vindt iedereen het zalig om in deze Heerlijkheid te mogen wonen,
toch zijn er beslist nog velen onder ons met een opgekropt gemoed, is het
niet om het een dan wel om het ander en dan zo eens je hart te mogen
luchten bij ons in Bergen, dat lijkt me heerlijk. Want of het nu gaat over
Worteltrekken, Duinvermaak, wethouders of andere zaken, je mag het zeggen.
Maar ook de leuke dingen moeten we niet vergeten. Zo vind ik het bijvoor
beeld fijn om, na een maand lang televisiekijken, eens naar een raadsvergade
ring te gaan. Daar laat ik graag de warme kachel en de buis voor in de steek.
Ik poets mijn brilletje eens extra goed op en ga dan eens lekker zitten kijken
en luisteren naar al die heren daar, die, door ons gekozen, zo ijverig zitten te
strijden voor ons aller welzijn. Bovendien kun je daar af en toe ook nog eens
echt lekker lachen. En als ik dan na afloop weer verheugd huis toe ga, neem
ik vlug een slaappil in, stop wat in mijn oren vanwege het naburige hotel-
lawaai (een mens wil tenslotte ook nog wel eens slapen) en dan denk ik bij
mezelf: Wat is het toch heerlijk in deze Heerlijkheid te leven.
Mevrouw M. C. Min - Stoop
Russenplein, Bergen
Een kusje van Dirk
Toen ik in uw krant las, hoe uw schrijver Dirk Duin er op de begane grond'
aan toe is, was ik maar blij dat ik de kelder ben. Ter rechtzetting voor uw
lezers: Ans Wortel bewoont alléén de parterre van huize Kranenburgh, ze
heeft daar heus wel voldoende aan en is er Bergen dankbaar voor en denkt
dat ter zijner tijd te kunnen bewijzen.
In de hoop dat de arm van uw Dirk Duin niet lang genoeg zal zijn om de
Wortel uit Kranenburgh' te trekken, wacht ze de volgende rotzet maar
weer af, dat moet je wel als je de kelder bent. Inmiddels heb ik hier goed
gezelschap, in 'n land waar de kunst zó onder ligt' ben ik er trots op hem als
Kelderte Bergen'.
Met de vriendelijke groeten en de meeste hoogachting, verblijf ik,
(op uw Kranenburgh)
Ans Wortel
Géén kusje van Dirk
We zijn bizonder blij met uw nieuwe rubriek ,Bij ons in Bergen'. We hadden
u al willen voorstellen om uw blad maar het Schoorls Weekblad te noemen,
omdat Bergen en vooral Bergen aan Zee er zo bekaaid afkwamen. Ik hoop
de heer Duin bij gelegenheid eens te ontmoeten. Alles wat hij schrijft is ons
uti het hart gegrepen, maar ik heb nog veel meer op 't hart. Teveel om te
schrijven.
Mevrouw C. Dutilh - van Vollenhoven
,Frankenstate'
Wat dacht u? Juist: een kusje.
Ria de V. Je adres nog steeds niet ontvangen. Waar blijft dat nou?
Th. de K. (12 jaar) Natuurlijk wil ik best wel iets schrijven over jouw vader,
die een hele mooie peer in een fles heeft laten groeien. Daar heb je natuurlijk
KOP wel veel geduld voor nodig. Maar zie je, Theo, er zijn ook mensen die
scheepjes bouwen en dat is nog moeilijker. En als je bedenkt, dat je op het
gemeentehuis soms hele maquetten van nieuwe bouwplannen kunt bekijken
die een duidelijk beeld geven van de verdere verwoesting van ons dorp, zul je
best begrijpen, dat die peer van jouw vader wel leuk, maar niet zo belangrijk
is. Maar als hij nou eens brandewijn op die peer giet, kom ik toch eens een
avondje langs.
Kop, uit onze bloedeigen Duin
streek: Burgemeester de Ruiter
kijkt in 1970 bij God op tafel.
Als je dat leest, denk je: wat
ziet hij daar liggen? Maar het
zal wel een ouwel wezen.
bruik maken zonder bij te tanken.